Pagina 1
α99II ILCA-99M2 Digitale camera met verwisselbare lens Namen van onderdelen/Pictogrammen en indicators Namen van de onderdelen Vooraanzicht [1] Achteraanzicht [2] Bovenkant [3] Zijkanten [4] Onderkant [5] Basisbedieningen De vierrichtingsknop gebruiken [6] De multi-selector voorop gebruiken [7] MENU-onderdelen gebruiken [8] De Fn (Functie)-knop gebruiken [9] Het Quick Navi-scherm gebruiken [10] Het toetsenbord gebruiken [11] Pictogrammen en indicators...
Pagina 2
De accu plaatsen/verwijderen [18] Gebruiksduur van de accu en aantal opneembare beelden [19] Opmerkingen over de accu [20] Een geheugenkaart plaatsen (los verkrijgbaar) Een geheugenkaart plaatsen/verwijderen [21] Geheugenkaarten die kunnen worden gebruikt [22] Opmerkingen over geheugenkaarten [23] Beelden opnemen op twee geheugenkaarten Selecteren op welke geheugenkaart moet worden opgenomen (Select.
Pagina 3
Scherpstelstandaard [34] AF/MF-regeling [35] AF met sluiter (stilstaand beeld) [36] AF aan [37] AF op de ogen [38] AF-bereik regeling [39] AF-ber. reg. hulp (stilstaand beeld) [40] Centr. AF-vergrend. [41] Eye-Start AF (stilstaand beeld) [42] AF-snelheid (stilstaand beeld) [43] Gevoel. AF-volg. (stilstaand beeld) [44] Voork.-inst.
Pagina 5
Belichtingsfuncties/lichtmeetfuncties instellen Belicht.comp. [90] Draaiknop Ev-comp. [91] Belichtingsinst.gids [92] Belichtingsstap [93] Lichtmeetfunctie [94] Spotmeterpunt [95] AE-vergrendeling [96] AEL met sluiter (stilstaand beeld) [97] Bel.stndrdaanp. [98] Bel.comp.inst. [99] Zebra [100] Helderheid en contrast corrigeren D.-bereikopt. (DRO) [101] Auto HDR [102] De ISO-gevoeligheid selecteren ISO [103] ISO AUTO min.
Pagina 6
Een effectfunctie selecteren Creatieve stijl [112] Foto-effect [113] Kleurenruimte (stilstaand beeld) [114] Sluiterinstellingen Anti-flicker-opn. (stilstaand beeld) [115] Opn. zonder lens [116] Opn. zonder geh.krt. [117] e-sluitergordijn voor [118] Wazige beelden verminderen SteadyShot [119] SteadyShot-instell. [120] Lenscompensatie Lenscompensatie: Schaduwcompensat. [121] Lenscompensatie: Chro. afw.compens. [122] Lenscompensatie: Vervorm.compensat.
Pagina 7
De flitser (los verkrijgbaar) gebruiken [130] Rode ogen verm. [131] Flitsfunctie [132] Flitscompensatie [133] FEL-vergrendeling [134] Flitsregeling [135] Opnemen met een draadloze flitser [136] Een flitser gebruiken met een synchro-aansluitkabel [137] Bewegende beelden opnemen Bewegende beelden opnemen [138] Formaten voor het opnemen van bewegende beelden [139] Bestandsindeling (bewegende beelden) [140] Opname-instell.
Pagina 8
Markering-instell. (bewegende beelden) [157] 4K-uitvoer select. (bewegende beelden) [158] Videolampmodus [159] Weergeven Beelden weergeven Stilstaande beelden weergeven [160] Een beeld vergroten dat wordt weergegeven (weergavezoom) [161] Opgenomen beelden automatisch draaien (Weergave-rotatie) [162] Een beeld draaien (Roteren) [163] Vergro init. vrgro% [164] Vergro.
Pagina 9
Meerdere geselecteerde beelden tegelijk wissen (Wissen) [178] Wisbevestiging [179] Beelden bekijken op een televisie Beelden weergeven op een televisie met behulp van een HDMI-kabel [180] De camera aan uw wensen aanpassen Veelgebruikte functies registreren Geheugen (Camera- instellingen1/Camera- instellingen2) [181] Geselecteerde functies toewijzen aan een knop Eigen toets(opname)/Eigen toets(WG) [182] Instell.
Pagina 11
Datum/tijd instellen [223] Tijdzone instellen [224] Copyrightinformatie [225] Versie [226] Certificatielogo (alleen voor sommige modellen) [227] Demomodus [228] De camera terugstellen op de standaardinstellingen Instelling herstellen [229] Draadloze functies gebruiken Dit apparaat aansluiten op een smartphone PlayMemories Mobile [230] De camera bedienen met behulp van een Android-smartphone (NFC One-touch remote) [231] De camera bedienen met behulp van een Android-smartphone (QR code) [232] De camera bedienen met behulp van een Android-smartphone (SSID) [233]...
Pagina 12
Inst. loc.gegev.link [240] De instellingen voor een draadloze verbinding veranderen Vliegtuig-stand [241] Wi-Fi-instellingen: WPS-Push [242] Wi-Fi-instellingen: Toegangspunt instel. [243] Naam Appar. Bew. [244] Wi-Fi-instellingen: MAC-adres weergvn [245] Wi-Fi-instellingen: SSID/WW terugst. [246] Netw.instell. terugst. [247] Een computer gebruiken Aanbevolen computeromgeving [248] Softwareprogramma's voor Mac-computers [249] Beelden importeren voor gebruik op een computer PlayMemories Home [250]...
Pagina 13
Een disc selecteren die moet worden aangemaakt [259] Een Blu-ray-disc maken van bewegende beelden in high-definition (HD)- beeldkwaliteit [260] Een dvd-disc (AVCHD-opnamedisc) maken van bewegende beelden in high- definition (HD)-beeldkwaliteit [261] Een dvd-disc maken van bewegende beelden in standard-definition (SD)- beeldkwaliteit [262] Lijst met menu-onderdelen MENU-onderdelen gebruiken [263]...
Pagina 14
Selecteerb. AF-geb. [285] AF-systeem [286] Flexibel punt-punten [287] AF-hulplicht (stilstaand beeld) [288] Centr. AF-vergrend. [289] AF-snelheid (stilstaand beeld) [290] Gevoel. AF-volg. (stilstaand beeld) [291] AF met sluiter (stilstaand beeld) [292] Eye-Start AF (stilstaand beeld) [293] AF-ber. reg. hulp (stilstaand beeld) [294] Auto Uitsch.
Pagina 17
Meerdere geselecteerde beelden tegelijk wissen (Wissen) [377] Omschakelen tussen stilstaande beelden en bewegende beelden (Weergavefunctie) [378] Beelden weergeven op het indexweergavescherm (Beeldindex) [379] Opgenomen beelden automatisch draaien (Weergave-rotatie) [380] Selecteren welke geheugenkaart moet worden weergegeven (Select. afspeelmedia) [381] Beelden kopiëren van de ene geheugenkaart naar de andere (Kopiëren) [382] Beelden weergeven in een diavoorstelling (Diavoorstelling) [383] Een beeld draaien (Roteren) [384] Een beeld vergroten dat wordt weergegeven (weergavezoom) [385]...
Pagina 19
Reiniging [434] De beeldsensor reinigen Reinigen [435] Aantal opneembare beelden [436] Opnameduur van bewegende beelden [437] De netspanningsadapter/acculader in het buitenland gebruiken [438] AVCHD-formaat [439] Licentie [440] Technische gegevens [441] Handelsmerken [442] Lijst met waarden van standaardinstellingen [443] In geval van problemen Problemen oplossen [444] Waarschuwingsberichten [445] [1] Namen van onderdelen/Pictogrammen en indicators...
Pagina 20
Ontspanknop ON/OFF (Aan/Uit)-schakelaar Voorste keuzeknop U kunt de instellingen voor elke opnamefunctie snel veranderen. Afstandsbedieningssensor/Zelfontspannerlamp Wi-Fi-antenne (ingebouwd) Opname-voorbeeldknop Vatting Contactpunten van de lens* Spiegel* Microfoon** Ontgrendelknop van de functiekeuzeknopvergrendeling Functiekeuzeknop C2-knop (customknop 2) Vattingmarkering Lensontgrendelingsknop Multi-selector voorop Klikschakelaar van multi-selector voorop Raak deze onderdelen niet rechtstreeks aan.
Pagina 21
Oogsensor Oogkap voor oculair De oogkap voor oculair verwijderen Pak de oogkap voor oculair aan de linker- en rechterkant vast en til hem op. Verwijder de oogkap voor oculair wanneer u een accessoire (los verkrijgbaar) bevestigt op de multi-interfaceschoen. Verwijder de oogkap voor oculair wanneer u een haakse zoeker (los verkrijgbaar) bevestigt.
Pagina 22
Voor opnemen: AF/MF-knop Voor weergeven: (vergroot-)knop Achterste keuzeknop U kunt de instellingen voor elke opnamefunctie snel veranderen. Vierrichtingsknop/Middenknop DISP (weergave-instelling)-knop Toegangslamp Voor opnemen: Fn (Functie)-knop Voor weergeven: (Naar smartph verznd-)knop U kunt het scherm gedurende [Naar smartph verznd] afbeelden door op deze knop te drukken.
Pagina 23
Voor meer informatie over accessoires die compatibel zijn met de multi-interfaceschoen, gaat u naar de Sony- website, of neemt u contact op met uw Sony-dealer of de plaatselijke, erkende technische dienst van Sony. Accessoires voor de accessoireschoen kunnen ook worden gebruikt. De werking van accessoires van andere fabrikanten kan niet worden gegarandeerd.
Pagina 24
(flitssynchronisatie-)aansluiting Luidspreker REMOTE-aansluiting Wanneer u de afstandsbediening (los verkrijgbaar) aansluit op de camera, steekt u de stekker van de afstandsbediening in de REMOTE-aansluiting, waarbij u de geleider van de stekker uitlijnt met de geleider van de REMOTE-aansluiting. Zorg ervoor dat het snoer van de afstandsbediening naar voren wijst.
Pagina 25
Bevestigingsogen voor de schouderriem Bevestig beide uiteinden van de riem aan de camera. (N-markering) Deze markering geeft het aanraakpunt aan voor het verbinden van de camera met een NFC-compatibele smartphone. NFC (Near Field Communication) is een internationale norm voor draadloze communicatie over een korte afstand.
Pagina 26
Voor informatie over compatibele accessoires voor de Multi/Micro USB-aansluiting, gaat u naar de Sony-website, of neemt u contact op met uw Sony-dealer of het plaatselijke, erkende Sony-servicecentrum. [5] Namen van onderdelen/Pictogrammen en indicators Namen van de onderdelen Onderkant Accuvak Accudeksel Schroefgat voor statief Gebruik een statief met een schroef van minder dan 5,5 mm lang.
Pagina 27
richtingen worden verplaatst. Het item dat is geselecteerd met de vierrichtingsknop kan worden ingevoerd door op het midden van de vierrichtingsknop te drukken. Druk tijdens het weergeven van beelden op de linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop om het vorige of volgende beeld weer te geven. In de standaardinstellingen is [Scherpstelstandaard] toegewezen aan het midden van de vierrichtingsknop.
Pagina 28
Functies die kunnen worden toegewezen Scherpstelfunctie Scherpstelgebied Sel. scherpstelgeb. Sluitertijd Diafragma Belicht.comp. Lichtmeetfunctie Witbalans Creatieve stijl Foto-effect Audio opnam.niveau (alleen in de bewegend-beeldopnamefunctie) Hint U kunt de klikweerstand van de multi-selector voorop veranderen met de klikschakelaar. Door de klikschakelaar op "OFF" in te stellen, kunt u de instelling geluidloos veranderen tijdens het opnemen van bewegende beelden.
Pagina 29
Selecteer de gewenste instelling die u wilt veranderen door op de boven-/onder- /linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken, en druk daarna op het midden van de vierrichtingsknop. Selecteer een pictogram bovenaan het scherm en druk op de linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop om naar een andere MENU-categorie te gaan. Selecteer de gewenste waarde van de instelling en druk op het midden om uw selectie te bevestigen.
Pagina 30
schermweergavefunctie dan [Voor zoeker] weer te geven, en druk daarna op de Fn (Functie)-knop. Bij gebruik van de zoeker is deze procedure niet nodig. Selecteer een functie om in te stellen door op de boven-/onder-/linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Selecteer de gewenste instelling door de voorste keuzeknop te draaien, en druk daarna op het midden van de vierrichtingsknop.
Pagina 31
bedieningsgids (A) om de instellingen te maken. [10] Namen van onderdelen/Pictogrammen en indicators Basisbedieningen Het Quick Navi-scherm gebruiken Het Quick Navi-scherm is een functie die is geoptimaliseerd voor opnemen met de zoeker en waarop u rechtstreeks instellingen kunt maken. MENU → (Camera- instellingen2) →...
Pagina 32
Selecteer een functie om in te stellen door op de boven-/onder-/linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Selecteer de gewenste instelling door de voorste keuzeknop te draaien. Sommige functies kunnen worden fijngeregeld met behulp van de achterste keuzeknop. Instellingen maken op de specifieke instelschermen Selecteer de gewenste functie in stap 4, en druk daarna op het midden van de vierrichtingsknop.
Pagina 33
Het toetsenbord gebruiken Wanneer het handmatig invoeren van tekens is vereist, wordt een toetsenbord afgebeeld op het scherm. Verplaats de cursor naar de gewenste toets met behulp van de vierrichtingsknop, en druk daarna op het midden om in te voeren. Invoervak De tekens die u invoert worden afgebeeld.
Pagina 34
Lijst van pictogrammen op de monitor De afgebeelde inhoud en de posities in de afbeelding ervan dienen slechts als richtlijn en kunnen verschillen van de daadwerkelijke weergave. Monitorfunctie Zoekerfunctie Functie [Slim automatisch] P/A/S/M/panorama door beweging Voor weergeven Basisinformatiedisplay...
Pagina 35
Histogramweergave P P* A S M Opnamefunctie Registernummer Pictogram van scèneherkenning NO CARD Geheugenkaart/Uploaden Resterend aantal opneembare beelden Beeldverhouding van stilstaande beelden 42M / 36M / 18M / 15M / 11M / 8.9M / 4.5M / 3.8M Beeldformaat van stilstaande beelden Beeldkwaliteit van stilstaande beelden Frames per seconde van bewegende beelden Opname-instelling van bewegende beelden...
Pagina 36
Resterende acculading Waarschuwing voor resterende acculading Flitser bezig op te laden APS-C/Super 35mm Instelling effect uit NFC actief Vliegtuig-stand Flikkeren gedetecteerd Geen audio-opname van bewegende beelden Windgeluidonderdrukking SteadyShot aan/uit, Camerabeweging-indicator SteadyS.brndptsafst. /Camerabeweging-indicator Verkrijgen van locatie-informatie/Locatie-informatie kan niet worden verkregen Waarschuwing voor oververhitting Databasebestand vol/Databasebestandsfout Slimme zoom/ Held.
Pagina 37
Dubbele video-OPN PC-afstandsbediening Heldere controle Schrijven van copyrightinformatie Gamma-weerg.hulp 120fps 60fps 30fps 15fps 8fps 4fps 100fps 50fps 25fps 12fps 6fps 3fps 2fps 1fps Beeldfrequentie voor vertraagd/versneld opnemen Gegevens schrijven/Aantal beelden dat nog moet worden geschreven Transportfunctie Flitsfunctie/Rode-ogeneffectvermindering ±0.0 Flitscompensatie Scherpstellingsfunctie Scherpstelgebied Lichtmeetfunctie 35mm...
Pagina 38
Select. opn.media AF-vergrendeling Gidsweergave voor AF-vergrendeling met middenknop Bracket-indicator Belichtingscompensatie/Gemeten-handmatig STBY Standby voor het opnemen van bewegende beelden REC 1:00:12 Daadwerkelijke opnameduur van bewegende beelden (uren:minuten:seconden) Scherpstellingsindicator 1/250 Sluitertijd F3.5 F-getal ISO400 ISO AUTO ISO-gevoeligheid Belichtingsinstellingengids AE-vergrendeling/FEL-vergrendeling Sluitertijdbalk Diafragma-indicatie Histogram Locatie-informatie 90°44′55″N 233°44′55″W...
Pagina 39
Foto-effectfout 2016-1-1 10:37AM Opnamedatum Bestandsnummer/Aantal beelden in de weergavefunctie REC-bediening Spot-lichtmeetveld Intell. teleconverter 00:00:00:00 Tijdcode (uren:minuten:seconden:frames) 00 00 00 00 Gebruikersbit [13] Namen van onderdelen/Pictogrammen en indicators Pictogrammen en indicators Indicators op het display U kunt sluitertijd en diafragma, belichtingscompensatie, flitscompensatie, ISO, witbalans, transportfunctie, enz.
Pagina 40
ISO-gevoeligheid Witbalans Transportfunctie/Afstandsbediening Beeldkwaliteit Resterende acculading Resterend aantal opneembare beelden* Zelfs als het aantal opneembare beelden hoger is dan 9.999 beelden, zal "9999" worden afgebeeld op het display. De achtergrondverlichting van het display inschakelen Druk op de (displayverlichtings-)knop (A) bovenop de camera. Als u nogmaals op de knop drukt, wordt de achtergrondverlichting van het display uitgeschakeld.
Pagina 41
[14] Namen van onderdelen/Pictogrammen en indicators Pictogrammen en indicators De schermweergave veranderen (tijdens opname/tijdens weergave) U kunt de afgebeelde inhoud op het scherm veranderen. Druk op de DISP (weergave-instelling)-knop. Om de informatie die in de zoeker wordt afgebeeld te veranderen, drukt u op de DISP- knop terwijl u in de zoeker kijkt.
Pagina 42
Tijdens weergeven (monitor/zoeker) Scherminformatie → Histogram → Geen info → Scherminformatie Als er fouten door schittering of zwarte punten in het beeld zitten, knippert het betreffende gedeelte in de histogramweergave (waarschuwing voor fouten door schittering/zwarte punten). De instellingen voor weergeven worden ook toegepast in [Autom.weergave]. Histogramweergave Een histogram toont de luminantieverdeling waarin het aantal pixels per luminantieniveau wordt getoond.
Pagina 43
Opmerking Het zoekerscherm en het monitorscherm voor opnemen kunnen afzonderlijk worden ingesteld. Kijk door de zoeker om de weergave-instellingen voor de zoeker in te stellen. [Histogram] wordt niet afgebeeld tijdens het opnemen van panoramabeelden. De informatie in de histrogramweergave heeft geen betrekking op de uiteindelijke foto. Het is informatie over het beeld dat wordt weergegeven op het scherm.
Pagina 44
Geen info : Beeldt geen opname-informatie af. Histogram : Toont een grafische weergave van de luminantieverdeling. Niveau : Geeft aan of het apparaat horizontaal staat, zowel in de richting voor-achter (A) als in de richting links-rechts (B). Wanneer het apparaat in beide richtingen horizontaal staat, wordt de indicator groen.
Pagina 45
Netsnoer (1)* (bijgeleverd in bepaalde landen/gebieden) Mogelijk worden meerdere netsnoeren bij uw camera geleverd. Gebruik degene die geschikt is voor uw land/gebied. Oplaadbare accu NP-FM500H (1) Micro-USB-kabel (1) Schouderriem (1) Lensvattingdop (1) (bevestigd aan de camera) Accessoireschoenafdekking (1) (bevestigd aan de camera) Oogkap voor oculair (1) (bevestigd aan de camera) Gebruiksaanwijzing (1) Wi-Fi Connection/One-touch (NFC) Guide (1)
Pagina 46
Sluit de acculader aan op een stopcontact. Het aansluiten van de acculader kan verschillen afhankelijk van het land/gebied. Met een acculader die rechtstreeks kan worden aangesloten op het stopcontact Met een acculader waarvan het netsnoer moet worden aangesloten op het stopcontact CHARGE-oplaadlampje (oranje)
Pagina 47
Blijf de accu niet continu of herhaaldelijk opladen zonder hem te gebruiken als hij al (bijna) volledig is opgeladen. Als u dat doet kunnen de prestaties van de accu achteruitgaan. Gebruik uitsluitend originele accu's van Sony. [18] De camera voorbereiden...
Pagina 48
Gebruik de punt van de accu om tegen de vergrendelingshendel (A) te duwen en steek de accu er helemaal in tot deze wordt vergrendeld. Sluit het deksel. De accu verwijderen Schakel de camera uit en druk tegen de vergrendelingshendel (A), en verwijder daarna de accu.
Pagina 49
De gebruiksduur van de accu en het aantal opneembare beelden is gebaseerd op opnemen onder de volgende omstandigheden: Bij gebruik van de accu bij een omgevingstemperatuur van 25 °C Bij gebruik van een 28-75mm F2.8 SAM-lens (los verkrijgbaar) Bij gebruik van een Sony SDXC-geheugenkaart van UHS-snelheidsklasse 3 ( ) (los verkrijgbaar) [Helderheid zoeker]: [Handmatig][±0] [Monitor-helderheid]: [Handmatig][±0]...
Pagina 50
Opmerkingen over het gebruik van de accu Verzeker u ervan dat uitsluitend accu's worden gebruikt die zijn gespecificeerd voor dit apparaat. De juiste resterende-acculadingindicator wordt mogelijk niet afgebeeld onder bepaalde bedrijfs- of omgevingsomstandigheden. Laat de accu niet nat worden. De accu is niet bestand tegen water. Laat de accu niet liggen op zeer warme plaatsen, zoals in een voertuig of in direct zonlicht.
Pagina 51
Bij lage temperaturen presteert de accu minder goed. Dus in de kou is de bedrijfstijd van de accu korter. U kunt ervoor zorgen dat de accu langer zijn werk doet, door deze in een zak van uw kleding dicht op uw lichaam op te warmen en in het apparaat te plaatsen kort voordat u opnamen gaat maken.
Pagina 52
Plaats de geheugenkaart in de gleuf 1. Bij gebruik van twee geheugenkaarten, plaatst u de tweede in gleuf 2. Met de afgeschuinde hoek in de afgebeelde richting, steekt u de geheugenkaart in de gleuf tot hij op zijn plaats vastklikt. Steek de geheugenkaart correct in de gleuf. Als u dit niet doet, kan een storing worden veroorzaakt.
Pagina 53
[22] De camera voorbereiden Een geheugenkaart plaatsen (los verkrijgbaar) Geheugenkaarten die kunnen worden gebruikt U kunt de volgende geheugenkaarten in deze camera gebruiken. De markering geeft aan dat deze geheugenkaarten kunnen worden gebruikt voor het opnemen van stilstaande beelden en bewegende beelden. Als u een Memory Stick Micro of microSD-geheugenkaart in deze camera gebruikt, vergeet u niet de geschikte adapter te gebruiken.
Pagina 54
geheugenkaart Bewegende beelden kunnen niet worden opgenomen met 100 Mbps of meer. SD-snelheidsklasse 4 ( ) of sneller, of UHS-snelheidsklasse U1 ( ) of sneller SD-snelheidsklasse 10 ( ), of UHS-snelheidsklasse U1 ( ) of sneller Bij opnemen met 100 Mbps of hoger, is UHS-snelheidsklasse U3 ( ) vereist.
Pagina 55
exFAT indien aangesloten met behulp van een micro-USB-kabel. Controleer of het apparaat compatibel is met exFAT voordat u het aansluit op de camera. Als u uw camera op een incompatibel apparaat aansluit, zult u misschien worden gevraagd de kaart te formatteren. Formatteer de kaart nooit als reactie op deze melding, omdat alle gegevens op de kaart zullen worden gewist, als u dat doet.
Pagina 56
[24] De camera voorbereiden Beelden opnemen op twee geheugenkaarten Selecteren op welke geheugenkaart moet worden opgenomen (Select. opn.media) Selecteert de geheugenkaartgleuf waarop moet worden opgenomen. [Slot 1] is de standaardinstelling. Als u niet van plan bent de instellingen te veranderen, en slechts één geheugenkaart gaat gebruiken, gebruikt u gleuf 1.
