Hoofdstuk 4
4.1.4.5 Frequentiereferentie wijzigen
① Druk op de toets RECHTS ( ) en druk na naar het
scherm parameterinstellingen te zijn gegaan op de
toets SEL(O), waarna het parametergedeelte van het
parameterinstelscherm knippert.
② Verander met de toetsen OMHOOG/OMLAAG/
LINKS/RECHTS (
[Referentie hoofdtoerental (bedieningspaneel)]
verschijnt. Nu kan de frequentie-instelling worden
gekozen.
⇒Ga naar ③
Als het weergegeven scherm er anders uitziet, verander
dan de bron van de frequentiereferentie.
⇒Ga naar ⑤
③ Druk op de toets SEL(O), verander de frequentie-
waarde met de toetsen OMHOOG/OMLAAG/
LINKS/RECHTS (
④ Druk op de toets SEL (O) om de wijzigingen op te
slaan, waarna op positie (E) de ingestelde frequentie
verschijnt. Druk op toets F1 om naar het beginscherm
te gaan. ⇒Ga naar
[4.1.4.3]
) de code in [FA-01], waarna
).
(F)↑
⑤ Wijzig met de toetsen OMHOOG/OMLAAG/
LINKS/RECHTS (
⑥ Druk op de toets SEL(O) en selecteer met de toetsen
OMHOOG/OMLAAG (
de ingestelde frequentie.
In dit geval is [07:Keypad] geselecteerd.
⑦ Druk op de toets SEL (O) om de wijzigingen op te
slaan, waarna op positie (E) FW of RV moet
verschijnen. Druk op de toets F1 om naar het
beginscherm te gaan.
[4.1.4.2]
⇒Ga naar
4-6
Parameters instellen
) de functiecode in [AA101].
) de te gebruiken bron voor