9.3.2 Losschroeven van het ventiel van de
ontluchtingskamer (Plus
Schroef het ontluchtingskamerventiel (3c) als volgt
los bij toepassing van het Plus
1. Verwijder het deksel (L) van de ontluchtings-
kamer.
2. Verwijder de ventielbuis (R) met het ventiel (3c).
3. Schroef het ventiel (3c) van de ventielbuis.
F
Afb. 43 Ontluchtingskamerventiel
9.3.3 Losschroeven van de zuig- en
persventielen / reinigen ventielen
1. Schroef de zuig- en persventielen los.
2. Demonteer de interne ventielonderdelen:
•
Standaard DN 4/DN 8 ventiel:
– Duw voorzichtig het interne ventieldeel er uit
m.b.v. een dunnen metalen draad (of paper-
clip) in de richting van de doorstroming (zie pijl
op ventielhuis).
– Demonteer de interne onderdelen: zitting (4r),
O-ring (1r), kogels (3r), kogelkooien (2r).
Afb. 44 Standaard DN 4/DN 8 ventiel
•
Veerbelaste klep DN 4/DN 8:
– Schroef het ventieldeksel los.
– Demonteer de binnenste delen (zoals weer-
gegeven in fig. 45).
3
systeem)
3
systeem:
L
R
3c
1r
2r
3r
4r
2r
3r
4r
3
DN 4
Afb. 45 Veerbelaste klep DN 4 / veerbelaste
klep DN 8
3. Reinig alle delen.
Ga als volgt te werk wanneer defecte onderdelen
worden geconstateerd:
– Vervang het ventiel (voor roestvaststalen
ventielen: binnenste ventieldelen).
Neem contact op met Grundfos voor inhoud en
bestelnummers van de reservedelenkits.
4. Assembleer en monteer het ventiel weer.
5. Verwijder de ontluchtings-cartridge (1p, 2p, 3p)
onder het persfentiel van de doseerkop m.b.v.
een pincet.
– Demonteer de cartridge.
– Reinig de cartridge.
Ga als volgt te werk wanneer defecte onderdelen
worden geconstateerd:
– Vervang de ontluchtingscartridge.
Neem contact op met Grundfos voor inhoud en
bestelnummers van de reservedelenkits.
– Assembleer de cartridge weer.
6. Monteer alle onderdelen weer.
Afb. 46 Standaard DN 4/DN 8 ventiel
De O-ringen moeten juist zijn geplaatst
in de gespecificeerde groef.
Voorzichtig
Let op de doorstroomrichting (aange-
geven door pijl)!
Draai het ventiel slechts handvast.
DN 8
3b
1p
2p
3p
39