Pagina 57
Alvorens op te nemen, haalt u de lensdop op de voorkant van de lens eraf. Bevestig de lens door de twee oranje uitlijnmarkeringen (vattingmarkeringen) op de lens en de camera met elkaar uit te lijnen. Houd de camera vast met de lensvatting omlaag gericht om te voorkomen dat stof en vuil in de camera kunnen binnendringen.
Pagina 58
Let erop dat u tijdens het bevestigen de lens recht houdt. De lens verwijderen Houd de lensontgrendelingsknop (A) ingedrukt en draai de lens in de richting van de pijl tot hij stopt. Nadat de lens is verwijderd, plaatst u de lensvattingdop op de camera en de lensdoppen op de voor- en achterkant van de lens om te voorkomen dat stof en vuil in de camera en lens kunnen binnendringen.
Pagina 59
Lijn de vorm van het bevestigingsdeel van de lenskap en de lenskop met elkaar uit, en draai de lenskap rechtsom tot deze vastklikt. Opmerking Bevestig de lenskap goed op het apparaat. Anders heeft de lenskap mogelijk geen effect of kan gedeeltelijk worden gereflecteerd in het beeld.
Pagina 60
standaardinstellingen, of wanneer de ingebouwde, oplaadbare reservebatterij volledig leeg is. Schakel de camera in. Het instelscherm voor de taal wordt afgebeeld en daarna wordt het instelscherm voor de datum en de tijd afgebeeld. Selecteer uw taal en druk daarna op het midden van de vierrichtingsknop. Controleer of [Enter] is geselecteerd op het scherm, en druk daarna op het midden.
Pagina 61
Om de datum en tijd of de geografische locatie opnieuw in te stellen nadat de datum en tijd eerder zijn ingesteld, selecteert u MENU → (Instellingen) → [Datum/tijd instellen] of [Tijdzone instellen]. Opmerking Als het instellen van de datum en de tijd tussentijds wordt geannuleerd, wordt het instelscherm voor de datum en tijd elke keer afgebeeld nadat de camera is ingeschakeld.
Pagina 62
Draai de functiekeuzeknop terwijl u de ontgrendelknop van de functiekeuzeknopvergrendeling in het midden van de functiekeuzeknop ingedrukt houdt. Stel de hoek van de monitor in en houd de camera vast. Of kijk door de zoeker en houd camera vast. Als een zoomlens is bevestigd, vergroot u beelden door de zoomring te draaien. Druk de ontspanknop tot halverwege in om scherp te stellen.
Pagina 63
MENU → (Camera- instellingen1) → [Scherpstelfunctie] → [Enkelvoudige AF] of [Automatische AF]. Plaats het onderwerp binnen het AF-gebied en druk de ontspanknop tot halverwege in. De scherpstelling is vergrendeld. Als het moeilijk is om scherp te stellen op het gewenste onderwerp, stelt u [Scherpstelgebied] in op [Midden] of [Flexibel punt].
Pagina 64
Selecteert de scherpstelmethode die geschikt is voor de beweging van het onderwerp. De manier van omschakelen van de scherpstellingsfunctie is afhankelijk van de bevestigde lens. Als de lens een scherpstellingsfunctie-keuzeknop heeft, zet u deze in de stand "AF" of "MF". Met een SSM-lens of een SAM-lens die DMF (directe handmatige scherpstelling)* ondersteunen, kunt u de scherpstellingsfunctie omschakelen naar elke functie, inclusief de automatische scherpstellingsfunctie en de de handmatige...
Pagina 65
waardoor u sneller kunt scherpstellen op een onderwerp dan bij handmatig scherpstellen vanaf het begin. Dit is handig in situaties zoals macro-opname. (H. scherpst.): Stelt handmatig scherp. Als u niet kunt scherpstellen op het bedoelde onderwerp met behulp van de automatische scherpstelling, gebruikt u de handmatige scherpstelling. Scherpstellingsindicator (brandt): Het onderwerp is scherpgesteld en de scherpstelling is vergrendeld.
Pagina 66
aangestuurd door een scherpstellingsvlak-fasedetectie-AF-sensor en een specifieke fasedetectie-AF-sensor. Gebruik lenzen die het hybride fasedetectie-AF-systeem ondersteunen voor een breed gebied, hoge dichtheid, meerdere punten en hybride kruis-AF-punten* , die moeilijk te realiseren zijn met slechts een enkele, specifieke fasedetectie-AF-sensor. Bij hybride kruis-AF-punten werken de scherpstellingsvlak-fasedetectie-AF-sensor en een specifieke fasedetectie- AF-sensor samen.
Pagina 67
Scherpstellingspunten voor kruisdetectie realiseren hoge vastleggingsprestaties door horizontale detectiepunten en verticale detectiepunten te rangschikken in een kruislings patroon in hetzelfde scherpstelgebied. Het scherpstellingspunt in het midden is tevens uitgerust met een F2.8-gevoelige sensor die lenzen met een minimum-F-getal van 2.8 of lager ondersteunt. Gebied van de automatische scherpstelling van de specifieke fasedetectie-AF-sensor De specifieke fasedetectie-AF-sensor met 79 scherpstellingspunten wordt gebruikt voor...
Pagina 68
Ononderbroken opnemen met een hoge diafragmawaarde [33] Opnemen Automatische scherpstelling Scherpstelgebied Selecteert het scherpstelgebied. Gebruik deze functie wanneer het moeilijk is goed scherp te stellen in de automatische scherpstellingsfunctie. MENU → (Camera- instellingen1) → [Scherpstelgebied] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Breed : Stelt automatisch scherp op een onderwerp dat de volle breedte van het scherm beslaat.
Pagina 69
inclusief het scherpstellingsvlak-fasedetectie-AF-gebied, beschikbaar (A). Wanneer het hybride fasedetectie-AF-systeem niet is ingeschakeld, is het specifieke fasedetectie-AF-gebied beschikbaar (B). Schematisch overzicht Het grijze gebied is het beschikbare scherpstelgebied. Wanneer [Zone] is geselecteerd, is het scherpstelgebied onderverdeeld in 15 zones in geval van (A), of in 9 zones in geval van (B).
Pagina 70
Als u [Scherpstelstandaard] toewijst aan de gewenste customknop, kunt u nuttige functies oproepen, zoals automatisch scherpstellen op het onderwerp in het midden van het scherm, enz., overeenkomstig de instellingen voor het scherpstelgebied. MENU → (Camera- instellingen2) → [Eigen toets(opname)] → gewenste knop, en wijs daarna de functie [Scherpstelstandaard] toe aan de knop.
Pagina 71
Tijdens automatisch scherpstellen: Schakelt tijdelijk de scherpstellingsfunctie om naar handmatig. Stel scherp door de scherpstelring (A) te draaien terwijl u de AF/MF-knop ingedrukt houdt. Bij andere SAM-lenzen dan SAL18135 (per introductiedatum van deze camera), kan de scherpstelring niet worden gedraaid. Tijdens handmatig scherpstellen: Schakelt de scherpstellingsfunctie tijdelijk om naar automatisch terwijl de AF/MF-knop ingedrukt wordt gehouden en vergrendelt de scherpstelling.
Pagina 72
aan] en [Scherpst. vergroten] toe aan de gewenste knoppen. Stel [ Eye-Start AF] in op [Uit] om te voorkomen dat automatisch wordt scherpgesteld wanneer u door de zoeker kijkt. Druk op de knop waaraan de functie [AF aan] is toegewezen. Druk op de knop waaraan de functie [Scherpst.
Pagina 73
MENU → (Camera- instellingen2) → [Eigen toets(opname)] → gewenste knop, en wijs daarna de functie [AF op de ogen] toe aan de knop. Richt de camera op iemands gezicht en druk op de knop waaraan u de functie [AF op de ogen] hebt toegewezen. Druk op de ontspanknop terwijl u de knop ingedrukt houdt.
Pagina 74
onderwerp zonder dat voorwerpen in de voorgrond en achtergrond dit verstoren. De functie [AF- bereik regeling] is in de standaardinstelling toegewezen aan de C1-knop (customknop 1). Druk op de C1-knop (customknop 1) (A). Stel de maximale opnameafstand in met behulp van de voorste keuzeknop en stel de minimale opnameafstand in met behulp van de achterste keuzeknop.
Pagina 75
functie [AF-bereik regeling] van de camera niet tegelijkertijd gebruiken. Gebruik de functie van de lens of van de camera. Als u een lens gebruikt die niet is uitgerust met een afstandscodeerder, wordt de opnameafstand niet afgebeeld. De waarde van de opnameafstand is een schatting. De ingestelde waarde van het AF-bereik, de waarde van de opnameafstand en het daadwerkelijke scherpstellingspunt kunnen iets verschillen.
Pagina 76
[41] Opnemen Automatische scherpstelling Centr. AF-vergrend. Wanneer u op het midden van de vierrichtingsknop drukt, detecteert de camera het onderwerp dat zich in het midden van het scherm bevindt, waarna de camera dat onderwerp blijft volgen. MENU → (Camera- instellingen1) → [Centr. AF-vergrend.] → [Aan]. Plaats het doelframe (A) rond het onderwerp en druk op het midden van de vierrichtingsknop.
Pagina 77
AF-vergrendeling werkt niet in de volgende situaties: [Panorama d. beweg.] Wanneer [Intell. teleconverter] wordt gebruikt. Tijdens opnemen in de handmatige scherpstellingsfunctie. Als [ Opname-instell.] is ingesteld op [120p]/[100p]. [42] Opnemen Automatische scherpstelling Eye-Start AF (stilstaand beeld) Stelt in of automatische scherpstelling wordt gebruikt of niet wanneer u door de elektronische zoeker kijkt.
Pagina 78
[44] Opnemen Automatische scherpstelling Gevoel. AF-volg. (stilstaand beeld) U kunt de AF-volggevoeligheid selecteren voor het geval het onderwerp onscherp wordt in de stilstaand-beeldopnamefunctie. MENU → (Camera- instellingen1) → [ Gevoel. AF-volg.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen 5(reactief) / 4 / 3(standaard) / 2 / 1(blijven volgen): Selecteer [5(reactief)] om te reageren op onderwerpen op verschillende afstanden.
Pagina 79
[46] Opnemen Automatische scherpstelling Voork.-inst. in AF-C Stelt in of de sluiter zelfs moet worden ontspannen als het onderwerp niet scherpgesteld is wanneer continu-AF is geactiveerd en het onderwerp beweegt. MENU → (Camera- instellingen1) → [Voork.-inst. in AF-C] → gewenste instelling.
Pagina 80
Opmerking U kunt [ AF-hulplicht] niet gebruiken in de volgende situaties: Tijdens het opnemen van bewegende beelden Panorama d. beweg. Wanneer [Scherpstelfunctie] is ingesteld op [Continue AF] of [Automatische AF] en het onderwerp beweegt (terwijl de scherpstellingsindicator wordt afgebeeld) Wanneer [Scherpst. vergroten] is geactiveerd. Bij scherpstellen op een ander scherpstelgebied dan dat van de specifieke fasedetectie-AF- sensor.
Pagina 81
Menu-onderdelen Aan: Beeldt het scherpstelgebied af. Uit: Beeldt het scherpstelgebied niet af. [50] Opnemen Automatische scherpstelling Selecteerb. AF-geb. Ondanks dat dit apparaat kan scherpstellen met behulp van maximaal 399 scherpstellingspunten, kunt u het aantal beschikbare scherpstellingspunten ook handmatig beperken. MENU → (Camera- instellingen1) →...
Pagina 82
Wij adviseren u de camera in te stellen op [Alleen kruistype-AF] in de volgende situaties: Wanneer u wilt voorkomen dat het aantal scherpstellingspunten automatisch verandert afhankelijk van de lens die u bevestigt Wanneer scherpstellen moeilijk is op de omliggende punten Wanneer u een scherpstelgebied snel wilt selecteren door het aantal beschikbare scherpstellingspunten te beperken Opmerking...
Pagina 83
15 punten: Gebruikt de beperkte 15 punten uit alle punten van de specifieke fasedetectie-AF-sensor. [52] Opnemen Automatische scherpstelling AF-microafst. Stelt u in staat om automatisch scherpgestelde posities aan te passen en te registreren voor elke lens. Voor algemeen gebruik hoeft u de automatisch scherpgestelde positie niet aan te passen met behulp van deze functie.
Pagina 84
Om de automatisch scherpgestelde positie aan te passen voor het specifieke fasedetectie-AF-gebied, stelt u de waarde in voor het middengebied. Als de aanpassing voor het middengebied niet noodzakelijk is, kunt u deze stap overslaan. Pas de waarden voor de hoekgebieden indien noodzakelijk aan. Stel de waarden voor de hoekgebieden in als een aanpassing van de automatisch scherpgestelde positie buiten de specifieke fasedetectie-AF noodzakelijk is.
Pagina 85
Voer [AF-microafst.] niet uit met een niet- ondersteunde lens. U kunt [AF-microafst.] niet afzonderlijk instellen voor een lens van Sony, Minolta of Konica-Minolta met dezelfde specificatie. [53] Opnemen...
Pagina 86
Opmerking Als de opnamefunctie is ingesteld op (Film/vertr.+versneld), ligt [AF-systeem] vast op [Enkel toeg. fase AF]. [54] Opnemen Handmatige scherpstelling H. scherpst. Als het moeilijk is goed scherp te stellen in de automatische scherpstellingsfunctie, kunt u handmatig scherpstellen. Zet de scherpstellingsfunctie-keuzeknop van de lens op "MF". Met een SSM-lens of een SAM-lens die DMF (directe handmatige scherpstelling)* ondersteunen, kunt u de scherpstellingsfunctie omschakelen naar de handmatige scherpstellingsfunctie door de camera te bedienen, zelfs wanneer de...
Pagina 87
Druk de ontspanknop helemaal in om een beeld op te nemen. Opmerking Wanneer u de zoeker gebruikt, stelt u het diopterniveau af om een goede scherpstelling van de zoeker te verkrijgen. [55] Opnemen Handmatige scherpstelling Directe handmatige scherpstelling (DMF) U kunt na het automatisch scherpstellen handmatig nauwkeurige aanpassingen maken waardoor u sneller kunt scherpstellen op een onderwerp dan bij handmatig scherpstellen vanaf het begin.
Pagina 88
[56] Opnemen Handmatige scherpstelling Scherpst. vergroten U kunt de scherpstelling controleren door het beeld te vergroten voordat u opneemt. MENU → (Camera- instellingen1) → [Scherpst. vergroten]. Druk op het midden van de vierrichtingsknop om het beeld te vergroten en selecteer het deel dat u wilt vergroten door op de boven-/onder-/linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken.
Pagina 89
[57] Opnemen Handmatige scherpstelling Schrpstelvergrot.tijd Stel in hoe lang een beeld moet worden vergroot bij gebruik van de functie [Scherpst. vergroten]. MENU → (Camera- instellingen1) → [Schrpstelvergrot.tijd] → gewenste instelling. Menu-onderdelen 2 sec.: Vergroot de beelden gedurende 2 seconden. 5 sec.: Vergroot de beelden gedurende 5 seconden.
Pagina 90
x5,1: Geeft een 5,1x vergroot beeld weer. [59] Opnemen Handmatige scherpstelling Reliëfniveau U kunt bij opnemen met handmatige scherpstelling of met directe handmatige scherpstelling de contouren van scherpgestelde bereiken benadrukken met behulp van een specifieke kleur. MENU → (Camera- instellingen1) → [Reliëfniveau] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Hoog: Stelt het reliëfniveau in op hoog.
Pagina 91
Menu-onderdelen Rood: Reliëf versterkt in rood. Geel: Reliëf versterkt in geel. Wit: Reliëf versterkt in wit. [61] Opnemen Een transportfunctie selecteren (Ononderbroken opnemen/Zelfontspanner) Transportfunctie Selecteer de geschikte functie voor het onderwerp, zoals enkele opname, ononderbroken opname of bracketopname. (Transportfunctie)-knop → selecteer de gewenste instelling. Druk op de U kunt ook de transportfunctie instellen door MENU →...
Pagina 92
instellingen voor witbalans, kleurtemperatuur en kleurfilter. Bracket DRO: Neemt in totaal drie beelden op, elk met een verschillend niveau van dynamisch- bereikoptimalisatie. [62] Opnemen Een transportfunctie selecteren (Ononderbroken opnemen/Zelfontspanner) Continue opname Neemt beelden ononderbroken op zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt. (Transportfunctie)-knop →...
Pagina 93
Automatische scherpstelling in ononderbroken opnemen Voor het eerste beeld van ononderbroken opnemen zijn alle scherpstellingspunten beschikbaar als de hybride fasedetectie-AF ingeschakeld is, en de specifieke fasedetectie-AF-punten zijn beschikbaar als de hybride fasedetectie-AF niet ingeschakeld is. De scherpstellingspunten die beschikbaar zijn voor het tweede en de daaropvolgende beelden die worden opgenomen, worden beschreven in de onderstaande tabel.
Pagina 94
Alle punten Specifieke fasedetectie-AF-sensorgebied Specifieke fasedetectie-AF-sensorgebied (61 punten) Hint Om de scherpstelling en belichting continu in te stellen tijdens ononderbroken opnemen, stelt u als volgt in: [Scherpstelfunctie]: [Continue AF] AEL met sluiter]: [Uit] of [Automatisch] Opmerking De opnamesnelheid tijdens ononderbroken opnemen wordt lager wanneer [ RAW-best.type] is ingesteld op [Ongecomprimeerd] in de functie [Continue opname: Hi+].
Pagina 95
[63] Opnemen Een transportfunctie selecteren (Ononderbroken opnemen/Zelfontspanner) Zelfontspanner Neemt een beeld op met behulp van de zelfontspanner nadat een bepaald aantal seconden zijn verstreken sinds op de ontspanknop is gedrukt. Gebruik de zelfontspanner met een vertraging van 5 seconden/10 seconden wanneer u zelf op de foto wilt staan, en gebruik de zelfontspanner met een vertraging van 2 seconden om camerabewegingen veroorzaakt door het drukken op de ontspanknop te verminderen.
Pagina 96
schakelen. Om de zelfontspanner te gebruiken in de bracketfunctie, selecteert u de bracketfunctie als de transportfunctie en selecteert u vervolgens MENU → (Camera- instellingen1) → [Bracket- instellingen] → [Zelfontsp. tdns brkt]. Opmerking De zelfontspanner is niet beschikbaar in de volgende situaties: De opnamefunctie is ingesteld op [Panorama d.
Pagina 97
Zelfontsp.(Cont.): 5 sec. 3 beeld. Zelfontsp.(Cont.): 5 sec. 5 beeld. Zelfontsp.(Cont.): 2 sec. 3 beeld. Zelfontsp.(Cont.): 2 sec. 5 beeld. Hint Druk nogmaals op de ontspanknop of druk op de knop (Transportfunctie) om het aftellen van de zelfontspanner te stoppen. Druk op de knop (Transportfunctie) en selecteer (Enkele opname) om de...
Pagina 98
Opmerking De laatste opname wordt weergegeven in Auto Review. Als [ISO AUTO] is geselecteerd in de functie [Handm. belichting], wordt de belichting verschoven door de ISO-waarde te veranderen. Als een andere instelling dan [ISO AUTO] is geselecteerd, wordt de belichting verschoven door de sluitertijd te veranderen. Als u de belichting opnieuw instelt, wordt de belichting verschoven op basis van de nieuw ingestelde belichtingswaarde.
Pagina 99
Menu-onderdelen Bijvoorbeeld, de camera neemt in totaal drie beelden achter elkaar op met een belichtingswaarde die verschoven is met plus of min 0,3 EV wanneer [Bracket enkel: 0,3EV 3 beelden] is geselecteerd. Opmerking Als [ISO AUTO] is geselecteerd in de functie [Handm. belichting], wordt de belichting verschoven door de ISO-waarde te veranderen.
Pagina 100
Omgevingslicht*-bracketopname (bovenste indicator) 3 beelden verschoven met stappen van 0,3 EV Belichtingscompensatie ±0,0 EV Flitser-bracketopname (onderste indicator) 3 beelden verschoven met stappen van 0,7 EV Flitscompensatie -1,0 EV Omgevingslicht: Een algemene term voor licht anders dan flitslicht, waaronder daglicht en elektrisch licht van een gloeilamp of tl-lamp.
Pagina 101
Menu-onderdelen Bracket witbalans: Lo: Neemt een serie van drie beelden op met kleine verschillen in de witbalans (binnen het bereik van 10MK Bracket witbalans: Hi: Neemt een serie van drie beelden op met grote verschillen in de witbalans (binnen het bereik van 20MK is de eenheid die het vermogen van kleurtemperatuur-conversiefilters aangeeft en geeft dezelfde waarde aan als "mired".
Pagina 102
Neemt een serie van drie beelden op met grote verschillen in het niveau van dynamisch- bereikoptimalisatie (Lv 1, Lv 3 en Lv 5). Opmerking De laatste opname wordt weergegeven in Auto Review. [70] Opnemen Een transportfunctie selecteren (Ononderbroken opnemen/Zelfontspanner) Bracket-instellingen U kunt de zelfontspanner in de bracketopnamefunctie, en de opnamevolgorde voor de belichting-bracketopname en witbalans-bracketopname instellen.
Pagina 103
Hoe groter het beeldformaat hoe meer details zullen worden gereproduceerd wanneer het beeld wordt afgedrukt op een groot formaat papier. Hoe kleiner het beeldformaat, hoe meer beelden kunnen worden opgenomen. MENU → (Camera- instellingen1) → [ Beeldformaat] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Als [ Beeldverhouding] is ingesteld op [3:2]...
Pagina 104
Geschikt voor standaardafdrukken. 16:9: Voor weergeven op een high-definition-tv. [73] Opnemen Het formaat/de kwaliteit van stilstaande beelden selecteren Kwaliteit (stilstaand beeld) MENU → (Camera- instellingen1) → [ Kwaliteit] → gewenste instelling. Menu-onderdelen RAW: Bestandsformaat: RAW In dit bestandsformaat wordt geen digitale bewerking toegepast. Selecteer dit formaat als u beelden op een computer wilt bewerken voor professionele doeleinden.
Pagina 105
zoals JPEG of TIFF, of de witbalans, de verzadiging en het contrast van het beeld aanpassen. U kunt de functies [Auto HDR] of [Foto-effect] niet toepassen op RAW-beelden . RAW-beelden die zijn opgenomen op deze camera hebben een resolutie van 14 bits per pixel.
Pagina 106
[75] Opnemen Het formaat/de kwaliteit van stilstaande beelden selecteren APS-C/Super 35mm Stelt in of stilstaande beelden worden opgenomen in een formaat gelijkwaardig aan het APS-C- formaat, en bewegende beelden in een formaat gelijkwaardig aan het Super 35mm-formaat. Als u [Aan] of [Automatisch] selecteert, kunt u een specifieke lens van APS-C-formaat gebruiken op dit apparaat.
Pagina 107
Wanneer [Panorama: richting] is ingesteld op [Naar boven] of [Naar beneden]. Standaard: 3872×2160 Breed: 5536×2160 Wanneer [Panorama: richting] is ingesteld op [Links] of [Rechts]. Standaard: 8192×1856 Breed: 12416×1856 [77] Opnemen Het formaat/de kwaliteit van stilstaande beelden selecteren Panorama: richting Stelt de richting in waarin de camera moet worden gepand bij het opnemen van panoramabeelden.
Pagina 108
Draai de functiekeuzeknop terwijl u de ontgrendelknop van de functiekeuzeknopvergrendeling in het midden van de functiekeuzeknop ingedrukt houdt. Beschikbare functies (Slim automatisch): Stelt u in staat op te nemen met automatische scèneherkenning. P (Autom. programma): Hiermee kunt u opnemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde (F-getal)).
