Inhoudsopgave
Advertenties
8
Draadloze zone-uitbreidingen
Dit hoofdstuk behandelt het volgende:
• Algemene eigenschappen van draadloze zones
• Beschikbare draadloze systemen
• Installeren van de RF zender/ontvanger (5882EU)
• Installeren van de draadloze zenders (5800EU-serie)
• Controleprocedures voor draadloze zones
Algemene eigenschappen van draadloze zones
• Supervisie door centrale; door het wachten op check-in signalen (behalve bij bepaalde 'non-
supervised' zenders.)
• Individueel adresseerbaar op één van de 8 partities.
Beschikbare draadloze systemen
De VISTA-120NL ondersteunt draadloze zones, die toegevoegd kunnen worden aan standaard
bedrade en/of Polling Loop zones.
Tranceiver*
5882EU
*Tranceiver = zend/ontvangstmodule
De werking en bewaking van draadloze systemen
• De ontvanger reageert op status en alarm signalen van draadloze zenders (433.92 Mhz i.g.v.
5800EU-serie) die binnen een afstand geplaatst zijn van 60m, en geeft deze informatie door
aan de centrale.
• Elke bewaakte zender zendt elke 50-60 minuten (70-90 minuten voor niet-EU-series) een
supervisory-signaal naar de ontvanger. Indien, na een ingesteld interval (standaard 24 uur),
de ontvanger niets van een specifieke zender heeft ontvangen, zal het woord CHECK of
FOUT verschijnen op het bijbehorende codebedienpaneel, samen met het zone-nummer in
kwestie. Deze foutmelding zal niet verhinderen om het alarmsysteem in te schakelen, zolang
deze zone eerst wordt overbrugd.
• Indien, na een ingesteld interval, de ontvanger van geen van zijn zenders iets heeft gehoord,
zal een CHECK of FOUT -bericht weergegeven worden voor de zones 988 (2
990 (1
indicatie zijn, dat de draadloze ontvanger niet in staat is om signalen te ontvangen. Dezelfde
indicatie wordt verschaft als de ontvanger detecteert dat deze gestoord wordt door een RF-
bron die 30 seconden aanwezig is binnen een interval van 60 seconden.
• De centrale controleert de ontvanger ongeveer elke 45 seconden. Indien de centrale het
contact met de ontvanger is verloren, zal een CHECK of FOUT -bericht weergegeven worden
voor het zone-nummer van de ontvanger (8xx, waarbij xx = adres van de ontvanger) als zone
05 is aangewezen aan deze 'supervisory' zones. Dit kan een indicatie zijn, dat de bedrading
naar de ontvanger niet goed is, of dat de DIP switch-instelling niet gelijk is met het adres dat
aan de ontvanger was toegekend in de Module-programmeerstand van de centrale.
• Twee identieke ontvangers kunnen gebruikt worden om een groter gebied te af te dekken, of
om extra beveiliging te creëren.
• Elke zone tussen 1-128 kan gebruikt worden als een 5800EU series draadloze zone, met
uitzondering van zone 64 (gereserveerd voor een draadloos codebedienpaneel).
5800EU-serie
Zones
tot max. 128
e
ontvanger), als zone 05 is aangewezen aan deze 'supervisory' zones. Dit kan een
e
ontvanger) of
- 29 -
Advertenties
Inhoudsopgave
