LAMP BUITENVERLICHTING
VERVANGEN
WEGWIJS IN UW
AUTO
Zie voor het type lamp en het bijbehorende
vermogen de paragraaf "Lamp vervangen".
VEILIGHEID
KOPLAMPUNITS
In de koplampunits zijn de gloeilampen voor de
buitenverlichting, het dimlicht, het grootlicht en de
richtingaanwijzer opgenomen.
STARTEN EN RIJDEN
Verwijder vanuit de motorruimte de rubber dop A
fig. 109 om de lampen van de richtingaanwijzers
te bereiken; verwijder de rubber dop B fig. 109 om
LAMPJES EN
de lampen van de dimlichten te bereiken.
BERICHTEN
Om de lampen van de buitenverlichting/
dagverlichting en het grootlicht te bereiken, moet u,
nadat de wielen uitgestuurd zijn gezet, het klepje
C fig. 110 in de wielkuipbescherming ter hoogte van
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
fig. 109
150
de verlichtingsunit openen en vervolgens de rubber
dop D fig. 110 verwijderen.
RICHTINGAANWIJZERS
Voor
Om de gloeilamp te vervangen, gaat u als volgt te
werk:
❒ verwijder de rubber dop, zoals hiervoor is
beschreven;
❒ draai de lamphouder A fig. 111 linksom en
verwijder de lamphouder;
❒ trek de geklemde lamp los en vervang hem;
❒ monteer de lamphouder A door hem rechtsom te
draaien en controleer of hij goed vastzit;
❒ zet de rubber dop weer op zijn plaats.
fig. 110
F0S0050
F0S0051