Pagina 109
De opnamefunctie wordt ingesteld op (Slim automatisch). Richt de camera op het onderwerp. Nadat de camera de scène heeft herkend, wordt het pictogram van de herkende scène afgebeeld op het scherm. Stel scherp en fotografeer het onderwerp. Opmerking Het apparaat zal de scène niet herkennen wanneer u beelden opneemt met een andere zoomfunctie dan de optische-zoomfunctie.
Pagina 110
(Nachtportret) (Nachtscène) (Portret m. tegenlicht) (Tegenlichtopname) (Landschap) (Macro) (Spotlight) (Weinig licht) (Nachtscène met statief) Beeldbewerking [Langz.flitssync.]/[Daglichtsynchr.]/[Lange sluitert.] Opmerking Als [Gezichtsherkenning] is ingesteld op [Uit], worden de scènes [Portretopname], [Portret m. tegenlicht], [Nachtportret] en [Kind] niet herkend. [81] Opnemen Een opnamefunctie selecteren De voordelen van automatisch opnemen Deze camera is uitgerust met de functie [Slim automatisch].
Pagina 111
diafragmawaarde). U kunt opnamefuncties instellen, zoals [ISO]. Zet de functiekeuzeknop in de stand P (Autom. programma). U kunt de opnamefuncties instellen op de gewenste instellingen. Stel scherp en fotografeer het onderwerp. Programmaverschuiving Wanneer u geen flitser gebruikt, kunt u de combinatie van de sluitertijd en de diafragmawaarde (het F-getal) veranderen zonder de juiste belichting te veranderen die door de camera is ingesteld.
Pagina 112
Selecteer de gewenste waarde door de voorste/achterste keuzeknop te draaien. Kleinere F-waarde: Het onderwerp is scherpgesteld, maar voorwerpen voor en achter het onderwerp zijn wazig. Grotere F-waarde: Het onderwerp en de voor- en achtergrond zijn allemaal scherpgesteld. Als de diafragmawaarde die u hebt ingesteld niet geschikt is voor een juiste belichting, knippert de sluitertijd op het opnamescherm.
Pagina 113
diafragmawaarde op het opnamescherm. Als dit gebeurt, verandert u de sluitertijd. Stel scherp en fotografeer het onderwerp. Het diafragma wordt automatisch aangepast om tot een juiste belichting te komen. Hint Wanneer u een lange sluitertijd instelt, gebruikt u een statief om te voorkomen dat het beeld wazig wordt.
Pagina 114
Als [ISO] is ingesteld op [ISO AUTO], knippert de ISO-waarde op het scherm als de ISO-waarde die u hebt ingesteld niet geschikt is voor een juiste belichting. Als dit gebeurt, verandert u de sluitertijd of diafragmawaarde. Als [ISO] is ingesteld op iets anders dan [ISO AUTO], gebruikt u MM (gemeten handmatig) om de belichtingswaarde* te controleren.
Pagina 115
Draai de achterste keuzeknop rechtsom tot [BULB] wordt afgebeeld. Selecteer de diafragmawaarde (F-getal) met de voorste keuzeknop. Druk de ontspanknop tot halverwege in om scherp te stellen. Houd de ontspanknop ingedrukt zo lang de opname duurt. Zo lang u de ontspankop ingedrukt houdt, blijft de sluiter geopend. Hint Wanneer u vuurwerk, enz.
Pagina 116
Panorama d. beweg. Stelt u in staat om een enkel panoramabeeld te creëren uit meerdere beelden die zijn opgenomen tijdens het pannen van de camera. Zet de functiekeuzeknop in de stand (Panorama d. beweg.). Richt de camera op het onderwerp. Terwijl de ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden, richt u de camera naar één uiteinde van de panoramacompositie.
Pagina 117
(B) Overzichtsbalk Opmerking Als de volledige hoek van de panoramaopname niet binnen de vaste tijdsduur wordt gepand, wordt een grijs gebied toegevoegd aan het samengestelde beeld. Als dit gebeurt, beweegt u het apparaat sneller om het volledige panoramabeeld op te nemen. Als [Breed] is geselecteerd voor [Panorama: formaat], wordt mogelijk niet de volledige hoek van het panoramabeeld binnen de gegeven tijdsduur gepand.
Pagina 118
NR lang-belicht NR bij hoge-ISO AF-vergrendeling Andere zoomfuncties dan de optische-zoomfunctie Transportfunctie Heldere controle De waarden van de instellingen van sommige functies liggen als volgt vast in panorama door beweging: [ISO] ligt vast op [ISO AUTO]. [Scherpstelgebied] ligt vast op [Breed]. [Flitsfunctie] ligt vast op [Flitser uit].
Pagina 119
Opmerking Als u [ Oproepen] instelt na het voltooien van de opname-instellingen, krijgen de geregistreerde instellingen voorrang en kunnen de oorspronkelijke instellingen ongeldig worden. Controleer de indicators op het scherm voordat u opneemt. [89] Opnemen Een opnamefunctie selecteren Film/vertr.+versneld U kunt de belichtingsfunctie selecteren voor het opnemen van bewegende beelden of vertraagd/versneld opnemen.
Pagina 120
beelden de multi-selector voorop bedient terwijl de klikschakelaar van de multi-selector voorop is ingesteld op "ON", wordt het geluid van de multi-selector voorop opgenomen. Wanneer de opnamefunctie is ingesteld op (Film/vertr.+versneld), ligt [AF-systeem] vast op [Enkel toeg. fase AF]. Het aantal scherpstellingspunten is beperkt tot 61. [90] Opnemen Belichtingsfuncties/lichtmeetfuncties instellen Belicht.comp.
Pagina 121
Zoeker Opmerking U kunt de belichtingscompensatie niet uitvoeren in de volgende opnamefuncties: [Slim automatisch] Als u [Handm. belichting] gebruikt, kunt u de belichtingscompensatie alleen toepassen als [ISO] is ingesteld op [ISO AUTO]. Alleen een waarde tussen -3,0 EV en +3,0 EV wordt tijdens het opnemen afgebeeld op het scherm met de daarbij behorende helderheid van het beeld.
Pagina 122
U kunt de belichting compenseren met de voorste of achterste keuzeknop. U kunt de belichting instellen binnen een bereik van -5,0 EV tot +5,0 EV. MENU → (Camera- instellingen2) → [Draaiknop Ev-comp.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Uit: Maakt belichtingscompensatie niet mogelijk met de voorste of achterste keuzeknop. Draaiknop voor/ Draaiknop achter: Maakt belichtingscompensatie mogelijk met de voorste of achterste keuzeknop.
Pagina 123
[93] Opnemen Belichtingsfuncties/lichtmeetfuncties instellen Belichtingsstap U kunt het instelbereik van de sluitertijd, het diafragma en de belichtingscompensatiewaarden instellen. MENU → (Camera- instellingen1) → [Belichtingsstap] → gewenste instelling. Menu-onderdelen 0,3 EV/0,5 EV [94] Opnemen Belichtingsfuncties/lichtmeetfuncties instellen Lichtmeetfunctie Selecteert de lichtmeetfunctie die instelt welk deel van het scherm moet worden gemeten voor het bepalen van de belichting.
Pagina 124
Meet de helderheid met nadruk op het gemarkeerde gebied op het scherm. Deze functie is geschikt voor het opnemen van een onderwerp terwijl overbelichting wordt voorkomen. Hint Als [Spot] is geselecteerd en [Scherpstelgebied] is is ingesteld op [Flexibel punt] of [Uitgebr. flexibel punt] terwijl [Spotmeterpunt] is ingesteld op [Scherpstelpuntlink], kan de spotmeting-positie worden gecoördineerd met het scherpstelgebied.
Pagina 125
[96] Opnemen Belichtingsfuncties/lichtmeetfuncties instellen AE-vergrendeling Wanneer het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond hoog is, zoals bij het opnemen van een onderwerp met tegenlicht of een onderwerp bij een raam, meet u het licht op een punt waarop het onderwerp de juiste belichting lijkt te hebben, en vergrendelt u de belichting voordat u het beeld opneemt.
Pagina 126
Opmerking AEL-vergrend.] en [ AEL-wisselen] zijn niet beschikbaar bij gebruik van een andere zoomfunctie dan de optische-zoomfunctie. [97] Opnemen Belichtingsfuncties/lichtmeetfuncties instellen AEL met sluiter (stilstaand beeld) U kunt instellen of de belichting moet worden vergrendeld wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt.
Pagina 127
Stelt de norm van deze camera voor de correcte belichtingswaarde voor elke lichtmeetfunctie MENU → (Camera- instellingen1) → [Bel.stndrdaanp.] → gewenste lichtmeetfunctie. Selecteer de gewenste waarde als de norm voor lichtmeting. U kunt de waarde instellen tussen -1 en +1 in stappen van 1/6 EV. Lichtmeetfunctie De ingestelde normwaarde wordt toegepast wanneer u de bijbehorende lichtmeetfunctie selecteert in MENU →...
Pagina 128
Omgeving+flits: Past de belichtingscompensatiewaarde toe om zowel het flitslicht als het omgevingslicht te regelen. Alleen omgeving: Past de belichtingscompensatiewaarde toe om alleen het omgevingslicht te regelen. [100] Opnemen Belichtingsfuncties/lichtmeetfuncties instellen Zebra Het zebrapatroon wordt afgebeeld over een deel van het beeld als het helderheidsniveau van dat deel voldoet aan het IRE-niveau dat u hebt ingesteld.
Pagina 129
[101] Opnemen Helderheid en contrast corrigeren D.-bereikopt. (DRO) Door het beeld onder te verdelen in kleine gebieden, analyseert het apparaat het contrast van licht en schaduw tussen het onderwerp en de achtergrond, en creëert een beeld met de optimale helderheid en gradatie. MENU →...
Pagina 130
liggende beelden worden opgenomen. MENU → (Camera- instellingen1) → [DRO/Auto HDR] → [Auto HDR]. Selecteer de gewenste instelling door op de linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Menu-onderdelen Auto HDR: belichtingsver. auto: Corrigeert automatisch de helderheid. Auto HDR: belichtingsver. 1,0 EV ― Auto HDR: belichtingsver. 6,0 EV: Stelt het belichtingsverschil in op basis van het contrast van het onderwerp.
Pagina 131
[103] Opnemen De ISO-gevoeligheid selecteren De gevoeligheid voor licht wordt uitgedrukt in de ISO-waarde (aanbevolen-belichtingsindex). Hoe hoger de waarde, hoe hoger de gevoeligheid is. Druk op de ISO-knop → selecteer de gewenste instelling. (Camera- instellingen1) → [ISO] selecteren. U kunt ook MENU→ U kunt de waarde veranderen in stappen van 1/3 EV door de voorste keuzeknop te draaien, en ook door deze te selecteren met de vierrichtingsknop.
Pagina 132
[104] Opnemen De ISO-gevoeligheid selecteren ISO AUTO min. sl.td. Als u [ISO AUTO] selecteert terwijl de opnamefunctie P (Autom. programma) of A (Diafragmavoorkeuze) is, kunt u de sluitertijd instellen waarop de ISO-gevoeligheid begint te veranderen. Deze functie is effectief voor het opnemen van bewegende onderwerpen. U kunt de kans op een wazig onderwerp minimaliseren en tegelijkertijd camerabeweging voorkomen.
Pagina 133
[105] Opnemen De zoom gebruiken De zoomfuncties die beschikbaar zijn op het apparaat De zoomfunctie van het apparaat levert een hogere zoomvergroting door meerdere zoomfuncties te combineren. Het pictogram dat op het scherm wordt afgebeeld, verandert met de geselecteerde zoomfunctie. Slimme-zoombereik ( Zoomt beelden zonder dat de oorspronkelijke kwaliteit verslechtert door een beeld gedeeltelijk af te snijden (alleen wanneer het beeldformaat [M] of [S] is).
Pagina 134
Om een andere zoomfunctie dan de optische zoom te gebruiken bij bewegende beelden, wijst u [Zoom] toe aan de gewenste knop met [Eigen toets(opname)]. [106] Opnemen De zoom gebruiken Helder-Beeld-Zoom/Digitale Zoom (Zoom) Wanneer u een andere zoomfunctie gebruikt dan de optische zoomfunctie, kunt u het zoombereik van de optische zoomfunctie overschrijden.
Pagina 135
Menu-onderdelen Enkel optische zoom: Beperkt het zoombereik tot de optische zoom. U kunt de slimme-zoomfunctie gebruiken als u [ Beeldformaat] instelt op [M] of [S]. Aan:HelderBldZoom: Selecteer deze instelling om Helder-Beeld-Zoom te gebruiken. Zelfs als het zoombereik de optische zoom overschrijdt, vergroot het apparaat beelden binnen het bereik waarbinnen de beeldkwaliteit niet aanzienlijk verslechtert.
Pagina 136
APS-C Ong. 2,6× Volframe Ong. 4× APS-C Ong. 4× Volframe Ong. 4× APS-C Ong. 4× Volframe Ong. 6,2× Aan:Digitale zoom APS-C Ong. 5,2× Volframe Ong. 8× APS-C Ong. 8× [109] Opnemen Witbalans Witbalans Corrigeert het tinteffect van de omgevingslichtomstandigheden om een neutraal wit onderwerp wit op te nemen.
Pagina 137
Eigen instelling: Onthoudt de basiswitkleur onder de belichtingsomstandigheden voor de opnameomgeving. Selecteer een nummer van de opgeslagen eigen witbalans. Hint U kunt het scherm voor nauwkeurig afstellen afbeelden en de kleurtinten naar wens nauwkeurig afstellen door op de rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Als de kleurtinten er niet uitzien zoals u verwachtte met de geselecteerde instellingen, voert u [Witbalansbracket]-opname uit.
Pagina 138
lichtbron laag is. [111] Opnemen Witbalans De basiswitkleur opslaan in [Eigen instelling] In een scène waarin het omgevingslicht bestaat uit meerdere soorten lichtbronnen, adviseren wij u de eigen witbalans te gebruiken om de witte kleuren nauwkeurig te reproduceren. U kunt 3 instellingen registreren.
Pagina 139
[112] Opnemen Een effectfunctie selecteren Creatieve stijl Stelt u in staat de gewenste beeldbewerking in te stellen en het contrast, de verzadiging en de scherpte nauwkeurig aan te passen voor elke beeldstijl. MENU → (Camera- instellingen1) → [Creatieve stijl]. Selecteer de gewenste stijl of [Stijlvak] door op de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop te drukken.
Pagina 140
(A): Wordt alleen afgebeeld wanneer Stijlvak is geselecteerd Menu-onderdelen Standaard: Voor het opnemen van diverse scènes met een rijke gradatie en mooie kleuren. Levendig: De verzadiging en het contrast worden verhoogd om opvallende beelden op te nemen van kleurrijke scènes en onderwerpen, zoals bloemen, voorjaarsgroen, blauwe luchten of zeevergezichten.
Pagina 141
Om [Contrast], [Verzadiging] en [Scherpte] in te stellen [Contrast], [Verzadiging] en [Scherpte] kunnen worden ingesteld voor elke beeldstijl- voorkeursinstelling, zoals [Standaard] en [Landschap], en voor elke [Stijlvak] waarvoor voorkeursinstellingen kunnen worden opgeslagen. Selecteer een onderdeel om in te stellen door op de linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken, en stel daarna de waarde in door op de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop te drukken.
Pagina 142
Creëert een levendig beeld door kleurtinten te accentueren. Posterisatie: Creëert een hoog contrast en een abstract beeld doordat de primaire kleuren worden geaccentueerd, of in zwart-wit. Retrofoto: Creëert het beeld van een oude foto met sepia-kleurtinten en vervaagd contrast. Zachte felle kleuren: Creëert een beeld met de aangewezen sfeer: helder, transparant, vluchtig, teer, zacht.
Pagina 143
[114] Opnemen Een effectfunctie selecteren Kleurenruimte (stilstaand beeld) De wijze waarop kleuren worden voorgesteld met behulp van combinaties van nummers of het bereik van de kleurenreproductie wordt "kleurenruimte" genoemd. U kunt de kleurenruimte veranderen, afhankelijk van het doel van het beeld. MENU →...
Pagina 144
Druk de ontspanknop tot halverwege in en neem daarna het beeld op. Het apparaat detecteert flikkeren wanneer de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt. Menu-onderdelen Uit: Vermindert de effecten veroorzaakt door flikkeren niet. Aan: Vermindert de effecten veroorzaakt door flikkeren. Wanneer de camera flikkeren detecteert terwijl de ontspanknop tot halverwege is ingedrukt, wordt (pictogram flikkeren) afgebeeld.
Pagina 145
[116] Opnemen Sluiterinstellingen Opn. zonder lens Stelt in of de sluiter kan worden ontspannen of niet als geen lens is bevestigd. MENU → (Camera- instellingen2) → [Opn. zonder lens] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Inschakelen: De sluiter kan worden ontspannen als geen lens is bevestigd. Selecteer [Inschakelen] wanneer u het apparaat bevestigt op een sterrentelescoop, enz.
Pagina 146
Opmerking Wanneer geen geheugenkaart is geplaatst, worden de opgenomen beelden niet opgeslagen. De standaardinstelling is [Inschakelen]. Wij adviseren u [Uitschakelen] te selecteren voordat u daadwerkelijk opneemt. [118] Opnemen Sluiterinstellingen e-sluitergordijn voor De functie voor het elektronische sluitergordijn voorzijde bekort de tijdsvertraging tussen sluiterontspanningen.
Pagina 147
MENU → (Camera- instellingen2) → [SteadyShot] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Gebruikt [SteadyShot]. Uit: Gebruikt [SteadyShot] niet. Wij adviseren u [Uit] in te stellen als u een statief gebruikt. [120] Opnemen Wazige beelden verminderen SteadyShot-instell. U kunt opnemen met een geschikte instelling van SteadyShot voor de bevestigde lens. MENU →...
Pagina 148
veroorzaken tijdens het opnemen. [SteadyShot-instell.] is niet beschikbaar wanneer MENU → (Camera- instellingen2) → [SteadyShot] is ongesteld op [Uit]. Als de camera geen brandpuntsafstandinformatie kan krijgen vanaf de lens, werkt de SteadyShot- functie niet correct. Stel [SteadyShot-aanpas.] in op [Handmatig] en stel [SteadyS.brndptsafst.] in overeenkomstig de lens die u gebruikt.
Pagina 149
MENU → (Camera- instellingen1) → [Lenscompensatie] → [Chro. afw.compens.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Vermindert de kleurafwijking automatisch. Uit: Corrigeert de kleurafwijking niet. Opmerking Deze functie is alleen beschikbaar bij gebruik van een lens die compatibel is met automatische compensatie. [123] Opnemen Lenscompensatie Lenscompensatie: Vervorm.compensat.
Pagina 150
NR lang-belicht (stilstaand beeld) Als u de sluitertijd instelt op 1 seconde(n) of langer (opname met lange belichtingstijd), wordt de ruisonderdrukking ingeschakeld gedurende de tijd dat de sluiter open staat. Als deze functie is ingeschakeld, wordt de korrelige ruis, typisch voor opnamen met een lange belichtingstijd, verminderd.
Pagina 151
Menu-onderdelen Normaal: Activeert normale hoge-ISO-ruisonderdrukking. Laag: Activeert gematigde hoge-ISO-ruisonderdrukking. Uit: Activeert hoge-ISO-ruisonderdrukking niet. Selecteer dit als u de opnametiming prioriteit wilt geven. Opmerking NR bij hoge-ISO] is niet beschikbaar in de volgende opnamefuncties: [Slim automatisch] [Panorama d. beweg.] Als [ Kwaliteit] is ingesteld op [RAW], is deze functie niet beschikbaar.
Pagina 152
wordt het gezichtsherkenningskader wit. Wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt, wordt het kader groen. In het geval u de volgorde van de prioriteit voor elk gezicht hebt geregistreerd met [Gezichtsregistratie], selecteert het apparaat automatisch het gezicht met de hoogste prioriteit en wordt het gezichtsherkenningskader rond dat gezicht wit.
Pagina 153
Als een bevestigingsmededeling wordt afgebeeld, selecteert u [Enter]. Opmerking Maximaal acht gezichten kunnen worden geregistreerd. Maak een opname van het gezicht van voren op een helder verlichte plaats. Het gezicht wordt misschien niet goed geregistreerd als het wordt verborgen met een hoed, een masker, een zonnebril, enz.
Pagina 154
Zelfs als u [Wissen] uitvoert, blijven de gegevens van de geregistreerde gezichten opgeslagen in het apparaat. Om de gegevens van de geregistreerde gezichten uit het apparaat te wissen, selecteert u [Alles verwijderen]. [130] Opnemen De flitser gebruiken De flitser (los verkrijgbaar) gebruiken Gebruik in een donkere omgeving de flitser om het onderwerp te verlichten tijdens de opname.
Pagina 155
In de hoeken van een opgenomen beeld kan een schaduw zichtbaar zijn, afhankelijk van de lens. Voor meer informatie over accessoires die compatibel zijn met de multi-interfaceschoen, gaat u naar de Sony-website, of neemt u contact op met uw Sony-dealer of het plaatselijke, erkende servicecentrum van Sony.
Pagina 156
[132] Opnemen De flitser gebruiken Flitsfunctie U kunt de flitsfunctie instellen. MENU → (Camera- instellingen1) → [Flitsfunctie] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Flitser uit: De flitser werkt niet. Automatisch flitsen: De flitser gaat af in donkere omgevingen of bij het opnemen met sterk tegenlicht. Invulflits: Elke keer als u op de ontspanknop drukt, gaat de flitser af.
Pagina 157
verandert alleen de hoeveelheid flitslicht. Belichtingscompensatie verandert de hoeveelheid flitslicht in combinatie met de verandering van de sluitertijd en het diafragma. MENU → (Camera- instellingen1) → [Flitscompensatie] → gewenste instelling. Door hogere waarden (+ kant) te selecteren, wordt het flitsniveau hoger, en door lagere waarden (- kant) te selecteren, wordt het flitsniveau lager.
Pagina 158
Druk op de knop waaronder [FEL-slot wisselen] is geregistreerd en stel de hoeveelheid flitslicht in. Een voorflits gaat af. Het pictogram (FEL-vergrendeling) gaat branden. Pas de compositie aan en neem het beeld op. Wanneer u de FEL-vergrendeling wilt opheffen, drukt u nogmaals op de knop waaronder [FEL-slot wisselen] is geregistreerd.
Pagina 159
[135] Opnemen De flitser gebruiken Flitsregeling Stelt de methode in voor het bepalen van de intensiteit van de uitvoer van de flitser. MENU → (Camera- instellingen1) → [Flitsregeling] → gewenste instelling. Menu-onderdelen ADI-flits: De flitsregeling van de camera gebruikt de scherpstellingsafstandsinformatie en de helderheidswaarde van het onderwerp wanneer de voorflits wordt teruggekaatst.
Pagina 160
[136] Opnemen De flitser gebruiken Opnemen met een draadloze flitser Er zijn twee manieren om de draadloze flitser te gebruiken. Eén manier maakt gebruik van een lichtsignaal en de andere manier maakt gebruik van een radiosignaal om te communiceren met de flitser.
Pagina 161
[137] Opnemen De flitser gebruiken Een flitser gebruiken met een synchro-aansluitkabel Open de afdekking van de (flitssynchronisatie-)aansluiting (A), en sluit de kabel aan. Hint Als het scherm te donker is om de compositie te controleren, stelt u [LiveView-weergave] in op [Instelling effect uit] om het gemakkelijker te maken de compositie te controleren tijdens opnemen met de flitser.
Pagina 162
[138] Bewegende beelden opnemen Bewegende beelden opnemen U kunt bewegende beelden opnemen door op de MOVIE (bewegend-beeld)-knop te drukken. Druk op de MOVIE-knop om het opnemen te starten. Aangezien [Knop MOVIE] is ingesteld op [Altijd] in de standaardinstelling, kan het opnemen van bewegende beelden worden gestart vanuit elke opnamefunctie.
