Verplaatsen tussen blokken van velden
• De datavelden zijn gegroepeerd in drie blokken (pages). Het eerste blok wordt betreden als
men in de programmeerstand gaat.
• Het tweede en derde blok worden op het codebedienpaneel weergegeven met een "1" of "2"
voor het 2-cijferige adres. "ALT PROGRAM MODE", samen met "100" of "200", geeft dus de
hoogte van de levels van de programmavelden aan.
1. Om het volgende level van velden te betreden, toets [*]94
2. Vervolgens [*] + [XX], waar XX= laatste twee cijfers van het programmaveld, en voer de
gewenste waarden in.
3. Om naar vorig level te gaan, toets in [*99].
Toets *99 of *98 om de programmeerstand te verlaten...Toets *94 om naar blok 2 te gaan:
Toets *99 om terug naar blok 1 te gaan...
Toets *99 om terug naar blok 2 te gaan...
Bekijken van datavelden
Om de inhoud van een dataveld te bekijken toets [#] + veldadres. De inhoud wordt weergegeven,
maar er kan niets veranderd worden.
Problemen bij het betreden van datavelden
• Als een verkeerd adres wordt ingetoetst, zal het codebedienpaneel FC weergeven.
• Als verkeerde adresgegevens ingevoerd worden, zal het display niets weergeven.
• Druk in beide bovenstaande gevallen op [*] + juiste veld.
*94
*99
*91
*98
Programmeren van 'system-wide' datavelden
Waarden voor bepaalde velden zijn system-wide (globaal - gelden dus voor het hele systeem), en
sommige kunnen verschillen voor elke partitie (partitie-specifiek). Partitie-specifieke adressen
worden automatisch overgeslagen wanneer de globale adressen geprogrammeerd worden.
Indien het systeem maar één partitie heeft, worden de partitie-specifieke adressen niet
automatisch overgeslagen. Het programmeren van globale datavelden - partitie-specifieke
datavelden worden overgeslagen - gaat als volgt:
1. Treedt in de programmeerstand: installateurcode + 8 0 0 0.
2. Wanneer het programmeerscherm wordt weergegeven, toets dan bijvoorbeeld *00 om de
installateurcode te wijzigen. Toets vervolgens de nieuwe code in. Als een veld gevuld is geeft
het codebedienpaneel drie piepjes en geeft automatisch het volgende adres weer.
3. Toets, om specifieke velden te programmeren, [*] + 2-cijferige veldnummer, en voer de juiste
gegevens in. Als het aantal in te voeren cijfers minder is dan het toegestane maximum
(bijvoorbeeld i.g.v. een telefoonnummer), geeft het display het laatst ingetoetste cijfer weer en
wacht. Toets in zo'n geval [*], al dan niet gevolgd door een dataveld, om verder te gaan.
4. Om naar het volgende blok velden te gaan, toets *94.
COMMANDO'S VOOR DATAVELD PROGRAMMERING
Volgende blok met velden
Vorige blok, of uit programmeerstand treden zonder installateurs lock-out
Selecteer partitie voor programmeren van partitie-specifieke adressen
Uit programmeerstand treden met installateurs lock-out
Om naar het vorige blok te gaan, toets *99.
Eerste blok datavelden
(*00-*90)
Tweede blok datavelden
(1*01-1*76)
Derde blok datavelden
(2*00-2*24)
Toets *94 om naar blok 3 te gaan:
- 55 -