Samenvatting van Inhoud voor Yamaha Tracer 9 GT 2020
Pagina 1
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze Veiligheidsinformatie machine gaat gebruiken. HANDLEIDING Beschrijving Speciale kenmerken Functies van instrumenten en bedieningselementen Voor uw veiligheid – controles voor het rijden Gebruik en belangrijke rij-informatie Periodiek onderhoud en afstelling Verzorging en stalling van de motorfiets Specificaties MOTORFIETS Gebruikersinformatie...
Pagina 2
DAU81571 Conformiteitsverklaring: Hierbij verklaart YAMAHA MOTOR ELECTRONICS Co., Ltd dat de radioapparatuur van het type STARTBLOKKERING, B7N-00, in overeenstemming is met Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring kan worden geraadpleegd op het volgende internetadres: https://global.yamaha-motor.com/eu_doc/...
Welkom in de wereld van Yamaha! Als eigenaar van de MTT890D profiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van het ontwerpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven.
Pagina 4
Belangrijke informatie in de handleiding DAU10134 Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen: Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of overlijden te voorkomen.
Inhoudsopgave Veiligheidsinformatie ....... 1-1 Overloopslang brandstoftank ..4-26 Periodiek onderhoud en Uitlaatkatalysator ......4-27 afstelling..........7-1 Beschrijving........2-1 Zadels ...........4-27 Gereedschapsset ......7-2 Aanzicht linkerzijde......2-1 De hoogte van het Periodieke onderhoudsschema’s ... 7-3 Aanzicht rechterzijde ...... 2-2 bestuurderszadel afstellen..4-29 Periodiek onderhoudsschema Bedieningen en instrumenten..
Pagina 7
Inhoudsopgave De aandrijfketting reinigen en Specificaties ........9-1 smeren ........7-24 Kabels controleren en smeren ..7-24 Gebruikersinformatie ..... 10-1 Gasgreep controleren en Identificatienummers ....10-1 smeren ........7-25 Diagnosestekker ......10-2 Controleren en smeren van Registratie van rem- en schakelpedalen ....7-25 voertuiggegevens ...... 10-2 Rem- en koppelingshendels controleren en smeren ....7-26 Index ..........
Veiligheidsinformatie DAU1028C meerd instructeur. Neem contact op • Wees extra voorzichtig bij het nade- met een bevoegde motorfietsdealer ren en passeren van kruisingen, voor informatie over rijlessen bij u in daar doen ongelukken met motor- Wees een verantwoordelijke eigenaar de buurt. fietsen zich namelijk het meest Als eigenaar van de machine bent u verant- voor.
Pagina 9
Veiligheidsinformatie Draag nooit loszittende kleding, deze • We raden aan om het motorrijden te handen vast te houden en beide oefenen op plekken waar geen ver- voeten op de passagiersvoetsteu- kan blijven haken aan bedienings- keer is, totdat u grondig bekend nen te houden.
Pagina 10
Om die reden kan Yamaha acces- bevestigingspunten voor accessoires ongevallen te vermijden. Pas extra op wan- soires die niet door Yamaha zijn verkocht of en bagage regelmatig. neer u op een motor rijdt die beladen is of wijzigingen die niet door zijn Yamaha zijn •...
Pagina 11
• Accessoires die aan of nabij het het elektrisch systeem van de motor- ginele Yamaha accessoires, dient u te be- stuur of de voorvork zijn gemon- fiets te boven gaan, kan zich een ge-...
Pagina 12
Veiligheidsinformatie Schakel een versnelling in (bij model- len met een handgeschakelde ver- snellingsbak). Zet de motorfiets vast met spanban- den of andere geschikte banden aan stevige delen van de motorfiets, zoals het frame of de bovenste voorvork- klem (en niet aan, bijvoorbeeld, het stuur, de richtingaanwijzers of onder- delen die kunnen afbreken).
Speciale kenmerken DAU92761 Cruise control activeren en instellen Cruise control 1. Druk op de aan-uitschakelaar van de Dit model is uitgerust met cruise control, cruise control “ ” links op het stuur. dat een ingestelde kruissnelheid handhaaft. Het controlelampje van de cruise De cruise control werkt alleen bij het rijden control “...
Pagina 17
Speciale kenmerken U kunt de rijsnelheid ook handmatig verho- keert dan terug naar de eerder ingestelde gen met de gasgreep. Nadat u gas hebt ge- kruissnelheid. Het controlelampje “ ” geven, kunt u een nieuwe kruissnelheid gaat aan. instellen door op de “SET–”-zijde van de in- DWA16351 WAARSCHUWING stelschakelaar te drukken.
