Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruiksaanwijzing en onderhoudshandleiding
Originele gebruiksaanwijzing
DFP8
Voorwaarts lopende trilplaat
S/N 961 924 39 1001> / S/N 861 924 39 1001>
DL8 205 15 NL
© 02/2020

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Fayat Group Dynapac DFP8

  • Pagina 1 Gebruiksaanwijzing en onderhoudshandleiding Originele gebruiksaanwijzing DFP8 Voorwaarts lopende trilplaat S/N 961 924 39 1001> / S/N 861 924 39 1001> DL8 205 15 NL © 02/2020...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleiding..............................7 1.1 Voorwoord............................. 8 1.2 Typeplaatje van de machine en van de motor................10 Technische gegevens......................... 11 2.1 Geluids- en trilgegevens......................14 2.1.1 Geluidsgegevens........................14 2.1.2 Trilgegevens..........................14 Voor uw veiligheid..........................15 3.1 Fundamentele voorwaarden...................... 16 3.1.1 Algemeen........................... 16 3.1.2 Verklaringen bij de gebruikte signaalbegrippen:................
  • Pagina 4 Inhoudsopgave 3.9.5 Na de onderhoudswerkzaamheden................... 32 3.10 Reparatie............................ 33 3.11 Bebording..........................34 3.12 Veiligheidscomponenten......................38 Display- en bedieningselementen..................... 39 4.1 Motor............................40 4.1.1 Overzicht............................ 40 4.1.2 Motorstopschakelaar........................40 4.1.3 Toerentalregelaar........................41 4.1.4 Startklephefboom........................41 4.1.5 Omkeerstarter..........................41 4.1.6 Brandstofkraan........................... 42 4.2 Waterbesproeiing........................
  • Pagina 5 Inhoudsopgave 8.7 Halfjaarlijks..........................77 8.7.1 Motorolie verversen........................77 8.8 Jaarlijks............................78 8.8.1 Bougie vervangen........................78 8.8.2 Klepspeling controleren, regelen....................78 8.8.3 V-riem vernieuwen........................80 8.8.4 Slikfilter en brandstofzeef reinigen..................... 82 8.8.5 Luchtfilter vernieuwen........................ 85 8.8.6 Startkabel vernieuwen........................ 86 8.8.7 Huis van de opwekas, olie verversen..................88 8.9 Indien nodig..........................
  • Pagina 6 Inhoudsopgave DFP8...
  • Pagina 7: Inleiding

    Inleiding Inleiding DFP8...
  • Pagina 8: Inleiding - Voorwoord

    Inleiding – Voorwoord 1.1 Voorwoord Deze gebruiksaanwijzing en onderhoudshandleiding hoort bij uw machine. Hij geeft u de noodzakelijke informatie om uw machine veilig te kunnen bedienen en om hem doelmatig in te zetten. Daarnaast bevat hij informatie over vereiste bedrijfs-, onderhouds- en instandhoudingsmaatregelen.
  • Pagina 9 Inleiding – Voorwoord Garantie- en aansprakelijkheidsvoorwaarden van de algemene verkoop- en levervoorwaarden van Dynapac GmbH blijven door voornoemde of later gegeven informatie onverminderd van kracht. Wij wensen u veel succes met uw Dynapac machine. DFP8...
  • Pagina 10: Inleiding - Typeplaatje Van De Machine En Van De Motor

    Inleiding – Typeplaatje van de machine en van de motor 1.2 Typeplaatje van de machine en van de motor Gelieve hier in te vullen: Machinetype (1): Made by Designation Type Serienummer (2): Nominal Power Operating Mass Year of Construction Serial-No. Ammerländer Str.
  • Pagina 11: Technische Gegevens

    Technische gegevens Technische gegevens DFP8...
  • Pagina 12 Technische gegevens Afmetingen Afb. 3 1115 (21.1) (36.0) (43.9) (22.0) (14.2) Maten in millimeter (Maten in inch) Gewichten Operationeel gewicht (CECE) (183) (lbs) Eigen gewicht (181) (lbs) Waterbesproeiing (speciale uitrusting) (+ 15.4) (lbs) Transportwielen (speciale uitrusting) (+ 8.8) (lbs) DFP8...
  • Pagina 13 Technische gegevens Rijeigenschappen Max. werksnelheid m/min (82) (ft/min) Max. stijgvermogen (afhankelijk van grond) Aandrijving Motorfabrikant Honda Type GX 120 Koeling Lucht Aantal cilinders Vermogen SAE J 1349 (3.5) (hp) Toerental 3600 Soort aandrijving mechanisch Opweksysteem Frequentie (5400) (vpm) Centrifugaalkracht (2250) (lbf) Amplitude 1,00...
  • Pagina 14: Geluids- En Trilgegevens

    Technische gegevens – Geluids- en trilgegevens 2.1 Geluids- en trilgegevens De in wat volgt vermelde opgaven betreffende geluid en trilling werden volgens de volgende richtlijnen vastgesteld onder voor het apparaat kenmerkende operationele omstandigheden en met toe- passing van geharmoniseerde normen: EG-machinerichtlijn in de versie 2006/42/EG Geluidsrichtlijn 2000/14/EG, geluidsbeschermingsrichtlijn 2003/10/EG...
  • Pagina 15: Voor Uw Veiligheid

    Voor uw veiligheid Voor uw veiligheid DFP8...
  • Pagina 16: Voor Uw Veiligheid - Fundamentele Voorwaarden

    Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden 3.1 Fundamentele voorwaarden 3.1.1 Algemeen Deze machine is gebouwd overeenkomstig de huidige stand en de geldende voorschriften en regels der techniek. Niettemin kunnen van deze machine gevaren voor personen en materiële waarden uitgaan, als: hij niet-doelmatig wordt gebruikt, hij door niet-opgeleid personeel bediend wordt, hij ondeskundig veranderd of omgebouwd wordt,...
  • Pagina 17: Persoonlijke Beschermende Uitrusting

    Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar bij niet-inachtneming! Zo gekenmerkte plaatsen wijzen op een gevaar- lijke situatie, die tot lichtere verwondingen kan leiden als de waarschuwing niet in acht wordt genomen. AANWIJZING! Materiële schade bij niet-inachtneming! Zo gekenmerkte plaatsen wijzen op mogelijke beschadiging van de machine of van constructie- delen.
  • Pagina 18: Doelmatig Gebruik

    Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden Veiligheidsbril Ter bescherming van de ogen tegen rondvliegende delen en vloeistofspetters. Gezichtsbescherming Ter bescherming van het gezicht tegen rondvliegende delen en vloeistofspetters. Veiligheidshelm Ter bescherming van het hoofd tegen vallende delen en ter bescherming tegen verwondingen. Gehoorbescherming Ter bescherming van het gehoor tegen te luide geluiden.
  • Pagina 19: Vermoedelijke Gebruiksduur Van De Machine

    Voor uw veiligheid – Fundamentele voorwaarden Voorbeelden van niet-doelmatig gebruik zijn: Machine voor transportdoeleinden achter zich aan slepen Machine van het laadvlak van het transportvoertuig af gooien Extra gewicht bevestigen op de machine Het is verboden om tijdens het bedrijf op de machine te gaan staan.
  • Pagina 20: Voor Uw Veiligheid - Begripsdefinitie Van De Verantwoordelijke Personen

    Voor uw veiligheid – Begripsdefinitie van de verantwoordelijke personen 3.2 Begripsdefinitie van de verantwoordelijke personen 3.2.1 Exploitant De exploitant is de natuurlijke of juridische persoon, die de machine inzet of in wiens opdracht de machine gebruikt wordt. De exploitant moet garanderen dat de machine alleen doelmatig en met inachtneming van de veiligheidsvoorschriften van deze gebruiksaanwijzing en onderhoudshandleiding wordt ingezet.
  • Pagina 21 Voor uw veiligheid – Begripsdefinitie van de verantwoordelijke personen zich met de bediening van de machine vertrouwd hebben gemaakt, fysiek en psychisch in staat zijn om met de machine te rijden en hem te bedienen. Personen die onder invloed van alcohol, medicamenten of verdo- vende middelen zijn, mogen de machine niet bedienen, onder- houden of repareren.
  • Pagina 22: Voor Uw Veiligheid - Grondslagen Voor Het Veilige Bedrijf

    Voor uw veiligheid – Grondslagen voor het veilige bedrijf 3.3 Grondslagen voor het veilige bedrijf 3.3.1 Restgevaren, restrisico´s Ondanks zorgvuldig werk en naleving van de normen en voor- schriften kan niet worden uitgesloten, dat zich in de omgang met de machine nog andere gevaren kunnen voordoen. Zowel de machine als alle andere systeemcomponenten komen overeen met de momenteel geldende veiligheidsrichtlijnen.
  • Pagina 23: Voor Uw Veiligheid - Omgang Met Bedrijfsstoffen

    Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4 Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.1 Inleidende opmerkingen De exploitant moet garanderen dat alle beroepsmatige gebruikers de inhoud van de betreffende veiligheidsinformatiebladen bij de afzonderlijke bedrijfsstoffen kennen en in acht nemen. Veiligheidsinformatiebladen leveren belangrijke informatie over de volgende kenmerken: Benaming van de stof Mogelijke gevaren...
  • Pagina 24: Veiligheids- En Milieuvoorschriften In De Omgang Met Benzine

    Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.2 Veiligheids- en milieuvoorschriften in de omgang met benzine GEVAAR! Levensgevaar door exploderend gas-lucht- mengsel! – Benzine niet op hete constructiedelen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden. – Warmtebronnen, vonken en andere ontste- kingsbronnen uit de buurt houden.
  • Pagina 25: Veiligheids- En Milieuvoorschriften In De Omgang Met Brandstofstabilisator

    Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.3 Veiligheids- en milieuvoorschriften in de omgang met brandstofstabilisator WAARSCHUWING! Verbrandingsgevaar door ontbrande brandstof- stabilisator! – Brandstofstabilisator niet op hete constructie- delen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden. WAARSCHUWING! Gezondheidsgevaar door contact met brand- stofstabilisator! –...
  • Pagina 26: Veiligheids- En Milieuvoorschriften In De Omgang Met Olie

    Voor uw veiligheid – Omgang met bedrijfsstoffen 3.4.4 Veiligheids- en milieuvoorschriften in de omgang met olie WAARSCHUWING! Verbrandingsgevaar door ontbrande olie! – Olie niet op hete constructiedelen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden! – Persoonlijke beschermende uitrusting dragen (werkhandschoenen, beschermende werkkle- ding).
  • Pagina 27: Voor Uw Veiligheid - Machine Verladen / Transport

    Voor uw veiligheid – Machine verladen / Transport 3.5 Machine verladen / Transport Garanderen dat personen door omkantelen of wegglijden van de machine niet in gevaar worden gebracht. Beschadigde of maar gedeeltelijk functionerende aanslagpunten mogen niet worden gebruikt. Altijd geschikte aanslagmiddelen aan de aanslagpunten gebruiken. Aanslagmiddelen alleen gebruiken in de voorgeschreven belasting- srichting.
  • Pagina 28: Voor Uw Veiligheid - Machine In Bedrijf Nemen

