14.2.4 Epitoopherstel
Formaline-fixatie van weefsel veroorzaakt kruisverbinding tussen de aldehyde en aminogroepen in het weefsel, en de
vorming van deze verbanden kan uitmonden in variabel verlies van antigeniciteit door het maskeringseffect.
Formaline vormt methyleenbruggen die de algehele driedimensionale vorm van het epitoop kunnen veranderen.
Sommige epitopen zijn formalinegevoelig en tonen verminderde immunoreactiviteit na formalinefixatie, terwijl
anderen formalineresistent zijn.
Nucleïnezuren worden omgeven door proteïnen, daarom is permeabilisatie van weefsel nodig om de doelsequenties
open te stellen voor de probe.
7 ,8
Epitoopherstel
, kan worden bereikt ofwel door gebruik te maken van warmte-geïnduceerd epitoopherstel (HIER),
enzymatische voorbehandeling, of door een combinatie van beide. HIER is de meest gebruikte methode van
epitoopherstel voor IHC. Het mechanisme van HIER wordt nog niet helemaal begrepen.
Volgens de hypothese zorgt het verwarmen van de coupe in een epitoophersteloplossing naar een hoge temperatuur
voor hydrolisatie van de kruisverbindingen die gevormd zijn in de formalinefixatie. Dit resulteert in het opnieuw
wijzigen van het epitoop die vervolgens kan worden gekleurd door immunohistochemie. De belangrijke factoren in
HIER zijn temperatuur, tijd en pH van de hersteloplossing. Er zijn twee verschillende epitoophersteloplossingen voor
gebruik in het BOND-systeem: een op citraat gebaseerde buffer en een op EDTA gebaseerde buffer.
Enzymatische voorbehandeling maakt gebruik van proteolytische enzymen om peptideverbanden af te breken om de
epitoop/doel nucleïnezuursequentie te tonen. De enzymconcentratie en incubatietijd zijn proportioneel met de
fixatietijd van het patiëntmateriaal, en moet dienovereenkomstig worden geoptimaliseerd. Enzymatische
voorbehandeling is alleen geschikt voor bepaalde epitopen, maar het wordt regelmatig gebruikt in ISH-protocollen.
14.3 Kwaliteitscontrole
Door verschillen in de verwerking van weefsel en technische procedures in het laboratorium van de gebruiker kunnen
de resultaten aanzienlijk verschillen, daarom zijn er, in aanvulling op de volgende procedures, regelmatige in-house
controles nodig van prestaties. Raadpleeg lokale richtlijnen en regelgeving, en wellicht vindt u ook het „CLIA
Compliance Handbook: The Essential Guide for the Clinical Laboratory Second Edition"
voorgestelde richtlijnen voor IHC
Controles moeten vers autopsie/biopsie/chirurgisch specimen zijn die zo snel mogelijk gefixeerd,
verwerkt en ingebed zijn op dezelfde manier als het patiëntmateriaal. Een dergelijke controle
monitort alle stappen van de analyse, van weefselvoorbereiding tot kleuring.
Wij raden sterk aan om geschikt controleweefsel op dezelfde glaasjes te leggen als patiëntweefsel.
Zie
6.2 Werken met controles
BOND 7 handleiding, 49.7556.508 A06
Copyright © 2023 Leica Biosystems Melbourne Pty Ltd
14
nuttig.
voor meer toelichting.
14 BOND-reagentia gebruiken
22
en de door NCCLS
334