Speciale kenmerken Er is een wielslip of wielspin gedetec- Wanneer u heuvelopwaarts rijdt met DAU91323 “D-MODE” teerd. (Als de tractieregeling niet is uit- de machine, kan de werkelijke rijsnel- “D-MODE” is een elektronisch geregeld geschakeld, werkt de tractieregeling heid lager worden dan de ingestelde motorprestatiesysteem.
Pagina 20
Speciale kenmerken Als “TCS-MODE” op “OFF” wordt ge- rechtopstand minder tractieregeling toege- DCA16801 LET OP past. In de bochten wordt meer tractierege- zet, worden TCS, SCS en LIF ook uit- ling toegepast. geschakeld. Gebruik uitsluitend de voorgeschreven banden. (Zie pagina 7-15.) Bij gebruik DWA15433 van banden met een andere maat zal de WAARSCHUWING...
Speciale kenmerken Motortoerental ten minste 2000 tpm DAU91340 DAU91350 Motortoerental ver genoeg verwijderd Het snelschakelsysteem maakt elektro- Het remregelsysteem reguleert de hydrauli- van de rode zone nisch ondersteund schakelen zonder kop- sche remdruk naar de voor- en achterwie- ...
Pagina 22
Speciale kenmerken steem kan niet elk gripverlies als gevolg van overmatig remmen bij hoge snelhe- den of laterale wielslip bij remmen op gladde oppervlakken voorkomen.
Plaats ze niet in de buurt van mag- sleutel en resterende standaardsleutels naar een Yamaha dealer om de codering te neten. Plaats ze niet in de buurt van appa- laten uitvoeren.
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU10474 DAU84031 DAU73800 Contactslot/stuurslot LOCK Alle elektrische circuits worden voorzien Het stuur is vergrendeld en alle elektrische van stroom en de voertuigverlichting wordt systemen zijn uitgeschakeld. De sleutel kan ingeschakeld. De motor kan worden ge- worden uitgenomen.
Functies van instrumenten en bedieningselementen Om het stuur te ontgrendelen DAU66055 Rechts Stuurschakelaars Links 1 1 1 1 1 1 1. Stop/Run/Start-schakelaar “ ” 1. Drukken. 2. Wielschakelaar “ ” 2. Draaien. 1. Schakelaar “MODE” Druk de sleutel in en draai deze naar “OFF”. DAU91630 2.
Pagina 26
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU66061 DCA10062 Stop/Run/Start-schakelaar “ ” LET OP Om de motor te starten met de startmotor, Gebruik de alarmverlichting niet gedu- zet u deze schakelaar op “ ” en drukt u de rende langere tijd als de motor niet schakelaar vervolgens omlaag naar “...
Pagina 27
Functies van instrumenten en bedieningselementen Zie pagina 4-9 voor meer informatie DAU92670 OPMERKING Wielschakelaar “ ” over het hoofddisplay, het subdisplay Als in “D-MODE 1” op de schakelaar Als de wielschakelaar wordt bediend, ver- en de bijbehorende functies. schijnt een cursor rond het eerder geselec- MODE omhoog wordt gedrukt, wordt ...
” en “ ” vullen van de brandstof of herhaaldelijk Elk controlelampje gaat knipperen wanneer knippert, laat de machine dan nakijken de bijbehorende richtingaanwijzer knippert. door een Yamaha dealer. DAU91820 Vrijstandcontrolelampje “ ” DAU92690 Dit controlelampje brandt terwijl de versnel- Controlelampjes cruise control lingsbak in de vrijstand staat.
Pagina 29
Vraag Onder normale omstandigheden gaat het Monteer geen elektrische accessoires in dat geval een Yamaha dealer het boord- ABS-waarschuwingslampje branden als de die de motorregeling beïnvloeden. diagnosesysteem te controleren. Het elek- machine wordt ingeschakeld en uit als met ...
Pagina 30
Als het lampje niet gaat bran- een storing in het transpondersignaal. Als (3 mi/h) hebt bereikt of als het waar- den of blijft branden, vraag dan uw Yamaha deze fout zich voordoet, probeer dan het schuwingslampje tijdens het rijden gaat dealer om de machine te controleren.
