Smering
Smering
Smeer de machine volgens het tijdschema op de
instructiesticker Controle en Onderhoud (Figuur 32).
De machine moet vaker worden gesmeerd bij gebruik in
zeer stoffige of zanderige omstandigheden.
Type vet: Universeel smeervet.
Methode van smeren
1. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels in de
vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Reinig de smeernippels met een doek. Indien nodig
verf van de voorkant van de nippel(s) afkrabben.
4. Zet een smeerpistool op de nippel. Spuit vet in de
nippels totdat er nieuw vet bij de lagers naar buiten
komt.
5. Overtollig vet wegvegen.
Draaipunten van de voorste
zwenkwielen smeren
Onderhoudsinterval: Jaarlijks
1. Verwijder de stofkap en stel de draaipunten
van de zwenkwielen bij. Plaats de stofkap
pas terug als u klaar bent met smeren. Zie
Lager van draaipunt van zwenkwiel afstellen in
Onderhoud aandrijfsysteem (bladz. 39).
2. Verwijder de zeskantige plug. Draai een
verloopnippel in de opening.
3. Pomp smeervet in de verloopnippel totdat er vet bij
het bovenste lager naar buiten komt.
4. Trek de verloopnippel uit de opening. Monteer de
zeskantige plug en de dop.
Zwenkwielnaven smeren
Onderhoudsinterval: Jaarlijks
1. Zet de motor af, wacht tot alle bewegende
delen tot stilstand zijn gekomen en verwijder het
contactsleuteltje. Stel de parkeerrem in werking.
1. Afdichtinghouder
2. Verwijder het zwenkwiel uit de zwenkwielvorken.
3. Verwijder de afdichtinghouders uit de wielnaaf.
4. Verwijder een van de afstandsmoeren uit de as
van het zwenkwiel. Controleer of er afdichtkit is
aangebracht tussen de afstandsmoeren en de as.
Verwijder de as (terwijl de andere afstandsmoer er
nog aan bevestigd is) van de wielconstructie.
5. Wrik de afdichtingen los en inspecteer de lagers op
slijtage of beschadigingen en vervang deze indien
nodig.
6. Verpak de lagers met smeervet voor algemene
doeleinden.
7. Plaats een lager en een nieuwe afdichting in het wiel.
Opmerking: De afdichtingen moeten worden
vervangen.
8. Als beide afstandsmoeren van de as zijn verwijderd
(of afgebroken), breng dan afdichtkit aan op een
van de afstandsmoeren en draai deze op de as met
de afgeplatte kanten aan de buitenzijde. Draai de
afstandmoer niet volledig tot het einde van de as.
Laat een afstand van ongeveer 3 mm vrij tussen het
buitenste oppervlak van de afstandsmoer en het
einde van de as binnen de moer.
9. Plaats de as met de moer in het wiel aan de zijde
van het wiel met de nieuwe afdichting en het nieuwe
lager.
10. Laat het open uiteinde van het wiel omhoog wijzen
en vul het gebied rond de as aan de binnenzijde van
het wiel met smeervet voor algemene doeleinden.
11. Plaats het tweede lager en een nieuwe afdichting in
het wiel.
12. Breng een afdichtkit aan op de tweede afstandsmoer
en draai deze op de as met de afgeplatte kanten aan
de buitenzijde.
13. Draai de moer aan met een torsie van 8-9 Nm, draai
de moer los en draai deze opnieuw vast met een
30
Figuur 31
2. Afstandsmoer