Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding..............................7 1.1 Voorwoord............................. 8 1.2 Typeplaatje van de machine en van de motor................10 Technische gegevens......................... 11 2.1 Geluids- en trilgegevens......................14 2.1.1 Geluidsgegevens........................14 2.1.2 Trilgegevens..........................14 Voor uw veiligheid..........................15 3.1 Fundamentele voorwaarden...................... 16 3.1.1 Algemeen........................... 16 3.1.2 Verklaringen bij de gebruikte signaalbegrippen:................
Pagina 4
Inhoudsopgave 3.9.5 Na de onderhoudswerkzaamheden................... 32 3.10 Reparatie............................ 33 3.11 Bebording..........................34 3.12 Veiligheidscomponenten......................38 Display- en bedieningselementen..................... 39 4.1 Motor............................40 4.1.1 Overzicht............................ 40 4.1.2 Motorstopschakelaar........................40 4.1.3 Toerentalregelaar........................41 4.1.4 Startklephefboom........................41 4.1.5 Omkeerstarter..........................41 4.1.6 Brandstofkraan........................... 42 4.2 Waterbesproeiing........................
Inleiding – Voorwoord 1.1 Voorwoord Deze gebruiksaanwijzing en onderhoudshandleiding hoort bij uw machine. Hij geeft u de noodzakelijke informatie om uw machine veilig te kunnen bedienen en om hem doelmatig in te zetten. Daarnaast bevat hij informatie over vereiste bedrijfs-, onderhouds- en instandhoudingsmaatregelen.
Pagina 9
Inleiding – Voorwoord Garantie- en aansprakelijkheidsvoorwaarden van de algemene verkoop- en levervoorwaarden van Dynapac GmbH blijven door voornoemde of later gegeven informatie onverminderd van kracht. Wij wensen u veel succes met uw Dynapac machine. DFP8...
Inleiding – Typeplaatje van de machine en van de motor 1.2 Typeplaatje van de machine en van de motor Gelieve hier in te vullen: Machinetype (1): Made by Designation Type Serienummer (2): Nominal Power Operating Mass Year of Construction Serial-No. Ammerländer Str.
Technische gegevens – Geluids- en trilgegevens 2.1 Geluids- en trilgegevens De in wat volgt vermelde opgaven betreffende geluid en trilling werden volgens de volgende richtlijnen vastgesteld onder voor het apparaat kenmerkende operationele omstandigheden en met toe- passing van geharmoniseerde normen: EG-machinerichtlijn in de versie 2006/42/EG Geluidsrichtlijn 2000/14/EG, geluidsbeschermingsrichtlijn 2003/10/EG...
Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden 3.1 Fundamentele voorwaarden 3.1.1 Algemeen Deze machine is gebouwd overeenkomstig de huidige stand en de geldende voorschriften en regels der techniek. Niettemin kunnen van deze machine gevaren voor personen en materiële waarden uitgaan, als: hij niet-doelmatig wordt gebruikt, hij door niet-opgeleid personeel bediend wordt, hij ondeskundig veranderd of omgebouwd wordt,...
Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar bij niet-inachtneming! Zo gekenmerkte plaatsen wijzen op een gevaar- lijke situatie, die tot lichtere verwondingen kan leiden als de waarschuwing niet in acht wordt genomen. AANWIJZING! Materiële schade bij niet-inachtneming! Zo gekenmerkte plaatsen wijzen op mogelijke beschadiging van de machine of van constructie- delen.
Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden Veiligheidsbril Ter bescherming van de ogen tegen rondvliegende delen en vloeistofspetters. Gezichtsbescherming Ter bescherming van het gezicht tegen rondvliegende delen en vloeistofspetters. Veiligheidshelm Ter bescherming van het hoofd tegen vallende delen en ter bescherming tegen verwondingen. Gehoorbescherming Ter bescherming van het gehoor tegen te luide geluiden.
Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden Voorbeelden van niet-doelmatig gebruik zijn: Machine voor transportdoeleinden achter zich aan slepen Machine van het laadvlak van het transportvoertuig af gooien Extra gewicht bevestigen op de machine Het is verboden om tijdens het bedrijf op de machine te gaan staan.
Voor uw veiligheid – Begripsdefinitie van de verantwoordelijke personen 3.2 Begripsdefinitie van de verantwoordelijke personen 3.2.1 Exploitant De exploitant is de natuurlijke of juridische persoon, die de machine inzet of in wiens opdracht de machine gebruikt wordt. De exploitant moet garanderen dat de machine alleen doelmatig en met inachtneming van de veiligheidsvoorschriften van deze gebruiksaanwijzing en onderhoudshandleiding wordt ingezet.
Pagina 21
Voor uw veiligheid – Begripsdefinitie van de verantwoordelijke personen zich met de bediening van de machine vertrouwd hebben gemaakt, fysiek en psychisch in staat zijn om met de machine te rijden en hem te bedienen. Personen die onder invloed van alcohol, medicamenten of verdo- vende middelen zijn, mogen de machine niet bedienen, onder- houden of repareren.
Voor uw veiligheid – Grondslagen voor het veilige bedrijf 3.3 Grondslagen voor het veilige bedrijf 3.3.1 Restgevaren, restrisico´s Ondanks zorgvuldig werk en naleving van de normen en voor- schriften kan niet worden uitgesloten, dat zich in de omgang met de machine nog andere gevaren kunnen voordoen. Zowel de machine als alle andere systeemcomponenten komen overeen met de momenteel geldende veiligheidsrichtlijnen.
Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4 Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.1 Inleidende opmerkingen De exploitant moet garanderen dat alle beroepsmatige gebruikers de inhoud van de betreffende veiligheidsinformatiebladen bij de afzonderlijke bedrijfsstoffen kennen en in acht nemen. Veiligheidsinformatiebladen leveren belangrijke informatie over de volgende kenmerken: Benaming van de stof Mogelijke gevaren...
Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.2 Veiligheids- en milieuvoorschriften in de omgang met benzine GEVAAR! Levensgevaar door exploderend gas-lucht- mengsel! – Benzine niet op hete constructiedelen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden. – Warmtebronnen, vonken en andere ontste- kingsbronnen uit de buurt houden.
Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.3 Veiligheids- en milieuvoorschriften in de omgang met brandstofstabilisator WAARSCHUWING! Verbrandingsgevaar door ontbrande brandstof- stabilisator! – Brandstofstabilisator niet op hete constructie- delen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden. WAARSCHUWING! Gezondheidsgevaar door contact met brand- stofstabilisator! –...
Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.4 Veiligheids- en milieuvoorschriften in de omgang met olie WAARSCHUWING! Verbrandingsgevaar door ontbrande olie! – Olie niet op hete constructiedelen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden! – Persoonlijke beschermende uitrusting dragen (werkhandschoenen, beschermende werkkle- ding).
Voor uw veiligheid – Machine verladen / Transport 3.5 Machine verladen / Transport Garanderen dat personen door omkantelen of wegglijden van de machine niet in gevaar worden gebracht. Beschadigde of maar gedeeltelijk functionerende aanslagpunten mogen niet worden gebruikt. Altijd geschikte aanslagmiddelen aan de aanslagpunten gebruiken. Aanslagmiddelen alleen gebruiken in de voorgeschreven belasting- srichting.
Voor uw veiligheid – Machine in bedrijf nemen 3.6 Machine in bedrijf nemen 3.6.1 Vóór de inbedrijfstelling Alleen machines inzetten waarbij de onderhoudswerkzaamheden regelmatig werden uitgevoerd. Maak u vertrouwd met de uitrusting, de indicatie- en bedieningsele- menten en met de werkwijze van de machine en het werkterrein. Persoonlijke veiligheidsuitrusting (veiligheidshelm, werkschoenen, evt.
