Inhoudsopgave
Advertenties
3. BEDIENING
Gebruik alleen de heldere, gefilterde
brandstof uit de bovenste helft van het
vat, zodat de vervuilde brandstof on-
derin achterblijft.
(3) Brandstoftank
De brandstoftank hoort vóór het eer-
ste gebruik aan de binnenzijde altijd
voldoende schoon en droog te zijn.
C
A Bezinksel
B Aftapkraan
(4) Brandstofsysteem
Installeer de brandstofleiding van de
brandstoftank naar de brandstofpomp
volgens het schema. Plaats de brand-
stof-/waterafscheider (optioneel) in
het middelste gedeelte van de leiding.
B
C Naar de motor
Fuel System
A
H
B
I
C
E
A Brandstoffilter
B Brandstofopvoer-
pomp(Handbedienings-
hefboom)
C Brandstof/wateraf-
scheider
D Ongeveer20~30 mm
(3/4" – 11/8")
E Minder dan 500 mm
(20")
LET OP
Als u andere dan de gespecificeerde
dieselolie gebruikt, zal de motor niet
optimaal functioneren en kunnen on-
derdelen beschadigd raken.
3.1.2 Smeerolie
LET OP
Andere dan de gespecificeerde
smeerolie kan oorzaak zijn van vastlo-
pende onderdelen, abnormale slijtage
en een verkorte levensduur van de mo-
tor.
(1) Motorsmeeroliekiezen
Gebruik de volgende smeerolie:
• API-klasse ....................... CD of beter
TBN waarde: 9 of meer
J
D
G
F
F Aftapkraan
G Brandstofkraan
H Brandstofretour
I Naar brandstofinjectie-
pomp
J Brandstoftank
23
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
