Inhoudsopgave
Advertenties
Buitenkant
• Banden: controleer de bandenspanning
en inspecteer de banden nauwkeurig
op scheuren, beschadigingen, vreemde
materialen, afwijken en overmatige
slijtage.
• Wielmoeren: controleer of er moeren
loszitten of ontbreken.
• Verlichting: controleer dat de
koplampen, parkeerlichten,
positielichten, richtingaanwijzers
en andere lampen allemaal werken.
Controleer de intensiteit van de
koplampen.
Interieur
• Veiligheidsgordels: controleer of
de veiligheidsgordel goed kunnen
worden vastgemaakt. Controleer of de
veiligheidsgordels niet zijn versleten of
gekrast.
• Instrumentenpaneel: controleer
vooral of de onderhoudsindicator, de
verlichting van het instrumentenpaneel
en de ontwaseming goed werken.
• Rempedaal: controleer of er genoeg
ruimte onder het rempedaal is om te
kunnen werken.
In het motorcompartiment
• Reservezekeringen: controleer of er in de
zekeringendoos reservezekeringen voor
alle nominale waarden aanwezig zijn.
• Koelvloeistofniveau: controleer of het
koelvloeistofniveau juist is.
• Startaccu en kabels: inspecteer de
aansluitingen op corrosie of loszitten
en enige barsten in de behuizing van de
startaccu.
Controleren na het starten
• Instrumentenpaneel: controleer of de
onderhoudsindicator en snelheidsmeter
goed werken.
• Remmen: rij het voertuig op een veilige
plaats rechtuit, houd het stuur stevig
vast en trap op de rem. Controleer of het
voertuig rechtuit blijft rijden.
• Overige afwijkingen: controleer op losse
onderdelen, lekkages en ongewone
geluiden.
Als alles in orde is, geniet dan van rijden
met vertrouwen.
Voorbereidingen voor het rijden
• Controleer de omgeving voordat u in het
voertuig stapt.
• Stel de stand van de stoel, de hoek van
de rugleuning, de hoogte van de zitting
en de hoofdsteun en de hoogte en hoek
van het stuur af.
• Stel de achteruitkijkspiegel en
buitenspiegels af.
• Sluit alle portieren.
• Doe de veiligheidsgordels vast.
Bedieningselementen
voor het schakelen
• De stand van de versnellingsbak is
gemarkeerd op de versnellingspook,
zoals rechts wordt getoond.
• "P": Parkeren. Druk op deze knop om het
voertuig te parkeren. Schakel naar deze
stand bij het starten of uitschakelen van
de motor.
05
109
Advertenties
Inhoudsopgave
