Inhoudsopgave
Advertenties
• U kunt toegang krijgen tot
de instellingenpagina in
(infotainmentsysteem) → Instellingen
Voertuig → HUD.
•
HUD-schakelaar: de schakelaar staat
vanuit de fabriek standaard aan
en er wordt een HUD-afbeelding
weergegeven. Als de schakelaar wordt
uitgeschakeld, dan wordt er geen
HUD-afbeelding weergegeven. Als het
voertuig opnieuw start, dan wordt
de laatst gebruikte instelling van de
schakelaar aangehouden.
•
Hoogte-instelling: wordt gebruikt
om de hoogte van de virtuele HUD-
afbeelding in te stellen tussen -10 en
10. Er zijn 21 waarden beschikbaar en
de standaardwaarde is 0.
•
Helderheidsinstelling: wordt gebruikt
om de helderheid van de virtuele
HUD-afbeelding in te stellen tussen 1
en 11. Er zijn 11 waarden beschikbaar
en de standaardwaarde is 6.
•
Wervel-instelling: wordt gebruikt
om de hoek van de virtuele HUD-
afbeelding in te stellen op -2° , -1,6° ,
-1,2° , -0,8° , -0,4° , 0° , 0,4° , 0,8° , 1,2° ,
1,6° of 2° . De standaardwaarde is 0° .
•
Modusinstelling: wordt gebruikt
voor het selecteren van de modus
"Klassiek" (standaardinstelling) of
"Sneeuw" in overeenstemming met
de omgeving waarin het voertuig rijdt.
•
Optionele instellingen voor de
weergave: er zijn twee optionele
instellingen voor de weergave
en beide worden standaard
ingeschakeld: hulp voor veilig rijden
en navigatie. Tik op de knop om de
instelling voor de HUD-weergave te
selecteren. Tik nogmaals op de knop
om de selectie van het item ongedaan
te maken en te sluiten.
Systeem voor bewaken
van de bandenspanning
(Tire Pressure Monitoring
System - TPMS)
Directe bewaking van de
bandenspanning
• Het systeem voor directe bewaking van
de bandenspanning is een hulpsysteem
dat de bandenspanning in real time
bewaakt om de veiligheid en het comfort
van het voertuig te verbeteren en de
slijtage en het energieverbruik als gevolg
van te lage bandenspanning te verlagen.
• Open het instrumentenpaneel met
de toets
op het stuur, navigeer
naar de balk voor de rijinformatie met
de knoppen
en
dan de pagina voor weergave van de
bandenspanning met het rolwiel op de
toets.
Alarm bandenspanningssysteem
• Als de spanning van een van de banden
lager is dan 75% van de standaard
bandenspanning en het systeem werkt,
dan gaat het waarschuwingslampje
voor de bandenspanning aan en wordt
de waarde van de bandenspanning
geel. Het wordt dan aanbevolen om het
voertuig te stoppen om te controleren
of de band langzaam leegloopt en de
band op te pompen tot een redelijke
spanning.
• Als de temperatuur van een van de
banden gedurende 3 minuten achter
elkaar hoger is dan 85° C, dan geeft
het bandenspanningssysteem een
alarm voor te hoge temperatuur en
wordt de temperatuurwaarde van
de overeenkomstige band geel. Het
wordt dan aanbevolen om het voertuig
te stoppen en te wachten tot de
temperatuur van de band zakt voordat
u doorrijdt.
05
en selecteer
137
Advertenties
Inhoudsopgave
