Download Print deze pagina

Grundfos TPE2 Installatie- En Bedieningsinstructies pagina 60

Advertenties

Gemeten parameter
Selecteer een van de parameters, zoals de
parameter die moet worden gemeten in het systeem
door de Pt100/1000 sensor die is verbonden met de
actuele Pt100/1000 ingang.
1
TT
Overzicht van locaties van Pt100/1000 sensoren
Parameter
Vloeistoftemp.
Temperatuur 1
Temperatuur 2
Omgevingstemp.
Meetbereik
-50 tot +204°C.
Fabrieksinstelling
Zie paragraaf Fabrieksinstellingen.
Gerelateerde informatie
9.5.1 Aansluitklemmen, geavanceerde functionele
module, FM 300
17.19 Externe setpoint functie
17.46 Ondersteund pomp instellen
17.47 Setup, analoge ingang
35. Fabrieksinstellingen
17.13 Digitale ingangen
Pompuitvoering
TPE3, TPE3 D
TPE2, TPE2 D
Functie
Digitale ingang 1, instelling
Digitale ingang 2, instelling
4)
Zie paragraaf Aansluitklemmen, geavanceerde functionele
module, FM 300.
Als u een digitale ingang wilt instellen, voert u de
onderstaande instellingen uit.
60
2
TT
4
3
DTT
TT
Pos.
1
2
3
Niet getoond
Digitale ingangen
4)
Klem
2 en 6
1 en 9
Functie
Kies één van de volgende functies:
Niet actief
Ingesteld op Niet actief heft de ingang geen
functie.
Externe stop
Wanneer de ingang is gedeactiveerd, open
kringloop, schakelt de pomp uit.
Min. (minimal toerental)
Wanneer de ingang is geactiveerd, werkt de pomp
met het ingestelde minimale toerental.
Max. (maximal toerental)
Wanneer de ingang is geactiveerd, werkt de pomp
met het ingestelde maximale toerental.
"Door gebruiker gedefinieerd toerental"
Wanneer de ingang is geactiveerd, draait de
motor met het door de gebruiker ingestelde
toerental.
Externe fout
Wanneer de ingang is geactiveerd, wordt een
timer gestart. Als de ingang langer dan 5
seconden wordt geactiveerd, wordt de pomp
uitgeschakeld en wordt er een storingsmelding
gegeven. Deze functie is afhankelijk van invoer
vanuit externe apparatuur.
Alarm resetten
Wanneer de ingang is geactiveerd, wordt een
eventuele storingsmelding gereset.
Droogloop
Wanneer deze functie wordt geselecteerd, dan
kan te lage voordruk of watertekort worden
gedetecteerd. Wanneer te lage voordruk of
watertekort, drooglopen, wordt gedetecteerd,
wordt de pomp uitgeschakeld. De pomp kan niet
herstarten zolang de ingang geactiveerd is.
Hiervoor is het gebruik van toebehoren nodig,
zoals:
-
een drukschakelaar die is geïnstalleerd aan de
inlaatzijde van de pomp
-
een vlotterschakelaar die is geïnstalleerd aan
de inlaatzijde van de pomp.
Totaal debiet
Wanneer deze functie is geselecteerd, dan kan
het geaccumuleerde debiet worden geregistreerd.
Hiervoor is een debietmeter nodig die een
terugkoppeling (signaal) kan geven als een puls
per gedefinieerd waterdebiet. Zie paragraaf
"Instelling van pulsdebietmeter".
Voorgedef. setpoint pos. 1, geldt alleen voor
digitale ingang 2
Wanneer digitale ingangen als voorgedefinieerd
setpoint worden ingesteld, werkt de pomp volgens
een setpoint dat is gebaseerd op de combinatie
van de geactiveerde digitale ingangen. Zie
paragraaf "Vooraf gedefinieerde setpoints".
Uitgang inschakelen

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Tpe3Tpe2 dTpe3 d