    Voor uw veiligheid – Machine in bedrijf nemen 3.6 Machine in bedrijf nemen 3.6.1 Vóór de inbedrijfstelling Alleen machines inzetten waarbij de onderhoudswerkzaamheden regelmatig werden uitgevoerd. Maak u vertrouwd met de uitrusting, de indicatie- en bedieningsele- menten en met de werkwijze van de machine en het werkterrein. Persoonlijke veiligheidsuitrusting (veiligheidshelm, werkschoenen, evt.
  • Pagina 29 Voor uw veiligheid – Machine in bedrijf nemen Uitlaatgassen niet inademen, omdat deze giftige stoffen bevatten die schade aan de gezondheid, bewusteloosheid of de dood tot gevolg kunnen hebben. Bij bedrijf in gesloten of gedeeltelijk gesloten ruimtes resp. grep- pels voor voldoende be- en ontluchting zorgen. DFP8...
  • Pagina 30: Werkbedrijf

    Voor uw veiligheid – Werkbedrijf 3.7 Werkbedrijf 3.7.1 Personen in de gevarenzone Vóór elk begin van het werk, ook na werkonderbreking, controleren of er zich personen of hindernissen in de gevarenzone bevinden. Indien nodig een waarschuwingsteken geven. Werk onmiddellijk staken als personen ondanks waarschuwing de gevarenzone niet verlaten.
  • Pagina 31: Voor Uw Veiligheid - Tanken

    Voor uw veiligheid – Tanken 3.8 Tanken Brandstofdampen niet inademen. Alleen tanken bij afgezette motor. Niet tanken in gesloten ruimtes. Geen open vuur, niet roken. Ontstekings- en warmtebronnen uit de buurt houden. Maatregelen treffen tegen elektrostatische oplading. Geen brandstof morsen. Uitlopende brandstof opvangen, niet in de grond weg laten sijpelen.
  • Pagina 32: Voor Uw Veiligheid - Onderhoudswerkzaamheden

    Voor uw veiligheid – Onderhoudswerkzaamheden 3.9 Onderhoudswerkzaamheden 3.9.1 Inleidende opmerkingen Voorgeschreven onderhouds- en instandhoudingswerkzaamheden altijd tijdig uitvoeren om de veiligheid, de operationaliteit en een lange gebruiksduur van de machine te garanderen. Het onderhoud van de machine mag alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd en door de exploitant geautoriseerd personeel.
  • Pagina 33: Voor Uw Veiligheid - Reparatie

    Voor uw veiligheid – Reparatie 3.10 Reparatie Bij defecte machine waarschuwingsbord aanbrengen. Machine pas na reparatie weer in bedrijf nemen. Bij de vervanging van veiligheidsrelevante componenten mogen uitsluiten originele onderdelen worden gebruikt. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door een deskundige/ bevoegde persoon.
  • Pagina 34: Voor Uw Veiligheid - Bebording

    Voor uw veiligheid – Bebording 3.11 Bebording Stickers en borden volledig en leesbaar houden en absoluut in acht nemen. Beschadigde en onleesbare stickers of borden onmiddellijk ver- nieuwen. Made by Designation Type Nominal Power Operating Mass Year of Construction Serial-No. Patent Protection Made in Germany Water...
  • Pagina 35 Voor uw veiligheid – Bebording Waarschuwingsbord - gebruiksaanwijzing in acht nemen Afb. 7 Waarschuwingsbord - California Proposition 65 WARNING California Proposition 65 Warning This product contains chemicals that cause cancer + chemicals that are reproductive toxicants B-DEC-0316 Afb. 8 Gebodsbord - gehoorbescherming dragen Afb.
  • Pagina 36 Voor uw veiligheid – Bebording Informatiebord - vastsjorpunt Afb. 11 Informatiebord - ophefpunt Afb. 12 Informatiebord - vulopening benzine Gasoline/Benzin B-DEC-0216 Afb. 13 Informatiebord - vulopening water Water B-DEC-0218 Afb. 14 DFP8...
  • Pagina 37 Voor uw veiligheid – Bebording Kort bedieningsbord Gebodsbord gebruiksaanwijzing in acht nemen START OPERATION STOP B-DEC-0366 Afb. 15 Onderhoudsbord GASOLINE BENZIN before taking into operation weekly vor Inbetriebnahme wöchentlich avant la mise en service hebdomadairement anterior a la puesta en servicio cada semana annual twice annual...
  • Pagina 38: Voor Uw Veiligheid - Veiligheidscomponenten

    Voor uw veiligheid – Veiligheidscomponenten 3.12 Veiligheidscomponenten B-834-0293 Afb. 18 Tegen hitte beschermende afdekking Riembescherming DFP8...
  • Pagina 39: Display- En Bedieningselementen

    Display- en bedieningselementen Display- en bedieningselementen DFP8...
  • Pagina 40: Display- En Bedieningselementen - Motor

    Display- en bedieningselementen – Motor 4.1 Motor 4.1.1 Overzicht Afb. 19 Motorstopschakelaar Toerentalregelaar Starterklephendel Omkeerstarter Brandstofkraan 4.1.2 Motorstopschakelaar Stand "OFF" Ontsteking uit Stand "ON" Ontsteking aan Afb. 20 DFP8...
  • Pagina 41: Toerentalregelaar

