5.6
Status- en foutmeldingen
45
Wanneer er een fout optreedt, gaat het waarschuwingslampje (53) van het desbetref-
A
fende balkdeel branden en werkt de regelaar volgens het noodprogramma.
Bovendien klinkt er een waarschuwingssignaal. Het waarschuwingssignaal wordt be-
vestigd met de min-toets (48).
Na het indrukken van de Enter-toets toont de display (52) een foutcode.
Wanneer met toets (45) een verwarmingssectie met een storing wordt geselecteerd,
A
volgt de weergave ---°C.
Wanneer er meer storingen zijn, worden de storingen roulerend weergegeven door
het indrukken van de Enter-toets (49).
53
52
48
49
D 31