Pagina 163
D.-bereikopt. Lenscompensatie Foto-effect U kunt de instellingen voor ISO-gevoeligheid, belichtingscompensatie en scherpstelgebied veranderen tijdens het opnemen van bewegende beelden. Tijdens het opnemen van bewegende beelden kan het opgenomen beeld worden uitgevoerd zonder de opname-informatie erin door [HDMI-inform.weerg.] in te stellen op [Uit]. Opmerking Het bedieningsgeluid van de lens en het apparaat kunnen worden opgenomen tijdens het opnemen van bewegende beelden.
Pagina 164
Als de weergavefunctie van de monitor is ingesteld op [Voor zoeker], wordt de weergavefunctie omgeschakeld naar [Alle info weerg.] wanneer het opnemen van bewegende beelden begint. Gebruik PlayMemories Home voor het importeren van bewegende beelden in het XAVC S-formaat, AVCHD-formaat en MP4-formaat in een computer. [139] Bewegende beelden opnemen Formaten voor het opnemen van bewegende beelden De volgende formaten voor het opnemen van bewegende beelden zijn beschikbaar op deze...
Pagina 165
MENU → (Camera- instellingen2) → [ Bestandsindeling] → gewenste instelling. Menu-onderdelen XAVC S 4K: Neemt bewegende beelden van 4K-beeldkwaliteit op in het XAVC S-formaat. Dit formaat ondersteunt een hoge bitsnelheid. Audio: LPCM Een van de volgende typen geheugenkaarten is nodig om bewegende beelden op te nemen wanneer [ Bestandsindeling] is ingesteld op [XAVC S 4K]: Memory Stick PRO-HG Duo...
Pagina 166
enz. Audio: AAC Hint U kunt beelden opslaan op een computer of ze kopiëren naar een compatibele disc met uw weergaveapparaat behulp van het softwareprogramma PlayMemories Home. Opmerking Wanneer [ Bestandsindeling] is ingesteld op [AVCHD], is de bestandsgrootte voor bewegende beelden beperkt tot ongeveer 2 GB.
Pagina 167
Neemt bewegende beelden op in high-definition-beeldkwaliteit door ze om te zetten naar het MP4-bestandsformaat met behulp van MPEG-4 AVC/H.264 codec. Bitsnelheid Beeldfrequentie 50 Mbps 60 Mbps 100 Mbps ― 120p/100p 120p 60M/100p 60M 120p 100M/100p 100M ― ― 60p/50p 60p 50M/50p 50M ―...
Pagina 168
Bitsnelheid Beeldfrequentie 6 Mbps 16 Mbps 28 Mbps 1920x1080 60p ― ― 60p/50p 28M/1920x1080 50p 1280x720 30p 1920x1080 30p ― 30p/25p 6M/1280x720 25p 16M/1920x1080 25p Opmerking Bewegende beelden die zijn opgenomen met de instelling [60p 28M(PS)]/[50p 28M(PS)]/[60i 24M(FX)]/[50i 24M(FX)]/[24p 24M(FX)]/[25p 24M(FX)] bij [ Opname-instell.] worden door PlayMemories Home omgezet om een AVCHD-opnamedisc te maken.
Pagina 169
programma, Diafragmavoork., Sluitertijdvoork. of Handm. belicht.). (Camera- instellingen2) → [ Selecteer MENU→ Inst. vertr.+versn.] en selecteer de gewenste instellingen voor [ Opname-instell.] en [ Beeldsnelheid]. Druk op de MOVIE (bewegend-beeld)-knop om het opnemen te starten. Druk nogmaals op de MOVIE-knop om het opnemen te stoppen. Menu-onderdelen Opname-instell.: Selecteert de beeldfrequentie van de bewegende beelden.
Pagina 170
Opname-instell. Beeldsnelheid 100fps 4 keer langzamer 50fps 2 keer langzamer Normale weergavesnelheid 25fps Normale weergavesnelheid 2 keer sneller 12fps 2,08 keer sneller 4,16 keer sneller 6fps 4,16 keer sneller 8,3 keer sneller 3fps 8,3 keer sneller 16,6 keer sneller 2fps 12,5 keer sneller 25 keer sneller 1fps...
Pagina 171
bewegende beelden in het MP4-formaat. U kunt tegelijkertijd bewegende beelden in verschillende formaten opnemen op een geheugenkaart. (Om de opnamefunctie in te stellen op 2 geheugenkaarten, zoals gelijktijdige opname of formaat-opname, gebruikt u [Opnamemodus].) MENU → (Camera- instellingen2) → [Dubbele video-OPN] → gewenste instelling.
Pagina 172
Uit: Neemt geen geluid op. [145] Bewegende beelden opnemen Audioniv.weerg. Stelt in of het geluidsniveau op het scherm wordt afgebeeld. MENU → (Camera- instellingen2) → [Audioniv.weerg.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Beeldt het geluidsniveau af. Uit: Beeld het geluidsniveau niet af. Opmerking Het geluidsniveau wordt niet afgebeeld in de volgende situaties: Als [Geluid opnemen] is ingesteld op [Uit].
Pagina 173
Menu-onderdelen Verhoogt het geluidopnameniveau. Verlaagt het geluidopnameniveau. Terugstellen: Stelt het geluidsopnameniveau terug op de standaardinstelling. Hint Als u bewegende beelden met geluid op een hoog volumeniveau opneemt, stelt u [Audio opnam.niveau] in op een lager geluidsniveau. Hierdoor kunt u opnemen met een realistischer geluid. Als u bewegende beelden met geluid op een lager volumeniveau opneemt, stelt u [Audio opnam.niveau] in op een hoger geluidsniveau zodat het geluid gemakkelijker te horen is.
Pagina 174
[148] Bewegende beelden opnemen Windruis reductie Stelt in of windgeruis moet worden onderdrukt of niet door het lagetonenbereik uit het ingevoerde geluid vanaf de ingebouwde microfoon te filteren. MENU → (Camera- instellingen2) → [Windruis reductie] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Vermindert windgeruis.
Pagina 175
Ga naar het onderdeel-indexweergavescherm door op de rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Selecteer het onderdeel dat u wilt veranderen met de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop. Selecteer de gewenste waarde door op de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop te drukken, en druk daarna op het midden. Een vooraf ingesteld beeldprofiel gebruiken De standaardinstellingen [PP1] tot en met [PP9] voor bewegende beelden zijn van tevoren in de camera ingesteld op basis van diverse opnameomstandigheden.
Pagina 176
Selecteert een gammakromme. Movie: Standaard gammakromme voor bewegende beelden Still: Standaard gammakromme voor stilstaande beelden Cine1: Verzacht het contrast van donkere delen en benadrukt de gradatie van heldere delen om een ontspannen kleurenfilm te maken. (gelijkwaardig aan HG4609G33) Cine2: Soortgelijk aan [Cine1], maar geoptimaliseerd voor bewerken met maximaal 100% videosignaal.
Pagina 177
Still: Geschikte kleuren wanneer [Gamma] is ingesteld op [Still]. Cinema: Geschikte kleuren wanneer [Gamma] is ingesteld op [Cine1]. Pro: Soortgelijke kleurtinten als de standaardbeeldkwaliteit van professionele camera's van Sony (indien gecombineerd met het ITU709-gamma) ITU709 matrix: Kleuren die overeenkomen met de ITU709-norm (indien gecombineerd met het ITU709-gamma) Zwart-wit: Stelt de verzadiging in op nul voor opnemen in zwart-wit.
Pagina 178
de verticale (V)-kant) tot en met +2 (verschil met de horizontale (H)-kant)) B/W-Balans: Selecteert de balans van het lagere DETAIL (B) en het hogere DETAIL (W). (Type1 (verschil met de lagere DETAIL (B)-kant) tot en met Type5 (verschil met de hogere DETAIL (W)-kant)) Limiet: Stelt het grensniveau van [Details] in.
Pagina 179
Als u [Helling] instelt op +5 in [Handmatige instell.], wordt [Drempel] ingesteld op [Uit]. S-Gamut, S-Gamut3.Cine en S-Gamut3 zijn kleurruimten exclusief voor Sony. Echter, de S-Gamut- instelling van deze camera ondersteunt niet de volledige S-Gamut-kleurruimte, maar is een instelling voor het realiseren van een kleurenreproductie die gelijkwaardig is aan S-Gamut.
Pagina 180
[Gamma-weerg.hulp] wordt niet toegepast op bewegende beelden bij weergave op een televisie of monitor die is aangesloten op de camera. [151] Bewegende beelden opnemen Aut. lang. sluit.tijd (bewegende beelden) Stel in of de sluitertijd automatisch moet worden ingesteld of niet tijdens het opnemen van bewegende beelden in geval van een donker onderwerp.
Pagina 181
MENU → (Camera- instellingen2) → [ Gevoel. AF-volg.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen reactief: Stelt de AF-gevoeligheid in op hoog. Deze functie is handig bij het opnemen van bewegende beelden waarbij het onderwerp snel beweegt. Standaard: Stelt de AF-gevoeligheid in op normaal. blijven volgen: Stelt de AF-gevoeligheid in op laag.
Pagina 182
De tijdcode instellen (TC Preset) MENU → (Instellingen) → [TC/UB-instellingen] → [TC Preset]. Druk op de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop en selecteer de eerste twee cijfers. De tijdcode kan worden ingesteld binnen het volgende bereik. Als [60i] is geselecteerd: 00:00:00:00 tot en met 23:59:59:29 Als [24p] is geselecteerd, kunt u de laatste twee cijfers van de tijdcode selecteren in meervouden van vier tussen 0 en 23 frames.
Pagina 183
MENU → (Instellingen) → [TC/UB-instellingen] → [TC Run]. Rec Run: Stelt de stapfunctie van de tijdcode in op oplopen uitsluitend tijdens het opnemen. De tijdcode wordt opgenomen aansluitend op de laatste tijdcode van de vorige opname. Free Run: Stelt de stapfunctie van de tijdcode in op altijd oplopen, ongeacht de bediening van de camera. De tijdcode wordt mogelijk niet aansluitend opgenomen in de volgende situaties, ondanks dat de tijdcode oploopt in de functie [Rec Run].
Pagina 184
[155] Bewegende beelden opnemen Knop MOVIE U kunt instellen of de MOVIE (bewegende beelden)-knop wordt geactiveerd of niet. MENU → (Camera- instellingen2) → [Knop MOVIE] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Altijd: Start het opnemen van bewegende beelden wanneer u in een willekeurige functie op de MOVIE-knop drukt.
Pagina 185
U kunt geen markeringen afbeelden bij gebruik van [Scherpst. vergroten]. De markeringen worden op de monitor of in de zoeker afgebeeld. (U kunt de markeringen niet uitvoeren.) [157] Bewegende beelden opnemen Markering-instell. (bewegende beelden) Stelt de markeringen in die moeten worden afgebeeld tijdens het opnemen van bewegende beelden.
Pagina 186
[158] Bewegende beelden opnemen 4K-uitvoer select. (bewegende beelden) U kunt instellen hoe bewegende beelden moeten worden opgenomen en HDMI moet worden uitgevoerd wanneer uw camera is aangesloten op een 4K-compatibel extern opname- /weergaveapparaat, enz. Draai de functiekeuzeknop naar de stand (Film/vertr.+versneld).
Pagina 187
[Dubbele video-OPN] is ingesteld op [Aan], zijn de volgende functies niet beschikbaar. [Gezichtsherkenning] [AF-vergrendeling] onder [Scherpstelgebied] [Centr. AF-vergrend.] [AF op de ogen] [159] Bewegende beelden opnemen Videolampmodus Stelt de verlichtingsinstelling van de HVL-LBPC LED-lamp (los verkrijgbaar) in. MENU → (Camera- instellingen2) → [Videolampmodus] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Stroomlink: De videolamp wordt synchroon met de aan-uitbediening van de camera in- en uitgeschakeld.
Pagina 188
Hint Dit apparaat maakt een beelddatabasebestand aan op een geheugenkaart voor het opnemen en weergeven van beelden. Een beeld dat niet is geregistreerd in het beelddatabasebestand wordt mogelijk niet goed weergegeven. Om beelden weer te geven die zijn opgenomen op andere apparaten, registreert u die beelden in het beelddatabasebestand via MENU →...
Pagina 189
U kunt de beginvergroting en de beginpositie van vergrote beelden veranderen door MENU → (Afspelen) → [ Vergro init. vrgro%] of [ Vergro. init. plaats.] te selecteren. Opmerking U kunt bewegende beelden niet vergroten. [162] Weergeven Beelden weergeven Opgenomen beelden automatisch draaien (Weergave- rotatie) Selecteert de oriëntatie voor het weergeven van opgenomen beelden.
Pagina 190
Druk op het midden van de vierrichtingsknop. Het beeld wordt linksom gedraaid. Het beeld draait wanneer u op het midden drukt. Als u het beeld eenmaal hebt gedraaid, blijft het beeld gedraaid nadat het apparaat is uitgeschakeld. Opmerking U kunt bewegende beelden niet draaien. Beelden die met andere apparaten zijn opgenomen, kunnen mogelijk niet worden gedraaid.
Pagina 191
Menu-onderdelen Scherpgest.plaatsing: Vergroot tijdens het opnemen het beeld vanuit het scherpstellingspunt. Midden: Vergroot het beeld vanuit het midden van het scherm. [166] Weergeven Beelden weergeven Panoramabeelden weergeven Het apparaat doorloopt automatisch een panoramabeeld van het ene naar het andere uiteinde. Druk op de (weergave-)knop om over te schakelen naar de weergavefunctie.
Pagina 192
[167] Weergeven Beelden weergeven Bewegende beelden weergeven Geeft de opgenomen bewegende beelden weer. Druk op de (weergave-)knop om over te schakelen naar de weergavefunctie. Selecteer de bewegende beelden die moeten worden weergegeven met de vierrichtingsknop en druk op het midden van de vierrichtingsknop om de weergave te starten.
Pagina 193
Stelt het geluidsvolumeniveau voor het weergeven van bewegende beelden in. MENU → (Instellingen) → [Volume-instellingen] → gewenste instelling. Het volumeniveau aanpassen tijdens weergave Druk tijdens weergave van bewegende beelden op de onderkant van de vierrichtingsknop om het bedieningspaneel af te beelden, en stel daarna het volumeniveau in. U kunt het volumeniveau instellen terwijl u naar het werkelijke geluid luistert.
Pagina 194
[170] Weergeven Beelden weergeven Beelden weergeven op het indexweergavescherm (Beeldindex) U kunt meerdere beelden tegelijkertijd in de weergavefunctie weergeven. Druk op de (Beeldindex) knop terwijl het beeld wordt weergegeven. Selecteer het beeld door op de boven-/onder-/linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Het aantal beelden veranderen dat moet worden weergegeven MENU →...
Pagina 195
Menu-onderdelen Datumweergave: Geeft de beelden weer op datum. Mapweergav(stilstaand): Geeft alleen stilstaande beelden weer. Mapweergave (MP4): Geeft alleen bewegende beelden in het MP4-formaat weer. AVCHDweergave: Geeft alleen bewegende beelden in het AVCHD-formaat weer. XAVC S HDweergave: Geeft alleen bewegende beelden in het XAVC S HD-formaat weer. XAVC S 4Kweergave: Geeft alleen bewegende beelden in het XAVC S 4K-formaat weer.
Pagina 196
[173] Weergeven Beelden weergeven Beelden kopiëren van de ene geheugenkaart naar de andere (Kopiëren) U kunt beelden kopiëren van een geheugenkaart in een gleuf die is geselecteerd met behulp van [Select. afspeelmedia] naar een geheugenkaart in een andere gleuf. MENU → (Afspelen) →...
Pagina 197
Herhalen: Selecteer [Aan], waarin beelden automatisch in een gesloten lus worden weergegeven, of [Uit] , waarin het apparaat de diavoorstelling afsluit nadat alle beelden eenmaal zijn weergegeven. Interval: Selecteer het weergave-interval voor beelden uit [1 sec.], [3 sec.], [5 sec.], [10 sec.] of [30 sec.]. De diavoorstelling tijdens de weergave stoppen Druk op de MENU-knop om de diavoorstelling te verlaten.
Pagina 198
Annuleert de beveiliging van alle beelden in het geselecteerde datumbereik. Opmerking De menu-onderdelen die kunnen worden geselecteerd verschillen afhankelijk van de instelling [Weergavefunctie]. [176] Weergeven Beelden markeren voor afdrukken (DPOF) Afdrukopdrachten opgeven (Printen opgeven) U kunt van tevoren op de geheugenkaart opgeven welke van de stilstaande beelden u later wilt afdrukken.
Pagina 199
[177] Weergeven Beelden wissen Een beeld dat wordt weergegeven wissen U kunt een weergegeven beeld wissen. Wanneer u eenmaal een beeld hebt gewist, kunt u dit niet herstellen. Controleer vooraf of het juiste beeld is geselecteerd om te verwijderen. Geef het beeld weer dat u wilt wissen. Druk op de (Wissen)-knop.
Pagina 200
annuleren, drukt u nogmaals op het midden om het teken te wissen. (2) Als u nog andere beelden wilt wissen, herhaalt u stap (1). (3) MENU → [OK]. Alles in deze map: Hiermee wist u alle beelden in de geselecteerde map. Alles op deze datum: Hiermee wist u alle beelden in het geselecteerde datumbereik.
Pagina 201
[180] Weergeven Beelden bekijken op een televisie Beelden weergeven op een televisie met behulp van een HDMI-kabel Om beelden die in dit apparaat zijn opgeslagen te bekijken op een televisie, zijn een HDMI- kabel (los verkrijgbaar) en een HD-televisie uitgerust met een HDMI-aansluiting vereist. Schakel zowel dit apparaat als de televisie uit.
Pagina 202
HDMI] → [Uit]. Hint Dit apparaat is compatibel met de norm PhotoTV HD. Als u Sony PhotoTV HD-compatibele apparaten aansluit met behulp van een HDMI-kabel (los verkrijgbaar), wordt de televisie ingesteld op de beeldkwaliteit die geschikt is voor het bekijken van stilstaande beelden en kunt u genieten van een compleet nieuwe wereld van foto's in adembenemende, hoge kwaliteit.
Pagina 203
(Instellingen) → [HDMI-instellingen] → [HDMI-resolutie] → [2160p/1080p], [1080p] of [1080i] afhankelijk van de televisie die moet worden aangesloten. Wanneer u tijdens HDMI-uitvoer de film omschakelt van 4K naar HD-beeldkwaliteit of omgekeerd, of de film verandert naar een andere beeldfrequentie, kan het scherm donker worden. Dit is geen storing.
Pagina 204
Programmaverschuiving kan niet worden geregistreerd. Voor sommige functies komen de stand van de keuzeknop en de instelling die in werkelijkheid tijdens het opnemen wordt gebruikt mogelijk niet overeen. Als dat gebeurt neemt u beelden op door de informatie te raadplegen die op de monitor wordt afgebeeld. [182] De camera aan uw wensen aanpassen Geselecteerde functies toewijzen aan een knop Eigen toets(opname)/Eigen toets(WG)
Pagina 205
AF/MF-knop AEL-knop Funct. centrale knop -knop -knop (Knop intell. telecon.) Gepersonalis.knop 1 Gepersonalis.knop 2 Multi-sel. vooraan/ Multi-sel. vooraan Voorbeeldknop U kunt tevens een opnamefunctie toewijzen aan de scherpstelling-vasthoudknop op de lens. Sommige lenzen hebben echter geen scherpstelling-vasthoudknop. Selecteer de functie die u wilt toewijzen. De functie die kan worden toegewezen verschilt afhankelijk van de knop.
Pagina 206
MENU → (Camera- instellingen2) → [Draaiknop instellen] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Sltd F-getal: De voorste keuzeknop wordt gebruikt om de sluitertijd te veranderen, en de achterste keuzeknop wordt gebruikt om de diafragmawaarde te veranderen. F-getal Sltd: De voorste keuzeknop wordt gebruikt om de diafragmawaarde te veranderen, en de achterste keuzeknop wordt gebruikt om de sluitertijd te veranderen.
Pagina 207
[186] De camera aan uw wensen aanpassen Beelden controleren voor/na het opnemen Autom.weergave U kunt het opgenomen beeld onmiddellijk na het opnemen op het scherm bekijken. U kunt ook de weergaveduur van Auto Review instellen. MENU → (Camera- instellingen2) → [Autom.weergave] → gewenste instelling. Menu-onderdelen 10 sec./5 sec./2 sec.: Geeft onmiddellijk na het opnemen het opgenomen beeld op het scherm weer gedurende de...
Pagina 208
Terwijl u de knop ingedrukt houdt waaraan [Voorb. opn.result.] is toegewezen, kunt u het opname-voorbeeld controleren met daarop de instellingen van de DRO, de sluitertijd, het diafragma en de ISO-gevoeligheid toegepast. Controleer het opname-voorbeeld alvorens op te nemen. MENU → (Camera- instellingen2) →...
Pagina 209
Live View wordt altijd weergegeven met de geschikte helderheid, zelfs bij [Handm. belichting]. Wanneer [Instelling effect uit] is geselecteerd, wordt het pictogram afgebeeld op het Live View-scherm. Opmerking [LiveView-weergave] kan niet worden ingesteld op [Instelling effect uit] in de volgende opnamefuncties: [Slim automatisch] [Panorama d.
Pagina 210
Beeldt de rasterlijn niet af. [191] De camera aan uw wensen aanpassen Monitor-/zoekerinstellingen FINDER/MONITOR Stelt de methode in voor het omschakelen tussen de elektronische zoeker en het scherm. MENU → (Camera- instellingen2) → [FINDER/MONITOR] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Wanneer u in de elektronische zoeker kijkt, reageert de elektronische zoeker en wordt de weergave automatisch omgeschakeld naar de elektronische zoeker.
Pagina 211
Om terug te keren naar het scherm, drukt u nogmaals op de knop waaraan [Monitor deactiveren] is toegewezen. Opmerking Zelfs wanneer u [Monitor deactiveren] uitvoert, blijft de achtergrondverlichting van de monitor aan. Om de achtergrondverlichting uit te schakelen, schakelt u de monitorfunctie om naar de zoekerfunctie met behulp van de functie [FINDER/MONITOR].
Pagina 212
[194] De camera aan uw wensen aanpassen Monitor-/zoekerinstellingen Helderheid zoeker Bij gebruik van een elektronische zoeker stelt dit apparaat de helderheid van de elektronische zoeker in overeenkomstig de omgeving. MENU → (Instellingen) → [Helderheid zoeker] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Stelt het helderheid automatisch in.
Pagina 213
[196] De camera aan uw wensen aanpassen Monitor-/zoekerinstellingen Weergavekwaliteit U kunt de weergavekwaliteit veranderen. (Instellingen) → [Weergavekwaliteit] → gewenste instelling. MENU → Menu-onderdelen Hoog: Geeft weer in hoge kwaliteit. Standaard: Geeft weer in standaardkwaliteit. Opmerking Wanneer [Hoog] is ingesteld, is het acculadingverbruik hoger dan wanneer [Standaard] is ingesteld. [197] De camera aan uw wensen aanpassen Monitor-/zoekerinstellingen Heldere controle...
Pagina 214
Opmerking Tijdens [Heldere controle], zal [LiveView-weergave] automatisch omschakelen naar [Instelling effect uit], en worden instelwaarden, zoals de belichtingscompensatie, niet worden toegepast op het huidig weergegeven beeld. Wij adviseren u [Heldere controle] alleen te gebruiken op donkere locaties. [Heldere controle] wordt automatisch geannuleerd in de volgende situaties. Wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
Pagina 215
Bestandsnummer Selecteert hoe bestandsnummers worden toegewezen aan stilstaande beelden en bewegende beelden in het MP4-formaat. MENU → (Instellingen) → [Bestandsnummer] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Serie: Het apparaat wijst aan de bestanden opeenvolgende nummers toe tot "9999" zonder terug te stellen op nul. Terugstellen: Het apparaat stelt de nummers terug op nul nadat een bestand is opgenomen in een nieuwe map en wijst aan bestanden een nummer toe beginnend vanaf "0001".
