ON
: Bediening stopwatch
4
via BC-toets aan de stuur-
hendel.
42
OFF
: Bediening stopwatch
via toets 2 in het instrumen-
tenpaneel.
Ter bevestiging van de in-
stelling, toets 1 en toets 2
tegelijkertijd ingedrukt hou-
den, tot de weergave veran-
dert.
De instellingen worden
z
overgenomen en de
laatste weergave wordt
weergegeven.
Als niet wordt bevestigd,
blijft de laatste instelling be-
houden.
Noodstopschakelaar
1
Noodstopschakelaar
Bediening van de nood-
stopschakelaar tijdens
het rijden kan een blokkerend
achterwiel en daardoor een
val tot gevolg hebben.
De noodstopschakelaar nooit
tijdens het rijden bedienen.
Met behulp van de noodstop-
schakelaar kan de motor op
eenvoudige wijze snel worden
afgezet.
A Bedrijfsstand.
B Motor uitgeschakeld.
De motor kan alleen in
de bedrijfsstand worden
gestart.