Pagina 29
Voor uw veiligheid – Machine in bedrijf nemen Uitlaatgassen niet inademen, omdat deze giftige stoffen bevatten die schade aan de gezondheid, bewusteloosheid of de dood tot gevolg kunnen hebben. Bij bedrijf in gesloten of gedeeltelijk gesloten ruimtes resp. grep- pels voor voldoende be- en ontluchting zorgen. DFP8...
Voor uw veiligheid – Werkbedrijf 3.7 Werkbedrijf 3.7.1 Personen in de gevarenzone Vóór elk begin van het werk, ook na werkonderbreking, controleren of er zich personen of hindernissen in de gevarenzone bevinden. Indien nodig een waarschuwingsteken geven. Werk onmiddellijk staken als personen ondanks waarschuwing de gevarenzone niet verlaten.
Voor uw veiligheid – Tanken 3.8 Tanken Brandstofdampen niet inademen. Alleen tanken bij afgezette motor. Niet tanken in gesloten ruimtes. Geen open vuur, niet roken. Ontstekings- en warmtebronnen uit de buurt houden. Maatregelen treffen tegen elektrostatische oplading. Geen brandstof morsen. Uitlopende brandstof opvangen, niet in de grond weg laten sijpelen.
Voor uw veiligheid – Onderhoudswerkzaamheden 3.9 Onderhoudswerkzaamheden 3.9.1 Inleidende opmerkingen Voorgeschreven onderhouds- en instandhoudingswerkzaamheden altijd tijdig uitvoeren om de veiligheid, de operationaliteit en een lange gebruiksduur van de machine te garanderen. Het onderhoud van de machine mag alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd en door de exploitant geautoriseerd personeel.
Voor uw veiligheid – Reparatie 3.10 Reparatie Bij defecte machine waarschuwingsbord aanbrengen. Machine pas na reparatie weer in bedrijf nemen. Bij de vervanging van veiligheidsrelevante componenten mogen uitsluiten originele onderdelen worden gebruikt. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door een deskundige/ bevoegde persoon.
Voor uw veiligheid – Bebording 3.11 Bebording Stickers en borden volledig en leesbaar houden en absoluut in acht nemen. Beschadigde en onleesbare stickers of borden onmiddellijk ver- nieuwen. Made by Designation Type Nominal Power Operating Mass Year of Construction Serial-No. Patent Protection Made in Germany Water...
Pagina 35
Voor uw veiligheid – Bebording Waarschuwingsbord - gebruiksaanwijzing in acht nemen Afb. 7 Waarschuwingsbord - California Proposition 65 WARNING California Proposition 65 Warning This product contains chemicals that cause cancer + chemicals that are reproductive toxicants B-DEC-0316 Afb. 8 Gebodsbord - gehoorbescherming dragen Afb.
Pagina 36
Voor uw veiligheid – Bebording Informatiebord - vastsjorpunt Afb. 11 Informatiebord - ophefpunt Afb. 12 Informatiebord - vulopening benzine Gasoline/Benzin B-DEC-0216 Afb. 13 Informatiebord - vulopening water Water B-DEC-0218 Afb. 14 DFP8...
Pagina 37
Voor uw veiligheid – Bebording Kort bedieningsbord Gebodsbord gebruiksaanwijzing in acht nemen START OPERATION STOP B-DEC-0366 Afb. 15 Onderhoudsbord GASOLINE BENZIN before taking into operation weekly vor Inbetriebnahme wöchentlich avant la mise en service hebdomadairement anterior a la puesta en servicio cada semana annual twice annual...
Display- en bedieningselementen – Motor 4.1 Motor 4.1.1 Overzicht Afb. 19 Motorstopschakelaar Toerentalregelaar Starterklephendel Omkeerstarter Brandstofkraan 4.1.2 Motorstopschakelaar Stand "OFF" Ontsteking uit Stand "ON" Ontsteking aan Afb. 20 DFP8...
Display- en bedieningselementen – Motor 4.1.6 Brandstofkraan Stand "Links" Brandstofkraan gesloten Stand "Rechts" Brandstofkraan open B-HON-0043 Afb. 24 DFP8...
