Inhoudsopgave
Advertenties
Afbeelding. Instrumentenpaneel
1. Startschakelaar
2. Toerentalregelaar
3. Noodstop
6. Vooruit/achteruit-hendel
31
Afbeelding. Instrumentenpaneel
12. Schakelaar sprinkler
25. Lampje parkeerrem
31. Parkeerrem
2020-10-27
Rijden
De wals besturen
3
1
6
2
Ontgrendel de parkeerrem (31) en controleer of het
lampje (25) voor de parkeerrem uitgaat.
Zet de toerentalhendel (2) omhoog en vergrendel deze
in de werkpositie.
Controleer of de besturing werkt door het stuur één
keer naar rechts en één keer naar links te draaien,
wanneer de wals stilstaat.
Vergeet bij het verdichten van asfalt niet om de
sprinklerinstallatie (12) in te schakelen.
25
Duw de vooruit/achteruit-hendel (6) voorzichtig naar
voor of achter afhankelijk van de gewenste rijrichting.
Hoe verder van de neutrale stand hoe hoger de
snelheid.
12
Controleer of er tijdens het bedienen van de machine
geen waarschuwingslampjes gaan branden.
4812160814_G.pdf
Men mag de machine onder geen beding bedienen
Men mag de machine onder geen beding bedienen
wanneer men op de grond staat. Tijdens het rijden
wanneer men op de grond staat. Tijdens het rijden
moet de chauffeur altijd in de chauffeursstoel
moet de chauffeur altijd in de chauffeursstoel
zitten.
zitten.
Controleer of het werkgebied voor en achter de
Controleer of het werkgebied voor en achter de
wals vrij is.
wals vrij is.
De snelheid moet altijd worden geregeld met de
De snelheid moet altijd worden geregeld met de
vooruit/achteruit-hendel en nooit met het toerental
vooruit/achteruit-hendel en nooit met het toerental
van de motor.
van de motor.
Bediening
43
Advertenties
Inhoudsopgave
