Relatie tussen sluitertijd en
diafragma
Als u duidelijke opnames wilt maken, is het
van groot belang de juiste belichting te
kiezen, zodat de kans op juiste
scherpstelling wordt vergroot. De
belichting is de hoeveelheid licht die wordt
bepaald door de combinatie van sluitertijd
en diafragma. De sluitertijd kan langer of
korter zijn. Het diafragma kan groter of
kleiner zijn. Als een iets kortere sluitertijd
wordt gekozen, wordt de lens iets verder
geopend om dezelfde belichting te krijgen.
Verschuiving van het programmadiagram
Het programmadiagram geeft de verschuiving van de combinatie van sluitertijd en diafragma
weer.
De functie Programmaverschuiving (pagina 54) geeft snel de belichtingscombinatie weer die
de camera heeft geselecteerd.
Programmadiagram (voorbeeld)
Verplaatsing van de programmaverschuiving (EV: 10, ISO-gevoeligheid: 100)
(voorbeeld)
• Als de EV-waarde ongewijzigd blijft, verandert ook de helderheid van het opgenomen beeld niet.
Donkerder onderwerp
3
4
5
6
7
8
2
F8
F5.6
F4
F2.8
F2
Diafragma
9
10 11 12 13 14 15 16 17
1
1/4
1/15
1/60
1/2
1/8
1/30
1/125
Sluitertijd
Lichter onderwerp
EV
18
19
1/250
1/1000
1/500
1/2000
NL
161