Pagina 216
Opmerking U kunt alleen hoofdletters, cijfers en lage streepjes invoeren. Echter, het lage streepje mag niet gebruikt worden als eerste teken. De drie tekens van de bestandsnaam die u opgeeft met [Bestandsnaam instel] worden alleen toegepast op de beelden die u opneemt nadat u de instelling hebt veranderd. [201] De camera aan uw wensen aanpassen Geheugenkaartinstellingen Media-info weergev.
Pagina 217
Neemt een stilstaand beeld op op een geheugenkaart in de geheugenkaartgleuf die u hebt geselecteerd in [Select. opn.media], en neemt bewegende beelden op op beide geheugenkaarten. Gelijkt. opn.( Neemt een stilstaand beeld en bewegende beelden op op beide geheugenkaarten. Sorter. (JPEG/RAW): Neemt een beeld op in het JPEG-formaat op een geheugenkaart in de geheugenkaartgleuf die u hebt geselecteerd in [Select.
Pagina 218
Nieuwe map Maakt een nieuwe map aan op de geheugenkaart voor het opnemen van stilstaande beelden en bewegende beelden in het MP4-formaat. Een nieuwe map wordt aangemaakt met een mapnummer dat één hoger is dan het hoogste mapnummer dat aanwezig is. De opgenomen beelden worden opgeslagen in de nieuw aangemaakte map.
Pagina 219
Voorbeeld: 10060405 (mapnummer: 100, datum: 04/05/2016) Opmerking U kunt de [Mapnaam] instellingen van bewegende beelden niet veranderen. [206] De camera aan uw wensen aanpassen Geheugenkaartinstellingen Beeld-DB herstellen Als beeldbestanden werden verwerkt op een computer, kunnen zich problemen voordoen in het beelddatabasebestand.
Pagina 220
Plaats de Eye-Fi-kaart die u hebt ingesteld in het apparaat en neem stilstaande beelden op. De beelden worden automatisch via het Wi-Fi-netwerk naar uw computer, enz., gezonden. Menu-onderdelen Aan: Schakelt de uploadfunctie in. Uit: Schakelt de uploadfunctie uit. Aanduiding van communicatiestatus op het scherm : Standby.
Pagina 221
Wanneer u een nieuwe Eye-Fi-kaart voor het eerst gebruikt, kopieert u het installatiebestand op de Eye-Fi-kaart naar uw computer voordat u de Eye-Fi-kaart formatteert. Update de firmware van een Eye-Fi-kaart naar de meest recente versie voordat u de Eye-Fi-kaart gebruikt. Raadpleeg voor meer informatie de handleiding die bij de Eye-Fi-kaart wordt geleverd. Raadpleeg voor meer informatie over de bestanden die u kunt uploaden de handleiding die bij de Eye-Fi-kaart wordt geleverd.
Pagina 222
Menu-onderdelen 30 min./5 min./2 min./1 min./10 sec. Opmerking Schakel het apparaat uit wanneer u het apparaat gedurende een lange tijd niet gaat gebruiken. De stroombesparingsstand wordt niet geactiveerd tijdens het weergeven van een diavoorstelling, tijdens het opnemen van bewegende beelden, en indien aangesloten op een computer of televisie. [210] De camera aan uw wensen aanpassen Camera-instellingen Afstandsbediening...
Pagina 223
Geeft bewegende beelden die zijn opgenomen met het apparaat weer op een televisie volgens het NTSC- of PAL-systeem. MENU → (Instellingen) → [NTSC/PAL schakel.] → [Enter] Opmerking Als u een geheugenkaart plaatst die eerder is geformatteerd volgens een ander videosysteem, wordt een mededeling afgebeeld die u vraagt de kaart opnieuw te formatteren.
Pagina 224
[213] De camera aan uw wensen aanpassen Camera-instellingen HDMI-instellingen: 24p/60p-uitvoer (bewegende beelden) (Alleen voor 1080 60i-compatibele modellen.) Stel 1080/24p of 1080/60p in als het HDMI-uitgangsformaat wanneer [ Opname-instell.] is ingesteld op [24p 24M(FX)], [24p 17M(FH)] of [24p 50M]. MENU → (Instellingen) →...
Pagina 225
gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Beeldt de opname-informatie af op de televisie. Het opgenomen beeld en de opname-informatie worden weergegeven op de televisie terwijl niets wordt weergegeven op de monitor van de camera. Uit: Beeldt de opname-informatie niet af op de televisie. Alleen het opgenomen beeld wordt weergegeven op de televisie terwijl het opgenomen beeld en de opname-informatie worden weergegeven op de monitor van de camera.
Pagina 226
[216] De camera aan uw wensen aanpassen Camera-instellingen HDMI-instellingen: REC-bediening (bewegende beelden) Als u de camera aansluit op een externe recorder/speler, kunt u met behulp van de camera een bedieningssignaal zenden naar de recorder/speler op afstand om het opnemen te starten/stoppen.
Pagina 227
MENU → (Instellingen) → [HDMI-instellingen] → [CTRL.VOOR HDMI] → gewenste instelling. Sluit dit apparaat aan op een "BRAVIA" Sync-compatibele televisie. De ingangsbron van de televisie wordt automatisch omgeschakeld en beelden op dit apparaat worden weergegeven op het televisiescherm. Druk op de knop SYNC MENU op de afstandsbediening van de televisie. Bedien dit apparaat met de afstandsbediening van de televisie.
Pagina 228
Menu-onderdelen Automatisch: Brengt automatisch een massaopslagverbinding of MTP-verbinding tot stand, afhankelijk van de computer of andere USB-apparaten die moeten worden aangesloten. Windows 7- of Windows 8-computers worden verbonden met MTP, en de unieke functies ervan worden ingeschakeld voor gebruik. Massaopslag: Brengt een massaopslagverbinding tot stand tussen dit apparaat, een computer en andere USB-apparaten.
Pagina 229
Enkel: Stel [USB LUN-instelling] alleen in op [Enkel] als u geen verbinding tot stand kunt brengen. De geheugenkaart in geheugenkaartgleuf 1 is de bestemming van de verbinding. [220] De camera aan uw wensen aanpassen Camera-instellingen Instell. PC-afst.bed.: Opsl.bestem. stil. bld Stelt in of stilstaande beelden moeten worden opgeslagen in de camera en/of op de computer tijdens het opnemen met PC-afstandsbediening.
Pagina 230
Instell. PC-afst.bed.: RAW+J bld opsl. PC Selecteert het bestandstype voor beelden die moeten worden overgebracht naar een computer bij opnemen met PC-afstandsbediening. Bij het opnemen van beelden met behulp van PC-afstandsbediening, geeft de app op de computer het beeld pas weer nadat het beeld volledig is overgebracht. Bij opnemen in het RAW+JPEG-formaat, kunt u het weergeven versnellen door alleen JPEG-beelden over te brengen in plaats van zowel de RAW- als de JPEG-beelden over te brengen.
Pagina 231
Datum/tijd instellen Het klok-instelscherm wordt automatisch afgebeeld wanneer u dit apparaat voor het eerst inschakelt, of wanneer de ingebouwde, oplaadbare reservebatterij volledig leeg is. Selecteer dit menu wanneer u na de eerste keer opnieuw de datum en tijd wilt instellen. MENU →...
Pagina 232
Om ongeoorloofd gebruik van [Copyrightinformatie] te voorkomen, moet u de kolommen [Fotograaf instellen] en [Copyright instellen] wissen voordat u uw camera uitleent of doorverkoopt. Sony is niet aansprakelijk voor problemen of schade die ontstaan door het gebruik van [Copyrightinformatie]. [226] De camera aan uw wensen aanpassen...
Pagina 233
Opmerking Het updaten kan alleen worden uitgevoerd wanneer het accuniveau (3 accustreepjes) of meer is. Het gebruik van een voldoende opgeladen accu of de netspanningsadapter (los verkrijgbaar) wordt aanbevolen. [227] De camera aan uw wensen aanpassen Camera-instellingen Certificatielogo (alleen voor sommige modellen) Geeft enkele van de certificeringslogo's van dit apparaat weer.
Pagina 234
bewegende beelden op de geheugenkaart staat. Wanneer [Aan] is geselecteerd, schakelt het apparaat niet over naar de stroombesparingsstand. [Demomodus] geeft altijd bewegende beelden weer op de geheugenkaart die is geplaatst in geheugenkaartgleuf 1. [229] De camera aan uw wensen aanpassen De camera terugstellen op de standaardinstellingen Instelling herstellen...
Pagina 235
(http://www.sony.net/pmm/). Opmerking Afhankelijk van toekomstige versies zijn de bedieningsprocedures en schermweergaven onderhevig aan wijzigingen zonder kennisgeving. [231] Draadloze functies gebruiken Dit apparaat aansluiten op een smartphone De camera bedienen met behulp van een Android- smartphone (NFC One-touch remote) U kunt dit apparaat verbinden met een NFC-compatibele Android-smartphone door ze elkaar te laten aanraken en daarna kunt u het apparaat bedienen met behulp van de smartphone.
Pagina 236
Raak met de smartphone het apparaat aan gedurende 1 tot 2 seconden totdat PlayMemories Mobile wordt geopend. Over "NFC" NFC is een technologie die draadloze communicatie over een korte afstand tussen diverse apparaten mogelijk maakt, zoals mobiele telefoons, IC-tags, enz. NFC vereenvoudigt de datacommunicatie door slechts het aangewezen aanraakpunt aan te raken.
Pagina 237
Open PlayMemories Mobile op uw smartphone en selecteer [QR Code van de camera scannen]. Selecteer [OK] op het scherm van de smartphone. Als een bericht wordt afgebeeld, selecteert u nogmaals [OK]. Lees de QR code die op de monitor van dit apparaat wordt afgebeeld met behulp van de smartphone.
Pagina 238
Selecteer [OK] op het scherm van de smartphone. De smartphone is verbonden met het apparaat. U kunt een beeld opnemen met behulp van afstandsbediening terwijl u de compositie van het beeld controleert op het scherm van de smartphone. Hint Nadat de QR code is gelezen, worden de SSID (DIRECT-xxxx) en het wachtwoord van dit apparaat geregistreerd in de smartphone.
Pagina 239
Open PlayMemories Mobile op uw smartphone. Selecteer de modelnaam van dit apparaat (DIRECT-xxxx: xxxx). Voer het wachtwoord in dat wordt afgebeeld op dit apparaat. De smartphone is verbonden met het apparaat. U kunt een beeld opnemen met behulp van afstandsbediening terwijl u de compositie van het beeld controleert op het scherm van de smartphone.
Pagina 240
Opmerking Radiogolfinterferentie kan optreden aangezien Bluetooth-communicatie en Wi-Fi-communicatie gebruik maken van dezelfde frequentieband. Als uw Wi-Fi-verbinding instabiel is, kunt u deze verbeteren door de Bluetooth-functie van de smartphone uit te schakelen. Als u dat doet, is de koppelingsfunctie voor locatie-informatie niet beschikbaar. [234] Draadloze functies gebruiken Dit apparaat aansluiten op een smartphone De camera bedienen met behulp van een iPhone of...
Pagina 241
Selecteer [OK] op het scherm van de iPhone of iPad. Als een bericht wordt afgebeeld, selecteert u nogmaals [OK]. Lees de QR code die op de monitor van dit apparaat wordt afgebeeld met behulp van de iPhone of iPad. Installeer het profiel (instellingeninformatie) door de instructies te volgen die worden afgebeeld op het scherm van de iPhone of iPad en selecteer [OK].
Pagina 242
Keer terug naar het scherm "Home" van de iPhone of iPad en open PlayMemories Mobile. U kunt een beeld opnemen met behulp van afstandsbediening terwijl u de compositie van het beeld controleert op het scherm van de iPhone of iPad. Hint Nadat de QR code is gelezen, worden de SSID (DIRECT-xxxx) en het wachtwoord van dit apparaat geregistreerd in de iPhone of iPad.
Pagina 243
[235] Draadloze functies gebruiken Dit apparaat aansluiten op een smartphone De camera bedienen met behulp van een iPhone of iPad (SSID) U kunt de camera bedienen met behulp van een iPhone of iPad door de iPhone of iPad te verbinden met de camera met behulp van een SSID en wachtwoord. MENU →...
Pagina 244
De iPhone of iPad is verbonden met het apparaat. Controleer of uw iPhone of iPad werd verbonden met de "SSID" die wordt afgebeeld op dit apparaat. Keer terug naar het scherm "Home" van de iPhone of iPad en open PlayMemories Mobile.
Pagina 245
Radiogolfinterferentie kan optreden aangezien Bluetooth-communicatie en Wi-Fi-communicatie gebruik maken van dezelfde frequentieband. Als uw Wi-Fi-verbinding instabiel is, kunt u deze verbeteren door de Bluetooth-functie van de smartphone uit te schakelen. Als u dat doet, is de koppelingsfunctie voor locatie-informatie niet beschikbaar. [236] Draadloze functies gebruiken Beelden kopiëren naar een smartphone Naar smartph verznd...
Pagina 246
(2) Als u [Meerdere beelden] selecteert, selecteert u de gewenste beelden met het midden van de vierrichtingsknop, en drukt u daarna op MENU → [Enter]. Op smartphone selecter.: Geeft alle beelden die op de geheugenkaart van het apparaat zijn opgenomen weer op de smartphone.
Pagina 247
bewegende beelden in het MP4-formaat overdragen terwijl [ Bestandsindeling] is ingesteld op [MP4]. Activeer de NFC-functie van de smartphone. Een enkel beeld weergeven op het apparaat. Raak met de smartphone het apparaat aan. Het apparaat en de smartphone zijn verbonden en PlayMemories Mobile wordt automatisch geopend op de smartphone, waarna het weergegeven beeld naar de smartphone wordt gezonden.
Pagina 248
U kunt alleen beelden overbrengen die zijn opgeslagen op de geheugenkaart in de geheugenkaartgleuf die wordt weergegeven. Om de geheugenkaartgleuf die wordt weergegeven te veranderen, selecteert u MENU → (Afspelen) → [Select. afspeelmedia] → gewenste gleuf. U kunt het beeldformaat dat naar de smartphone moet worden gezonden selecteren uit [Oorspronkelijk], [2M] en [VGA].
Pagina 249
Afhankelijk van de softwareprogramma-instellingen op de computer, wordt het apparaat uitgeschakeld nadat de beelden op de computer zijn opgeslagen. U kunt beelden op het apparaat overbrengen naar slechts één computer tegelijk. Als u beelden wilt overbrengen naar een andere computer, verbindt u het apparaat door middel van een USB-verbinding met de computer, en volgt u de instructies in PlayMemories Home.
Pagina 250
Keuze afspelen: Selecteert de groep beelden die moet worden weergegeven. Mapweergav(stilstaand): Selecteert uit [Alles] en [Alles in map]. Datumweergave: Selecteert uit [Alles] en [Alles in dat.b.]. Interval: Selecteert uit [Kort] en [Lang]. Effecten*: Selecteert uit [Aan] en [Uit]. Afspeelbeeldformaat: Selecteert uit [HD] en [4K]. De instellingen werken alleen op een BRAVIA-televisie die compatibel is met de functies.
Pagina 251
Installeer PlayMemories Mobile op uw smartphone. U kunt PlayMemories Mobile installeren vanuit de app-store voor uw smartphone. Als u de app reeds hebt geïnstalleerd, updatet u hem naar de meest recente versie. Breng een vooraf opgenomen beeld over naar uw smartphone met behulp van de functie [Naar smartph verznd] van de camera.
Pagina 252
Wis de paringsinformatie van de camera die is geregistreerd in PlayMemories Mobile. Voer op de camera [Netw.instell. terugst.] uit. Raadpleeg voor meer gedetailleerde video-instructies de volgende ondersteuningspagina. http://www.sony.net/pmm/btg/ Opmerking Wanneer u de camera terugstelt op de standaardinstellingen, wordt de paringsinformatie ook gewist.
Pagina 253
in PlayMemories Mobile voordat u het opnieuw probeert. Der locatie-informatie wordt niet opgenomen wanneer deze niet kan worden verkregen, zoals wanneer de Bluetooth-verbinding is verbroken. De camera kan worden gepaard met maximaal 15 Bluetooth-apparaten, maar kan de locatie- informatie vanaf slechts één smartphone verkrijgen. Als u de locatie-informatie vanaf een andere smartphone wilt verkrijgen, schakelt u de [Locatiegegevenskoppeling]-functie uit van de smartphone die al is gekoppeld.
Pagina 254
Als uw accesspoint een Wi-Fi Protected Setup (WPS)-knop heeft, kunt u het accesspoint eenvoudig in dit apparaat registreren door op de Wi-Fi Protected Setup (WPS)-knop te drukken. MENU → (Draadloos) → [Wi-Fi-instellingen] → [WPS-Push]. Druk op de WPS-knop op het accesspoint dat u wilt registreren. Opmerking [WPS-Push] werkt alleen als de beveiligingsinstelling van uw accesspoint is ingesteld op WPA of WPA2, en uw accesspoint ondersteuning biedt voor de registratiemethode met de Wi-Fi Protected...
Pagina 255
Wanneer het gewenste accesspoint wordt afgebeeld op het scherm: Selecteer het gewenste accesspoint. Wanneer het gewenste accesspoint niet wordt afgebeeld op het scherm: Selecteer [Handmatige instelling] en stel het accesspoint in. Als u [Handmatige instelling] selecteert, voert u de SSID-naam van het accesspoint in en selecteert u daarna het beveiligingssysteem.
Pagina 256
Subnetmasker/Standaardgateway: Wanneer u [IP-adres instelling] instelt op [Handmatig], voert u het IP-adres in overeenkomstig uw netwerkomgeving. Opmerking Om het geregistreerde accesspoint voorrang te geven, stelt u [Voorrangsverbind.] in op [Aan]. [244] Draadloze functies gebruiken De instellingen voor een draadloze verbinding veranderen Naam Appar.
Pagina 257
(Draadloos) → [Netw.instell. terugst.] → [OK]. [248] Een computer gebruiken Aanbevolen computeromgeving U kunt de vereiste computeromgeving voor het softwareprogramma controleren op de volgende URL: http://www.sony.net/pcenv/ [249] Een computer gebruiken Softwareprogramma's voor Mac-computers Voor meer informatie over de softwareprogramma’s voor Mac-computers, gaat u naar de...
Pagina 258
URL: http://www.sony.co.jp/imsoft/Mac/ Autom. draadloos importeren "Autom. draadloos importeren" is vereist als u een Mac-computer gebruikt en met behulp van de Wi-Fi-functie beelden wilt importeren in de computer. Download het softwareprogramma vanaf de bovenstaande URL en installeer het op uw Mac-computer.
Pagina 259
PlayMemories Home installeren Open op uw computer een internetbrowser en ga naar de onderstaande URL en download PlayMemories Home door de instructies op het scherm te volgen. http://www.sony.net/pm/ Een internetverbinding is vereist. Voor gedetailleerde instructies, gaat u naar de ondersteuningspagina van PlayMemories Home (alleen in het Engels).
Pagina 260
[252] Een computer gebruiken Beelden importeren voor gebruik op een computer De camera aansluiten op een computer Plaats een volledig opgeladen accu in de camera of sluit de camera aan op een stopcontact met behulp van de netspanningsadapter (los verkrijgbaar). Zet de camera en de computer aan.
Pagina 261
U mag bewegende beelden in het AVCHD- of XAVC S-formaat op de geheugenkaart niet wissen of kopiëren vanaf de computer. Sony is niet aansprakelijk voor de gevolgen van dergelijke bedieningen via de computer.
Pagina 262
De geheugenkaart verwijderen. Uitschakelen van het apparaat. Klik op (Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen) op de taakbalk. Klik op de afgebeelde mededeling. Opmerking Op een Mac-computer, sleep het geheugenkaartpictogram of het stationspictogram op het "Prullenbak"-pictogram en laat het erin vallen. De camera wordt losgekoppeld van de computer. Op een Windows 7- of Windows 8-computer, wordt het verwijderingspictogram mogelijk niet afgebeeld.
Pagina 263
Download en installeer het softwareprogramma door naar de volgende URL te gaan. Windows http://www.sony.co.jp/imsoft/Win/ http://www.sony.co.jp/imsoft/Mac/ Opmerking Log in als beheerder. [257] Een computer gebruiken De camera bedienen vanaf een computer (Remote Camera Control) Remote Camera Control Als Remote Camera Control wordt gebruikt, zijn de volgende bedieningen beschikbaar op de computer.
Pagina 264
(HD)-beeldkwaliteit te maken. Schrijfbaar bestandsformaat voor bewegende beelden: XAVC S, AVCHD, MP4 (AVC) Spelers: weergaveapparaten voor het AVCHD-formaat (Sony Blu-ray-discspelers, PlayStation 3, enz.) U kunt dit type discs niet weergeven op gewone dvd-spelers.
Pagina 265
(HD)-beeldkwaliteit U kunt Blu-ray-discs maken die kunnen worden weergegeven op weergaveapparaten voor Blu- ray-discs (zoals een Blu-ray-discspeler van Sony, de PlayStation 3, enz.). A. Maken met behulp van een computer Met een Windows-computer kunt u met behulp van PlayMemories Home bewegende beelden, die in de computer zijn geïmporteerd, kopiëren en een Blu-ray-disc maken.
Pagina 266
U kunt dvd-discs (AVCHD-opnamediscs) maken die kunnen worden weergegeven op weergaveapparaten die compatibel zijn met het AVCHD-formaat (zoals een Blu-ray-discspeler van Sony, de PlayStation 3, enz.). A. Maken met behulp van een computer Met een Windows-computer kunt u met behulp van PlayMemories Home bewegende beelden, die in de computer zijn geïmporteerd, kopiëren en een dvd-disc maken (AVCHD-opnamedisc).
Pagina 267
[262] Een computer gebruiken Een disc met bewegende beelden maken Een dvd-disc maken van bewegende beelden in standard-definition (SD)-beeldkwaliteit U kunt dvd-discs maken die kunnen worden weergegeven op gewone dvd-weergaveapparaten (dvd-spelers, computers die dvd-discs kunnen weergeven, enz.). A. Maken met behulp van een computer Met een Windows-computer kunt u met behulp van PlayMemories Home bewegende beelden, die in de computer zijn geïmporteerd, kopiëren en een dvd-disc maken.
Pagina 268
Selecteer de gewenste instelling die u wilt veranderen door op de boven-/onder- /linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken, en druk daarna op het midden van de vierrichtingsknop. Selecteer een pictogram bovenaan het scherm en druk op de linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop om naar een andere MENU-categorie te gaan. Selecteer de gewenste waarde van de instelling en druk op het midden om uw selectie te bevestigen.
Pagina 269
Bestandsformaat: RAW In dit bestandsformaat wordt geen digitale bewerking toegepast. Selecteer dit formaat als u beelden op een computer wilt bewerken voor professionele doeleinden. Het beeldformaat ligt vast op het maximale formaat. Het beeldformaat wordt niet afgebeeld op het scherm. RAW en JPEG: Bestandsformaat: RAW + JPEG Een RAW-beeld en een JPEG-beeld worden tegelijkertijd opgenomen.
Pagina 270
[265] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 RAW-best.type (stilstaand beeld) Selecteert het bestandstype voor RAW-beelden. MENU → (Camera- instellingen1) → [ RAW-best.type] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Gecomprimeerd: Neemt beelden op in gecomprimeerd RAW-formaat. Ongecomprimeerd: Neemt beelden op in ongecomprimeerd RAW-formaat. Als [Ongecomprimeerd] is geselecteerd voor [ RAW-best.type], zal de bestandsgrootte van het beeld groter zijn dan wanneer het zou zijn opgenomen in gecomprimeerd RAW-formaat.
Pagina 271
S: 11M 3984×2656 pixels Als [ Beeldverhouding] is ingesteld op [16:9] L: 36M 7952×4472 pixels M: 15M 5168×2912 pixels S: 8.9M 3984×2240 pixels Als [APS-C/Super 35mm] is ingesteld op [Aan] Als [ Beeldverhouding] is ingesteld op [3:2] L: 18M 5168×3448 pixels M: 11M 3984×2656 pixels S: 4,5M 2592×1728 pixels Als [...