    Display- en bedieningselementen – Motor 4.1.3 Toerentalregelaar Stand "MIN" Stationair toerental Stand "MAX" Maximaal toerental B-HON-0041 Afb. 21 4.1.4 Startklephefboom Stand "Links" Startklep gesloten Stand "Rechts" Startklep open B-HON-0042 Afb. 22 4.1.5 Omkeerstarter B-GEN-0084 Afb. 23 DFP8...
  • Pagina 42: Brandstofkraan

    Display- en bedieningselementen – Motor 4.1.6 Brandstofkraan Stand "Links" Brandstofkraan gesloten Stand "Rechts" Brandstofkraan open B-HON-0043 Afb. 24 DFP8...
  • Pagina 43: Display- En Bedieningselementen - Waterbesproeiing

    Display- en bedieningselementen – Waterbesproeiing 4.2 Waterbesproeiing Afsluitkraan waterbesproeiing Afb. 25 4.2.1 Afsluitkraan Stand "0" Waterbesproeiing uit Tegen de klok in Waterbesproeiing aan draaien Traploze verstelling van de hoeveelheid voor de besproeiing tot stand "MAX" Afb. 26 DFP8...
  • Pagina 44: Display- En Bedieningselementen - Transportwielen

    Display- en bedieningselementen – Transportwielen 4.3 Transportwielen Afb. 27 Vergrendeling geleidebeugel Vergrendeling transportwielen DFP8...
  • Pagina 45: Controles Vóór Inbedrijfstelling

    Controles vóór inbedrijfstelling Controles vóór inbedrijfstelling DFP8...
  • Pagina 46: Veiligheidsinstructies

    Controles vóór inbedrijfstelling – Veiligheidsinstructies 5.1 Veiligheidsinstructies Als bij de volgende controles beschadigingen of andere gebreken worden vastgesteld, dan mag de machine niet meer worden ingezet voordat hij zoals voorgeschreven gerepareerd is. Machine niet in bedrijf nemen met defecte indicatie- en bedienings- elementen.
  • Pagina 47: Controles Vóór Inbedrijfstelling - Zicht- En Functiecontroles

    Controles vóór inbedrijfstelling – Zicht- en functiecontroles 5.2 Zicht- en functiecontroles Brandstoftank en brandstofleidingen controleren op toestand en dichtheid. Schroefverbindingen controleren op vaste zitting. Machine controleren op vervuiling en beschadigingen. Luchtaanzuigbereik controleren op vervuiling. Startkabel controleren op schuurplaatsen. DFP8...
  • Pagina 48: Controles Vóór Inbedrijfstelling - Motoroliepeil Controleren

    Controles vóór inbedrijfstelling – Motoroliepeil controleren 5.3 Motoroliepeil controleren AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Alleen olie met toegelaten specificatie Ä Hoofdstuk 8.2.1 „Motorolie” gebruiken B-SYM-1068 op pagina 69. Afb. 28 Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkschoenen Werkhandschoenen Omgeving van de oliemeetstaaf (1) reinigen. Oliemeetstaaf eruit schroeven en afvegen met een vezelloze, schone doek.
  • Pagina 49: Controles Vóór Inbedrijfstelling - Brandstofvoorraad Controleren, Tanken

    Controles vóór inbedrijfstelling – Brandstofvoorraad controleren, tanken 5.4 Brandstofvoorraad controleren, tanken GEVAAR! Levensgevaar door exploderend gas-lucht- mengsel! – Benzine niet op hete constructiedelen terecht B-SYM-1069 laten komen. Afb. 30 – Roken en open vuur zijn verboden. – Warmtebronnen, vonken en andere ontste- kingsbronnen uit de buurt houden.
  • Pagina 50: Controles Vóór Inbedrijfstelling - Rubber Buffer Controleren

    Controles vóór inbedrijfstelling – Rubber buffer controleren 5.5 Rubber buffer controleren B-SYM-1073 Afb. 32 Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkschoenen Werkhandschoenen Telkens twee rubber buffers links en rechts controleren op goede bevestiging, scheuren en barsten. ð Beschadigde rubber buffers meteen vernieuwen. B-834-0081 Afb.
  • Pagina 51: Controles Vóór Inbedrijfstelling - Watervoorraad Controleren, Bijvullen

    Controles vóór inbedrijfstelling – Watervoorraad controleren, bijvullen 5.6 Watervoorraad controleren, bijvullen AANWIJZING! Verontreinigd water kan de boringen ver- stoppen! – Alleen schoon water erin doen. AANWIJZING! Componenten kunnen door vorst beschadigd worden! – Waterbespoeiing bij kans op vorst volledig leegmaken. Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkschoenen...
  • Pagina 52 Controles vóór inbedrijfstelling – Watervoorraad controleren, bijvullen DFP8...
  • Pagina 53: Bediening

    Bediening Bediening DFP8...
  • Pagina 54: Bediening - Geleidebeugel Monteren

    Bediening – Geleidebeugel monteren 6.1 Geleidebeugel monteren Beide delen van de geleidebeugel ineensteken en monteren met de bevestigingsschroeven. Bevestigingsschroeven van binnen erin zetten, opdat de geleidebeugel volledig kan worden omgeklapt. Afb. 36 Geleidebeugel uiteendrukken en op de houders steken. Geleidebeugel aan beide kanten met borgclips vergrendelen. Afb.
  • Pagina 55: Bediening - Motor Starten

