Advertenties
Hoofdstuk 4
[CA-60] tot [CA-84]
[FUP]/[FDN]-handelingen
Code/naam
CA-60
FUP/FDN
00(Referentietoerental)
doelselectie overschrijven
01(PID)
CA-61
FUP/FDN inscha-
00(Niet opslaan)/
kelen gegevens opslaan
01(Opslaan)
CA-62
Selectie modus
00(0 Hz)/
UDC-klem
01(Gegevens opslaan)
CA-64
Acceleratietijd
voor functie FUP/FDN
0,00 tot 3600,00 (s)
CA-66
Vertragingstijd
voor functie FUP/FDN
・[CA-60] stelt als doel van de operatie de ingestelde frequentie
of de PID-doelwaarde in voor 020[FUP]/021[FDN].
・[CA-61] stelt in of de bewerkte waarden van [FUP]/[FDN] wel
of niet moeten worden opgeslagen in het opslaggeheugen.
・[CA-62] selecteert de frequentie waarmee de ingestelde
frequentie verandert als klem [UDC] AAN is.
・Als [FUP]/[FDN] AAN is en de ingestelde frequentie wordt
veranderd, dan kan de acceleratie- en vertragingstijd worden
ingesteld [CA-64][CA-66].
[F-OP] Wijzigen toerental/handeling
Code/naam
CA-70
Selectie toerentalcomman-
do als [F-OP] actief is
CA-71
Selectie referentie
opdracht- commando als [F-OP] actief
is
・Als de slimme ingangsklem 023[F-OP] AAN is, wordt de
wijziging uitgevoerd.
*1)01(Klem Ai1)/02(Klem Ai2)/03(Klem Ai3)/ 07(Parameter)/ 08(RS485)/
12(Pulstrein ingang:hoofd)/14(Functie EzSQ)/15(PID-resultaat)
*2) 00([FW]/[RV] klem)/01(3-draads)/02(Toets RUN op bedieningspaneel)/
03(RS485)
Resetklem [RS]
Code/naam
Bereik (eenheid)
00(Uitschakelen bij een fout vrijgeven bij
inschakelen)/
01(Uitschakelen bij een fout vrijgeven bij
CA-72
uitschakelen)/
Modusselec-
02(Alleen effectief bij status
tie resetten
Uitschakelen bij een fout AAN)/
03(Alleen effectief bij status uitschakelen
bij een fout UIT)
・De resetklem, indien AAN, verbreekt gewoonlijk de uitvoer,
maar kan ook worden ingesteld om alleen actief te zijn bij het
uitschakelen bij een fout.
Hoofdingang decoder
Code/naam
Bereik (eenheid)
CA-81
Constante
0 tot 65535 (Pulsen)
instelling encoder
CA-82
Faseselectie
00(Fase A eerst)/
encoder
01(Fase B eerst)
CA-83
Teller van de
overbrengingsver-
1 tot 10000
houding motor
CA-84
Noemer van
de overbrengingsver-
1 tot 10000
houding motor
・Stelt de hoofdingang voor de encoder in en de overbrengingsver-
houding van de motor die betrokken is bij de encoder feedback.
Oorspr.
Bereik (eenheid)
waarde
00
00
00
30,00
30,00
Bereik
Oorspr.
(eenheid)
waarde
01 tot 03, 07,
01
08, 12, 14, 15
*1)
01
00 tot 03 *2)
Oorspr.
waarde
00
Oorspronkel.
waarde
1024
00
1
1
Ingangsklem voor pulstrein
Code/naam
CA-90
Selectie
detectiemethode
CA-91
Modus selecteren
CA-92
Schaal
CA-93
Filtertijd constante
CA-94
Waarde afwijking
CA-95
Bovengrens
CA-96
Detectie
ondergrens
・Een pulstrein wordt geïntroduceerd in functies
[PLA][PLB] die zijn toegewezen aan klemmen A,B. Als
[CA-90]=01 worden pulsen geteld in klemmen A en B.
Alleen klem A als dit een enkelfasige ingang is.
Pulstreinteller
Code/naam
CA-97
Vergelijking pulsteller
uitvoer AAN-niveau
CA-98
Vergelijking pulsteller
uitvoer UIT-niveau
CA-99
Pulsteller vergelijken uitvoer
maximale waarde
・Stel 091[PCMP] in om de resultaten van de vergelijking
uit te voeren van de plustreintellers van de functies
103[PLA]/104[PLB].
・Schakel klem 097[PCC] in om de teller opnieuw in te
stellen.
・In het volgende voorbeeld wordt een pulstrein
ingevoerd op klem A als [CA-81]=01.
Interne teller
Max. getelde
waarde [CA-79]
Niveau UIT [CA-78]
Niveau AAN [CA-77]
0
Ingang [PLA]
Ingang [PCC]
Uitgang [PCMP]
4-38
Parameters instellen
[CA-90] tot [CA-99]
Oorspr.
Bereik (eenheid)
waarde
00(Frequentiereferentie)/
01(Aantal pulsen)/
02(Feedback toerental：
sensor-V/f)
00(90º-faseverschuiving)/
01(Voorwaarts/achterwaarts
bedrijf en draairichting)/
02(Voorwaarts/achterwaarts
bedrijf met pulstrein)
0,05 tot 32,0 (kHz)
0,01 tot 2,00 (s)
-100,0 tot 100,0(%)
0,0 tot 100,0(%)
0,0 tot 100,0(%)
Bereik
Oorspronkelijke
(eenheid)
waarde
0 tot 65535
0
0 tot 65535
0
0 tot 65535
65535
00
00
25,0
0,10
0,0
100,0
0,0
Advertenties