Pagina 272
Stelt in of stilstaande beelden worden opgenomen in een formaat gelijkwaardig aan het APS-C- formaat, en bewegende beelden in een formaat gelijkwaardig aan het Super 35mm-formaat. Als u [Aan] of [Automatisch] selecteert, kunt u een specifieke lens van APS-C-formaat gebruiken op dit apparaat.
Pagina 273
Breed: 12416×1856 [270] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Panorama: richting Stelt de richting in waarin de camera moet worden gepand bij het opnemen van panoramabeelden. MENU → (Camera- instellingen1) → [Panorama: richting] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Rechts: Pan de camera van links naar rechts. Links: Pan de camera van rechts naar links.
Pagina 274
Activeert ruisonderdrukking zolang de sluiter open staat. Terwijl de ruisonderdrukking wordt uitgevoerd, wordt een bericht weergegeven, en u kunt dan niet een nieuw beeld opnemen. Selecteer dit als u de beeldkwaliteit prioriteit wilt geven. Uit: Activeert de ruisonderdrukking niet. Selecteer dit als u de opnametiming prioriteit wilt geven. Opmerking Ruisonderdrukking wordt mogelijk niet ingeschakeld, zelfs niet wanneer [ NR lang-belicht] is...
Pagina 275
[Panorama d. beweg.] Als [ Kwaliteit] is ingesteld op [RAW], is deze functie niet beschikbaar. NR bij hoge-ISO] werkt niet bij RAW-beelden wanneer de [ Kwaliteit] is ingesteld op [RAW en JPEG]. [273] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Kleurenruimte (stilstaand beeld) De wijze waarop kleuren worden voorgesteld met behulp van combinaties van nummers of het bereik van de kleurenreproductie wordt "kleurenruimte"...
Pagina 276
karakteristieken van de lens. MENU → (Camera- instellingen1) → [Lenscompensatie] → [Schaduwcompensat.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Corrigeert de donkere hoeken van het scherm automatisch. Uit: Corrigeert de donkere hoeken van het scherm niet. Opmerking Deze functie is alleen beschikbaar bij gebruik van een lens die compatibel is met automatische compensatie.
Pagina 277
[276] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Lenscompensatie: Vervorm.compensat. Corrigeert de vervorming van het scherm, die wordt veroorzaakt door bepaalde karakteristieken van de lens. MENU → (Camera- instellingen1) → [Lenscompensatie] → [Vervorm.compensat.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Corrigeert de vervorming van het scherm automatisch. Uit: Corrigeert de vervorming van het scherm niet.
Pagina 278
Zelfontspanner: Neemt een beeld op met behulp van de zelfontspanner nadat een bepaald aantal seconden zijn verstreken sinds op de ontspanknop is gedrukt. Zelfontsp.(Cont.): Neemt een bepaald aantal beelden op met behulp van de zelfontspanner nadat een bepaald aantal seconden zijn verstreken sinds op de ontspanknop is gedrukt. Bracket continu: Neemt beelden op wanneer u de ontspanknop ingedrukt houdt, elk met een verschillend helderheidsniveau.
Pagina 279
Bracketvolgorde: Stelt de opnamevolgorde voor de exposure-bracketopname en witbalans-bracketopname in. (0→-→+/-→0→+) [279] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Oproepen (Camera- instellingen1/Camera- instellingen2) Hiermee kunt u een beeld opnemen nadat veelgebruikte functies of camera-instellingen zijn opgeroepen die van tevoren werden geregistreerd met [ Geheugen].
Pagina 280
[280] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Geheugen (Camera- instellingen1/Camera- instellingen2) U kunt maximaal 3 veelgebruikte functies of apparaatinstellingen registreren in het apparaat, en maximaal 4 (M1 tot en met M4) in de geheugenkaart. U kunt de instellingen eenvoudig oproepen met de functiekeuzeknop. Stel het apparaat in op de instelling die u wilt registreren.
Pagina 281
[281] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Scherpstelfunctie Selecteert de scherpstelmethode die geschikt is voor de beweging van het onderwerp. De manier van omschakelen van de scherpstellingsfunctie is afhankelijk van de bevestigde lens. Als de lens een scherpstellingsfunctie-keuzeknop heeft, zet u deze in de stand "AF" of "MF".
Pagina 282
Gebruik dit wanneer het onderwerp in beweging is. In de functie [Continue AF] klinkt geen pieptoon wanneer de camera scherpstelt. (D. handm. sch.): U kunt na het vergrendelen van de scherpstelling handmatig nauwkeurige aanpassingen maken waardoor u sneller kunt scherpstellen op een onderwerp dan bij handmatig scherpstellen vanaf het begin.
Pagina 283
Voork.-inst. in AF-S Stelt in of de sluiter zelfs moet worden ontspannen als het onderwerp niet scherpgesteld is wanneer [Scherpstelfunctie] is ingesteld op [Enkelvoudige AF], [D. handm. sch.] of [Automatische AF] en het onderwerp stilstaat. MENU → (Camera- instellingen1) → [Voork.-inst. in AF-S] → gewenste instelling.
Pagina 284
[284] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Scherpstelgebied Selecteert het scherpstelgebied. Gebruik deze functie wanneer het moeilijk is goed scherp te stellen in de automatische scherpstellingsfunctie. MENU → (Camera- instellingen1) → [Scherpstelgebied] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Breed : Stelt automatisch scherp op een onderwerp dat de volle breedte van het scherm beslaat. Wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt in de stilstaand-beeldopnamefunctie, wordt een groen kader afgebeeld rond het gebied dat scherpgesteld is.
Pagina 285
Wanneer [Zone] is geselecteerd, is het scherpstelgebied onderverdeeld in 15 zones in geval van (A), of in 9 zones in geval van (B). Het scherpstelgebied verplaatsen U kunt het scherpstelgebied verplaatsen in [Flexibel punt], [Uitgebr. flexibel punt] of [Zone] door de vierrichtingsknop te bedienen. Opmerking [Scherpstelgebied] ligt vast op [Breed] in de volgende situaties: [Slim automatisch]...
Pagina 286
Menu-onderdelen Automatisch: Het aantal scherpstellingspunten dat wordt gebruikt om scherp te stellen wordt automatisch ingesteld afhankelijk van de lens of opnamefunctie. Gebruikt maximaal alle 399 scherpstellingspunten. Alleen kruistype-AF: Beperkt het aantal tot maximaal 79 scherpstellingspunten in het kruis-type AF-gebied. Het aantal scherpstellingspunten is afhankelijk van de lens. Het aantal scherpstellingspunten wordt beperkt wanneer een van de volgende lenzen is bevestigd.
Pagina 287
Stelt in of het hybride fasedetectie-AF-systeem moet worden gebruikt, dat gebruikmaakt van zowel de scherpstellingsvlak-fasedetectie-AF-sensor als de specifieke fasedetectie-AF-sensor, of alleen de specifieke fasedetectie-AF-sensor moet worden gebruikt om automatisch scherp te stellen. MENU → (Camera- instellingen1) → [AF-systeem] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Gebruikt zowel de scherpstellingsvlak-fasedetectie-AF-sensor als de specifieke fasedetectie-...
Pagina 288
63 Punten: Gebruikt de beperkte 63 scherpstellingspunten uit de 323. Alleen beschikbaar wanneer een lens is bevestigd die hybride fasedetectie-AF ondersteunt en [AF-systeem] is ingesteld op [Automatisch]. 15 punten: Gebruikt de beperkte 15 punten uit alle punten van de specifieke fasedetectie-AF-sensor. [288] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 AF-hulplicht (stilstaand beeld)
Pagina 289
Menu-onderdelen Automatisch: Het AF-hulplicht gaat automatisch branden in een donkere omgeving. Uit: Maakt geen gebruik van het AF-hulplicht. Opmerking U kunt [ AF-hulplicht] niet gebruiken in de volgende situaties: Tijdens het opnemen van bewegende beelden Panorama d. beweg. Wanneer [Scherpstelfunctie] is ingesteld op [Continue AF] of [Automatische AF] en het onderwerp beweegt (terwijl de scherpstellingsindicator wordt afgebeeld) Wanneer [Scherpst.
Pagina 290
Druk de ontspanknop helemaal in om het beeld op te nemen. Hint U kunt [Centr. AF-vergrend.] inschakelen door op de knop te drukken waaraan [Scherpstelstandaard] is toegewezen in [Eigen toets(opname)] wanneer [Centr. AF-vergrend.] is ingesteld op [Aan]. U kunt ook het onderwerp weer detecteren door op de knop te drukken waaraan [Scherpstelstandaard] is toegewezen.
Pagina 291
[291] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Gevoel. AF-volg. (stilstaand beeld) U kunt de AF-volggevoeligheid selecteren voor het geval het onderwerp onscherp wordt in de stilstaand-beeldopnamefunctie. MENU → (Camera- instellingen1) → [ Gevoel. AF-volg.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen 5(reactief) / 4 / 3(standaard) / 2 / 1(blijven volgen): Selecteer [5(reactief)] om te reageren op onderwerpen op verschillende afstanden.
Pagina 292
scherpstellen. Bevestig een SSM-lens of SAL18135-lens op de camera, en stel vervolgens de scherpstellingsfunctie-keuzeknop op de lens in op "AF". Stel [ AF met sluiter] in op [Uit]. MENU → (Camera- instellingen2) → [Eigen toets(opname)] → wijs de functies [AF aan] en [Scherpst.
Pagina 293
MENU → (Camera- instellingen1) → [ AF-ber. reg. hulp] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Beeldt het hulpgebied van de AF-bereikregeling af. Uit: Beeldt het hulpgebied van de AF-bereikregeling niet af. [295] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Auto Uitsch. AF-geb. Stelt in of het scherpstelgebied altijd moet worden afgebeeld, of automatisch moet uitgaan kort nadat is scherpgesteld.
Pagina 294
Menu-onderdelen Aan: Beeldt het scherpstelgebied af. Uit: Beeldt het scherpstelgebied niet af. [297] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 AF-microafst. Stelt u in staat om automatisch scherpgestelde posities aan te passen en te registreren voor elke lens. Voor algemeen gebruik hoeft u de automatisch scherpgestelde positie niet aan te passen met behulp van deze functie.
Pagina 295
Nauwkeurig aanpasbare AF-gebieden Schematisch overzicht U kunt de automatisch scherpgestelde positie aanpassen voor zowel het groothoek- als het telefoto-uiteinde van de lens. Als de hybride fasedetectie-AF is ingeschakeld*, kunt u de automatisch scherpgestelde posities van de hoekgebieden (2 t/m 5) en van het middengebied (1) aanpassen.
Pagina 296
Voer [AF-microafst.] niet uit met een niet- ondersteunde lens. U kunt [AF-microafst.] niet afzonderlijk instellen voor een lens van Sony, Minolta of Konica-Minolta met dezelfde specificatie. [298] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Belicht.comp.
Pagina 297
(A). Monitor Zoeker Opmerking U kunt de belichtingscompensatie niet uitvoeren in de volgende opnamefuncties: [Slim automatisch] Als u [Handm. belichting] gebruikt, kunt u de belichtingscompensatie alleen toepassen als [ISO] is ingesteld op [ISO AUTO]. Alleen een waarde tussen -3,0 EV en +3,0 EV wordt tijdens het opnemen afgebeeld op het scherm met de daarbij behorende helderheid van het beeld.
Pagina 298
De gevoeligheid voor licht wordt uitgedrukt in de ISO-waarde (aanbevolen-belichtingsindex). Hoe hoger de waarde, hoe hoger de gevoeligheid is. Druk op de ISO-knop → selecteer de gewenste instelling. (Camera- instellingen1) → [ISO] selecteren. U kunt ook MENU→ U kunt de waarde veranderen in stappen van 1/3 EV door de voorste keuzeknop te draaien, en ook door deze te selecteren met de vierrichtingsknop.
Pagina 299
ISO AUTO min. sl.td. Als u [ISO AUTO] selecteert terwijl de opnamefunctie P (Autom. programma) of A (Diafragmavoorkeuze) is, kunt u de sluitertijd instellen waarop de ISO-gevoeligheid begint te veranderen. Deze functie is effectief voor het opnemen van bewegende onderwerpen. U kunt de kans op een wazig onderwerp minimaliseren en tegelijkertijd camerabeweging voorkomen.
Pagina 300
Lichtmeetfunctie Selecteert de lichtmeetfunctie die instelt welk deel van het scherm moet worden gemeten voor het bepalen van de belichting. MENU → (Camera- instellingen1) → [Lichtmeetfunctie] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Multi: Na opdeling van het totale scherm in meerdere gebieden wordt het licht op elk gebied gemeten, en zo wordt de juiste belichting van het hele scherm bepaald (Multi-patroonmeting).
Pagina 301
[302] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Spotmeterpunt Stelt in of de spotmeting-positie en het scherpstelgebied moeten worden gecoördineerd wanneer [Scherpstelgebied] is ingesteld op [Flexibel punt] of [Uitgebr. flexibel punt]. MENU → (Camera- instellingen1) → [Spotmeterpunt] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Midden: De spotmeting-positie wordt niet gecoördineerd met het scherpstelgebied, maar meet de helderheid altijd in het midden.
Pagina 302
[304] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 AEL met sluiter (stilstaand beeld) U kunt instellen of de belichting moet worden vergrendeld wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt. Selecteer [Uit] om de scherpstelling en belichting afzonderlijk in te stellen. MENU → (Camera- instellingen1) →...
Pagina 303
Selecteer de gewenste waarde als de norm voor lichtmeting. U kunt de waarde instellen tussen -1 en +1 in stappen van 1/6 EV. Lichtmeetfunctie De ingestelde normwaarde wordt toegepast wanneer u de bijbehorende lichtmeetfunctie selecteert in MENU → (Camera- instellingen1) → [Lichtmeetfunctie]. Multi/ Midden/ Spot/...
Pagina 304
Elke keer als u op de ontspanknop drukt, gaat de flitser af. U kunt met de langzame- flitssynchronisatieopname een helder beeld opnemen van zowel het onderwerp als de achtergrond door een langere sluitertijd te gebruiken. Eindsynchron.: Elke keer wanneer u de ontspanknop indrukt, gaat de flitser af net voordat de belichting is voltooid.
Pagina 305
[308] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Bel.comp.inst. Stelt in of de belichtingscompensatiewaarde moet worden toegepast om zowel het flitslicht als het omgevingslicht te regelen, of alleen het omgevingslicht. MENU → (Camera- instellingen1) → [Bel.comp.inst.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Omgeving+flits: Past de belichtingscompensatiewaarde toe om zowel het flitslicht als het omgevingslicht te regelen.
Pagina 306
Opmerking Als de afstand tussen het onderwerp en de flitser niet constant is (zoals bij opnemen met een externe, draadloze flitser (los verkrijgbaar) of bij opnemen met een externe flitser die met een kabel is verbonden met de camera, of bij gebruik van een dubbelflitser voor macro-opnamen), of als een externe flitser (los verkrijgbaar) is ingesteld op weerkaatsen, wordt [Flitsregeling] automatisch ingesteld op [Voorflits DDL].
Pagina 307
[311] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Witbalans Corrigeert het tinteffect van de omgevingslichtomstandigheden om een neutraal wit onderwerp wit op te nemen. Gebruik deze functie als de kleurtinten van het beeld er niet uitzien zoals u verwachtte, of als u doelbewust de kleurtinten wilt veranderen voor een fotografisch effect. Druk op de WB (Witbalans)-knop →...
Pagina 308
[312] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Voork.-inst. in AWB Selecteert welke tint prioriteit krijgt wanneer wordt opgenomen onder belichtingsomstandigheden zoals bij gloeilamplicht terwijl [Witbalans] is ingesteld op [Automatisch]. MENU → (Camera- instellingen1) → [Voork.-inst. in AWB] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Standaard: Neemt op met standaard automatische witbalans.
Pagina 309
Menu-onderdelen Dynamische-bereikopt.: auto: Corrigeert automatisch de helderheid. Dynamische-bereikopt.: 1 ― Dynamische-bereikopt.: 5: Optimaliseert de gradatie van een opgenomen beeld voor elk gebied. Selecteer het optimalisatieniveau tussen Lv1 (zwak) en Lv5 (krachtig). Opmerking In de volgende situaties ligt [D.-bereikopt.] vast op [Uit]: De opnamefunctie is ingesteld op [Panorama d.
Pagina 310
Bijvoorbeeld, als u de belichtingswaarde instelt op 2,0 EV, worden drie beelden samengesteld met de volgende belichtingsniveaus: −1,0 EV, correcte belichting en +1,0 EV. Hint De sluiter wordt drie keer ontspannen voor één opname. Let vooral op het volgende: Gebruik deze functie wanneer het onderwerp niet beweegt of de flitser niet wordt gebruikt. Verander de compositie niet voordat u opneemt.
Pagina 311
(contrast), (verzadiging) en (scherpte) aan te passen, selecteert u het gewenste onderdeel met de linker-/rechterkant, en selecteert u daarna de gewenste waarde met de boven-/onderkant. Als u [Stijlvak] wilt selecteren, verplaatst u naar rechts door op de rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken, en selecteert u daarna de gewenste stijl. U kunt dezelfde stijl oproepen met iets andere instellingen.
Pagina 312
Diep: Voor het opnemen van beelden met diepe en dichte kleuren, geschikt voor het opnemen van de massieve aanwezigheid van het onderwerp. Licht: Voor het opnemen van beelden met felle en eenvoudige kleuren, geschikt voor het overbrengen van een verfrissend lichte sfeer. Portret: Voor het opnemen van de huid met een zachte tint, ideaal voor het maken van portretten.
Pagina 313
Opmerking [Creatieve stijl] ligt vast op [Standaard] in de volgende situaties: [Slim automatisch] [Foto-effect] is ingesteld op iets anders dan [Uit]. [Beeldprofiel] is ingesteld op iets anders dan [Uit]. Als deze functie is ingesteld op [Zwart-wit] of [Sepia], kan [Verzadiging] niet worden ingesteld. [316] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Foto-effect...
Pagina 314
van de vierrichtingsknop te drukken. Opmerking Wanneer u een andere zoomfunctie dan de optische zoomfunctie gebruikt en u de zoomvergroting hoger maakt, wordt [Speelgoedcamera] minder effectief. Als [Deelkleur] is geselecteerd, behouden de beelden mogelijk niet de geselecteerde kleur, afhankelijk van het onderwerp of de opnameomstandigheden. U kunt de volgende effecten niet controleren op het opnamescherm omdat het apparaat het beeld pas na de opname bewerkt.
Pagina 315
Ga naar het onderdeel-indexweergavescherm door op de rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Selecteer het onderdeel dat u wilt veranderen met de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop. Selecteer de gewenste waarde door op de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop te drukken, en druk daarna op het midden. Een vooraf ingesteld beeldprofiel gebruiken De standaardinstellingen [PP1] tot en met [PP9] voor bewegende beelden zijn van tevoren in de camera ingesteld op basis van diverse opnameomstandigheden.
Pagina 316
Selecteert een gammakromme. Movie: Standaard gammakromme voor bewegende beelden Still: Standaard gammakromme voor stilstaande beelden Cine1: Verzacht het contrast van donkere delen en benadrukt de gradatie van heldere delen om een ontspannen kleurenfilm te maken. (gelijkwaardig aan HG4609G33) Cine2: Soortgelijk aan [Cine1], maar geoptimaliseerd voor bewerken met maximaal 100% videosignaal.
Pagina 317
Still: Geschikte kleuren wanneer [Gamma] is ingesteld op [Still]. Cinema: Geschikte kleuren wanneer [Gamma] is ingesteld op [Cine1]. Pro: Soortgelijke kleurtinten als de standaardbeeldkwaliteit van professionele camera's van Sony (indien gecombineerd met het ITU709-gamma) ITU709 matrix: Kleuren die overeenkomen met de ITU709-norm (indien gecombineerd met het ITU709-gamma) Zwart-wit: Stelt de verzadiging in op nul voor opnemen in zwart-wit.
Pagina 318
de verticale (V)-kant) tot en met +2 (verschil met de horizontale (H)-kant)) B/W-Balans: Selecteert de balans van het lagere DETAIL (B) en het hogere DETAIL (W). (Type1 (verschil met de lagere DETAIL (B)-kant) tot en met Type5 (verschil met de hogere DETAIL (W)-kant)) Limiet: Stelt het grensniveau van [Details] in.
Pagina 319
Als u [Helling] instelt op +5 in [Handmatige instell.], wordt [Drempel] ingesteld op [Uit]. S-Gamut, S-Gamut3.Cine en S-Gamut3 zijn kleurruimten exclusief voor Sony. Echter, de S-Gamut- instelling van deze camera ondersteunt niet de volledige S-Gamut-kleurruimte, maar is een instelling voor het realiseren van een kleurenreproductie die gelijkwaardig is aan S-Gamut.
Pagina 320
Zet de scherpstellingsfunctie-keuzeknop van de lens op “AF”. Wij adviseren u de functie [Scherpst. vergroten] toe te wijzen aan een gewenste knop met behulp van [Eigen toets(opname)]. De AM/FM-bedieningsfunctie is niet beschikbaar voor andere SAM-lenzen dan SAL18135. (per introductiedatum van deze camera) [319] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Schrpstelvergrot.tijd...
Pagina 321
x1.0: Geeft het beeld weer met dezelfde vergroting als het opnamescherm. x7,8: Geeft een 7,8x vergroot beeld weer. Opnemen in APS-C-/Super 35mm-formaat x1.0: Geeft het beeld weer met dezelfde vergroting als het opnamescherm. x5,1: Geeft een 5,1x vergroot beeld weer. [321] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Reliëfniveau...
Pagina 322
[322] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Reliëfkleur Stelt bij opnemen met handmatige scherpstelling of met directe handmatige scherpstelling de kleur in die wordt gebruikt voor de reliëffunctie. MENU → (Camera- instellingen1) → [Reliëfkleur] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Rood: Reliëf versterkt in rood. Geel: Reliëf versterkt in geel.
Pagina 323
Vermindert de effecten veroorzaakt door flikkeren. Wanneer de camera flikkeren detecteert terwijl de ontspanknop tot halverwege is ingedrukt, wordt (pictogram flikkeren) afgebeeld. Hint De effecten veroorzaakt door flikkeren kunnen worden verminderd en (pictogram flikkeren) wordt niet afgebeeld in de volgende opnamefuncties: [Slim automatisch] De kleurtint van de resulterende opname kan verschillen met wanneer u dezelfde scène opneemt met een andere sluitertijd.
Pagina 324
MENU → (Camera- instellingen1) → [Gezichtsherkenning] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Uit: Gebruikt de functie [Gezichtsherkenning] niet. Aan (ger. gezicht.): Herkent een geregistreerd gezicht met een hogere prioriteit met [Gezichtsregistratie]. Aan: Herkent een gezicht zonder een hogere prioriteit te geven aan het geregistreerde gezicht. Gezichtsherkenningskader Wanneer het apparaat een gezicht herkent, wordt het grijze gezichtsherkenningskader afgebeeld.
Pagina 325
Gezichtsregistratie (Nieuwe registratie) Als u van tevoren gezichten registreert, kan het apparaat het geregistreerde gezicht met prioriteit herkennen wanneer [Gezichtsherkenning] is ingesteld op [Aan (ger. gezicht.)]. MENU → (Camera- instellingen1) → [Gezichtsregistratie] → [Nieuwe registratie]. Plaats het geleidingskader over het te registreren gezicht en druk op de ontspanknop.
Pagina 326
[327] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen1 Gezichtsregistratie (Wissen) Wist een geregistreerd gezicht. MENU → (Camera- instellingen1) → [Gezichtsregistratie] → [Wissen]. Als u [Alles verwijderen] selecteert, kunt u alle geregistreerde gezichten wissen. Opmerking Zelfs als u [Wissen] uitvoert, blijven de gegevens van de geregistreerde gezichten opgeslagen in het apparaat.