Laat als dit niet het geval is de den terwijl de motor draait, moet u on- machine nakijken door een Yamaha dealer. middellijk de motor afzetten en de machine stoppen.
Pagina 32
Functies van instrumenten en bedieningselementen DCA10032 OPMERKING LET OP Dit model is voorzien van TFT-LCD’s Laat de motor niet draaien terwijl de toe- (thin film transistor liquid crystal dis- renteller in de rode zone wijst. play) voor een goede contrastwerking Rode zone: 10600 tpm en hoger en leesbaarheid onder uiteenlopende omstandigheden.
Pagina 33
Functies van instrumenten en bedieningselementen De zes voertuiginformatiedisplays kunnen Na het tanken en een bepaalde afstand te OPMERKING afzonderlijk worden ingesteld voor weerga- hebben gereden, zal F-TRIP weer automa- In de modus LAP TIME worden de ve van de volgende items: tisch verdwijnen.
Pagina 34
Functies van instrumenten en bedieningselementen De brandstofniveaumeter geeft aan hoe- OPMERKING OPMERKING veel brandstof in de brandstoftank aanwe- Als de gedetecteerde temperatuur la- Nadat u de weergave van het gemiddelde zig is. De displaysegmenten van de brandstofverbruik hebt teruggesteld, wordt ger is, wordt “--”...
Pagina 35
Functies van instrumenten en bedieningselementen Snelheidsinstelling cruise control: door het vrijstandcontrolelampje “ ” en Zie pagina 3-3 voor informatie over instel- door de aanduiding voor de ingeschakelde lingen voor “D-MODE”, “TCS-MODE” en versnelling “ ”. “SUS-MODE”. OPMERKING Weergave MODE Als het storingsindicatielampje “ ”, Geeft de geselecteerde snelheidsinstelling de waarschuwing hulpsysteem “...
Pagina 36
Functies van instrumenten en bedieningselementen De instellingen “TCS-MODE OFF” en Als het stuurhandvat of de gashen- Pictogram instellingenmenu “ ” “TCS-MODE M” kunnen alleen wor- Selecteer dit pictogram en druk op de wiel- del versleten of beschadigd is, ge- den geselecteerd als de machine stil- schakelaar om instellingen te wijzigen via bruik de handvatverwarming dan...
Pagina 37
Functies van instrumenten en bedieningselementen Gebruik de zadelverwarming niet Rondetimer Druk om de pauze op te heffen de dimlicht- bij warm weer. Deze stopwatchfunctie kan worden geacti- schakelaar/lichtsignaalschakelaar omlaag Als het zadel versleten of bescha- veerd via het instellingenmenu. (Zie pagina naar “PASS”.
Pagina 38
Waarschuwingslampje oliedruk “ ” tra voorzichtig bij het remmen en vraag on- Dit pictogram verschijnt als de motorolie- middellijk een Yamaha-dealer om de druk laag is. Als de machine voor het eerst machine na te kijken. wordt ingeschakeld, moet nog oliedruk worden opgebouwd.
Functies van instrumenten en bedieningselementen Als er machinebeweging wordt gede- DAU92793 Brandstofverbruik en Instellingen MENU “Unit” maateenheden instellen tecteerd, zal het systeem automatisch Helderheid van het scherm het instellingen MENU afsluiten en te- “Brightness” aanpassen MENU rugkeren naar het hoofdscherm. “Clock”...
Pagina 40
Functies van instrumenten en bedieningselementen rondeteller weer. Schakel om de rondetijd- Instellingsniveau 1 oefent de minste alge- “Vehicle Setting” modus af te sluiten de rondetimer uit in de hele systeeminterventie uit, terwijl instel- display-instelmodule. lingsniveau meeste algehele Vehicle Setting Selecteer ON om de toerenteller te wisse- tractiecontrole uitoefent.
Pagina 41
Functies van instrumenten en bedieningselementen Selecteer BC2 om het remregelsysteem de In de stand OFF wordt de betreffende op- “IND Start” - het toerental waarbij de indi- remdruk verder te laten reguleren in de of terugschakelfunctie uitgeschakeld. In cator begint te knipperen kan worden ge- bochten om laterale wielslip te beperken.
Pagina 42
Functies van instrumenten en bedieningselementen Om een onderhoudsritteller terug te stellen, “Brightness” “Clock” selecteert u deze en houdt u vervolgens de wielschakelaar ingedrukt. Brightness Clock OPMERKING Namen van onderhoudsitems kunnen niet worden gewijzigd. “Unit” km/h km/h Unit Met deze module kunt u het algemene hel- Met deze module kunt u de klok instellen.