Display- en bedieningselementen – Waterbesproeiing 4.2 Waterbesproeiing Afsluitkraan waterbesproeiing Afb. 25 4.2.1 Afsluitkraan Stand "0" Waterbesproeiing uit Tegen de klok in Waterbesproeiing aan draaien Traploze verstelling van de hoeveelheid voor de besproeiing tot stand "MAX" Afb. 26 DFP8...
Controles vóór inbedrijfstelling – Veiligheidsinstructies 5.1 Veiligheidsinstructies Als bij de volgende controles beschadigingen of andere gebreken worden vastgesteld, dan mag de machine niet meer worden ingezet voordat hij zoals voorgeschreven gerepareerd is. Machine niet in bedrijf nemen met defecte indicatie- en bedienings- elementen.
Controles vóór inbedrijfstelling – Zicht- en functiecontroles 5.2 Zicht- en functiecontroles Brandstoftank en brandstofleidingen controleren op toestand en dichtheid. Schroefverbindingen controleren op vaste zitting. Machine controleren op vervuiling en beschadigingen. Luchtaanzuigbereik controleren op vervuiling. Startkabel controleren op schuurplaatsen. DFP8...
Controles vóór inbedrijfstelling – Brandstofvoorraad controleren, tanken 5.4 Brandstofvoorraad controleren, tanken GEVAAR! Levensgevaar door exploderend gas-lucht- mengsel! – Benzine niet op hete constructiedelen terecht B-SYM-1069 laten komen. Afb. 30 – Roken en open vuur zijn verboden. – Warmtebronnen, vonken en andere ontste- kingsbronnen uit de buurt houden.
Controles vóór inbedrijfstelling – Watervoorraad controleren, bijvullen 5.6 Watervoorraad controleren, bijvullen AANWIJZING! Verontreinigd water kan de boringen ver- stoppen! – Alleen schoon water erin doen. AANWIJZING! Componenten kunnen door vorst beschadigd worden! – Waterbespoeiing bij kans op vorst volledig leegmaken. Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkschoenen...
Pagina 52
Controles vóór inbedrijfstelling – Watervoorraad controleren, bijvullen DFP8...
Bediening – Geleidebeugel monteren 6.1 Geleidebeugel monteren Beide delen van de geleidebeugel ineensteken en monteren met de bevestigingsschroeven. Bevestigingsschroeven van binnen erin zetten, opdat de geleidebeugel volledig kan worden omgeklapt. Afb. 36 Geleidebeugel uiteendrukken en op de houders steken. Geleidebeugel aan beide kanten met borgclips vergrendelen. Afb.
Bediening – Motor starten 6.2 Motor starten Uitlaatgassen bevatten giftige stoffen, die kunnen leiden tot schade aan de gezondheid, bewusteloosheid of tot de dood. WAARSCHUWING! Vergiftigingsgevaar door uitlaatgassen! – Uitlaatgassen niet inademen. – Bij bedrijf in gesloten of gedeeltelijk gesloten ruimtes resp.
Pagina 56
Bediening – Motor starten Brandstofkraan helemaal openen. B-HON-0035 Afb. 38 Starterklep alleen sluiten bij koude motor. Bij warme motor of warme buitentempera- turen moet de startklep open blijven, opdat de motor niet verzuipt. Starterklep sluiten. B-HON-0037 Afb. 39 Toerentalregelaar op "MIN" zetten. B-230-0096 Afb.
Pagina 57
Bediening – Motor starten Koord met startergreep zo ver uittrekken, tot er weerstand merkbaar is. Startergreep terugbrengen in uitgangspositie. B-GEN-0083 Afb. 42 VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar door ongecontro- leerde machinebeweging! – Lopende machine altijd vasthouden. – Lopende machine altijd observeren. AANWIJZING! B-GEN-0084 Startkabel kan scheuren! –...