    Bediening – Motor starten 6.2 Motor starten Uitlaatgassen bevatten giftige stoffen, die kunnen leiden tot schade aan de gezondheid, bewusteloosheid of tot de dood. WAARSCHUWING! Vergiftigingsgevaar door uitlaatgassen! – Uitlaatgassen niet inademen. – Bij bedrijf in gesloten of gedeeltelijk gesloten ruimtes resp.
  • Pagina 56 Bediening – Motor starten Brandstofkraan helemaal openen. B-HON-0035 Afb. 38 Starterklep alleen sluiten bij koude motor. Bij warme motor of warme buitentempera- turen moet de startklep open blijven, opdat de motor niet verzuipt. Starterklep sluiten. B-HON-0037 Afb. 39 Toerentalregelaar op "MIN" zetten. B-230-0096 Afb.
  • Pagina 57 Bediening – Motor starten Koord met startergreep zo ver uittrekken, tot er weerstand merkbaar is. Startergreep terugbrengen in uitgangspositie. B-GEN-0083 Afb. 42 VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar door ongecontro- leerde machinebeweging! – Lopende machine altijd vasthouden. – Lopende machine altijd observeren. AANWIJZING! B-GEN-0084 Startkabel kan scheuren! –...
  • Pagina 58: Bediening - Werkbedrijf

    Bediening – Werkbedrijf 6.3 Werkbedrijf Machine alleen leiden aan de geleidebeugel. Machine zo leiden, dat handen niet tegen vaste voorwerpen aan slaan. Voeten weg van de trillende grondplaat. VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar door ongecontroleerde machinebeweging! – Lopende machine altijd vasthouden. – Lopende machine altijd observeren. Componenten kunnen tijdens het bedrijf of vlak daarna zeer heet zijn.
  • Pagina 59 Bediening – Werkbedrijf Machine leiden aan de geleidebeugel. Afb. 46 Bij korte werkonderbrekingen altijd de toerentalregelaar in stand "MIN" (stationair) zetten. ð Trillen is uit. Afb. 47 DFP8...
  • Pagina 60: Bediening - Waterbesproeiing In-/Uitschakelen

    Bediening – Waterbesproeiing in-/uitschakelen 6.4 Waterbesproeiing in-/uitschakelen De waterbesproeiing met de afsluitkraan in- resp. uitscha- kelen: Stand "0" Waterbesproeiing uit Tegen de klok in Waterbesproeiing aan draaien Traploze verstelling van de hoeveel- heid voor de besproeiing tot stand "MAX" Afb. 48 DFP8...
  • Pagina 61: Bediening - Machine Beveiligd Neerzetten

    Bediening – Machine beveiligd neerzetten 6.5 Machine beveiligd neerzetten Componenten kunnen tijdens het bedrijf of vlak daarna zeer heet zijn. WAARSCHUWING! Verbrandingsgevaar door hete onderdelen! – Persoonlijke beschermende uitrusting dragen (werkhandschoenen, beschermende werkkle- ding). – Aanraking met hete componenten vermijden. Veiligheidsuitrusting: Gehoorbescherming Beschermende werkkleding...
  • Pagina 62 Bediening – Machine beveiligd neerzetten Brandstofkraan helemaal sluiten. machine beveiligen tegen onbevoegd gebruik. B-HON-0036 Afb. 51 DFP8...
  • Pagina 63: Machine Verladen / Transport

    Machine verladen / Transport Machine verladen / Transport DFP8...
  • Pagina 64: Machine Verladen

    Machine verladen / Transport – Machine verladen 7.1 Machine verladen Het aanslaan en optillen van lasten mag alleen worden uitgevoerd door een deskundige/bevoegde persoon. Beschadigde of maar gedeeltelijk functionerende aanslagpunten niet gebruiken. Alleen hefwerktuigen en aanslagmiddelen met voldoende draag- kracht voor het te verladen gewicht gebruiken. Minimale draag- Ä...
  • Pagina 65: Machine Verladen / Transport - Machine Vastsjorren Op Het Transportvoertuig

    Machine verladen / Transport – Machine vastsjorren op het transportvoertuig 7.2 Machine vastsjorren op het transportvoertuig Beschadigde of maar gedeeltelijk functionerende aanslagpunten niet gebruiken. Altijd geschikte aanslagmiddelen aan de aanslagpunten gebruiken. Aanslagmiddelen alleen gebruiken in de voorgeschreven belasting- srichting. Aanslagmiddelen mogen niet door machinedelen beschadigd worden.
  • Pagina 66: Machine Verladen / Transport - Transportwielen

    Machine verladen / Transport – Transportwielen 7.3 Transportwielen Machine beveiligd neerzetten Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine beveiligd neerzetten” op pagina 61. Met de aanslagbout (1) de geleidebeugel vergrendelen. Aanslagbout (2) ontgrendelen en transportwielen omlaag- klappen. B-834-0225 Afb. 55 Machine met de geleidebeugel omhoogduwen en de trans- portwielen onder de grondplaat klappen.
  • Pagina 67: Onderhoud

    Onderhoud Onderhoud DFP8...
  • Pagina 68: Inleidende Opmerkingen En Veiligheidsinstructies

    Onderhoud – Inleidende opmerkingen en veiligheidsinstructies 8.1 Inleidende opmerkingen en veiligheidsinstructies GEVAAR! Levensgevaar door niet-bedrijfsveilige machine! – Het onderhoud van de machine mag alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd en geautoriseerd personeel. – Veiligheidsvoorschriften bij onderhoudswerk- Ä Hoofdstuk 3.9 zaamheden in acht nemen „Onderhoudswerkzaamheden”...
  • Pagina 69: Onderhoud - Bedrijfsstoffen

    Onderhoud – Bedrijfsstoffen 8.2 Bedrijfsstoffen 8.2.1 Motorolie 8.2.1.1 Oliekwaliteit De volgende motoroliespecificaties zijn toegelaten: Motorolies voor viertaktmotoren volgens API-classificatie SJ of hoger Mengingen van motorolies vermijden. 8.2.1.2 Olieviscositeit Omdat de viscositeit (taaivloeibaarheid) van motorolie met de tem- peratuur verandert is voor de keuze van de viscositeitsklasse (SAE-klasse) de omgevingstemperatuur op de plaats van gebruik van de motor maatgevend.
  • Pagina 70: Olie Voor Opwekasbehuizing

    Onderhoud – Bedrijfsstoffen 8.2.2.2 Brandstofstabilisator Als de machine maar bij gelegenheid wordt gebruikt (stilstandtijden langer dan 4 weken), brandstofstabilisator in de juiste mengver- houding direct na aankoop bij de verse brandstof mengen. Brandstofstabilisator heeft een beperkte houdbaarheid. Neem de opgaven van de fabrikant over de juiste mengverhouding en over de houdbaarheid in acht.
  • Pagina 71: Onderhoud - Bedrijfsstoffentabel

    Onderhoud – Bedrijfsstoffentabel 8.3 Bedrijfsstoffentabel Module Bedrijfsstof Onderdeel- Vulhoeveel- nummer heid Zomer Winter Let op de vul- markering! Motorolie SAE 10W-30 0,6 l Ä Hoofdstuk 8.2.1 „Motorolie” Specificatie: (0.16 gal us) op pagina 69 SAE 30 Brandstof Benzine (loodvrij) 2,0 l Specificatie: Ä...
  • Pagina 72: Onderhoud - Inrijvoorschrift

    Onderhoud – Inrijvoorschrift 8.4 Inrijvoorschrift 8.4.1 Algemeen Bij de ingebruikname van nieuwe machines resp. bij gereviseerde motoren moeten de volgende onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd. 8.4.2 Na 25 bedrijfsuren Ä Hoofdstuk 8.7.1 „Motorolie verversen” Motorolie verversen op pagina 77. Motor en machine controleren op dichtheid. Bevestigingsschroeven van luchtfilter, uitlaatdemper en andere aanbouwdelen aandraaien.
  • Pagina 73: Onderhoudstabel

    Onderhoud – Onderhoudstabel 8.5 Onderhoudstabel Onderhoudswerk Pagina Wekelijks 8.6.1 Luchtfilter controleren, reinigen Halfjaarlijks 8.7.1 Motorolie verversen Jaarlijks 8.8.1 Bougie vervangen 8.8.2 Klepspeling controleren, regelen 8.8.3 V-riem vernieuwen 8.8.4 Slikfilter en brandstofzeef reinigen 8.8.5 Luchtfilter vernieuwen 8.8.6 Startkabel vernieuwen 8.8.7 Huis van de opwekas, olie verversen Indien nodig 8.9.1 Koelribben en koelluchtopeningen reinigen...
  • Pagina 74: Onderhoud - Wekelijks

    Onderhoud – Wekelijks 8.6 Wekelijks 8.6.1 Luchtfilter controleren, reinigen AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – De motor nooit starten bij gedemonteerd lucht- filter. B-SYM-1074 – Het luchtfilter kan indien nodig maximaal zes Afb. 58 keer gereinigd worden. – Bij roethoudende neerslag op het luchtfilter is een reiniging niet zinvol.
  • Pagina 75 Onderhoud – Wekelijks Luchtfilter controleren, reinigen Papieren en schuimstof inzetstuk scheiden. Afb. 60 VOORZICHTIG! Gevaar van oogletsel door rondvliegende deeltjes! – Draag een persoonlijke beschermende uitrusting (werkhandschoenen, bescher- mende werkkleding, veiligheidsbril). Papieren inzetstuk (4) met droge perslucht (max. 2 bar (29 psi)) door het pistool op en neer te bewegen zolang van binnen naar buiten uitblazen, tot er geen stofontwikkeling Afb.
  • Pagina 76 Onderhoud – Wekelijks Luchtfilter monteren AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Filterelement juist erin zetten. Rubber afdichting (5) erin zetten. Filterelement (4) juist erin zetten en vastdraaien met de vleu- gelmoer (3). Deksel (2) met vleugelmoer (1) vastdraaien. Filterelement (indien vernieuwd) milieuvriendelijk verwerken. B-HON-0033 Afb.
  • Pagina 77: Onderhoud - Halfjaarlijks

    Onderhoud – Halfjaarlijks 8.7 Halfjaarlijks 8.7.1 Motorolie verversen AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Olieverversing alleen uitvoeren bij bedrijfs- warme motor. B-SYM-1078 – Alleen olie met toegelaten specificatie Afb. 63 Ä Hoofdstuk 8.2.1 „Motorolie” gebruiken op pagina 69. Ä Hoofdstuk 8.3 „Bedrijfsstof- –...
  • Pagina 78: Onderhoud - Jaarlijks

    Onderhoud – Jaarlijks 8.8 Jaarlijks 8.8.1 Bougie vervangen AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Nooit een bougie met verkeerde warmte- waarde gebruiken. Aanbevolen bougies: BPR6ES DENSO W20EPR-U Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkhandschoenen Gereedschap: 13/16 inch bougiesleutel Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine Machine beveiligd neerzetten beveiligd neerzetten”...
  • Pagina 79 Onderhoud – Jaarlijks Voorbereidende werkzaamheden Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkhandschoenen Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine Machine beveiligd neerzetten beveiligd neerzetten” op pagina 61. Motor laten afkoelen tot 20 °C (68 °F). Bevestigingsschroeven (1) eruit draaien. Klepdeksel (2) met afdichting (3) eraf nemen. Afb.
  • Pagina 80: V-Riem Vernieuwen