Functies van instrumenten en bedieningselementen “SUS. Sensor Calibration” “All Reset” DAU12823 Koppelingshendel SUS. Sensor Calibration All Reset Result : ..1 1 1 Execute km/h km/h Na enig onderhoud aan de achtervering Met deze module worden alle instelitems 1.
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU83690 DAU26827 Schakelpedaal OPMERKING Remhendel Om onbedoelde schakelacties te voorko- men, is QSS geprogrammeerd om ondui- delijke invoersignalen te negeren. Schakel daarom steeds met vlotte en voldoende krachtige bewegingen. 1. Schakelpedaal 1. Remhendel 2. Schakelsensor 2.
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU12944 DAU91461 DWA16051 Rempedaal Remregelsysteem (BC) WAARSCHUWING Het remregelsysteem reguleert de hydrauli- Houd altijd een veilige afstand tot voor- sche remdruk naar de wielen voor en ach- liggers, zelfs als uw voertuig is uitgerust ter afzonderlijk als de remmen worden met ABS.
Functies van instrumenten en bedieningselementen dens deze test kan de hydraulische rege- DAU13077 Tankdop leenheid een klikgeluid maken en kan een trilling worden gevoeld in de remhendel of het rempedaal. Dit is normaal. DCA20100 LET OP 1 1 1 Let op dat de wielsensor en de rotor van de wielsensor niet beschadigd raken, anders kan het ABS-systeem niet meer naar behoren werken.
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU13222 OPMERKING Brandstof De tankdop kan alleen worden gesloten Controleer of er voldoende brandstof in de met de sleutel in het slot. Bovendien kan de brandstoftank aanwezig is. sleutel niet worden uitgenomen als de tank- DWA10882 WAARSCHUWING dop niet correct gesloten en vergrendeld is.
Europese voor- DAU86072 schriften (EN228). 1 1 1 Controleer of het vulpistool van de Uw Yamaha motorblok is gebouwd op het brandstofpomp dezelfde markering gebruik van normale loodvrije benzine met heeft. een octaangetal van 95 of hoger. Als de...
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU13435 DAU92640 OPMERKING Uitlaatkatalysator Zadels Zie pagina 7-10 voor informatie over de fil- Het uitlaatsysteem bevat een of meer uit- terbus. laatkatalysatoren om schadelijke uitlaate- Duozadel missies te verminderen. DWA10863 Verwijderen van het duozadel WAARSCHUWING 1.
Pagina 50
Functies van instrumenten en bedieningselementen 2. Monteer de kap. 1 1 1 1 1 1 1. Uitsteeksel 1. Dop 2. Zadelbevestiging 2. Vergrendelingshendel bestuurderszadel 1. Dop 2. Neem de sleutel uit. 3. Installeer het duozadel. Aanbrengen van het bestuurderszadel OPMERKING 1.
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU92633 De hoogte van het bestuurders- 1 1 1 1 1 1 zadel afstellen De hoogte van het bestuurderszadel kan op twee standen worden afgesteld. 1. Afsteller hoogte bestuurderszadel 1. Rubberafdekking 3. Plaats de afsteller voor de zadelhoog- OPMERKING te van het bestuurderszadel door de Let erop dat u de rubber kap niet kwijtraakt.
Pagina 52
Functies van instrumenten en bedieningselementen 6. Lijn het uitsteeksel aan de onderzijde 5. Steek het uitsteeksel aan de voorzijde van het bestuurderszadel uit met sleuf van het bestuurderszadel in zadelbe- “H” en druk dan zoals getoond de vestiging A zoals getoond. 1 1 1 achterzijde van het zadel omlaag om te vergrendelen.
De bestuurdersvoetsteunen kunnen op twee posities worden ingesteld. Af fabriek staan de voetsteunen in de lage positie. 1 1 1 Laat de stand van de bestuurdersvoetsteu- nen aanpassen bij een Yamaha dealer. 1. Uitsteeksel 2. Sleuf “L” 1. Opbergcompartiment 7. Installeer het duozadel.
(KADS). van de bestuurder. Laat de stand van het Zie pagina 3-4, 4-13 voor meer informatie stuur aanpassen bij een Yamaha-dealer. over KADS en SUS-MODE. OPMERKING Na het uitvoeren van onderhoud aan de achtervering moet via het instellingenmenu een sensorkalibratie worden uitgevoerd.
