WEGWIJS IN UW
AUTO
In geval van nood raden wij u aan het gratis nummer te bellen dat in de Service- en
garantiehandleiding vermeld staat. U kunt ook de site www.fiat.com raadplegen voor de
VEILIGHEID
dichtstbijzijnde vestiging van het Fiat Servicenetwerk.
MOTOR STARTEN
Als het lampje
STARTEN EN RIJDEN
constant blijft branden, wend u dan onmiddellijk tot
het Fiat Servicenetwerk.
STARTEN MET EEN HULPACCU
LAMPJES EN
BERICHTEN
Als de accu leeg is, kan de motor gestart worden
met een hulpaccu fig. 95met dezelfde of een iets
hogere capaciteit dan de lege accu.
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
fig. 95
134
NOODGEVALLEN
op het instrumentenpaneel
Gebruik voor een noodstart beslist geen
accusnellader: de elektronische systemen
en de regeleenheden van de ontsteking en
de inspuiting kunnen daardoor beschadigd raken.
Laat deze procedure door
gespecialiseerd personeel uitvoeren,
onjuiste handelingen kunnen leiden tot sterke
elektrische ontladingen. Bovendien is de
vloeistof in de accu giftig en corrosief.Vermijd
het contact met de huid en de ogen. Kom ook
niet dicht bij een accu met open vuur of een
brandende sigaret en veroorzaak geen vonken.
Ga als volgt te werk om te starten:
❒ verbind de pluspolen (+ teken nabij de pool) van
de beide accu's met een startkabel;
❒ sluit een tweede startkabel aan op de minpool -
van de hulpaccu en op de massa-aansluiting
de motor of op de versnellingsbak van de auto die
gestart moet worden;
F0S0093
BELANGRIJK
op