8.3.1
Bepalen reagensvolume
Het BOND-systeem maakt gebruik van twee methodes om te bepalen hoeveel reagens in de containers in het
reagensrek zit: het berekent het volume op basis van het beginvolume en het daaropvolgende gebruik en het meet het
rechtstreeks met behulp van een LLS voor BOND-III en BOND-MAX of een uLLS voor BOND-PRIME.
De berekening van het volume gaat uit van het beginvolume, trekt daar reagens vanaf dat gebruikt wordt en telt daar
bij op wat wordt bijgevuld (open containers). Er kunnen zich afwijkingen voordoen als reagens verloren gaat door
verdamping of morsen.
Voor BOND-MAX en BOND-III is het LLS-systeem geïntegreerd in de aspiratiesonde. Het bepaalt het reagensvolume
door de hoogte van de reagens te detecteren wanneer de aspiratiesonde in de containers doopt. Volgens standaard
instellingen wordt de LLS volumemeting (vaak „dip test" genoemd) onder een reeks voorwaarden automatisch
uitgevoerd zoals, bijvoorbeeld wanneer de container meer dan 30 dagen lang niet is gemeten. Het kan zijn dat reagens
verdampt is of dat de container in een ander systeem is gebruikt. Deze standaard dipt testen zijn zodanig ingepland
dat ze de bewerking niet vertragen, dus het kan voorkomen dat een reagens waarvan eerste gedacht werd dat er
genoeg was, later niet voldoende aanwezig blijkt te zijn voor geplande runs. Als dit gebeurt, gaat een alert af en de
operateur moet ofwel de container bijvullen (open containers), ofwel zorgen dat er voldoende alternatieve reagens
beschikbaar is (ga naar 8.1.1.4 Reagensvervanging).
Voor BOND-PRIME is de uLLS geïntegreerd in de ARC-sonde. Als er een discrepantie optreedt, voert de uLLS een
diptest uit op dezelfde manier als op BOND-MAX en BOND-III.
Optioneel kunt u BOND instellen om containers voorafgaand aan elke bewerkingsrun te testen. Dit is apart in te stellen
voor open containers, kant-en-klare containers en reagenssystemen. De instelling zorgt ervoor dat runs worden
gestart met voldoende reagens om af te ronden, maar het vertraagt de bewerking wel terwijl de dip testen worden
uitgevoerd. Stel deze opties in in het venster Instellingen > Laboratoriuminstellingen (Settings > Laboratory Settings)
van de administratie client (zie 10.5.1 Laboratoriuminstellingen).
De reagenscontainers niet overvullen. Een overvolle reagenscontainer wordt als leeg gerapporteerd
tijdens de dip test
8.3.1.1
Rapporteren van volume voor detectiesystemen
Om ervoor te zorgen dat volumes worden gerapporteerd voor BOND-detectiesystemen op dezelfde manier als voor
afzonderlijke containers (waardoor schatting mogelijk is van aantal glaasjes waarvoor een detectiesysteem gebruikt
kan worden), worden systeemvolumes gerapporteerd in milliliters, voor een enkele container. Aangezien
detectiesystemen echter bestaan uit containers met verschillende volumes, moet er een regel worden toegepast voor
het rapporteren van het volume, die in dit deel beschreven wordt.
Let op dat deze regel niet geldt voor Oracle of reinigingsssytemen, die respectievelijk het aantal resterende runs of
reinigingen rapporteren.
Voor detectiesystemen wordt het volume gerapporteerd in verhouding met de grootste, enkele container in het
systeem. Bijvoorbeeld als de grootte container 30 ml bevat, wordt het systeemvolume gerapporteerd in verhouding
met 30 ml. De BOND-software gaat ervan uit dat alle containers in nieuwe systemen vol zijn, dus een systeem met als
grootste container die van 30 ml, wordt gerapporteerd als een container met een volume van 30 ml op het moment
dat hij voor het eerst geregistreerd wordt.
BOND 7 handleiding, 49.7556.508 A06
Copyright © 2023 Leica Biosystems Melbourne Pty Ltd
8 Reagensbeheer (op BOND-controller)
210