Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Kennismaken Met Het Toetsenbord; Parameters Activeren En Opslaan - Nidec Control Techniques Mentor MP Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Bedrijfsstatus
run
1250.0
M
Alarmstatus
run
OULd
M
Tripstatus
triP
SL
M
Activeren van een nieuwe parameterinhoud
Bij de meeste parameters is bij het intoetsen de nieuwe inhoud direct actief. Bij sommige parameters moet de nieuwe inhoud
geactiveerd worden door de rode toets te bedienen. Dit zijn met name de bestemming- en oorsprongparameters. Deze
parameters hebben bij de beschrijving de vermelding (R) waarmee aangegeven wordt dat de activering plaats vindt met de
rode toets. De rode toets mag overigens altijd bedient worden, dus bij twijfel altijd bedienen.
Opslaan van parameters
Een nieuwe parameterinhoud moet opgeslagen worden in het geheugen voordat voedingsspanning wordt uitgeschakeld.
Gewijzigde parameters in de achterliggende menu's 1 t/m 22 moeten door de gebruiker worden opgeslagen voordat de
elektronicavoeding op klem E1-E3 en de 24VDC back-up voeding op controleklemmen 1 en 2 wordt uitgeschakeld. Alle
gemaakte wijzigingen kunnen gezamenlijk opgeslagen worden in een SAVE routine via een nulparameter in een willekeurig
menu (zie pagina 43). Het opslaan mag op elk moment plaatsvinden, dus ook tijdens bedrijf.
Automatisch opgeslagen parameters.
- Menu 0 parameters worden automatisch opgeslagen in het geheugen op het moment dat de M toets bedient wordt bij
het verlaten van de parameter.
- Enkele parameters in de achterliggende menu's worden automatisch opgeslagen, zoals o.a. energiemeting in menu 6,
motorpotentiometer in menu 9 en het storingsregister in menu 11. Deze parameters hebben bij de beschrijving de
vermelding (S), waarmee aangegeven wordt dat de parameter automatisch in het geheugen wordt opgeslagen.
- De parameters die door de autotune worden geprogrammeerd (zie pagina 84) worden na de autotune automatisch
opgeslagen in het geheugen. Een manuele programmering van deze betreffende parameters (dus niet via een autotune)
worden niet automatisch in het geheugen opgeslagen.
Mentor MP, Versie 6.2
Mentor MP

Kennismaken met het toetsenbord

Toerental
Alarmboodschap, zoals:
Hot..........MP koellichaam heet
OVLd.......Ov erbelast
CLt.......... Stroombegrenzing actief
PLC.........PLC programma loopt
S.OV .......Ov erspanning piekspanningsbev eiliging
Raadpleeg v oor de ov erige alarmboodschappen de
lijst achterin dit handboek.
Storingsoorzaak, zoals oa:
AOP ...........Open ankerkring
AOC ........... O v erstroom in de motor
FbL............ U itv al toerentalmeting
It.AC........... L angdurig ov erbelast
SL ............. U itv al v oedende f ase
Raadpleeg v oor de ov erige storingen de
lijst achterin dit handboek.
Mentor MP

Parameters activeren en opslaan

Pagina 44 van 172
Bedrijf sconditie, zoals:
rdy.............. R eady
inh.............. I nhibit
run.............. Run
Auto-tunE.. Auto tune
dEC............. Decelereren
StoP............ Stilstandskoppel
POS ........... P ositioneren
triP.............. Storing
Bedrijf sconditie
(geen alarm)
Bedrijf sconditie

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave