Parameter-
Eigenschappen
type
RW
Programmeerbare parameter.
RO
Diagnoseparameter.
Bit
Bitparameter , inhoud is 0 of 1.
B
Bipolair, positieve en negatieve inhoud mogelijk
U
Unipolair, alleen positieve inhoud mogelijk.
Par.nr.
Omschrijving
11.21
Scaling van de inhoud van #0.20
11.22
Parameter continu in display
11.23
Serieel adres Mentor MP
(0.67)
11.24
Seriële mode van 485 comms poort RW,U
11.25
Seriële baud rate
(0.66)
11.26
2-Draads communicatievertraging
11.27
11.28
11.29
Mentor MP softwareversie
(0.49)
11.30
Persoonlijke code
11.31
11.32
Mentor MP nominaalstroom
11.33
Mentor MP nominale spanning
11.34
Softwareversie laatste digits
11.35
Aantal thyristor modules parallel
11.36
Smartcard, verzonden datablok
11.37
Smartcard, datablok nummer
11.38
Smartcard, data type / mode
11.39
Smartcard, data versie
11.40
Smartcard, data checksum
11.41
Status mode timeout
11.42
Smartcard
(0.30)
(zie beschrijving op pag. 57 t/m 59)
Mentor MP, Versie 6.2
MP menu 11
Diversen
Parameter-
type
R
S
P
K
F
Type
Eenh.
Fabr.
progr.
RW,U
1,000
RW,U
par.
0.40
RW,U
1
rtU (1)
RW,U
baud
19.200
RW,U
ms
2
RO,U
RW,U,S
0
RO,U
A dc
RO,U
V ac
RO,U
RO,U
0
RO,U
RO,U,
0
RO,
RW,U
RO,U
RW,U
sec.
240
RW,U,R
nonE
Pagina 105 van 172
Eigenschappen
Benodigd reset om nieuwe inhoud te activeren.
Wordt automatisch opgeslagen in het geheugen.
Kan niet beïnvloed worden via controleklemmen.
Kan niet beïnvloed worden via toetsenbord of PC
Parameter opgenomen in het nulmenu.
Bereik
Bijzonderheden
9,999
Zie menu 22 (#22.20)
0.90
De param. in menu 0 die na inschakeling
continu in display wordt weergegeven.
Zie menu 22
247
AnSI (0)
0 = ANSI x3.28 protocol
rtU
(1)
1 = Modbus RTU protocol
Lcd
(2)
2 = Modbus RTU via LCD toetsenbord.
115.200
300
(0) :
300 baud
600
(1) :
600 baud
1200 (2) :
1.200 baud
2400 (3) :
2.400 baud
4800 (4) :
4800 baud
9600 (5) :
9600 baud
19200 (6) : 19.200 baud
38400 (7) : 38.400 baud
57600 (8) : 57.600 baud (alleen Modbus)
115200 (9) : 115.200 baud (alleen Modbus)
250
99.99
Zie ook #11.34
999
Indien een code is ingegeven zal bij het
wijzigen van een parameter CodE in display
verschijnen en moet eerst de persoonlijke
code ingegeven worden alvorens parameters
gewijzigd kunnen worden.
10.000,0
Nominale DC uitgangsstroom
480 (0)
Nominale AC voedingsspanning van de
575 (1)
thyristorbrug L1-L2-L3. Spanning op E1-E3 is
690 (2)
in alle gevallen 208 - 480V +/- 10%
99
Voorbeeld : Versie 2.10.04.
#11.29 = 2.10, #11.34 = 4.
3
999
Zie de beschrijving op pagina 59.
1003
18
9.999
65.335
250
Indien na het programmeren door de
gebruiker niet wordt teruggegaan naar status
weergave in display, zal indien er geen toets
bediend wordt, na het verlopen van deze tijd
automatisch worden teruggeschakeld naar
status weergave
nonE (0)
Geen actie
rEAd (1)
- Indien de status rdy, inh of trip is zal bij
bediening van de rode toets de parameters uit
de SmartCard in Mentor MP geladen worden.
Prog (2)
- Bij bediening van de rode toets zal de
programmering van de Mentor MP in de
SmartCard geladen worden.
Auto (3)
- Wijzigingen in Mentor MP programmering
worden direct in de SmartCard opgeslagen.
boot (4)
- Wijzigingen in de Mentor MP program-
mering worden direct in de SmartCard
opgeslagen en bij inschakeling van de
voedingsspanning zal de inhoud van de
SmartCard in Mentor MP geladen worden.