Pagina 55
24 klik(ken) in de richting (a) 2 Slag(en) in de richting (a) Breng de schokdemperunit voor elk Maximum (hard): onderhoud naar een Yamaha-dea- 10 Slag(en) in de richting (a) OPMERKING ler. Als de versteller voor de veervoorspanning...
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU84680 DAU49454 Gebruiken van het gelijkstroom aansluit- Bagagebandhouders Gelijkstroom aansluitcontact contact voor accessoires voor accessoires 1. Zet het contact uit. 2. Verwijder het deksel van het aansluit- contact. 3. Zet het accessoire uit. 4. Plaats de stekker van het accessoire 1 1 1 in het aansluitcontact.
DAU70641 DAU15306 regelmatig en laat het repareren door Gelijkstroom kabelstekker voor Zijstandaard een Yamaha dealer als de werking niet accessoires De zijstandaard bevindt zich aan de linker- naar behoren is. zijde van het frame. Trek of druk de zijstan- Dit voertuig is uitgerust met een gelijk- daard met uw voet omhoog of omlaag stroom kabelstekker voor accessoires.
Functies van instrumenten en bedieningselementen DAU44905 Startspersysteem Dit systeem voorkomt dat de motor wordt gestart terwijl een versnelling is ingescha- keld, tenzij de koppelingshendel is inge- trokken en de zijstandaard is opgeklapt. Het schakelt ook de motor uit als de zijstan- daard omlaag wordt gezet terwijl een ver- snelling is ingeschakeld.
Pagina 59
Met de motor nog aan: Rijd niet met de motorfiets voordat deze is 7. Beweeg de zijstandaard omhoog. nagekeken door een Yamaha dealer. 8. Trek de koppelingshendel in. 9. Zet de versnellingsbak in een versnelling. 10. Beweeg de zijstandaard omlaag.
7-13 veau. • Controleer het koelsysteem op lekkage. • Controleer de werking. • Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluchten. • Controleer de remblokken op slijtage. Voorrem • Vervang indien nodig.
Pagina 61
Voor uw veiligheid – controles voor het rijden ITEM CONTROLES PAGINA • Controleer de werking. • Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluchten. • Controleer de remblokken op slijtage. Achterrem • Vervang indien nodig.
Pagina 62
• Zet indien nodig vast. Instrumenten, verlichting, • Controleer de werking. signaleringssysteem en — • Corrigeer indien nodig. schakelaars • Controleer de werking van het startspersysteem. Zijstandaardschakelaar • Als het systeem niet correct werkt, vraag dan een Yamaha dealer de machine te 4-35 controleren.
1600 km (1000 mi). Lees daarom de vol- een functie of bedieningselement niet be- gende informatie aandachtig door. Voer het toerental niet zover op dat grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit- Omdat het motorblok gloednieuw is, mag de toerenteller in de rode zone leg.
Als een waarschuwings- of controle- geklapt en de koppelingshendel is in- lampje niet werkt zoals hierboven be- getrokken. schreven, vraag dan uw Yamaha dealer om de machine te controleren. 1. 1/4 slag (20 graden) Om de motor te starten 1. Draai het contactslot naar ON en zet DCA11043 3.
Gebruik en belangrijke rij-informatie DAU68221 DAU91540 DCA22521 Schakelen LET OP Rijd niet lange tijd met afgezette OPMERKING motor, ook niet met de versnel- Dit model is uitgerust met: een inertiële meeteenheid (IMU). Deze lingsbak in de vrijstand, en sleep de motorfiets niet over lange afstan- meeteenheid stopt de motor als de den.
Gebruik en belangrijke rij-informatie 5. Schakel de versnellingsbak in de DWA17380 DAU16811 Tips voor een zuinig brandstof- WAARSCHUWING tweede versnelling. (Let erop dat u de verbruik versnellingsbak niet in de vrijstand Bij onjuist gebruik van de remmen Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk zet.) kunt u de controle over de machine van uw rijstijl.
Gebruik en belangrijke rij-informatie DAU17214 Parkeren Zet om te parkeren de motor af en neem dan de sleutel uit het contactslot. DWA10312 WAARSCHUWING De motor en het uitlaatsysteem kunnen zeer heet worden, parkeer dus op een plek waar voetgangers of kinderen niet gemakkelijk met deze onderdelen in aanraking kun- nen komen en brandwonden kun-...
Voor de correcte uitvoering van bepaalde onderhoudswerkzaamheden is echter het gebruik van een momentsleu- tel en ander gereedschap vereist. OPMERKING Laat werkzaamheden uitvoeren door een Yamaha dealer als u niet beschikt over de daarvoor vereiste gereedschappen of erva- ring.
Periodieke onderhoudsschema’s OPMERKING Items die met een sterretje zijn gemarkeerd, moeten worden uitgevoerd door uw Yamaha-dealer omdat hiervoor speciale gereed- schappen, informatie en technische vaardigheden nodig zijn. Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi).
Pagina 71
Periodiek onderhoud en afstelling KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) Uitstootcontrolesy- • Controleer het controlesysteem √ √...
30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) • Voer dynamische inspectie uit Diagnostische sy- met Yamaha diagnosegereed- √ √ √ √ √ √ steemcontrole schap. • Controleer de storingscodes. 2 * Luchtfilterelement •...
Pagina 73
Periodiek onderhoud en afstelling KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) • Controleer op slijtage en bescha- digingen.
Pagina 74
Periodiek onderhoud en afstelling KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) Scharnieras van √ √ √ √ √...
Pagina 75
Periodiek onderhoud en afstelling KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) Voor- en achterrem- √ √ √ √...
DCA10841 LET OP Yamaha dealer. Omdat bougies door ver- hitting en neerslag altijd langzaam slijten, Gebruik geen gereedschap om de bou- moeten de bougies worden verwijderd en giedop te verwijderen of aan te brengen, gecontroleerd volgens de tijden genoemd om de bobinekabel niet te beschadigen.
Periodiek onderhoud en afstelling Zorg dat er geen verontreinigingen DAU36113 DAU1990G Filterbus Motorolie in het carter terecht komen. Het motorolieniveau moet regelmatig wor- den gecontroleerd. Verder moet de olie Om het motorolieniveau te controleren worden ververst en de oliefilterpatroon 1.
Pagina 78
5. Controleer de O-ring van de olie- 1. Oliefiltersleutel vuldop. Vervang indien beschadigd. 2. Oliefilterpatroon OPMERKING 1. Olieaftapplug De Yamaha dealer kan een oliefiltersleutel 2. Pakking leveren. OPMERKING 5. Smeer een dun laagje schone motor- olie op de O-ring van de nieuwe oliefil- Sla de stappen 4–6 over als de oliefilterpa-...
Pagina 79
Periodiek onderhoud en afstelling Aanhaalmoment: OPMERKING Oliefilterpatroon: Laat de machine inspecteren als u olielek- 17 N·m (1.7 kgf·m, 13 lb·ft) ken aantreft die u niet zelf kunt verhelpen. 7. Monteer de olieaftapplug met een 11. Zet de motor af en wacht een paar mi- nieuwe pakking en zet de plug vast nuten tot de olie tot rust is gekomen.
Yamalube hun eigen 3. Merkstreep minimumniveau karakter en toepassingsgebied. Dankzij de OPMERKING enorme ervaring die Yamaha sinds de jaren 3. Als het koelvloeistofniveau zich op of Als er geen originele Yamaha koelvloeistof zestig met de ontwikkeling van oliën heeft...
DAU33032 De koelvloeistof verversen het periodieke smeer- en onderhoudssche- De koelvloeistof moet volgens de interval- ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfil- perioden vermeld in het periodieke smeer- terelement te vervangen. en onderhoudsschema ververst worden. Laat de koelvloeistof verversen door een Yamaha dealer.
Controleer het stationair toerental en laat De kleppen zijn een belangrijke motorcom- Banden zijn het enige contact tussen de het indien nodig door een Yamaha dealer ponent, en aangezien de klepspeling bij ge- machine en het wegdek. Veiligheid onder bijstellen.
Pagina 83
DWA10512 aan een Yamaha dealer, die over de band scheurtjes vertoont, moet de band WAARSCHUWING onmiddellijk door een Yamaha dealer wor- nodige vakkundige kennis en erva- Belaad uw machine nooit te zwaar.
Pagina 84
Bij andere banden is het risico op een klapband bij zeer hoge rijsnel- Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron- heden niet denkbeeldig. 1. Bandventiel der vermelde banden door Yamaha goed- Gloednieuwe banden bieden op 2. Bandventielbuis gekeurd voor dit model. sommige typen wegdek relatief 3.
Meet de vrije slag van de koppelingshendel ven wijze, vraag dan een Yamaha dealer prestatie, levensduur en veilige werking van zoals getoond. het inwendig koppelingsmechanisme te uw voertuig.
