Mentor MP in combinatie met een motor met serieveld (compoundmotor)
Motoren waarvan bekend is dat ze op ankerspanning geregeld zullen worden zijn vaak uitgerust met een serieveld om
het toerental belasting onafhankelijk te laten zijn. Door dit serieveld vloeit de ankerstroom en de veldsterkte van dit
serieveld is dus proportioneel met de belasting van de motor. Het serieveld is over dezelfde polen gewikkeld als het
shuntveld en de richting is tegengesteld aan dit shuntveld. Het resultaat is dat het shuntveld proportioneel met de
belasting verzwakt wordt wat een toerental corrigerende werking heeft. De uitkomst is dus gelijk aan de Ia-Ra
compensatie zoals hierboven is beschreven, met dat verschil dat het serieveld sneller en beter compenseert dan een
thyristorregelaar dat kan via een Ia-Ra compensatie. Indien de motor dan ook met een serieveld is uitgerust behoefd de
Ia-Ra compensatie in de Mentor MP niet te worden toegepast. Dat een motor is uitgerust met een serieveld is onder
andere te herkennen aan het feit dat er in de klemmenkast van de motor vier hoofdstroom aansluitingen aanwezig zijn.
De schakeling van anker, shunt- en serieveld is draairichting afhankelijk en indien het serieveld de verkeerde polariteit
heeft en dus het shuntveld versterkt, zullen over het algemeen hevige toerental oscillaties optreden.
Tot einde jaren 80 van de vorige eeuw zijn in Nederland veel kranen uitgerust met seriemotoren die met een extra zwak
shuntveld zijn uitgerust om het op hol slaan van de seriemotor te voorkomen. Qua motoraansluitingen is men geneigd te
denken dat het een compoundmotor betreft, hetgeen absoluut niet het geval is. Dergelijke motoren via een thyristor-
regelaar aan te sturen is af te raden.
Indien een compoundmotor twee draairichtingen moet hebben, zal
zeker gesteld moeten worden dat het serieveld altijd het shuntveld
verzwakt. Dit is onder andere mogelijk door een 1 kwadrant
thyristorregelaar toe te passen en het anker door middel van
magneetschakelaars om te keren indien achteruit gedraaid moet
worden, hetgeen vaak bij drukpersen wordt toegepast.
Compoundmotor aangestuurd door een 4 kwadrant Mentor MP.
Indien een compoundmotor aangestuurd moet worden door een
4 kwadrant Mentor MP zijn er de volgende mogelijkheden:
- Serieveld via een gelijkrichter in het ankercircuit aansturen.
- Serieveld niet aansluiten en Ia-Ra compensatie toepassen.
- Serieveld niet aansluiten en een tacho of encoder toepassen.
Ia x Ra compensatie
Bij ankerspanningsregeling doet de tegen-EMK van de motor
dienst als toerental meetwaarde. Een motor in ankerspannings-
regeling heeft een belastingafhankelijk toerental. Dit wordt
veroorzaakt doordat de spanningsval over de ankerweerstand
de gegenereerde tegen EMK reduceert. Om het toerental
constant te houden zal deze spanningsval gecompenseerd
moeten worden door middel van de uitgangsspanning van de
Mentor MP bij toenemende belasting te verhogen.
Voor een correcte berekening van de Ia x Ra waarde is het noodzakelijk de ankerweerstand te weten. Deze
weerstandswaarde is de som van de ankerweerstand plus de weerstand van de motorkabel. Tijdens de stationaire
autotune (#5.12=1) wordt naast het optimeren van de anker- en veldstroomregelaar ook de totale ankerweerstand
gemeten en geladen in #5.61.
De totale spanningsval over de ankerweerstand bij nominale belasting is nu het product van de totale ankerweerstand en
nominale ankerstroom, dus Ia x Ra = #5.61 x #5.07. Echter dit is een theoretische waarde en vaak zijn in de motor-
constructie compenserende factoren opgenomen. Mogelijk is de motor uitgerust met een compoundveld zoals hierboven
beschreven, in dit geval is het zeker de overweging waard dit compoundveld te gebruiken in plaats van Ia x Ra
compensatie toe te passen. Vaak heeft de motorfabrikant in plaats van een compoundveld andere compenserende
factoren in de motorconstructie verwerkt en is het dus noodzakelijk om proefondervindelijk de Ia x Ra waarde vast te
stellen op de volgende wijze. De motor moet daartoe op twee verschillende belastingniveaus bedreven worden, liefst op
nullast en vollast. Het heeft de voorkeur dit bij een zo hoog mogelijk toerental te doen. Met behulp van een toerentalmeter
moet in beide belastingscondities het motortoerental gemeten worden. Door middel van #5.88 kan nu op de schaal van
0-100% de Ia x Ra compensatie vrijgegeven worden. Het eindresultaat moet zijn dat er geen toerental verschil meer
aanwezig is tussen nullast en vollast.
Mentor MP, Versie 6.2
MP menu 3
Toerentalregelaar
Ia
Pagina 73 van 172
Mentor MP
Ia
If
M
Hulp-
Anker
Serie-
Shunt-
polen
veld
veld
Mentor MP
Ia x Ra
EMK
M
R anker
Anker
Shuntveld