6. Een fax verzenden en ontvangen
Faxbestemmingen registreren
Dit onderdeel beschrijft hoe u faxbestemmingen kunt registreren in het Adresboek via het
bedieningspaneel. Voor meer informatie over het invoeren van tekens, zie Pag. 40 "Tekens invoeren".
Het Adresboek kan ook met behulp van Web Image Monitor worden bewerkt.
• De gegevens in het adresboek kunnen beschadigd zijn of onverwacht verloren gaan. De fabrikant
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die optreedt als gevolg van dergelijk verlies van
gegevens. Zorg ervoor dat u regelmatig een back-up maakt van bestanden met
adresboekgegevens. Voor meer informatie over het maken van back-upbestanden, zie Pag. 325
"De beheerderinstellingen configureren".
U kunt tot 220 bestemmingen opslaan in het adresboek (20 snelkeuzebestemmingen en 200 verkorte
kiesbestemmingen).
Faxbestemmingen registreren met het bedieningspaneel
1.
Druk op de toets [Home].
2.
Druk op het pictogram [Instel.] op het [Home]-scherm.
3.
Druk op [Adresboek].
4.
Voer het wachtwoord in met de cijfertoetsen en druk op [OK].
5.
Selecteer [Snelkiezenlijst] of [Verk.kiez.lijst].
6.
Selecteer het aantal Snelkiezenlijst of Verk.kiez.lijst dat u wilt registreren.
7.
Druk op [Naam:].
8.
Voer de faxnaam in en druk vervolgens op [OK].
U kunt het toetsenbord van de software openen door dubbel te klikken op het invoerveld op het
scherm.
9.
Druk op [Nummer:].
178
ECC202