    Onderhoud – Jaarlijks Klepspeling regelen Zeskantmoer (1) aan de klephefboom vasthouden en de con- tramoer (2) losdraaien. Zeskantmoer zo regelen, dat de voelermaat bij aangedraaide contramoer met voelbare weerstand erdoor kan worden getrokken. Afb. 70 Afsluitende werkzaamheden Klepdeksel (2) met nieuwe afdichting (3) erop zetten. Bevestigingsschroeven (1) gelijkmatig vastdraaien.
  • Pagina 81: Frequentie Van De Grondplaat Controleren

    Onderhoud – Jaarlijks Bevestigingsschroeven (2) aan beide kanten iets losdraaien. Motordrager naar voor trekken, V-riem (1) eraf nemen en ver- nieuwen. B-834-0170 Afb. 73 Nieuwe V-riem erop leggen en motordrager naar achter trekken. Bevestigingsschroeven (1) aan beide kanten vastdraaien. B-834-0171 Afb.
  • Pagina 82: Slikfilter En Brandstofzeef Reinigen

    Onderhoud – Jaarlijks VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar door ongecontroleerde machinebeweging! – Lopende machine altijd vasthouden. – Lopende machine altijd observeren. Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Gehoorbescherming Werkschoenen Gereedschap: Sirometer Machine neerzetten op een rubber mat. Ä Hoofdstuk 6.2 „Motor starten” op pagina 55. Motor starten Machine een minuut laten lopen bij maximaal toerental.
  • Pagina 83 Onderhoud – Jaarlijks Brandstofkraan sluiten. B-HON-0036 Afb. 77 Filterbeker (3), O-ring (2) en filter (1) demonteren. Filterbeker en filter reinigen in niet-ontbrandbaar oplos- middel, dan grondig drogen. B-HON-0040 Afb. 78 Brandstofkraan openen en uitlopende brandstof opvangen. Brandstofkraan sluiten. B-HON-0035 Afb. 79 DFP8...
  • Pagina 84 Onderhoud – Jaarlijks O-ring (2) controleren op beschadiging, evt. vernieuwen. Filter (1) monteren. Letten op de uitrichting (A) van het filter aan het huis. Filterbeker (3) met O-ring weer monteren. B-HON-0039 Afb. 80 A Aanzicht van beneden: uitrichting van het filter bij de inbouw Zeskantmoeren (2) en zeskantschroef (1) eruit draaien en brandstoftank eraf nemen.
  • Pagina 85: Luchtfilter Vernieuwen

    Onderhoud – Jaarlijks Brandstoftank met zeskantmoeren (2) en zeskantschroef (1) monteren. Dichtheid van het brandstofsysteem controleren. Brandstof en vernieuwde componenten milieuvriendelijk ver- werken. B-834-0038 Afb. 83 8.8.5 Luchtfilter vernieuwen AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – De motor nooit starten bij gedemonteerd lucht- filter.
  • Pagina 86: Startkabel Vernieuwen

    Onderhoud – Jaarlijks Filterelement, bestaande uit papieren en schuimstof inzet- stuk, vernieuwen. AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Filterelement juist erin zetten. Afb. 85 Rubber afdichting (5) erin zetten. Filterelement (4) juist erin zetten en vastdraaien met de vleu- gelmoer (3). Deksel (2) met vleugelmoer (1) vastdraaien.
  • Pagina 87 Onderhoud – Jaarlijks Startkabel met startergreep helemaal uittrekken. Afb. 88 Indien de startkabel gescheurd of de spoel teruggedraaid is: Spoel (2) voor de kabelmontage 5 omdraaiingen tegen de klok in draaien en de kabelopeningen aan spoel en behuizing (5) uitrichten (A). Afb.
  • Pagina 88: Huis Van De Opwekas, Olie Verversen

    Onderhoud – Jaarlijks Omkeerstarter monteren. Afb. 92 8.8.7 Huis van de opwekas, olie verversen AANWIJZING! Componenten kunnen beschadigd worden! – Alleen olie met toegelaten specificatie Ä Hoofdstuk 8.3 „Bedrijfsstoffen- gebruiken tabel” op pagina 71. Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkschoenen Werkhandschoenen Machine op een horizontale, vlakke en stevige ondergrond rijden.
  • Pagina 89 Onderhoud – Jaarlijks Machine naar de andere zijde kantelen en veilig onder- steunen. Aftapplug weer erin schroeven. AANWIJZING! Componenten kunnen worden beschadigd! Geen asarme motorolies gebruiken voor het huis van de opwekas. Ä Hoofdstuk 8.3 Vulhoeveelheid in acht nemen B-834-0304 „Bedrijfsstoffentabel”...
  • Pagina 90: Onderhoud - Indien Nodig

    Onderhoud – Indien nodig 8.9 Indien nodig 8.9.1 Koelribben en koelluchtopeningen reinigen De vervuiling van de koelribben en koelluchtope- ningen is sterk afhankelijk van de inzetvoor- waarden van de machine, evt. dagelijks reinigen. AANWIJZING! Gevaar van motorschade door verminderde koeling! –...
  • Pagina 91: Machine Reinigen

    Onderhoud – Indien nodig AANWIJZING! Componenten kunnen door binnendringen van water worden beschadigd! – Waterstraal niet direct in luchtfilter, carburateur, omkeerstarter, luchtaanzuiging of motorstop- schakelaar houden. VOORZICHTIG! Gevaar van oogletsel door rondvliegende deeltjes! – Draag een persoonlijke beschermende uitrusting (werkhandschoenen, bescher- mende werkkleding, veiligheidsbril).
  • Pagina 92: Waterbesproeiing Reinigen

