17.6.1 "AUTOADAPT"
Pompuitvoering
TPE3, TPE3 D
TPE2, TPE2 D
De AUTOADAPT regelmodus past de pompcapaciteit
continu aan de actuele systeemkarakteristiek aan.
Handmatige instelling van het setpoint is niet
mogelijk.
H
H
fac
A
1
H
auto_min
A
3
AUTOADAPT
Wanneer de regelmodus AUTOADAPT is
ingeschakeld, start de pomp met de fabrieksinstelling,
H
is gelijk aan H
en past vervolgens de
fac
set1
capaciteit aan op A
. Zie afbeelding AUTOADAPT.
1
Wanneer de pomp een lagere opvoerhoogte op de
maximale curve registreert, A
AUTOADAPT automatisch een overeenkomstig
lagere regelcurve, H
. Als de kleppen in het
set2
systeem sluiten, dan past de pomp zijn capaciteit aan
A
aan.
3
A
:
Oorspronkelijk werkpunt.
1
Lagere geregistreerde opvoerhoogte op
A
:
2
de maximale curve.
Nieuw werkpunt na AUTOADAPT
A
:
3
regeling.
Oorspronkelijke instelling van het
H
:
set1
setpoint.
Nieuw setpoint na AUTOADAPT
H
:
set2
regeling.
H
:
Fabrieksinstelling.
fac.
H
: Een vaste waarde van 1,5 m.
auto_min
De AUTOADAPT regelmodus is een vorm van
proportionele drukregeling waarbij de regelcurves een
vaste oorsprong hebben, H
48
"AUTOADAPT"
●
-
H
set1
H
set2
A
2
Q
, selecteert de functie
2
.
auto_min
De regelmodus AUTOADAPT is speciaal ontwikkeld
voor verwarmingssystemen en we adviseren u deze
niet te gebruiken voor airconditioning- en
koelsystemen.