1. Zo nodig stof- en spatwaterbescherming verwijderen.
2. Afdichting van het Docking Station op vervuiling inspecteren, zo nodig reinigen.
3. Aan de binnenzijde de excenterschroeven controleren.
De schroeven moeten zich in vergrendelde positie bevinden, waarbij de
excenteropening naar boven wijst.
4. Zo nodig de excenterschroeven met 5-mm-inbussleutel (zonder kogelkop)
corrigeren.
5.1.2
Meeteenheid met Docking Station verbinden
AANWIJZING
Binnendringen van vocht
Wordt de meeteenheid niet tegen het Docking Station afgedicht, kan vocht
binnendringen en het gasmeetinstrument beschadigen.
► Ervoor zorgen dat de meeteenheid correct in het Docking Station zit.
1. Meeteenheid horizontaal in het Docking Station schuiven en omlaag brengen.
De voorkant van de meeteenheid sluit af tegen het Docking Station. Aan de
2. Excenterschroeven met 5-mm-inbussleutel (zonder kogelkop) met de wijzers
van de klok mee (rechtsom) richting
De spleet tussen Docking Station en meeteenheid wordt gesloten.
De meeteenheid is vergrendeld
|
Gebruiksaanwijzing
bovenzijde tussen Docking Station en meeteenheid resteert een spleet van
ca. 3 mm (0,12").
Dräger Polytron 7000
Montage en inbedrijfstelling
ca. 180° draaien.
19