y In gevallen van een steile helling
y Wanneer de snelheid snel wordt
teruggebracht
y Wanneer een getint deel op de voorruit een
deel van het detectie gebied van de camera
voor module (FCM) bedekt
Waarschuwing
y Wissel van rijstrook nadat u de
richtingaanwijzer heeft aangezet.
Let op
y Breng geen producten aan om de ramen
te tinten over het gedeelte waar de camera
voor (FCM) zich bevindt. Dit toch doen
kan leiden tot de verkeerde werking van
het systeem of dat het helemaal stopt met
werken.
Gedeelte dat niet getint mag worden
Gedeelte dat niet getint mag worden
(FCM detectie gebied)
(FCM detectie gebied)
Niet Goed
Niet Goed
Gebied waar getint glas inbreuk maakt
Gebied waar getint glas inbreuk maakt
OK
OK
Gevallen waarin de aandacht
van de bestuurder is vereist
In elk van de volgende gevallen, zal het systeem
mogelijk niet werken of onnodig werken. Daarom
is de aandacht van de bestuurder is vereist.
y Als de rijstroken niet zichtbaar zijn doordat ze
zijn bedekt (regen, sneeuw, stof, plassen, nat
wegdek)
y Als de kleur van de wegmarkering en van
de weg niet goed van elkaar onderscheiden
kunnen worden
y De wegmarkering niet duidelijk is of verstoord
is door verkeer of als er twee of meer lijnen
aan een kant zijn
y Als er andere markeringen aanwezig zijn die
lijken op de wegmarkering
y De wegmarkering verduistert is door schaduw
van vangrails, geluidswal, bomen, etc.
y Als er grensobjecten zoals een stoep
aanwezig zijn
y Als de rijstrook is aangetast door
wegwerkzaamheden of sommige
wegmarkeringen is vervangen door
afzettingen
y Wanneer de wegmarkering plotseling ophoudt
of niet zichtbaar is op een kruising
y Er een gebied is waar het aantal rijstroken
toe- of afneemt of complex door elkaar loopt
(tolpoortjes, knooppunt/invoegpunt, etc.)
y Wanneer de breedte van de rijstrook te nauw
of te wijd is
y Als de afstand tot het voorliggende voertuig
te klein is of als het voorliggende voertuig de
wegmarkering bedekt
y Als er markeringen zoals een zebrapad of
verkeerstekens op het wegdek staan
y Bij slecht zicht door mist, zware regen,
sneeuwval, etc.
y Als de zichtbaarheid slecht is zodat de
rijstrook niet kan worden herkend
y Wanneer de belichting plotseling verandert
zoals wanneer u een tunnel inrijdt
y Wanneer er weinig licht is of de koplampen
van het voertuig niet aan staan in het donker
Starten en rijden
4
4-161