    Onderhoud – Indien nodig 8.9.3 Waterbesproeiing reinigen Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine Machine beveiligd neerzetten beveiligd neerzetten” op pagina 61. Deksel (1) van de watertank eraf nemen. Rubber kappen (3) aan de besproeiingsbuis eraf nemen. Afsluitkraan (2) openen en water aflaten. Watertank doorspoelen met een krachtige waterstraal, tot verontreinigingen zijn weggelopen.
  • Pagina 93: Bougie Controleren, Reinigen

    Onderhoud – Indien nodig V-riembescherming (1) monteren met bevestigingsschroeven (2). B-834-0144 Afb. 100 8.9.5 Bougie controleren, reinigen AANWIJZING! Gevaar van motorschade! – Nooit een bougie met verkeerde warmte- waarde gebruiken. Veiligheidsuitrusting: Beschermende werkkleding Werkhandschoenen Gereedschap: 13/16 inch bougiesleutel Machine beveiligd neerzetten Ä...
  • Pagina 94: Maatregelen Bij Kans Op Vorst

    Onderhoud – Indien nodig AANWIJZING! Gevaar van motorschade door losse bougie! – Bougie altijd goed erin schroeven. 8.9.6 Maatregelen bij kans op vorst Machine beveiligd neerzetten Ä Hoofdstuk 6.5 „Machine beveiligd neerzetten” op pagina 61. Deksel (1) van de watertank eraf nemen. Rubber kappen (3) aan de besproeiingsbuis eraf nemen.
  • Pagina 95 Onderhoud – Indien nodig Brandstofstabilisator gebruiken Verse brandstof mengen met brandstofstabilisator (opgaven van de fabrikant in acht nemen). Brandstoftank leegmaken en vullen met de behandelde brandstof. Motor starten en machine ca. 10 minuten laten lopen in de openlucht. Machine beveiligd neerzetten. Brandstoftank leegmaken Brandstofkraan sluiten.
  • Pagina 96 Onderhoud – Indien nodig Met de omkeerstarter de motor enkele malen doordraaien om de olie in de cilinder te verdelen. Bougie weer erin schroeven. De startkabel langzaam uittrekken tot er weerstand merkbaar is en de uitrichtmarkering (2) van de starterschijf is uitgericht met de bovenste boring (1).
  • Pagina 97: Hulp Bij Storingen

    Hulp bij storingen Hulp bij storingen DFP8...
  • Pagina 98: Hulp Bij Storingen - Inleidende Opmerkingen

    Hulp bij storingen – Inleidende opmerkingen 9.1 Inleidende opmerkingen Storingen ontstaan vaak te wijten aan het feit, dat de machine niet op de juiste manier bediend of onderhouden werd. Daarom bij elke storing sectie in de handleiding met betrekking tot bediening en onderhoud nog een keer goed doorlezen Als u de oorzaak van een storing niet herkent of een storing aan de hand van de storingstabel niet zelf kunt verhelpen, gelieve u dan te...
  • Pagina 99: Hulp Bij Storingen - Motorstoringen

    Hulp bij storingen – Motorstoringen 9.2 Motorstoringen Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Motor slaat niet aan Brandstoftank leeg Controleren, evt. bijvullen Brandstofkraan gesloten Brandstofkraan openen Brandstofinstallatie verstopt Brandstofzeef reinigen Brandstofzeef in de carburateur contro- leren Laten controleren door gekwalificeerd vakpersoneel Motorstopschakelaar in stand "OFF" Motorstopschakelaar in stand "ON"...
  • Pagina 100 Hulp bij storingen – Motorstoringen Storing Mogelijke oorzaak Oplossing Brandstoftank leeg Controleren, evt. bijvullen Slechte brandstofkwaliteit Brandstofkwaliteit controleren, evt. brand- stof vervangen Motoroliepeil te laag Motoroliepeil controleren, evt. bijvullen Motor loopt met Centrifugaalkoppeling defect Laten controleren door gekwalificeerd hoog toerental, vakpersoneel maar geen trillen V-riem gescheurd...
  • Pagina 101: Hulp Bij Storingen - Uitkomst Bij Verzopen Motor

    Hulp bij storingen – Uitkomst bij verzopen motor 9.3 Uitkomst bij verzopen motor GEVAAR! Levensgevaar door exploderend gas-lucht- mengsel! – Benzine niet op hete constructiedelen terecht laten komen. – Roken en open vuur zijn verboden. – Warmtebronnen, vonken en andere ontste- kingsbronnen uit de buurt houden.
  • Pagina 102 Hulp bij storingen – Uitkomst bij verzopen motor Starterklep openen. B-HON-0038 Afb. 110 VOORZICHTIG! Gevaar van oogletsel door rondvliegende deeltjes! – Draag een persoonlijke beschermende uitrusting (werkhandschoenen, bescher- mende werkkleding, veiligheidsbril). Met de omkeerstarter de motor meerdere malen doordraaien om de overtollige brandstof te verwijderen uit de verbran- B-GEN-0083 dingsruimte.
  • Pagina 103: Verwerking

    Verwerking Verwerking DFP8...
  • Pagina 104: Verwerking - Machine Definitief Stilleggen

    Verwerking – Machine definitief stilleggen 10.1 Machine definitief stilleggen Na de gebruiksduur van de machine moeten de afzonderlijke com- ponenten van de machine zoals voorgeschreven worden verwerkt. Nationale voorschriften in acht nemen! De volgende werkzaamheden uitvoeren en de machine door een van overheidswege erkend recyclebedrijf laten demonteren.

Inhoudsopgave