Bediening – Werkbedrijf 6.3 Werkbedrijf Machine alleen leiden aan de geleidebeugel. Machine zo leiden, dat handen niet tegen vaste voorwerpen aan slaan. Voeten weg van de trillende grondplaat. VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar door ongecontroleerde machinebeweging! – Lopende machine altijd vasthouden. – Lopende machine altijd observeren. Componenten kunnen tijdens het bedrijf of vlak daarna zeer heet zijn.
Pagina 59
Bediening – Werkbedrijf Machine leiden aan de geleidebeugel. Afb. 46 Bij korte werkonderbrekingen altijd de toerentalregelaar in stand "MIN" (stationair) zetten. ð Trillen is uit. Afb. 47 DFP8...
Bediening – Waterbesproeiing in-/uitschakelen 6.4 Waterbesproeiing in-/uitschakelen De waterbesproeiing met de afsluitkraan in- resp. uitscha- kelen: Stand "0" Waterbesproeiing uit Tegen de klok in Waterbesproeiing aan draaien Traploze verstelling van de hoeveel- heid voor de besproeiing tot stand "MAX" Afb. 48 DFP8...
Machine verladen / Transport – Machine verladen 7.1 Machine verladen Het aanslaan en optillen van lasten mag alleen worden uitgevoerd door een deskundige/bevoegde persoon. Beschadigde of maar gedeeltelijk functionerende aanslagpunten niet gebruiken. Alleen hefwerktuigen en aanslagmiddelen met voldoende draag- kracht voor het te verladen gewicht gebruiken. Minimale draag- Ä...
Machine verladen / Transport – Machine vastsjorren op het transportvoertuig 7.2 Machine vastsjorren op het transportvoertuig Beschadigde of maar gedeeltelijk functionerende aanslagpunten niet gebruiken. Altijd geschikte aanslagmiddelen aan de aanslagpunten gebruiken. Aanslagmiddelen alleen gebruiken in de voorgeschreven belasting- srichting. Aanslagmiddelen mogen niet door machinedelen beschadigd worden.
Machine verladen / Transport – Transportwielen 7.3 Transportwielen Machine beveiligd neerzetten Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine beveiligd neerzetten” op pagina 61. Met de aanslagbout (1) de geleidebeugel vergrendelen. Aanslagbout (2) ontgrendelen en transportwielen omlaag- klappen. B-834-0225 Afb. 55 Machine met de geleidebeugel omhoogduwen en de trans- portwielen onder de grondplaat klappen.
Onderhoud – Inleidende opmerkingen en veiligheidsinstructies 8.1 Inleidende opmerkingen en veiligheidsinstructies GEVAAR! Levensgevaar door niet-bedrijfsveilige machine! – Het onderhoud van de machine mag alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd en geautoriseerd personeel. – Veiligheidsvoorschriften bij onderhoudswerk- Ä Hoofdstuk 3.9 zaamheden in acht nemen „Onderhoudswerkzaamheden”...
Onderhoud – Bedrijfsstoffen 8.2 Bedrijfsstoffen 8.2.1 Motorolie 8.2.1.1 Oliekwaliteit De volgende motoroliespecificaties zijn toegelaten: Motorolies voor viertaktmotoren volgens API-classificatie SJ of hoger Mengingen van motorolies vermijden. 8.2.1.2 Olieviscositeit Omdat de viscositeit (taaivloeibaarheid) van motorolie met de tem- peratuur verandert is voor de keuze van de viscositeitsklasse (SAE-klasse) de omgevingstemperatuur op de plaats van gebruik van de motor maatgevend.
Onderhoud – Bedrijfsstoffen 8.2.2.2 Brandstofstabilisator Als de machine maar bij gelegenheid wordt gebruikt (stilstandtijden langer dan 4 weken), brandstofstabilisator in de juiste mengver- houding direct na aankoop bij de verse brandstof mengen. Brandstofstabilisator heeft een beperkte houdbaarheid. Neem de opgaven van de fabrikant over de juiste mengverhouding en over de houdbaarheid in acht.
Onderhoud – Bedrijfsstoffentabel 8.3 Bedrijfsstoffentabel Module Bedrijfsstof Onderdeel- Vulhoeveel- nummer heid Zomer Winter Let op de vul- markering! Motorolie SAE 10W-30 0,6 l Ä Hoofdstuk 8.2.1 „Motorolie” Specificatie: (0.16 gal us) op pagina 69 SAE 30 Brandstof Benzine (loodvrij) 2,0 l Specificatie: Ä...
Onderhoud – Inrijvoorschrift 8.4 Inrijvoorschrift 8.4.1 Algemeen Bij de ingebruikname van nieuwe machines resp. bij gereviseerde motoren moeten de volgende onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd. 8.4.2 Na 25 bedrijfsuren Ä Hoofdstuk 8.7.1 „Motorolie verversen” Motorolie verversen op pagina 77. Motor en machine controleren op dichtheid. Bevestigingsschroeven van luchtfilter, uitlaatdemper en andere aanbouwdelen aandraaien.
Onderhoud – Wekelijks 8.6 Wekelijks 8.6.1 Luchtfilter controleren, reinigen AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – De motor nooit starten bij gedemonteerd lucht- filter. B-SYM-1074 – Het luchtfilter kan indien nodig maximaal zes Afb. 58 keer gereinigd worden. – Bij roethoudende neerslag op het luchtfilter is een reiniging niet zinvol.
Pagina 75
Onderhoud – Wekelijks Luchtfilter controleren, reinigen Papieren en schuimstof inzetstuk scheiden. Afb. 60 VOORZICHTIG! Gevaar van oogletsel door rondvliegende deeltjes! – Draag een persoonlijke beschermende uitrusting (werkhandschoenen, bescher- mende werkkleding, veiligheidsbril). Papieren inzetstuk (4) met droge perslucht (max. 2 bar (29 psi)) door het pistool op en neer te bewegen zolang van binnen naar buiten uitblazen, tot er geen stofontwikkeling Afb.
Pagina 76
Onderhoud – Wekelijks Luchtfilter monteren AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Filterelement juist erin zetten. Rubber afdichting (5) erin zetten. Filterelement (4) juist erin zetten en vastdraaien met de vleu- gelmoer (3). Deksel (2) met vleugelmoer (1) vastdraaien. Filterelement (indien vernieuwd) milieuvriendelijk verwerken. B-HON-0033 Afb.
Onderhoud – Jaarlijks Klepspeling regelen Zeskantmoer (1) aan de klephefboom vasthouden en de con- tramoer (2) losdraaien. Zeskantmoer zo regelen, dat de voelermaat bij aangedraaide contramoer met voelbare weerstand erdoor kan worden getrokken. Afb. 70 Afsluitende werkzaamheden Klepdeksel (2) met nieuwe afdichting (3) erop zetten. Bevestigingsschroeven (1) gelijkmatig vastdraaien.
Onderhoud – Jaarlijks Bevestigingsschroeven (2) aan beide kanten iets losdraaien. Motordrager naar voor trekken, V-riem (1) eraf nemen en ver- nieuwen. B-834-0170 Afb. 73 Nieuwe V-riem erop leggen en motordrager naar achter trekken. Bevestigingsschroeven (1) aan beide kanten vastdraaien. B-834-0171 Afb.
Onderhoud – Jaarlijks VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar door ongecontroleerde machinebeweging! – Lopende machine altijd vasthouden. – Lopende machine altijd observeren. Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Gehoorbescherming Werkschoenen Gereedschap: Sirometer Machine neerzetten op een rubber mat. Ä Hoofdstuk 6.2 „Motor starten” op pagina 55. Motor starten Machine een minuut laten lopen bij maximaal toerental.
