PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
1
2
3
1. Zekering parkeerlichten
4
2. Zekering signaleringssysteem
3. Koplampzekering
4. Zekering ontstekingssysteem
5
5. Zekering elektronisch
brandstofinjectiesysteem
6. Zekering radiatorkoelvin
6
7. Backup-zekering
8. Reservehoofdzekeringen
7
De hoofdzekering bevindt zich onder
de brandstoftank. (Zie pagina 6-31.)
8
Het zekeringenkastje met de zekerin-
gen voor de afzonderlijke circuits be-
vindt zich onder het bestuurderszadel.
9
(Zie pagina 3-15.)
Vervang een zekering als volgt als de-
10
ze is doorgebrand.
1. Draai de contactsleutel naar "OFF"
en schakel het betreffende elektri-
sche circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zeke-
ring en breng een nieuwe zeke-
ring met de voorgeschreven
ampèrewaarde aan.
Voorgeschreven zekeringen:
Hoofdzekering:
30 A
Zekeringenkastje:
Zekering parkeerlichten:
10 A
Zekering signaleringssysteem:
10 A
Koplampzekering:
20 A
Zekering ontstekingssysteem:
10 A
Zekering elektronisch brandstofin-
jectiesysteem:
10 A
Zekering radiatorkoelvin:
7.5 A
Backup-zekering (voor kilometertel-
ler, klok en startblokkering):
10 A
6-32
LET OP:
Gebruik geen zekering met een ho-
ger ampèrage dan is voorgeschre-
ven, om ernstige schade aan het
elektrisch systeem en mogelijk
brandgevaar te vermijden.
3. Draai de contactsleutel naar "ON"
en schakel het betreffende elektri-
sche circuit in om te zien of de ap-
paratuur werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw
doorbrandt, vraag dan een Yama-
ha dealer het elektrisch systeem
te controleren.
DCA10640