Toepassingsvoorbeelden
In de getoonde configuratie is 1-01 Motorbesturingsprincipe
ingesteld op Flux met enc.terugk. [3] en is 1-00 Configura-
tiemodus ingesteld op Snelh. met terugk. [1].
De motorregeling in deze configuratie is afhankelijk van
een terugkoppelingssignaal van een encoder die
rechtstreeks op de motor is geïnstalleerd (ingesteld in
1-02 Flux motorterugk.bron).
Selecteer Snelh. met terugk. [1] in 1-00 Configuratiemodus
om de totale referentie te gebruiken als invoer voor de
snelheids-PID-regeling. De parameters voor de snelheids-
PID-regeling zijn te vinden in parametergroep 7-0*.
Selecteer Koppel [2] in 1-00 Configuratiemodus om de totale
referentie direct als koppelreferentie te gebruiken. Koppel-
regeling kan alleen worden geselecteerd in de configuratie
Flux met enc.terugk. (1-01 Motorbesturingsprincipe). Wanneer
deze modus is geselecteerd, gebruikt de referentie de
eenheid Nm. Er is geen terugkoppeling vereist, aangezien
het actuele koppel wordt berekend op basis van de
gemeten stroom van de frequentieomvormer.
Selecteer Proces [3] in 1-00 Configuratiemodus om de
proces-PID-regeling te gebruiken voor een regeling met
terugkoppeling van bijv. een snelheids- of procesvariabele
in de betreffende toepassing.
4.6 Lokale (Hand on) en externe (Auto)
besturing
De frequentieomvormer kan handmatig worden bestuurd
via het lokale bedieningspaneel (LCP) of extern worden
bestuurd via de analoge of digitale ingangen of een seriële
bus. Als het wordt toegestaan in 0-40 [Hand on]-toets op
LCP, 0-41 [Off]-toets op LCP, 0-42 [Auto on]-toets op LCP en
0-43 [Reset]-toets op LCP is het mogelijk om de frequentie-
omvormer te starten en te stoppen via de toetsen [Hand
on] en [Off] op het LCP. Alarmen kunnen worden gereset
via de [Reset]-toets. Wanneer u de [Hand on]-toets indrukt,
schakelt de frequentieomvormer over naar de handmatige
modus en wordt (standaard) de lokale referentie gevolgd
die kan worden ingesteld met de pijltjestoets op het LCP.
Wanneer u de [Auto on]-toets indrukt, schakelt de frequen-
tieomvormer over naar de automodus en wordt
(standaard) de externe referentie gevolgd. In deze modus
is het mogelijk om de frequentieomvormer te besturen via
de digitale ingangen en de verschillende seriële interfaces
(RS-485, USB of een optionele veldbus). Zie parame-
tergroep 5-1* (digitale ingangen) of parametergroep 8-5*
(seriële communicatie) voor meer informatie over starten,
stoppen, aan/uitloop wijzigen, parametersetups enz.
®
VLT
Decentral Drive FCD 302 Design Guide
®
MG04H110 – VLT
is gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Hand
Off
on
Afbeelding 4.18 LCP-toetsen
Actieve referentie en Configuratiemodus
De actieve referentie kan de lokale referentie of de externe
referentie zijn.
In 3-13 Referentieplaats kan de lokale referentie permanent
worden geselecteerd via de waarde Lokaal [2].
Selecteer Extern [1] om permanent de externe referentie te
selecteren. Bij selectie van Gekoppeld Hand/Auto [0]
(standaard) is de referentieplaats afhankelijk van de modus
die actief is (handmodus of automodus).
Afbeelding 4.19 Gebruik van referenties
Afbeelding 4.20 Gebruik van externe referenties
Auto
Reset
on
69
4
4