Pagina 327
Autom. programma/ Autom. programma: Stelt u in staat op te nemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde). Diafragmavoorkeuze/ Diafragmavoorkeuze: Maakt het mogelijk om op te nemen nadat de diafragmawaarde handmatig is ingesteld. Sluitertijdvoorkeuze/ Sluitertijdvoorkeuze: Maakt het mogelijk om op te nemen nadat de sluitertijd handmatig is ingesteld. Handm.
Pagina 328
snelheidsklasse U1 of sneller) UHS-snelheidsklasse U3 is vereist om op te nemen met 100 Mbps of meer. [HDMI-inform.weerg.] wordt tijdelijk omgeschakeld naar [Uit] wanneer [ Bestandsindeling] wordt ingesteld op [XAVC S 4K]. De beelden worden niet weergegeven op de monitor van de camera wanneer u bewegende beelden opneemt terwijl de camera is aangesloten op een HDMI-apparaat terwijl [ Bestandsindeling] is ingesteld op [XAVC S 4K].
Pagina 329
[330] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Opname-instell. (bewegende beelden) Selecteert het beeldformaat, de beeldfrequentie en de beeldkwaliteit voor het opnemen van bewegende beelden. Hoe hoger de bitsnelheid, hoe hoger de beeldkwaliteit. MENU → (Camera- instellingen2) → [ Opname-instell.] → gewenste instelling.
Pagina 330
60i/50i: Bewegende beelden worden opgenomen met ongeveer 60 velden per seconde (voor 1080 60i-compatibele apparaten) of 50 velden per seconde (voor 1080 50i-compatibele apparaten) in de geïnterlinieerde functie met Dolby Digital-geluid en in het AVCHD-formaat. 24p/25p: Bewegende beelden worden opgenomen met ongeveer 24 frames per seconde (voor 1080 60i-compatibele apparaten) of 25 frames per seconde (voor 1080 50i-compatibele apparaten) in de progressieve functie met Dolby Digital-geluid en in het AVCHD-formaat.
Pagina 331
PlayMemories Home omgezet om een AVCHD-opnamedisc te maken. U kunt geen disc maken in de oorspronkelijke beeldkwaliteit. Deze omzetting kan lang duren. Als u de oorspronkelijke beeldkwaliteit wilt behouden, slaat u de bewegende beelden op een Blu-ray-disc op. Om bewegende beelden van 60p/50p/24p/25p weer te geven op een televisie, moet de televisie compatibel zijn met het 60p/50p/24p/25p-formaat.
Pagina 332
Selecteert de beeldfrequentie van de bewegende beelden. Beeldsnelheid: Selecteert de beeldfrequentie voor opnemen. Weergavesnelheid De weergavesnelheid verschilt zoals hieronder aangegeven, afhankelijk van de toegewezen [ Opname-instell.] en [ Beeldsnelheid]. Als [NTSC/PAL schakel.] is ingesteld op NTSC Opname-instell. Beeldsnelheid 120fps 5 keer langzamer 4 keer langzamer 2,5 keer Normale...
Pagina 333
1fps 25 keer sneller 50 keer sneller Als [ Beeldsnelheid] is ingesteld op [120fps]/[100fps], kunt u [ Opname-instell.] niet instellen op [60p]/[50p]. Opmerking Bij vertraagde opname wordt de sluitertijd korter en kan het onmogelijk zijn om een juiste belichting te krijgen. Als dat gebeurt, verlaagt u de diafragmawaarde of stelt u de ISO-gevoeligheid in op een hogere waarde.
Pagina 334
De functie [Dubbele video-OPN] wordt niet gebruikt. Opmerking Als [Opnamemodus] is ingesteld op [Gelijkt. opname ( )] of [Gelijkt. opn.( )], wordt [Dubbele video-OPN] tijdelijk ingesteld op [Uit]. Als [ Opname-instell.] voor bewegende beelden in het XAVC S-formaat is ingesteld op [60p]/[50p] of [120p]/[100p], [ Opname-instell.] voor bewegende beelden in het AVCHD-formaat is ingesteld op [60p]/[50p], of [...
Pagina 335
Stel in of de sluitertijd automatisch moet worden ingesteld of niet tijdens het opnemen van bewegende beelden in geval van een donker onderwerp. MENU → (Camera- instellingen2) → [ Aut. lang. sluit.tijd] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Gebruikt Automatische lange sluitertijd. De sluitertijd wordt automatisch langer bij opnemen op donkere plaatsen.
Pagina 336
[336] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Audio opnam.niveau U kunt het geluidopnameniveau instellen terwijl u naar de niveaumeter kijkt. MENU → (Camera- instellingen2) → [Audio opnam.niveau]. Selecteer het gewenste niveau door op de linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Menu-onderdelen Verhoogt het geluidopnameniveau.
Pagina 337
Stelt in of het geluidsniveau op het scherm wordt afgebeeld. MENU → (Camera- instellingen2) → [Audioniv.weerg.] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Beeldt het geluidsniveau af. Uit: Beeld het geluidsniveau niet af. Opmerking Het geluidsniveau wordt niet afgebeeld in de volgende situaties: Als [Geluid opnemen] is ingesteld op [Uit].
Pagina 338
[339] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Windruis reductie Stelt in of windgeruis moet worden onderdrukt of niet door het lagetonenbereik uit het ingevoerde geluid vanaf de ingebouwde microfoon te filteren. MENU → (Camera- instellingen2) → [Windruis reductie] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Vermindert windgeruis.
Pagina 339
U kunt geen markeringen afbeelden bij gebruik van [Scherpst. vergroten]. De markeringen worden op de monitor of in de zoeker afgebeeld. (U kunt de markeringen niet uitvoeren.) [341] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Markering-instell. (bewegende beelden) Stelt de markeringen in die moeten worden afgebeeld tijdens het opnemen van bewegende beelden.
Pagina 340
[342] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Videolampmodus Stelt de verlichtingsinstelling van de HVL-LBPC LED-lamp (los verkrijgbaar) in. MENU → (Camera- instellingen2) → [Videolampmodus] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Stroomlink: De videolamp wordt synchroon met de aan-uitbediening van de camera in- en uitgeschakeld. Opnamelink: De videolamp wordt synchroon met het starten/stoppen van het opnemen van bewegende beelden in- en uitgeschakeld.
Pagina 341
Als een lens gemaakt door een andere fabrikant (inclusief een lens van Minolta/Konica-Minolta) wordt gebruikt, stelt u deze functie in op [Uit]. Als u deze instelling instelt op [Aan], wordt de juiste belichting niet ingesteld of zal de beeldhelderheid ongelijkmatig zijn. Wanneer u opneemt met een korte sluitertijd, kan de helderheid van het beeld ongelijkmatig worden, afhankelijk van de opnameomgeving.
Pagina 342
Inschakelen: Ontspant de sluiter, ook wanneer geen geheugenkaart is geplaatst. Uitschakelen: Ontspant de sluiter niet wanneer geen geheugenkaart is geplaatst. Opmerking Wanneer geen geheugenkaart is geplaatst, worden de opgenomen beelden niet opgeslagen. De standaardinstelling is [Inschakelen]. Wij adviseren u [Uitschakelen] te selecteren voordat u daadwerkelijk opneemt.
Pagina 343
Menu-onderdelen Automatisch: Voert de SteadyShot-functie automatisch uit volgens de informatie verkregen vanaf de bevestigde lens. Handmatig: Voert de SteadyShot-functie uit volgens de brandpuntsafstand ingesteld bij [SteadyS.brndptsafst.]. (8 mm tot 1000 mm) Controleer de markeringen voor brandpuntsafstand (A) en stel de brandpuntsafstand in. Opmerking Het is mogelijk dat de SteadyShot-functie niet optimaal werkt wanneer de camera nog maar net is ingeschakeld, vlak nadat u de camera op een onderwerp hebt gericht, of wanneer de ontspanknop...
Pagina 344
MENU → (Camera- instellingen2) → [Zoom-instelling] → [Aan:HelderBldZoom] of [Aan:Digitale zoom]. Druk op de (Intell. teleconverter)-knop en selecteer daarna de gewenste vergrotingsschaal door op de linker-/rechterkant van de vierrichtingsknop te drukken. Druk op het midden van de vierrichtingsknop om te verlaten. U kunt ook de transportfunctie instellen door MENU →...
Pagina 345
[350] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 DISP-knop (Scherm/Zoeker) Stelt u in staat de schermweergavefuncties in te stellen die kunnen worden geselecteerd met DISP (weergave-instelling) in de opnamefunctie. MENU → (Camera- instellingen2) → [DISP-knop] → [Scherm] of [Zoeker] → gewenste instelling → [Enter]. De onderdelen gemarkeerd met zijn beschikbaar.
Pagina 346
gecorrigeerd met deze functie. [351] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 FINDER/MONITOR Stelt de methode in voor het omschakelen tussen de elektronische zoeker en het scherm. MENU → (Camera- instellingen2) → [FINDER/MONITOR] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Wanneer u in de elektronische zoeker kijkt, reageert de elektronische zoeker en wordt de weergave automatisch omgeschakeld naar de elektronische zoeker.
Pagina 347
Beeldt het zebrapatroon niet af. 70/75/80/85/90/95/100/100+/Eigen1/Eigen2: Stelt het helderheidsniveau af. Hint U kunt waarden registreren om de correcte belichting of overbelichting en tevens het helderheidsniveau voor [Zebra] te controleren. De instellingen voor bevestiging van de correcte belichting en overbelichting worden in de standaardinstellingen geregistreerd in respectievelijk [Eigen1] en [Eigen2].
Pagina 348
Beeldt de rasterlijn niet af. [354] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Belichtingsinst.gids U kunt instellen of een gids wordt afgebeeld wanneer u de belichting instelt. MENU → (Camera- instellingen2) → [Belichtingsinst.gids] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Uit: Beeldt de gids niet af. Aan: Beeldt de gids af.
Pagina 349
Geeft Live View weer onder omstandigheden nagenoeg gelijk aan hoe uw foto eruit zal zien wanneer al uw instellingen worden toegepast. Deze instelling is nuttig wanneer u foto's wilt opnemen waarbij u het resultaat van de opname wilt controleren op het Live View-scherm. Instelling effect uit: Geeft Live View weer zonder de effecten van de belichtingscompensatie, witbalans, [Creatieve stijl] en [Foto-effect].
Pagina 350
Geeft Auto Review niet weer. Opmerking Wanneer u een functie gebruikt die beeldbewerking uitvoert, kan het beeld vóór bewerking tijdelijk worden weergegeven, gevolgd door het beeld na bewerking. De DISP (weergave-instelling)-instellingen worden toegepast op het Auto Review-scherm. [357] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Eigen toets(opname)/Eigen toets(WG) U kunt een gewenste functie toewijzen aan een gewenste knop.
Pagina 351
Belicht.compen.knop ISO-knop AF/MF-knop AEL-knop Funct. centrale knop -knop -knop (Knop intell. telecon.) Gepersonalis.knop 1 Gepersonalis.knop 2 Multi-sel. vooraan/ Multi-sel. vooraan Voorbeeldknop U kunt tevens een opnamefunctie toewijzen aan de scherpstelling-vasthoudknop op de lens. Sommige lenzen hebben echter geen scherpstelling-vasthoudknop. Selecteer de functie die u wilt toewijzen. De functie die kan worden toegewezen verschilt afhankelijk van de knop.
Pagina 352
U kunt de functies van de voorste en achterste keuzeknoppen omwisselen. MENU → (Camera- instellingen2) → [Draaiknop instellen] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Sltd F-getal: De voorste keuzeknop wordt gebruikt om de sluitertijd te veranderen, en de achterste keuzeknop wordt gebruikt om de diafragmawaarde te veranderen. F-getal Sltd: De voorste keuzeknop wordt gebruikt om de diafragmawaarde te veranderen, en de achterste...
Pagina 353
[361] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Knop MOVIE U kunt instellen of de MOVIE (bewegende beelden)-knop wordt geactiveerd of niet. MENU → (Camera- instellingen2) → [Knop MOVIE] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Altijd: Start het opnemen van bewegende beelden wanneer u in een willekeurige functie op de MOVIE-knop drukt.
Pagina 354
[363] Lijst met menu-onderdelen Camera- instellingen2 Audiosignalen Selecteert of het apparaat een geluid voortbrengt of niet. MENU → (Camera- instellingen2) → [Audiosignalen] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: Geluiden worden bijvoorbeeld voortgebracht wanneer wordt scherpgesteld door de ontspanknop tot halverwege in te drukken. Uit: Er worden geen geluiden voortgebracht.
Pagina 355
Menu-onderdelen Op dit apparaat selecter.: Selecteert een beeld op het apparaat dat moet worden overgebracht naar de smartphone. (1) Selecteer uit [Dit beeld], [Alle beelden deze datum] en [Meerdere beelden]. De afgebeelde opties kunnen verschillen afhankelijk van de geselecteerde weergavefunctie op de camera.
Pagina 356
verbindingsinformatie is teruggesteld, moet u de smartphone opnieuw registreren. Als [Vliegtuig-stand] is ingesteld op [Aan], kunt u dit apparaat en de smartphone niet met elkaar verbinden. Stel [Vliegtuig-stand] in op [Uit]. [365] Lijst met menu-onderdelen Draadloos Naar computer verz. U kunt beelden die in het apparaat zijn opgeslagen overbrengen naar een computer die is verbonden met een draadloze accesspoint of een draadloos breedbandrouter, en gemakkelijk reservekopieën maken met behulp van deze bediening.
Pagina 357
bij de televisie geleverde gebruiksaanwijzing voor meer informatie. MENU → (Draadloos) → [Op TV bekijken] → gewenste apparaat dat moet worden verbonden. Als u beelden wilt weergeven door middel van een diavoorstelling, drukt u op het midden van de vierrichtingsknop. Om het volgende/vorige beeld handmatig weer te geven, drukt u op de linker- /rechterkant van de vierrichtingsknop.
Pagina 358
(inclusief bekabelde netwerk-compatibele televisies). Als u de televisie en dit apparaat op elkaar aansluit en geen Wi-Fi Direct gebruikt, moet u eerst uw accesspoint registreren. Het weergeven van de beelden op de televisie kan enige tijd duren. Bewegende beelden kunnen niet via Wi-Fi op de televisie worden weergegeven. Gebruik een HDMI- kabel (los verkrijgbaar).
Pagina 359
[369] Lijst met menu-onderdelen Draadloos Wi-Fi-instellingen: WPS-Push Als uw accesspoint een Wi-Fi Protected Setup (WPS)-knop heeft, kunt u het accesspoint eenvoudig in dit apparaat registreren door op de Wi-Fi Protected Setup (WPS)-knop te drukken. MENU → (Draadloos) → [Wi-Fi-instellingen] → [WPS-Push]. Druk op de WPS-knop op het accesspoint dat u wilt registreren.
Pagina 360
Selecteer het accesspoint dat u wilt registreren. Wanneer het gewenste accesspoint wordt afgebeeld op het scherm: Selecteer het gewenste accesspoint. Wanneer het gewenste accesspoint niet wordt afgebeeld op het scherm: Selecteer [Handmatige instelling] en stel het accesspoint in. Als u [Handmatige instelling] selecteert, voert u de SSID-naam van het accesspoint in en selecteert u daarna het beveiligingssysteem.
Pagina 361
IP-adres: Als u het IP-adres handmatig invoert, voert u het vaste adres in. Subnetmasker/Standaardgateway: Wanneer u [IP-adres instelling] instelt op [Handmatig], voert u het IP-adres in overeenkomstig uw netwerkomgeving. Opmerking Om het geregistreerde accesspoint voorrang te geven, stelt u [Voorrangsverbind.] in op [Aan]. [371] Lijst met menu-onderdelen Draadloos Wi-Fi-instellingen: MAC-adres weergvn...
Pagina 362
[373] Lijst met menu-onderdelen Draadloos Bluetooth-instelling. Regelt de instellingen voor het verbinden van de camera met een smartphone via een Bluetooth-verbinding. U moet de camera en de smartphone aan elkaar paren voordat u de koppelingsfunctie voor locatie-informatie kunt gebruiken. Als u de camera en de smartphone aan elkaar wilt paren om de koppelingsfunctie voor locatie- informatie te kunnen gebruiken., raadpleegt u "Inst.
Pagina 363
[Naar smartph verznd] van de camera. Nadat u een beeld dat met de camera is opgenomen, hebt overgebracht naar uw smartphone, wordt "Locatiegegevenskoppeling" weergegeven op de hoofdpagina van de app. Bedieningsprocedure : Bedieningen uitgevoerd op de smartphone : Bedieningen uitgevoerd op de camera : Bevestig dat de Bluetooth-functie van uw smartphone is ingeschakeld.
Pagina 364
Wis de paringsinformatie van de camera die is geregistreerd in PlayMemories Mobile. Voer op de camera [Netw.instell. terugst.] uit. Raadpleeg voor meer gedetailleerde video-instructies de volgende ondersteuningspagina. http://www.sony.net/pmm/btg/ Opmerking Wanneer u de camera terugstelt op de standaardinstellingen, wordt de paringsinformatie ook gewist.
Pagina 365
die al is gekoppeld. Als de Bluetooth-verbinding niet stabiel is, verwijdert u eventuele obstakels, zoals mensen of metalen voorwerpen, tussen de camera en de gepaarde smartphone. Voor het paren van de camera en uw smartphone gebruikt u het menu [Locatiegegevenskoppeling] van PlayMemories Mobile.
Pagina 366
[377] Lijst met menu-onderdelen Afspelen Meerdere geselecteerde beelden tegelijk wissen (Wissen) U kunt meerdere geselecteerde beelden wissen. Wanneer u eenmaal een beeld hebt gewist, kunt u dit niet herstellen. Controleer vooraf of het juiste beeld is geselecteerd om te verwijderen. MENU →...
Pagina 367
Stelt de weergavefunctie in (beeldweergavemethode). MENU → (Afspelen) → [Weergavefunctie] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Datumweergave: Geeft de beelden weer op datum. Mapweergav(stilstaand): Geeft alleen stilstaande beelden weer. Mapweergave (MP4): Geeft alleen bewegende beelden in het MP4-formaat weer. AVCHDweergave: Geeft alleen bewegende beelden in het AVCHD-formaat weer. XAVC S HDweergave: Geeft alleen bewegende beelden in het XAVC S HD-formaat weer.
Pagina 368
Terugkeren naar enkelbeeldweergave Selecteer het gewenste beeld en druk op het midden van de vierrichtingsknop. Een gewenst beeld snel weergeven Selecteer de balk aan de linkerkant van het indexweergavescherm met de vierrichtingsknop, en druk daarna op de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop. Terwijl de balk is geselecteerd, kunt u het kalenderscherm of mapselectiescherm afbeelden door op het midden te drukken.
Pagina 369
Selecteert de geheugenkaartgleuf die moet worden weergegeven. MENU → (Afspelen) → [Select. afspeelmedia] → gewenste gleuf Menu-onderdelen Slot 1: Selecteert gleuf 1. Slot 2: Selecteert gleuf 2. Opmerking Er wordt geen beeld weergegeven als in de geselecteerde gleuf geen geheugenkaart is geplaatst. Selecteer een gleuf waarin een geheugenkaart is geplaatst.
Pagina 370
[383] Lijst met menu-onderdelen Afspelen Beelden weergeven in een diavoorstelling (Diavoorstelling) Geeft automatisch beelden continu weer. MENU → (Afspelen) → [Diavoorstelling] → gewenste instelling. Selecteer [Enter]. Menu-onderdelen Herhalen: Selecteer [Aan], waarin beelden automatisch in een gesloten lus worden weergegeven, of [Uit] , waarin het apparaat de diavoorstelling afsluit nadat alle beelden eenmaal zijn weergegeven.
Pagina 371
Geef het beeld weer dat u wilt draaien en selecteer daarna MENU → (Afspelen) → [Roteren]. Druk op het midden van de vierrichtingsknop. Het beeld wordt linksom gedraaid. Het beeld draait wanneer u op het midden drukt. Als u het beeld eenmaal hebt gedraaid, blijft het beeld gedraaid nadat het apparaat is uitgeschakeld.
Pagina 372
Druk op het midden van de vierrichtingsknop om de weergavezoom te verlaten. Hint U kunt ook een beeld dat wordt weergegeven vergroten met behulp van MENU. U kunt de beginvergroting en de beginpositie van vergrote beelden veranderen door MENU → (Afspelen) →...
Pagina 373
Menu-onderdelen Scherpgest.plaatsing: Vergroot tijdens het opnemen het beeld vanuit het scherpstellingspunt. Midden: Vergroot het beeld vanuit het midden van het scherm. [388] Lijst met menu-onderdelen Afspelen Beelden beveiligen (Beveiligen) Beveiligt opgenomen beelden tegen per ongeluk wissen. De markering wordt afgebeeld op beveiligde beelden.
Pagina 374
[389] Lijst met menu-onderdelen Afspelen Afdrukopdrachten opgeven (Printen opgeven) U kunt van tevoren op de geheugenkaart opgeven welke van de stilstaande beelden u later wilt afdrukken. Het pictogram van de -afdrukmarkering wordt afgebeeld op de geselecteerde beelden. DPOF staat voor "Digital Print Order Format". De DPOF-instelling blijft behouden nadat het beeld is afgedrukt.
Pagina 375
Legt een gekozen scène van bewegende beelden vast en slaat dit op als een stilstaand beeld. Neem eerst bewegende beelden op, geef de bewegende beelden weer en pauzeer de weergave om belangrijke momenten vast te leggen die anders gemist zouden worden bij het opnemen van stilstaande beelden, en sla deze op als stilstaande beelden.
Pagina 376
De instelling [Zonnig weer] is te helder voor opnemen binnenshuis. Stel [Monitor-helderheid] in op [Automatisch] of [Handmatig] voor opnemen binnenshuis. Bedek de lichtsensor niet met uw hand, enz., wanneer [Monitor-helderheid] is ingesteld op [Automatisch]. De helderheid van de monitor kan in de volgende situaties niet worden ingesteld. De maximale helderheid is [±0].
Pagina 377
Past de kleurtemperatuur van de elektronische zoeker aan. MENU → (Instellingen) → [Kleurtemp. zoeker] → gewenste instelling. Menu-onderdelen -2 tot +2: Wanneer u "-" selecteert, verandert het zoekerscherm naar een warmere kleur, en wanneer u "+" selecteert, verandert het naar een koudere kleur. [394] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Gamma-weerg.hulp...
Pagina 378
gereproduceerd dat gelijkwaardig is aan ITU709 (800%). Opmerking Als tijdens weergave [Gamma-weerg.hulp] is ingesteld op [Automatisch], wordt het beeld weergegeven op basis van de huidige gamma-instelling in [Beeldprofiel] in plaats van de gammawaarde van de bewegende beelden automatisch te detecteren. [Gamma-weerg.hulp] wordt niet toegepast op bewegende beelden bij weergave op een televisie of monitor die is aangesloten op de camera.
Pagina 379
Plaats de Eye-Fi-kaart die u hebt ingesteld in het apparaat en neem stilstaande beelden op. De beelden worden automatisch via het Wi-Fi-netwerk naar uw computer, enz., gezonden. Menu-onderdelen Aan: Schakelt de uploadfunctie in. Uit: Schakelt de uploadfunctie uit. Aanduiding van communicatiestatus op het scherm : Standby.
Pagina 380
Wanneer u een nieuwe Eye-Fi-kaart voor het eerst gebruikt, kopieert u het installatiebestand op de Eye-Fi-kaart naar uw computer voordat u de Eye-Fi-kaart formatteert. Update de firmware van een Eye-Fi-kaart naar de meest recente versie voordat u de Eye-Fi-kaart gebruikt. Raadpleeg voor meer informatie de handleiding die bij de Eye-Fi-kaart wordt geleverd. Raadpleeg voor meer informatie over de bestanden die u kunt uploaden de handleiding die bij de Eye-Fi-kaart wordt geleverd.
Pagina 381
Opmerking Wanneer [Hoog] is ingesteld, is het acculadingverbruik hoger dan wanneer [Standaard] is ingesteld. [399] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Begintijd energ.besp Stelt tijdsintervallen in voor automatisch overschakelen naar de stroombesparingsstand wanneer geen bedieningen worden uitgevoerd om te voorkomen dat de accu leeg raakt. Om terug te keren naar de opnamefunctie, voert u een bediening uit, zoals de ontspanknop tot halverwege indrukken.
