1
DX PacketClusters zijn netwerken die bestaan uit knooppunten
2
(nodes) en zenders die geïnteresseerd zijn in DXen en DX
wedstrijden. Als een bepaalde zender een DX-station vindt, stuurt
3
hij/zij een bericht naar zijn/haar node, waarna deze node de
informatie aan alle plaatselijke zenders en bovendien aan een
4
andere node doorgeeft. Uw zendontvanger kan DX informatie die
5
ontvangen wordt op het display aangeven en de meest recente
informatie betreffende in totaal 10 DX-stations in het geheugen
6
bewaren. Met behulp van deze monitorfunctie bent u snel op de
hoogte van de meest recente DX informatie in uw woongebied. U
7
kunt echter niet via deze functie DX informatie naar een bepaalde
8
node sturen.
9
10
11
Node
12
13
14
1 Roep menu-nummer 1–4–1 (DATA BAND) op om band A of B
te kiezen.
15
2 Stem af op de frequentie van de gewenste PacketCluster
16
node.
3 Druk op [TNC] om de TNC in te schakelen.
17
• De aanduiding "
18
19
20
21
N-56
DX PACKETCLUSTERS MONITORFUNCTIE
Node
Node
Zender
" verschijnt.
ST STA CON
CON
96 96BCONDUP
9
7
5
Telkens wanneer nieuwe DX cluster-gegevens worden
ontvangen, verdwijnt de frequentie-aanduiding en wordt de
informatie als volgt op het display getoond:
ST STA CON
CON
7
5
• Na ongeveer 10 seconden of als u een toets indrukt, schakelt de
zendontvanger weer over naar de frequentie-aanduiding.
• Wanneer reeds ontvangen DX cluster-gegevens opnieuw
ontvangen worden, zal de frequentie-aanduiding niet verdwijnen.
Onderaan op het display verschijnt "dD" en een oproepnaam.
Druk tweemaal op [LIST] en druk dan op [UP]/ [DWN] om de
informatie van de 10 DX-stations te doorlopen.
• Druk op [OK] voor toegang tot een bijgevoegd bericht (max.
20 tekens).
ST STA CON
CON
7
5
• Druk op [LIST] om de frequentie-aanduiding weer te zien.
Opmerkingen:
De informatie wordt gewist wanneer de zendontvanger wordt
uitgeschakeld.
U hoort een pieptoon telkens wanneer nieuwe of reeds ontvangen
DX cluster-gegevens worden ontvangen. Roep menu-nummer 1–5–3
(BEEP) op om deze instelling te wijzigen. De oorspronkelijke
instelling is "ALL". Zie de tabel op blz. 63.
Alvorens op de PacketCluster node af te stemmen, schakelt u de
APRS beacon-functie {blz. 74} uit. Dit om te voorkomen dat de
PacketCluster nodes en zenders worden gestoord door onbedoeld
uitzenden van APRS packets.
96 96BCONDUP
9
Frequentie
Tijd
96 96BCONDUP
9
Commentaar