1. Geen vrije slag remhendel Aan het uiteinde van de remhendel mag geen vrije slag aanwezig zijn. Als er toch een vrije slag is, laat dan een Yamaha dea- ler het remsysteem inspecteren. DWA14212 WAARSCHUWING Een zacht of sponzig gevoel in de rem- hendel kan betekenen dat er lucht in het hydraulisch systeem aanwezig is.
DAU22393 DAU40262 Controleren van voor- en achter- Controleren van remvloeistofni- vraag dan een Yamaha dealer de remblok- remblokken veau ken als set te vervangen. De remblokken in de voor- en achterrem Controleer alvorens te gaan rijden of de...
Pagina 88
Periodiek onderhoud en afstelling Gebruik uitsluitend de aanbevolen lekkage. Vraag als het remvloeistofniveau Achterrem remvloeistof, anders kunnen de plotseling sterk is gedaald een Yamaha rubberafdichtingen beschadigd ra- dealer om een inspectie alvorens verder te ken met lekkage tot gevolg. rijden.
Laat de remvloeistof elke 2 jaar verversen De spanning van de aandrijfketting moet de kettingbeschermer naar het mid- door een Yamaha dealer. Laat bovendien voorafgaand aan elke rit worden gecontro- den van de omlaag geduwde ketting- de keerringen van de hoofdremcilinders en leerd en indien nodig worden bijgesteld.
Pagina 90
7. Zorg ervoor dat de kettingspanners in achterwiel naar voren te drukken. Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u dezelfde stand staan, dat de spanning de spanning van de aandrijfketting afstelt. van de aandrijfketting correct is en dat 1.
Vraag een Yamaha smeer- en onderhoudsschema, anders zal dealer een kabel te controleren of te ver- de ketting snel slijten, met name in vochtige vangen wanneer deze is beschadigd of niet of stoffige gebieden.
De werking van het rem- en het schakelpe- Daarnaast moet het gaskabelhuis door een daal moet voorafgaand aan elke rit worden Yamaha dealer worden gesmeerd volgens gecontroleerd en de pedaalscharnierpun- de intervalperioden vermeld in het periodie- ten moeten indien nodig worden ge- ke onderhoudsschema.
Koppelingshendel WAARSCHUWING Als de middenbok of de zijstandaard niet soepel omhoog en omlaag beweegt, vraag dan een Yamaha dealer deze te controleren of te repareren. Een slecht functionerende middenbok of zijstan- daard kan het wegdek raken en u aflei- den, waardoor u de controle over de machine kunt verliezen.
1. Zet de machine op een vlakke onder- achterbrugscharnierpunten moeten grond houd deze rechtop. worden gesmeerd door een Yamaha dealer WAARSCHUWING! Ondersteun de volgens de intervalperioden vermeld in het machine zorgvuldig om omvallen periodieke smeer- en onderhoudsschema. en mogelijk letsel te voorkomen. [DWA10752] Aanbevolen smeermiddel: 2.
Als speling wordt gevoeld, vraag dan Yamaha dealer te repareren of te con- smeer- en onderhoudsschema. Als de wiel- een Yamaha dealer het stuursysteem troleren.
Om de accu op te laden nodig steeds volledig bij. cukabelverbindingen te controleren en, in- Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer 3. Laad de accu volledig bij alvorens te dien nodig, vast te zetten. de accu te laden als deze ontladen lijkt te installeren.
Periodiek onderhoud en afstelling DCA16531 DAU92741 1 1 2 3 1 2 3 De zekeringen vervangen LET OP Het zekeringenkastje bevindt zich onder Houd de accu steeds opgeladen. Stallen het bestuurderszadel. (Zie pagina 4-27.) van een ontladen accu kan leiden tot permanente accuschade.
Pagina 98
Periodiek onderhoud en afstelling 1. Schakel het contactslot uit en schakel 4. Breng een nieuwe zekering met de 9 9 10 het betreffende elektrische circuit uit. voorgeschreven ampèrewaarde aan. 2. Verwijder het deksel van het zekerin- WAARSCHUWING! Gebruik geen genkastje door het deksel op de twee zekeringen met een hogere ampe- aangegeven plaatsen naar binnen te rage dan aanbevolen om ernstige...
