Grundfos TPE2 Installatie- En Bedieningsinstructies pagina 83
Verberg thumbnails
Zie ook voor TPE2:
- Installatie- en bedieningsinstructies (92 pagina's) ,
- Installatie- en bedieningsinstructies (70 pagina's)
Advertenties
17.49.3 Cascade-bedrijf
Cascade-bedrijf zorgt dat de pompcapaciteit
automatisch wordt aangepast aan het gebruik door
de pompen in of uit te schakelen. Het systeem draait
dus zo energiezuinig mogelijk met een constante druk
en een beperkt aantal pompen.
Als een dubbelpomp draait in de modus met
constante drukregeling, start de tweede pomp op 90
% en stopt deze bij een capaciteit van 50 %.
Alle pompen in bedrijf werken met hetzelfde toerental.
Pompwisseling gebeurt automatisch en is afhankelijk
van energie, bedrijfsuren en storingen.
Pompsysteem:
•
Dubbelpomp.
•
Twee tot vier enkelpompen parallel gekoppeld.
De pompen moeten van hetzelfde type zijn en
dezelfde capaciteit hebben. Voor elke pomp is
een keerklep in serie met de pomp nodig.
Stel de regelmodus in op Constante druk of
Constante curve. Bij een constante curve werken
alle pompen tegelijkertijd.
Deze functie is beschikbaar met tot 4 motoren die in
parellel zijn opgesteld. De motoren moeten dezelfde
capaciteit hebben en de pompen moeten van
hetzelfde model zijn.
•
De capaciteit wordt aangepast aan de vraag door
pompen in of uit te schakelen en door de in bedrijf
zijnde pompen parallel te regelen.
•
De regelaar houdt een constante druk aan door
het toerental van de pompen continu aan te
passen.
•
Pompwisseling gebeurt automatisch en is
afhankelijk van belasting, bedrijfsuren en
storingsdetectie.
•
Alle pompen in bedrijf draaien met hetzelfde
toerental.
•
Het aantal pompen in bedrijf is ook afhankelijk van
het energieverbruik van de pompen. Als er slechts
één pomp benodigd is, werken twee pompen met
een lager toerental als dit leidt tot een lager
energieverbruik.
•
Als meerdere motoren in het systeem over een
sensor beschikken, kunnen zij als hoofdmotor
functioneren en de functie van hoofdmotor
overnemen als de andere motoren een storing
hebben.
17.49.4 "Te gebruiken sensor"
Definieer de sensor die moet worden gebruikt voor
het regelen van het pompsysteem. Als een sensor
zodanig is geplaatst dat deze de sensoruitgang van
alle pompen in het systeem kan meten, bijvoorbeeld
in het spruitstuk, selecteer dan Master pump sensor.
Als een sensor op of tussen de afzonderlijke pompen
is geplaatst, bijvoorbeeld geïnstalleerd achter
terugslagkleppen en niet in staat is om het
sensorvermogen van alle pompen te meten, selecteer
dan "Running pump sensor".
17.49.5 Een multipomp systeem instellen
U kunt een multipomp systeem op de volgende
manieren instellen:
•
Grundfos GO en draadloze pompverbinding
•
Grundfos GO en bekabelde pompverbinding
•
Geavanceerd bedieningspaneel en draadloze
pompverbinding
•
Geavanceerd bedieningspaneel en bekabelde
pompverbinding ..
Zie de stapsgewijze beschrijvingen hieronder.
Grundfos GO en draadloze pompverbinding
1. Voorzie beide pompen van stroom.
2. Breng contact tot stand tussen een van de
pompen en Grundfos GO.
3. Stel de benodigde analoge en digitale ingangen in
via Grundfos GO op basis van de verbonden
apparatuur en de vereiste functionaliteit. Zie
paragraaf Geassisteerde pompinstelling.
4. Wijs een pompnaam toe aan de pomp met behulp
van Grundfos GO. Zie paragraaf "Pompnaam".
5. Verbreek de verbinding tussen Grundfos GO en
de pomp.
6. Maak contact met de andere pomp.
7. Stel de benodigde analoge en digitale ingangen in
via Grundfos GO op basis van de verbonden
apparatuur en de vereiste functionaliteit. Zie
paragraaf Geassisteerde pompinstelling.
8. Wijs een pompnaam toe aan de pomp met behulp
van Grundfos GO. Zie paragraaf "Pompnaam".
9. Ga naar het menu "Assistent" en selecteer
"Multipump setup".
10. Selecteer de gewenste multipomp functie. Zie
paragrafen Wisselend bedrijf, Backup-bedrijf en
Cascade-bedrijf.
11. Druk op [>] om door te gaan.
12. Stel de tijd voor pompwisseling in. Dit is het
tijdstip waarop moet worden overgeschakeld
tussen de twee pompen. Deze stap is alleen van
toepassing als u "Wisselend bedrijf, tijd" hebt
geselecteerd en als de pompen zijn uitgerust met
een FM 300.
13. Druk op [>] om door te gaan.
14. Selecteer "Radio" als de communicatiemethode
die moet worden gebruikt tussen de twee
pompen.
15. Druk op [>] om door te gaan.
16. Druk op "Select pump 2".
83
Advertenties
