OPMERKING:
Wanneer de bougie een heel andere
kleur vertoont, werkt de motor moge-
lijk niet naar behoren. Probeer derge-
lijke problemen niet zelf vast te ste-
llen. Laat in plaats daarvan uw
machine nakijken door een Yamaha
dealer.
2. Controleer de bougie op afslijting
van de elektroden en op overma-
tige koolstof- of andere aanslag.
Vervang indien nodig de bougie.
Voorgeschreven bougie:
NGK (CR8E)
De bougie monteren
1
ZAUM0037
1. Elektrodenafstand
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1. Meet de elektrodenafstand met
een draadvoelmaat. Stel de afs-
tand indien nodig af volgens de
specificatie.
Elektrodenafstand:
0,7 ~ 0,8 (0,02 ~ 0,03 in)
2. Reinig het oppervlak van de bou-
giepakking en het pasvlak en ver-
wijder eventueel vuil uit de schro-
efdraad van de bougie.
3. Breng de bougie aan met behulp
van de bougiesleutel en zet vast
met het correcte aanhaalmo-
ment.
Aanhaalmoment:
Bougie:
20 Nm (2,0 m•kgf, 14,5 ft•lbf)
OPMERKING:
Als geen momentsleutel beschikbaar
is, wordt de bougie correct vastgezet
door handvast te zetten en dan nog
1/4 ~ 1/2 slag verder te draaien. De
bougie moet echter zo snel mogelijk
naar het juiste aanhaalmoment wor-
den aangedraaid.
4. Installeer de bougiedop.
6-8
6