Instrumenten, schakelaars en bediening
Instrumentenpaneel
1. Temperatuurmeter
De temperatuurmeter geeft de temperatuur in
het koelsysteem van de motor aan. Op het
display verschijnt een melding, als de tempe-
ratuur abnormaal hoog is en de naald tot in het
rode gebied uitslaat. Let erop dat verstralers
voor de radiateurgrille het koelvermogen vermin-
deren bij een hoge buitentemperatuur en een
zware belasting van de motor.
2. Display
Op het display worden informatieve meldingen
en waarschuwingsmeldingen weergegeven.
3. Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de snelheid van de
auto aan.
4. Dagtellers, T1 en T2
De dagtellers gebruikt u om kortere afstanden
op te meten. Het rechter cijfer geeft de afstand
in honderden meters aan. U kunt de dagtellers
op nul zetten door de knop langer dan
2 seconden in te drukken. U wisselt van
dagteller door de knop korte tijd in te drukken.
38
Indicatie voor cruisecontrol
5.
Zie pagina 54.
6. Kilometerteller
De kilometerteller geeft het totale aantal
kilometers aan dat er met de auto is gereden.
7. Groot licht aan/uit
8. Waarschuwingslampjes
Als er een storing optreedt, licht het waarschu-
wingslampje op en verschijnt er een melding op
het display.
Toerenteller
9.
De toerenteller geeft het motortoerental aan in
duizenden toeren per minuut. Laat de naald van
de toerenteller niet tot in het rode gebied
uitslaan.
10. Indicatie voor automatische
versnellingsbak
Hier ziet u welk schakelprogramma er wordt
aangehouden. Als u een automatische
versnellingsbak met Geartronic hebt en het
handmatige schakelprogramma gebruikt, ziet u
hier welke versnelling u hebt ingeschakeld.
11. Buitentemperatuurmeter
De buitentemperatuurmeter geeft de buitentem-
peratuur aan. Wanneer de temperatuur in het
interval van –5 °C tot +2 °C ligt, verschijnt er
een sneeuwvlokje op het display. Het symbool
wijst op het gevaar voor gladheid. Wanneer de
auto stilstaat of geparkeerd gestaan heeft, is het
mogelijk dat de buitentemperatuurmeter een te
hoge waarde aangeeft.
12. Klokje
Draai aan de knop om het klokje op de juiste tijd
in te stellen.
Brandstofmeter
13.
Er zit nog ongeveer 8 liter brandstof in de tank,
wanneer het lampje op het instrumentenpaneel
oplicht.
14. Controle- en waarschuwingslampjes
15. Indicatorlampjes richtingaanwijzers,
links/rechts