Pagina 382
Als u wilt opnemen in een ander systeem, formatteert u de geheugenkaart opnieuw of gebruikt u een andere geheugenkaart. Wanneer u [NTSC/PAL schakel.] uitvoert en de instelling is veranderd vanuit de standaardinstelling, wordt een mededeling "Uitgevoerd in NTSC." of "Uitgevoerd in PAL." afgebeeld op het beginscherm. [401] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Reinigen...
Pagina 383
Wanneer u de lens bevestigt, controleert u of de spiegel helemaal omlaag geduwd is. Hint Raadpleeg de onderstaande URL voor informatie over het controleren van de hoeveelheid stof op de beeldsensor, en voor meer informatie over de reinigingsmethode. http://support.d-imaging.sony.co.jp/www/support/ilc/sensor/index.php Opmerking...
Pagina 384
Reinig de beeldsensor snel. Een blaasborsteltje wordt niet bij dit apparaat geleverd. Gebruik een in de winkel verkrijgbaar blaaskwastje. Het reinigen kan alleen worden uitgevoerd wanneer het accuniveau (3 accustreepjes) of meer is. Gebruik geen spray omdat hierdoor waterdruppels in de behuizing van de camera terecht kunnen komen.
Pagina 385
Uit: Geeft de demonstratie niet weer. Opmerking U kunt dit item alleen instellen wanneer het apparaat wordt gevoed door middel van de netspanningsadapter AC-PW10AM (los verkrijgbaar). Zelfs wanneer [Aan] is geselecteerd, start het apparaat de demonstratie niet als er geen bestand met bewegende beelden op de geheugenkaart staat.
Pagina 386
MENU → (Instellingen) → [TC/UB-instellingen] → [TC Preset]. Druk op de boven-/onderkant van de vierrichtingsknop en selecteer de eerste twee cijfers. De tijdcode kan worden ingesteld binnen het volgende bereik. Als [60i] is geselecteerd: 00:00:00:00 tot en met 23:59:59:29 Als [24p] is geselecteerd, kunt u de laatste twee cijfers van de tijdcode selecteren in meervouden van vier tussen 0 en 23 frames.
Pagina 387
Rec Run: Stelt de stapfunctie van de tijdcode in op oplopen uitsluitend tijdens het opnemen. De tijdcode wordt opgenomen aansluitend op de laatste tijdcode van de vorige opname. Free Run: Stelt de stapfunctie van de tijdcode in op altijd oplopen, ongeacht de bediening van de camera. De tijdcode wordt mogelijk niet aansluitend opgenomen in de volgende situaties, ondanks dat de tijdcode oploopt in de functie [Rec Run].
Pagina 388
Opmerking De lens of lenskap kan de afstandsbedieningssensor blokkeren die de signalen ontvangt. Gebruik de afstandsbediening op een plaats waar vanaf de signalen het apparaat kunnen bereiken. Als [Afstandsbediening] is ingesteld op [Aan], schakelt het apparaat niet over naar de stroombesparingsstand.
Pagina 389
Stel 1080/24p of 1080/60p in als het HDMI-uitgangsformaat wanneer [ Opname-instell.] is ingesteld op [24p 24M(FX)], [24p 17M(FH)] of [24p 50M]. MENU → (Instellingen) → [HDMI-instellingen] → [HDMI-resolutie] → [1080p] of [2160p/1080p]. MENU → (Instellingen) → [HDMI-instellingen] → [ 24p/60p-uitvoer] → gewenste instelling.
Pagina 390
Uit: Beeldt de opname-informatie niet af op de televisie. Alleen het opgenomen beeld wordt weergegeven op de televisie terwijl het opgenomen beeld en de opname-informatie worden weergegeven op de monitor van de camera. Opmerking Wanneer dit apparaat is aangesloten op een televisie die compatibel is met 4K, wordt automatisch [Uit] geselecteerd.
Pagina 391
Als u de camera aansluit op een externe recorder/speler, kunt u met behulp van de camera een bedieningssignaal zenden naar de recorder/speler op afstand om het opnemen te starten/stoppen. MENU → (Instellingen) → [HDMI-instellingen] → [ REC-bediening] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Aan: De camera kan een opnamebedieningssignaal zenden naar een externe...
Pagina 392
Druk op de knop SYNC MENU op de afstandsbediening van de televisie. Bedien dit apparaat met de afstandsbediening van de televisie. Menu-onderdelen Aan: U kunt dit apparaat bedienen met de afstandsbediening van de televisie. Uit: U kunt dit apparaat niet bedienen met de afstandsbediening van de televisie. Opmerking Als u dit apparaat aansluit op een televisie met behulp van een HDMI-kabel, zijn de beschikbare menu-onderdelen beperkt.
Pagina 393
Menu-onderdelen Geheug.kaart+HDMI: Voert gelijktijdig uit naar het externe opname-/weergaveapparaat en neemt op op de geheugenkaart van de camera. Enkel HDMI(30p): Voert bewegende beelden in het 4K-formaat uit in 30p naar het externe opname- /weergaveapparaat zonder op te nemen op de geheugenkaart van de camera. Enkel HDMI(24p): Voert bewegende beelden in het 4K-formaat uit in 24p naar het externe opname- /weergaveapparaat zonder op te nemen op de geheugenkaart van de camera.
Pagina 394
MENU → (Instellingen) → [USB-verbinding] → gewenste instelling. Menu-onderdelen Automatisch: Brengt automatisch een massaopslagverbinding of MTP-verbinding tot stand, afhankelijk van de computer of andere USB-apparaten die moeten worden aangesloten. Windows 7- of Windows 8-computers worden verbonden met MTP, en de unieke functies ervan worden ingeschakeld voor gebruik.
Pagina 395
Enkel: Stel [USB LUN-instelling] alleen in op [Enkel] als u geen verbinding tot stand kunt brengen. De geheugenkaart in geheugenkaartgleuf 1 is de bestemming van de verbinding. [414] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Instell. PC-afst.bed.: Opsl.bestem. stil. bld Stelt in of stilstaande beelden moeten worden opgeslagen in de camera en/of op de computer tijdens het opnemen met PC-afstandsbediening.
Pagina 396
Instell. PC-afst.bed.: RAW+J bld opsl. PC Selecteert het bestandstype voor beelden die moeten worden overgebracht naar een computer bij opnemen met PC-afstandsbediening. Bij het opnemen van beelden met behulp van PC-afstandsbediening, geeft de app op de computer het beeld pas weer nadat het beeld volledig is overgebracht. Bij opnemen in het RAW+JPEG-formaat, kunt u het weergeven versnellen door alleen JPEG-beelden over te brengen in plaats van zowel de RAW- als de JPEG-beelden over te brengen.
Pagina 397
Datum/tijd instellen Het klok-instelscherm wordt automatisch afgebeeld wanneer u dit apparaat voor het eerst inschakelt, of wanneer de ingebouwde, oplaadbare reservebatterij volledig leeg is. Selecteer dit menu wanneer u na de eerste keer opnieuw de datum en tijd wilt instellen. MENU →...
Pagina 398
Om ongeoorloofd gebruik van [Copyrightinformatie] te voorkomen, moet u de kolommen [Fotograaf instellen] en [Copyright instellen] wissen voordat u uw camera uitleent of doorverkoopt. Sony is niet aansprakelijk voor problemen of schade die ontstaan door het gebruik van [Copyrightinformatie]. [420] Lijst met menu-onderdelen...
Pagina 399
Opmerking Door te formatteren worden alle gegevens permanent gewist, inclusief beveiligde beelden en geregistreerde instellingen (M1 tot en met M4). De toegangslamp brandt tijdens het formatteren. Verwijder de geheugenkaart niet terwijl de toegangslamp brandt. Formatteer de geheugenkaart in deze camera. Als u de geheugenkaart in de computer formatteert, is de geheugenkaart mogelijk niet bruikbaar, afhankelijk van het type formattering.
Pagina 400
[422] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Bestandsnaam instel U kunt de eerste drie tekens opgeven van de bestandsnaam van de beelden die u opneemt. MENU → (Instellingen) → [Bestandsnaam instel]. Selecteer het invoerveld van de bestandsnaam om een toetsenbord af te beelden op het scherm, en voer daarna drie tekens van uw keuze in.
Pagina 401
Om hetzelfde beeld tegelijkertijd op te nemen op twee geheugenkaarten, of om de opgenomen beelden over de twee geheugenkaartgleuven te verdelen op basis van het type beeld (stilstaande beelden/bewegende beelden), gebruikt u [Opnamemodus]. Opmerking Gleuf 1 ondersteunt Memory Stick PRO Duo en SD-kaarten. Gleuf 2 ondersteunt alleen SD-kaarten. [424] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Opnamemodus...
Pagina 402
Opmerking Als [Opnamemodus] is ingesteld op [Gelijkt. opname ( )] of [Gelijkt. opn.( )], wordt [Dubbele video-OPN] tijdelijk ingesteld op [Uit]. Als [Opnamemodus] is ingesteld op [Sorter. (JPEG/RAW)], wordt [ Kwaliteit] tijdelijk ingesteld op [RAW en JPEG]. [425] Lijst met menu-onderdelen Instellingen OPN.-map kiezen Als [Mapnaam] is ingesteld op [Standaardform.] en er 2 of meer mappen zijn, kunt u de map op...
Pagina 403
Wanneer u een geheugenkaart in dit apparaat plaatst die in andere apparatuur is gebruikt, en u beelden opneemt, wordt mogelijk automatisch een nieuwe map aangemaakt. Maximaal 4.000 beelden kunnen in één map worden opgeslagen. Wanneer de capaciteit van de map is opgebruikt, wordt mogelijk automatisch een nieuwe map aangemaakt.
Pagina 404
beelddatabasebestand. In dergelijke gevallen zullen de beelden op de geheugenkaart niet worden weergegeven op dit apparaat. Als deze problemen zich voordoen, repareert u het bestand met behulp van [Beeld-DB herstellen]. MENU → (Instellingen) → [Beeld-DB herstellen] → gewenste geheugenkaartgleuf → [Enter]. Opmerking Gebruik een accu die voldoende is opgeladen.
Pagina 405
verkrijgbaar) wordt aanbevolen. [431] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Certificatielogo (alleen voor sommige modellen) Geeft enkele van de certificeringslogo's van dit apparaat weer. MENU → (Instellingen) → [Certificatielogo]. [432] Lijst met menu-onderdelen Instellingen Instelling herstellen Stelt het apparaat terug op de standaardinstellingen. Zelfs als u [Instelling herstellen] uitvoert, blijven de opgenomen beelden behouden.
Pagina 406
Raadpleeg ook "Opmerkingen over het gebruik van uw camera" in de Gebruiksaanwijzing (bijgeleverd) van dit apparaat. Reservekopie maken van geheugenkaarten Gegevens kunnen beschadigd raken in de volgende gevallen. Zorg ervoor dat u een reservekopie van de gegevens maakt. Wanneer de geheugenkaart uit het apparaat wordt verwijderd, de USB-kabel wordt losgekoppeld of het apparaat wordt uitgezet tijdens het lezen of wegschrijven van gegevens.
Pagina 407
camera niet gebruikt. Om te voorkomen dat stof en vuil in de camera terechtkomt, verwijdert u het stof vanaf de lensvattingdop voordat u deze op de camera bevestigt. Voorzorgsmaatregelen bij het dragen Draag de camera niet terwijl deze op een statief is bevestigd. Hierdoor kan het schroefgat voor het statief uitbreken.
Pagina 408
het beeld. Veeg de lens schoon met een zachte doek of iets dergelijks. Zorg ervoor dat u niet tegen de lens stoot of er kracht op uitoefent. Draag de camera niet aan de monitor. Magneten bevinden zich in de camerabody en aan de achterkant van de monitor. Plaats geen magnetisch opgenomen media, zoals een floppy disk of credit card, ertussen.
Pagina 409
Stel het apparaat niet bloot aan chemische stoffen, zoals thinner, wasbenzine, alcohol, wegwerpreinigingsdoekjes, insectenspray, zonnebrandcrème of insecticiden. Raak het apparaat niet aan als bovenstaande middelen op uw handen zit. Laat het apparaat niet langdurig in aanraking met rubber of vinyl. De monitor reinigen Als vet van uw handen of handcrème, enz.
Pagina 410
Reinig met behulp van het blaaskwastje het oppervlak van de beeldsensor en het omliggende gebied. Wanneer u klaar bent met het reinigen van de beeldsensor, duwt u de spiegel omlaag tot deze vastklikt. Duw beide zijkanten (B) van de spiegel omlaag. Bevestig de lens.
Pagina 411
Hint Raadpleeg de onderstaande URL voor informatie over het controleren van de hoeveelheid stof op de beeldsensor, en voor meer informatie over de reinigingsmethode. http://support.d-imaging.sony.co.jp/www/support/ilc/sensor/index.php Opmerking Reinig de beeldsensor snel. Een blaasborsteltje wordt niet bij dit apparaat geleverd. Gebruik een in de winkel verkrijgbaar blaaskwastje.
Pagina 412
De onderstaande tabel toont bij benadering het aantal beelden dat kan worden opgenomen op een geheugenkaart die is geformatteerd in dit apparaat. De waarden zijn bepaald met gebruikmaking van een standaard geheugenkaart van Sony voor testen. De waarden kunnen verschillen afhankelijk van de opnameomstandigheden en het type geheugenkaart dat wordt gebruikt.
Pagina 413
[437] Voorzorgsmaatregelen/Dit apparaat Opnameduur van bewegende beelden De onderstaande tabel toont de totale opnameduur (bij benadering) bij gebruik van een geheugenkaart die in deze camera is geformatteerd. De waarden kunnen verschillen afhankelijk van de opnameomstandigheden en het type geheugenkaart dat wordt gebruikt. De opnameduur voor wanneer [ Bestandsindeling] is ingesteld op [XAVC S 4K], [XAVC S HD] en [AVCHD] is de opnameduur voor opnemen terwijl [Dubbele video-OPN] is ingesteld op...
Pagina 414
De vermelde tijdsduur is de opnameduur met gebruikmaking van een Sony-geheugenkaart. Opmerkingen over het ononderbroken opnemen van bewegende beelden Voor het opnemen van bewegende beelden van hoge kwaliteit en voor ononderbroken opnemen is veel energie nodig.
Pagina 415
De beschikbare tijdsduur voor het opnemen van bewegende beelden varieert met de temperatuur en de toestand van de camera voordat u begint op te nemen. Als u veelvuldig het beeld opnieuw samenstelt of beelden opneemt nadat de camera is ingeschakeld, neemt de temperatuur binnenin de camera toe en wordt de beschikbare opnameduur korter.
Pagina 416
Het AVCHD-formaat werd ontwikkeld voor digitale high-definitionvideocamera’s voor het opnemen van een high-definition (HD)-signaal met behulp van een zeer efficiënte compressiecoderingstechnologie. Het MPEG-4 AVC/H.264-formaat wordt gebruikt om de gegevens van bewegende beelden te comprimeren, en het Dolby Digital- of Linear PCM- systeem wordt gebruikt om de audiogegevens te comprimeren.
Pagina 417
Camera [Systeem] Type camera Digitale camera met verwisselbare lens Lens Sony Lens met een A-vatting* Bij gebruik van een DT-lens, schakelt het opnemen automatisch over naar het APS-C-formaat. [Beeldsensor] Beeldformaat Volframe-formaat van 35 mm (35,9 mm × 24,0 mm), CMOS-beeldsensor Effectief aantal pixels van de camera Ong.
Pagina 418
Aantal scherpstellingspunten Detectiesensor 1: 79 punten (15 punten van kruis-type, F2.8-gevoeligheid op het punt in het midden) Detectiesensor 2: 399 punten (323 selecteerbare punten, 79 hybride kruis-AF-punten*) Als hybride fasedetectie-AF is ingeschakeld Gevoeligheidsbereik Detectiesensor 1: –4 EV t/m +18 EV (middengebied, bij ISO 100 gelijkwaardig, F2.8) [Elektronische zoeker] Type Elektronische zoeker...
Pagina 419
: Extra fijn 60 beelden : Extra fijn 65 beelden [Opnameformaat] Bestandsformaat Compatibel met JPEG (DCF Ver. 2.0, Exif Ver. 2.31, MPF Baseline), RAW (Sony ARW 2.3- formaat) Bewegende beelden (XAVC S-formaat) Compatibel met MPEG-4 AVC/H.264 XAVC S ver.1.0-formaat Video: MPEG-4 AVC/H.264...
Pagina 420
[Ingangs-/uitgangsaansluitingen] Multi/Micro USB-aansluiting* Hi-Speed USB (USB 2.0) Ondersteunt micro-USB-compatibele apparaten. HDMI HDMI-microaansluiting type D (microfoon-)aansluiting Stereominiaansluiting van Ø 3,5 mm (hoofdtelefoon-)aansluiting Stereominiaansluiting van Ø 3,5 mm REMOTE [Voeding, algemeen] Accu Oplaadbare accu NP-FM500H Stroomverbruik (tijdens opnemen) Bij gebruik van een 28-75mm F2.8 SAM Bij gebruik van de zoeker: Ong.
Pagina 421
Het ontwerp en de technische gegevens zijn onderhevig aan wijzigingen zonder kennisgeving. [442] Voorzorgsmaatregelen/Dit apparaat Handelsmerken Memory Stick en zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Sony Corporation. XAVC S en zijn gedeponeerde handelsmerken van Sony Corporation. "AVCHD Progressive" en het "AVCHD Progressive"-logo zijn handelsmerken van Panasonic Corporation en Sony Corporation.
Pagina 422
Verenigde Staten en in andere landen. Het woordmerk en de logo's van Bluetooth® zijn gedeponeerde handelsmerken in eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en elk gebruik van dergelijke aanduidingen door Sony Corporation gebeurt onder licentie. Alle andere in deze gebruiksaanwijzing vermelde systeem- en productnamen zijn doorgaans handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de betreffende ontwikkelaars of fabrikanten.
Pagina 423
Kan worden teruggesteld Waarde van de MENU-onderdelen standaardinstelling [Camera- instell. terugstell.] Kwaliteit Fijn RAW-best.type Gecomprimeerd Beeldformaat (als [ Beeldverhouding] is L: 42M ingesteld op [3:2]) Beeldformaat (als [ Beeldverhouding] is L: 36M ingesteld op [16:9]) Beeldformaat (als [ Beeldverhouding] is L: 18M ingesteld op [3:2], en [APS-C/Super 35mm] is ingesteld op [Aan])
Pagina 424
― ― Geheugen Scherpstelfunctie Automatische AF ― Voork.-inst. in AF-S ― Voork.-inst. in AF-C Gebalanc. Nadruk Scherpstelgebied Breed ― Selecteerb. AF-geb. Automatisch ― AF-systeem Automatisch ― Flexibel punt-punten Alles AF-hulplicht Automatisch Centr. AF-vergrend. AF-snelheid Snel Gevoel. AF-volg. 3(standaard) ― AF met sluiter ―...
Pagina 425
wanneer u [Camera-instell. terugstell.] of [Initialiseren] selecteert. Belicht.comp. ±0,0 ISO AUTO ISO AUTO min. sl.td. Standaard Lichtmeetfunctie Multi Spotmeterpunt Midden ― Belichtingsstap 0,3 EV ― AEL met sluiter Automatisch ― Bel.stndrdaanp. ±0,0 Flitsfunctie Invulflits Flitscompensatie ±0,0 ― Bel.comp.inst. Omgeving+flits Flitsregeling ADI-flits Rode ogen verm.
Pagina 426
Gezichtsherkenning ― ― Gezichtsregistratie Camera- instellingen2 Kan worden Waarde van de teruggesteld met MENU-onderdelen standaardinstelling [Camera-instell. terugstell.] Auto. Film/vertr.+versneld programma Bestandsindeling XAVC S HD Opname-instell. (als [ 30p 60M/25p 60M Bestandsindeling] is ingesteld op [XAVC S 4K]) Opname-instell. (als [ 60p 50M/50p 50M Bestandsindeling] is ingesteld op [XAVC S HD])
Pagina 427
― Markeringweerg. ― Markering-instell. (Midden) ― Markering-instell. (Verhouding) ― Markering-instell. (Veilige zone) ― Markering-instell. (Hulpkader) ― Videolampmodus Stroomlink ― e-sluitergordijn voor ― Opn. zonder lens Uitschakelen ― Opn. zonder geh.krt. Inschakelen SteadyShot SteadyShot-instell. (SteadyShot-aanpas.) Automatisch SteadyShot-instell. (SteadyS.brndptsafst.) (wanneer [SteadyShot-aanpas.] is ingesteld 8 mm op [Handmatig]) ―...
Pagina 428
― Eigen toets(opname) (Gepersonalis.knop 1) AF-bereik regeling ― Eigen toets(opname) (Gepersonalis.knop 2) FEL-slot wisselen ― Eigen toets(opname) (Voorbeeldknop) Diafragmavoorbeeld ― Eigen toets(opname) (Funct. centrale knop) Scherpstelstandaard ― Eigen toets(opname) (AEL-knop) AEL-vergrendel ― Eigen toets(opname) (AF/MF-knop) AF/MF-reg. vergr. Eigen toets(opname) ( -knop (Knop intell.
Pagina 429
― Audiosignalen Draadloos Om de onderdelen van [Draadloos] terug te stellen op de standaardwaarden, selecteert u [Initialiseren] of [Netw.instell. terugst.]. Deze onderdelen worden niet teruggesteld op de standaardwaarden, zelfs niet wanneer u [Camera-instell. terugstell.] selecteert. MENU-onderdelen Waarde van de standaardinstelling ―...
Pagina 432
Copyrightinformatie (Copyr.info. schrijven) ― Copyrightinformatie (Fotograaf instellen) ― Copyrightinformatie (Copyright instellen) ― Copyrightinformatie (Copyr.info. weergev.) ― Formatteren Bestandsnummer Serie Bestandsnaam instel Select. opn.media Slot 1 Opnamemodus Standaard ― OPN.-map kiezen ― Nieuwe map Mapnaam Standaardform. Beeld-DB herstellen* * Dit wordt niet uitgevoerd, zelfs niet wanneer u [Camera-instell. ―...
Pagina 433
Stel de instellingen terug op de standaardinstellingen. Neem contact op met uw dealer of plaatselijk, erkend servicecentrum. Extra informatie over dit apparaat en antwoorden op veelgestelde vragen vindt u op onze Customer Support-website voor klantenondersteuning. http://www.sony.net/ [445] In geval van problemen Waarschuwingsberichten Gebied/datum/tijd instellen Stel het gebied, de datum en de tijd in.
Pagina 434
U gebruikt een geheugenkaart met een schrijfbeveiligingsschakelaar of een wisbeveiligingsschakelaar die in de stand LOCK staat. Zet de schakelaar in de stand voor opnemen. Kan de sluiter niet openen aangezien de geheugenkaart niet is geplaatst. Er is geen geheugenkaart geplaatst in de geheugenkaartgleuf die is geselecteerd in [Select. opn.media].
Pagina 435
Camerafout. Schakel uit en in. Haal de accu eruit en plaats hem weer terug. Als deze mededeling veelvuldig wordt afgebeeld, neemt u contact op met uw plaatselijk, erkend Sony-servicecentrum. Fout van beelddatabasebestand. Herstellen? U kunt geen bewegende beelden in het AVCHD-formaat opnemen en weergeven omdat het beelddatabasebestand beschadigd is.
Pagina 436
Recommended pages Beelden overbrengen naar een smartphone U kunt beelden die met deze camera zijn opgenomen overbrengen naar een smartphone. De locatie-informatie toevoegen aan de beelden U kunt de locatie-informatie opnemen op de beelden.De locatie-informatie kan worden verkregen vanaf een smartphone. Compatibiliteitsinformatie van de lens ILCA-99M2 Deze website beschrijft de compatibiliteitsinformatie van de lens.