Inhoudsopgave
Advertenties
2.
Gebruik het klephouderhandvat om de klep in de annulus uit te lijnen. Richt de klep zodanig dat het bloed altijd in de
beschermde draaipunten stroomt. Lijn de klep zodanig uit dat de beschermde draaipunten zich in de gewenste oriëntatie in de
annulus bevinden.
Figuur 13. Bloedstroom in beschermende draaipunten, instroommontage mitralisklep
Figuur 14. Bloedstroom in beschermende draaipunten, uitstroommontage aortaklep
OPMERKING: Gebruik geen andere instrumenten dan het klephouderhandvat om de hartklep uit te lijnen en op zijn plaats te
brengen, en ga uiterst zorgvuldig te werk om drukken op de klepopening of de klepbladen te vermijden.
1.
Plaats hechtingen in de buitenste helft van de klephechtring. Neem voldoende materiaal van de hechtring op in elke hechtdoorgang
om de klep op de gewenste positie te houden. Het kan handig zijn om de hechtingen naast de beschermde draaipunten te coderen
tijdens het plaatsen. Het gebruik van standaard naalden met ronde of taps toelopende punt wordt aanbevolen om het doorsnijden
van de vezels in de hechtring te voorkomen.
2.
Parachuteer de hartklep op zijn plaats.
3.
Snijd de twee retentiehechtingen van de klephouder/rotator door en trek de klephouder/rotator voorzichtig van de klep weg.
Verwijder de retentiehechtingen van de hartklep. Houd de klephouder/rotator in het steriele veld voor verder gebruik als rotatie-
instrument.
1. Stroming
2. Beschermde draaipunten
3. Klepbladen
1. Beschermde draaipunten
2. Stroming
10
Advertenties
Inhoudsopgave
