4
74
Toets 1 bedienen om de actu-
ele instellingen te laten weer-
geven.
z
Toets 1 zo vaak bedienen
totdat de gewenste instelling
wordt weergegeven.
Uitgaande van de actuele stand
worden achtereenvolgens aange-
geven:
COMF
: comfortabele modus
NORM
: normale modus
SPORT
: sportieve modus
Worden geen wijzigingen uitge-
voerd, dan wordt de rijmodus
zoals weergegeven ingesteld.
Aansluitend wordt de ESA-
weergave automatisch weer
verborgen.
Beladingstoestand
instellen
Motor starten
De beladingstoestand kan
niet tijdens de rit worden
ingesteld.
Toets 1 bedienen om de actu-
ele instellingen te laten weer-
geven.
Toets 1 zo vaak bediend hou-
den totdat de gewenste instel-
ling wordt weergegeven.
Uitgaande van de actuele stand
worden achtereenvolgens aange-
geven:
Solo
Solo met bagage
Met passagier (en bagage)
Wordt de toets 1 langere tijd
niet meer bediend, dan wor-
den de veervoorspanning en
eventueel ook de demping zo-
als aangegeven ingesteld. De
weergave knippert, terwijl de
veervoorspanning wordt inge-
steld. Aansluitend wordt de
ESA-weergave automatisch
weer verborgen.