Bewustzijn van de situatie voor het
voertuig ····································· 4-116
Vertrekken bij druk verkeer ············ 4-116
Detectie sensor vooraan
(Radar voor+ camera voor) ··········· 4-116
Voertuigdetectie kan moeilijk
zijn onder de volgende
omstandigheden: ····················· 4-117
Niet gedetecteerde voetganger
voor ······································· 4-118
Bochtige weg ··························· 4-118
Opwaartse of neerwaartse
helling ···································· 4-119
Van rijstrook wisselen ················ 4-119
Voorliggend voertuig
detecteren ·······························4-120
Safety Speed Assist (SSA) ·········4-121
Controlelampje SSA-status ···········4-121
SSA inschakelen ·························4-121
Werkingsomstandigheden SSA ······4-121
SSA-bediening ····························4-122
Snelheidslimietwaarschuwing
(TSW) ·······································4-125
Afbeelding die laten zien wanneer
deze klaar staat of in werking is ······4-125
Snelheidslimietwaarschuwing
(TSW) gereed ··························4-125
Snelheidslimietwaarschuwing
(TSW) instellen ························4-125
Snelheidslimietwaarschuwing (TSW)
inschakelen in combi-instrument·····4-126
Snelheidslimiet instellen ················4-126
Snelheidslimietwaarschuwing (TSW)
uitschakelen ·······························4-126
Remsysteem ····························4-127
Rempedaal·································4-128
Controleren op vreemde
objecten bij de voetpedalen ········4-128
De remschijven/-blokken
controleren en vervangen ··········4-129
Als de voetrem niet werkt ···········4-129
ABS (antiblokkeerremsysteem) ······4-129
Waarschuwingslampje ABS ·······4-130
Elektronische remkrachtverdeling
(EBD) ········································4-130
Waarschuwingslampje EBD ·······4-130
Noodstopsignaal (ESS) ················4-131
Omstandigheden voor activering
en deactivering ························4-131
Elektronisch
stabiliteitscontrolesysteem
(ESC)* ·······································4-132
Controle-/waarschuwings-
lampje ESC ·····························4-132
Controlelampje ESC OFF (UIT) ··4-132
Verschijnsel dat zich voordoet
wanneer het ESC wordt
geactiveerd ·····························4-133
Wanneer is het nodig om de
ESC-functie te deactiveren ·········4-133
Afdalingsregelaar (HDC) ···············4-134
De HDC-functie activeren/
deactiveren ·····························4-134
Controle-/waarschuwingslampje
HDC ······································4-135
Omstandigheden voor
activering ································4-135
Omstandigheden voor
deactivering ·····························4-135
HDC-bediening ························4-135
Elektronische parkeerrem (EPB) ····4-136
De EPB activeren ·····················4-136
De EPB vrijgeven ·····················4-136
De EPB automatisch loslaten ·····4-137
Waarschuwingslampje EPB/
remmen ··································4-137
EPB-noodmodus ······················4-137
AUTO HOLD ······························4-139
De AUTO HOLD-functie
inschakelen ·····························4-139
De AUTO HOLD-functie
uitschakelen ····························4-139
De AUTO HOLD-functie
gebruiken ································4-139
Controle-/waarschuwingslampje
AUTO HOLD ···························4-140
Autonoom noodremsysteem
(AEB) ·······································4-141
Controle-/waarschuwingslampje
AEB ··········································4-141
Gedetailleerde Inhoudsopgave
0-13