d
Tik op
en op
borduurwerk tot een punt waar al steken zijn
geborduurd.
1 Elke keer als u op deze toets drukt, gaat u een steek
terug.
2 Elke keer als u op deze toets drukt, gaat u tien steken
terug.
Terwijl u naar het vlak gaat waar uw ontwerp het laatst
werd gestikt, tikt u op
te verplaatsen. Zo kunt u het kruisje direct op de laatst
getoonde steek plaatsen.
Opmerking
• Het is aan te raden om over de laatste twee of drie
steken heen te borduren zodat het borduurpatroon
goed aansluit.
1 Steeklijn
2 Markering (kruisje)
3 Voortgangsbalk voor borduren
Ook kunt u het specifieke punt van de voortgangsbalk
voor borduren aanraken om de telling van het aantal
steken te verplaatsen naar het gewenste punt.
Als de naaldstang te ver is teruggegaan door het
borduurwerk, drukt u op
gaan.
1 Elke keer als u op deze toets drukt, gaat u een steek
naar voren.
2 Elke keer als u op deze toets drukt, gaat u tien steken
naar voren.
94
om terug te gaan door het
1
2
of
om het borduurraam
1
2
3
of op
om vooruit te
1
2
e
Druk op
.
f
Druk op
.
→ Het borduurscherm wordt opnieuw weergegeven.
Tik op
en druk vervolgens op de "Start/
g
Stop"-toets om verder te gaan met borduren.
■ Een steeknummer opgeven
a
Druk op
.
b
Geef met de cijfertoetsen het gewenste steeknummer
op en druk op
.
→ Het borduurraam gaat naar de opgegeven steek.
→ Wanneer u in dit scherm op
weergave te vergroten, kunt u met de cijfertoetsen
een steeknummer opgeven.
c
Tik op
om terug te keren naar het vorige scherm
en ga vervolgens door met stap
Memo
• Druk op
om het steeknummer opnieuw in te
stellen en te borduren vanaf de eerste steek.
• Om het laatste steeknummer op te geven
selecteert u de laatste draadkleur en drukt u op
.
drukt om de
e
op pagina 94.