Onderdeel
Snelkeuzenummer/
Verkort kiesnummer
Naam:
Faxnummer
E-mailadres
• Een faxnummer mag uit de volgende tekens bestaan: 0 tot en met 9, "P" (pauze), " ", " ", "-" en
spatie.
• Voer indien nodig een pauze in het faxnummer in. Het apparaat pauzeert kort voordat het de
cijfers na de pauze kiest. U kunt de pauzetijd bepalen via de instelling [Pauzetijd] onder
[Verzend.instelling]. Voor meer informatie over [Pauzetijd], zie Pag. 230 "Faxinstellingen".
• Voor meer informatie over Web Image Monitor, zie Pag. 275 "Het apparaat configureren met
hulpprogramma's".
• Om toondiensten op een kiestoonlijn te gebruiken, voert u een " " in het faxnummer in. " "
verandert de modus tijdelijk van pulstoon naar kiestoon.
Faxbestemmingen aanpassen
1.
Open de internetbrowser en verkrijg toegang tot het apparaat door het IP-adres ervan in
te vullen.
Het beginscherm van de Web Image Monitor wordt weergegeven.
2.
Klik op [Snelkeuzebestemming] of [Verkort kiesnummer faxbestemming].
Als u de verkorte kiesbestemming wijzigt, ga dan verder met stap 4.
Instelling
Selecteer het nummer waaraan u een
Vereist
snelkeuzebestemming of een verkorte bestemming wilt
toewijzen.
Naam van de bestemming. De naam die u hier
Optioneel
opgeeft, wordt weergegeven op het scherm als u een
faxbestemming selecteert. Kan tot 20 tekens bevatten.
Faxnummer van de bestemming. Kan tot 40 tekens
bevatten.
Als het apparaat via een PBX op het telefoonnetwerk is
aangesloten, dient u ervoor te zorgen dat vóór het
Vereist
faxnummer het externe lijntoegangsnummer is
opgegeven in [Extern toegangsnr.]. Voor [Extern
toegangsnr.], zie Pag. 258 "Instellingen van
Beheerderstoepassingen".
E-mailadres van de bestemming van de internetfax.
Optioneel
Kan tot 64 tekens bevatten.
Faxbestemmingen registreren
Omschrijving
181