Hint
Dit apparaat maakt een beelddatabasebestand aan op een geheugenkaart voor het opnemen en
weergeven van beelden. Een beeld dat niet is geregistreerd in het beelddatabasebestand wordt
mogelijk niet goed weergegeven. Om beelden weer te geven die zijn opgenomen op andere
apparaten, registreert u die beelden in het beelddatabasebestand via MENU →
[Beeld-DB herstellen].
Als u de beelden weergeeft onmiddellijk na ononderbroken opnemen, kan de monitor een pictogram
afbeelden dat aangeeft dat gegevens worden geschreven/het aantal beelden aangeeft dat nog moet
worden geschreven. Tijdens het schrijven zijn sommige functies niet beschikbaar.
[161] Weergeven
Een beeld vergroten dat wordt weergegeven
(weergavezoom)
U kunt het beeld dat wordt weergegeven vergroten. Gebruik deze functie om de scherpstelling
van het beeld te controleren.
Geef het beeld weer dat u wilt vergroten en druk daarna op de
1
Druk op de knop
U kunt de zoomvergroting ook veranderen door de achterste keuzeknop te draaien.
Door de voorste keuzeknop te draaien, kunt u veranderen naar het vorige of volgende
beeld met behoud van dezelfde zoomvergroting.
De weergave zal inzoomen op het deel van het beeld waarop de camera heeft
scherpgesteld tijdens het opnemen. Als de scherpstellingslocatie-informatie niet kan
worden verkregen, zal de camera inzoomen op het midden van het beeld.
Selecteer het gedeelte dat u wilt vergroten door op de boven-/onder-/linker-
2
/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken.
Druk op het midden van de vierrichtingsknop om de weergavezoom te verlaten.
3
Hint
U kunt ook een beeld dat wordt weergegeven vergroten met behulp van MENU.
Beelden weergeven
om de zoomvergroting in te stellen.
(Instellingen) →
knop.