Pagina 83
Onderhoud – Jaarlijks Brandstofkraan sluiten. B-HON-0036 Afb. 77 Filterbeker (3), O-ring (2) en filter (1) demonteren. Filterbeker en filter reinigen in niet-ontbrandbaar oplos- middel, dan grondig drogen. B-HON-0040 Afb. 78 Brandstofkraan openen en uitlopende brandstof opvangen. Brandstofkraan sluiten. B-HON-0035 Afb. 79 DFP8...
Pagina 84
Onderhoud – Jaarlijks O-ring (2) controleren op beschadiging, evt. vernieuwen. Filter (1) monteren. Letten op de uitrichting (A) van het filter aan het huis. Filterbeker (3) met O-ring weer monteren. B-HON-0039 Afb. 80 A Aanzicht van beneden: uitrichting van het filter bij de inbouw Zeskantmoeren (2) en zeskantschroef (1) eruit draaien en brandstoftank eraf nemen.
Onderhoud – Jaarlijks Brandstoftank met zeskantmoeren (2) en zeskantschroef (1) monteren. Dichtheid van het brandstofsysteem controleren. Brandstof en vernieuwde componenten milieuvriendelijk ver- werken. B-834-0038 Afb. 83 8.8.5 Luchtfilter vernieuwen AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – De motor nooit starten bij gedemonteerd lucht- filter.
Onderhoud – Jaarlijks Filterelement, bestaande uit papieren en schuimstof inzet- stuk, vernieuwen. AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Filterelement juist erin zetten. Afb. 85 Rubber afdichting (5) erin zetten. Filterelement (4) juist erin zetten en vastdraaien met de vleu- gelmoer (3). Deksel (2) met vleugelmoer (1) vastdraaien.
Pagina 87
Onderhoud – Jaarlijks Startkabel met startergreep helemaal uittrekken. Afb. 88 Indien de startkabel gescheurd of de spoel teruggedraaid is: Spoel (2) voor de kabelmontage 5 omdraaiingen tegen de klok in draaien en de kabelopeningen aan spoel en behuizing (5) uitrichten (A). Afb.
Onderhoud – Jaarlijks Omkeerstarter monteren. Afb. 92 8.8.7 Huis van de opwekas, olie verversen AANWIJZING! Componenten kunnen beschadigd worden! – Alleen olie met toegelaten specificatie Ä Hoofdstuk 8.3 „Bedrijfsstoffen- gebruiken tabel” op pagina 71. Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkschoenen Werkhandschoenen Machine op een horizontale, vlakke en stevige ondergrond rijden.
Pagina 89
Onderhoud – Jaarlijks Machine naar de andere zijde kantelen en veilig onder- steunen. Aftapplug weer erin schroeven. AANWIJZING! Componenten kunnen worden beschadigd! Geen asarme motorolies gebruiken voor het huis van de opwekas. Ä Hoofdstuk 8.3 Vulhoeveelheid in acht nemen B-834-0304 „Bedrijfsstoffentabel”...
Onderhoud – Indien nodig 8.9 Indien nodig 8.9.1 Koelribben en koelluchtopeningen reinigen De vervuiling van de koelribben en koelluchtope- ningen is sterk afhankelijk van de inzetvoor- waarden van de machine, evt. dagelijks reinigen. AANWIJZING! Gevaar van motorschade door verminderde koeling! –...
Onderhoud – Indien nodig AANWIJZING! Componenten kunnen door binnendringen van water worden beschadigd! – Waterstraal niet direct in luchtfilter, carburateur, omkeerstarter, luchtaanzuiging of motorstop- schakelaar houden. VOORZICHTIG! Gevaar van oogletsel door rondvliegende deeltjes! – Draag een persoonlijke beschermende uitrusting (werkhandschoenen, bescher- mende werkkleding, veiligheidsbril).
Onderhoud – Indien nodig 8.9.3 Waterbesproeiing reinigen Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine Machine beveiligd neerzetten beveiligd neerzetten” op pagina 61. Deksel (1) van de watertank eraf nemen. Rubber kappen (3) aan de besproeiingsbuis eraf nemen. Afsluitkraan (2) openen en water aflaten. Watertank doorspoelen met een krachtige waterstraal, tot verontreinigingen zijn weggelopen.