10.0 A 7. Als de zekering direct opnieuw door- van dit model uit ledlampjes. Zekering ontstekingssysteem 2: brandt, vraag dan een Yamaha dealer 7.5 A Als een lampje niet gaat branden, contro- het elektrisch systeem te controleren. Zekering radiatorkoelvin: leer dan de zekeringen en laat vervolgens 15.0 A...
Ga met uw motorfiets echter wel naar een Yamaha dealer als re- paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige monteurs aanwezig die beschikken over het benodigde gereedschap en de ervaring en vakkennis om het nodige onderhoud aan de motorfiets correct te verrichten.
Probeer de motor te starten. elektrodenafstand of vervang de bougie(s). Verwijder de bougie en controleer de elektroden. De motor start niet. Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren. Droog Controleer de compressie. 4. Compressie De motor start niet. Er is compressie.
Pagina 103
Controleer het Wacht tot de koelvloeistofniveau in het motor is afgekoeld. reservoir en in de radiator. Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem Het koelvloeistofniveau is te controleren en te repareren als de motor opnieuw in orde. oververhit raakt.
Raadpleeg een hogedrukreinigers of stoomreini- delen. Door de machine te wassen, reini- Yamaha dealer voor advies over wat gers. Water onder hoge druk kan gen en op te poetsen kunt u ook regelmatig voor producten gebruikt moeten worden wiellagers, remmen, versnellings- de conditie ervan inspecteren.
Pagina 105
Verzorging en stalling van de motorfiets streeks in de uitlaatdemper, het in- 4. Spoel vervolgens grondig na met wa- stoffen zoals oplosmiddelen, benzi- ne, roestverwijderaars, remvloei- strumentenpaneel, de luchtinlaat of ter. Zorg dat u alle restanten van het stof, antivries etc. andere binnengedeelten zoals op- reinigingsmiddel verwijdert...
Verzorging en stalling van de motorfiets Gebruik sprays en was altijd spaar- pervlakken van deze onderdelen DAU83472 Stallen grondig voordat u met de machine zaam. Veeg restanten na gebruik Stal de machine altijd op een koele, droge gaat rijden. weg.
Pagina 107
Verzorging en stalling van de motorfiets 1. Zorg dat u alle nodige reparaties en 9. Dek de uitlaatdemper af met een plas- c. Breng de bougiedop aan op de achterstallig onderhoud uitvoert. bougie en leg dan de bougie zoda- tic zak om te voorkomen dat vocht 2.
Deze identificatie- nummers zijn nodig voor de kentekenregi- stratie van het voertuig in uw land en voor het bestellen van reserveonderdelen bij een Yamaha dealer. 1 1 1 VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: 1. Voertuigidentificatienummer 1. Serienummer motorblok...
Deze informatie is nodig om reserve-onder- storingsdiagnose en ten behoeve van on- delen te bestellen bij een Yamaha dealer. 1 1 1 derzoek, ontwikkeling en statistische ana- lyse.
Pagina 112
In dat geval verlangt Yamaha ook van de aannemer dat deze de verstrekte voertuiggegevens op passende wijze behandelt, en zal Yamaha de gegevens op passende wijze beheren.
Index Opbergcompartiment ......4-31 Overloopslang brandstoftank ....4-26 Aandrijfketting, reinigen en smeren ..7-24 Gasgreep controleren en smeren ..7-25 ABS-waarschuwingslampje....4-7 Gelijkstroom aansluitcontact voor Accu ............. 7-29 accessoires........4-34 Parkeren ..........6-5 Achterbrugscharnierpunten, smeren..7-27 Gelijkstroom kabelstekker voor Plaats van de onderdelen ....... 2-1 accessoires........
Pagina 114
Index Startspersysteem........4-36 Stationair toerental, controleren ...7-15 Yamalube ..........7-13 Stop/Run/Start-schakelaar .....4-4 Storingsindicatielampje (MIL) ....4-7 Zadels........... 4-27 Storingzoekschema ......7-35 Zekeringen, vervangen ......7-30 Stuurschakelaars ........4-3 Zijstandaard.......... 4-35 Stuursysteem, controleren....7-28 SUS-MODE..........3-4 Tankdop..........4-24 TCS-MODE ..........3-4 Uitlaatkatalysator ........4-27 Veiligheidsinformatie.......1-1 Vering, afstellen voor en achter ....4-32 Voertuigidentificatienummer ....10-1 Voertuigverlichting ........7-32 Voor- en achterremblokken...
Pagina 116
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing PRINTED IN THE NETHERLANDS 2021.01...