Als u de knoppen helemaal naar rechts of
helemaal naar links draait, tot aan de ui-
terste waarden HI of LO, wordt respec-
tievelijk de functie van de maximale ver-
warming of de maximale koeling inge-
schakeld:
❒ Functie HI (maximale verwarming):
wordt ingeschakeld als de draaiknop van
de temperatuur naar rechts wordt ge-
draaid, voorbij de maximale waarde
(32°C). Deze functie kan worden geacti-
veerd voor alleen de bestuurderszijde of
de passagierszijde voor of voor beide zij-
den (ook door de functie MONO te se-
lecteren).
Als de functie wordt ingeschakeld, ver-
schijnt het opschrift HI op het display.
Deze functie kan worden ingeschakeld als
u het interieur zo snel mogelijk wilt ver-
warmen, waarbij maximaal van het ver-
mogen van het systeem gebruik wordt ge-
maakt. Deze functie maakt gebruik van de
maximale temperatuur van de motor-
koelvloeistof, terwijl de luchtverdeling en
de snelheid van de aanjager door het sys-
teem worden ingesteld.
Als de motorkoelvloeistof niet warm ge-
noeg is, schakelt het systeem niet onmid-
dellijk de maximale aanjagersnelheid in, om
de toevoer van te koude lucht in het in-
terieur te beperken.
Als deze functie is ingeschakeld, zijn alle
handmatige instellingen toegestaan.
56
Voor het uitschakelen van de functie is het
voldoende om de temperatuurknop naar
links te draaien en de gewenste tempera-
tuur in te stellen.
❒ Functie LO (maximale koeling):
wordt ingeschakeld als de draaiknop van
de temperatuur naar links wordt gedraaid,
voorbij de maximale waarde (16°C). De-
ze functie kan worden geactiveerd voor
alleen de bestuurderszijde of de passa-
gierszijde voor of voor beide zijden (ook
door de functie MONO te selecteren).
Als de functie wordt ingeschakeld, ver-
schijnt het opschrift LO op het display.
Deze functie kan worden ingeschakeld als
u het interieur zo snel mogelijk wilt koe-
len, waarbij maximaal van het vermogen
van het systeem gebruik wordt gemaakt.
De functie schakelt automatisch de vol-
gende functies in:
❒ de stand MONO;
❒ de luchtverdeling naar de uitstroom-
openingen in het midden/aan de zijkant
(weergegeven door het betreffende
symbool op het display);
❒ de aanjager op de hoogste snelheid;
❒ de aircocompressor.
Als deze functie is ingeschakeld, zijn alle
handmatige instellingen toegestaan.
Voor het uitschakelen van de functie is het
voldoende om de temperatuurknop naar
rechts te draaien en de gewenste tempe-
ratuur in te stellen.
Drukknoppen voor de
luchtverdeling B-F
Als u op een van deze knoppen drukt, kunt
u handmatig voor de linker- en de rech-
terzijde in het interieur een van de zeven
instellingen voor de luchtverdeling kiezen:
▲
Luchtstroom naar de luchtroosters
van de voorruit en de zijruiten voor
voor ontdooiing/ontwaseming van
de ruiten.
˙
Luchtstroom naar de uitstroom-
openingen in het midden en aan de
zijkant van het dashboard voor een
koele luchtstroom op het lichaam en
het gezicht bij warm weer.
▼
Luchtstroom naar de luchtroosters
van de beenruimten voor en achter.
Met deze luchtverdeling kan in een
zo kort mogelijke tijd de lucht in het
interieur worden verwarmd, omdat
warme lucht opstijgt. Dit geeft snel
een behaaglijk gevoel.
˙
Luchtstroom verdeeld over de
▼
luchtroosters in de beenruimten
(warmere lucht) en de uitstroom-
openingen in het midden en aan de
zijkant van het dashboard (koelere
lucht). Deze luchtverdeling is bij-
zonder nuttig in de gematigde sei-
zoenen (voor- en najaar) als de zon
schijnt.