Onderhoud – Indien nodig AANWIJZING! Gevaar van motorschade door losse bougie! – Bougie altijd goed erin schroeven. 8.9.6 Maatregelen bij kans op vorst Machine beveiligd neerzetten Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine beveiligd neerzetten” op pagina 61. Deksel (1) van de watertank eraf nemen. Rubber kappen (3) aan de besproeiingsbuis eraf nemen.
Pagina 95
Onderhoud – Indien nodig Brandstofstabilisator gebruiken Verse brandstof mengen met brandstofstabilisator (opgaven van de fabrikant in acht nemen). Brandstoftank leegmaken en vullen met de behandelde brandstof. Motor starten en machine ca. 10 minuten laten lopen in de openlucht. Machine beveiligd neerzetten. Brandstoftank leegmaken Brandstofkraan sluiten.
Pagina 96
Onderhoud – Indien nodig Met de omkeerstarter de motor enkele malen doordraaien om de olie in de cilinder te verdelen. Bougie weer erin schroeven. De startkabel langzaam uittrekken tot er weerstand merkbaar is en de uitrichtmarkering (2) van de starterschijf is uitgericht met de bovenste boring (1).
Hulp bij storingen – Inleidende opmerkingen 9.1 Inleidende opmerkingen Storingen ontstaan vaak te wijten aan het feit, dat de machine niet op de juiste manier bediend of onderhouden werd. Daarom bij elke storing sectie in de handleiding met betrekking tot bediening en onderhoud nog een keer goed doorlezen Als u de oorzaak van een storing niet herkent of een storing aan de hand van de storingstabel niet zelf kunt verhelpen, gelieve u dan te...
Hulp bij storingen – Motorstoringen 9.2 Motorstoringen Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Motor slaat niet aan Brandstoftank leeg Controleren, evt. bijvullen Brandstofkraan gesloten Brandstofkraan openen Brandstofinstallatie verstopt Brandstofzeef reinigen Brandstofzeef in de carburateur contro- leren Laten controleren door gekwalificeerd vakpersoneel Motorstopschakelaar in stand "OFF" Motorstopschakelaar in stand "ON"...
Pagina 100
Hulp bij storingen – Motorstoringen Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Brandstoftank leeg Controleren, evt. bijvullen Slechte brandstofkwaliteit Brandstofkwaliteit controleren, evt. brand- stof vervangen Motoroliepeil te laag Motoroliepeil controleren, evt. bijvullen Motor loopt met Centrifugaalkoppeling defect Laten controleren door gekwalificeerd hoog toerental, vakpersoneel maar geen trillen V-riem gescheurd...
Hulp bij storingen – Uitkomst bij verzopen motor 9.3 Uitkomst bij verzopen motor GEVAAR! Levensgevaar door exploderend gas-lucht- mengsel! – Benzine niet op hete constructiedelen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden. – Warmtebronnen, vonken en andere ontste- kingsbronnen uit de buurt houden.
Pagina 102
Hulp bij storingen – Uitkomst bij verzopen motor Starterklep openen. B-HON-0038 Afb. 110 VOORZICHTIG! Gevaar van oogletsel door rondvliegende deeltjes! – Draag een persoonlijke beschermende uitrusting (werkhandschoenen, bescher- mende werkkleding, veiligheidsbril). Met de omkeerstarter de motor meerdere malen doordraaien om de overtollige brandstof te verwijderen uit de verbran- B-GEN-0083 dingsruimte.
Verwerking – Machine definitief stilleggen 10.1 Machine definitief stilleggen Na de gebruiksduur van de machine moeten de afzonderlijke com- ponenten van de machine zoals voorgeschreven worden verwerkt. Nationale voorschriften in acht nemen! De volgende werkzaamheden uitvoeren en de machine door een van overheidswege erkend recyclebedrijf laten demonteren.