j
Gebruik de meegeleverde naaldinrijger om de draad
door de draadgeleider van naaldstang 1 te leiden.
1 Draadgeleider van naaldstang
2 Inrijger
De naald inrijgen
Gebruik het automatische naaldinrijgmechanisme om de
naald van een draad te voorzien.
Opmerking
• Het automatische naaldinrijgmechanisme kan een
naald in de borduurpositie inrijgen. Zorg dat de
naaldstang die u wilt inrijgen, zich in de
borduurpositie bevindt wanneer dit mechanisme
wordt gebruikt, anders functioneert het
naaldinrijgmechanisme niet bij de juiste naald. Als
de naaldstang zich niet in de borduurpositie
bevindt, verplaatst u deze daar naartoe. (pagina 86)
Druk op de automatische naaldinrijgknop.
a
→ Het haakje van het automatische
naaldinrijgmechanisme gaat door het oog van naald.
VOORZICHTIG
• Als de naald niet volledig is ingebracht, gaat
het draadhaakje van het automatische
naaldinrijgmechanisme niet door het oog van
de naald tijdens het automatisch inrijgen. Het
draadhaakje kan dan verbuigen of de naald
kan mogelijk niet worden ingeregen.
• Als het draadhaakje van het automatische
inrijgmechanisme verbogen of beschadigd is, neemt
u contact op met een erkende Brother-dealer.
• Draai niet aan het handwiel terwijl het
draadhaakje van het automatische
naaldinrijgmechanisme door het oog van de naald
gaat. Het automatische naaldinrijgmechanisme
kan beschadigd raken. Als u aan het handwiel
draait, keert het automatische
naaldinrijgmechanisme terug naar de initiële
positie om beschadiging te voorkomen.
b
Trek ongeveer 150 mm (6 inch) draad los. Zoals
aangegeven in de illustratie leidt u de draad vanaf
rechts onder de vork van het automatisch
naaldinrijgmechanisme. Vervolgens pakt u de draad
met het draadhaakje die door het oog van de naald
gaat.
Opmerking
• Terwijl de draad met het haakje wordt opgepakt,
zorgt u dat de draad niet los raakt.
c
Leid de draad onder de geleider op de borduurvoet.
• Controleer of de draad goed door de nok in de
geleider op de borduurvoet gaat.
d
Leid de draad goed door de groef in de draadafsnijder
en trek zachtjes aan de draad om deze af te snijden.
Opmerking
• Als de draad niet goed door de groef in de
draadafsnijder is geleid, verschijnt de melding
[Wisserfout.] en kunt u de naald niet inrijgen. Let op
dat u de draad veilig door de groef leidt.
• Als niet genoeg draad is losgetrokken, kan de
draad niet door de draadafsnijder worden geleid.
Memo
• De trekker is het mechanisme waarmee de draad
naar achteren wordt getrokken bij gebruik van de
naaldinrijger en bij het afknippen van de draad
tijdens het borduren.
BORDUURBEGINSELEN
1 Draadhaakje
2 Vork
1 Geleider op
borduurvoet
2 Nok in geleider op
borduurvoet
1 Groef in de
draadafsnijder
85
2