Samenvatting van Inhoud voor Atlas Copco Dynapac V5100TV
Pagina 1
BEDIENING & ONDERHOUD Balk Dynapac V5100TV-(E) / V6000TV-(E) Type 616 / 617 4812018714 (A5) 04-0516 Voor later gebruik bewaren in het documentenvak geldig voor: _________________ - _________________ _________________ - _________________...
Pagina 4
Transport ..................1 Veiligheidsvoorschriften voor het transport ..........1 Gedemonteerde balk verladen ..............2 Verladen met een kraan ................3 Verladen met een vorkheftruck ..............3 Bediening .................1 Veiligheidsvoorschriften ................1 Bediening van de balk ................5 Balk uit-/inschuiven ..................5 Hydraulische zijplaten (o) ...............6 Stabilisatie-elementen instellen - conventionele uitvoering ......7 Stamper instellen ...................7 Vibratie instellen ..................7 Stamper instellen - PLC-uitvoering .............8...
Pagina 5
Isolatiebewaking ..................41 Isolatiefout ................... 42 De verwarming in gebruik nemen en controleren ........43 Temperatuurindicatie, temperatuurstand instellen ........44 Temperatuurinstelling ................44 Status- en foutmeldingen ................. 45 Noodprogramma bij defecte sensor ............. 46 Verwarming uitzetten ................47 Storingen ....................48 Problemen bij het inbouwen ..............
Pagina 6
Montage van de materiaalgeleidingsplaten ..........33 Materiaalgeleidingsplaten - stut ..............34 Materiaalgeleidingsplaten - stut monteren ..........35 Materiaaltunnel - drukspanning instellen ..........35 Instellingen ....................37 Stamperhoogte instellen ................37 Stamperleischutplaat instellen ..............38 Glijplaten instellen ..................38 Basisinstellingen ..................39 Ombouwen voor transport / bijzondere werkomstandigheden ....41 Loopplank - afneembaar / opklapbaar ............41 Onderhoud ................1 Veiligheidsvoorschriften voor het onderhoud ..........1 Onderhoudsintervallen –...
Pagina 7
Elektrische zekeringen / relais ..............26 14.1 Conventionele uitvoering, gasverwarming ..........26 Zekeringen in de schakelkast van de balkverwarming ......26 Zekeringen (A) ..................27 Relais (B) ..................... 27 14.2 PLC-uitvoering, gasverwarming ............... 28 Zekeringen in de schakelkast van de balkverwarming ......28 Zekeringen (A) ..................
V Voorwoord Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing. Voor een veilig gebruik van de machine is informatie nodig die in deze gebruiksaan- wijzing wordt gegeven. De informatie is kort en overzichtelijk weergegeven. De hoofdstukken zijn op letter gerangschikt. Elk hoofstuk begint met pagina 1. De pagi- na-aanduiding bestaat uit een letter die het hoofdstuk aangeeft en een paginanum- mer.
Veiligheidsvoorschriften algemeen Wetten, richtlijnen, ongevalpreventievoorschriften De plaatselijk geldende wetten, richtlijnen en ongevalpreventievoorschriften moeten in acht worden genomen, ook als ze hier niet uitdrukkelijk worden genoemd. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de daaruit resulterende voorschriften en maatregelen! De volgende waarschuwingen, verbods- en gebodsbordjes wijzen op gevaren voor personen, machine en milieu door restrisico's bij het gebruik van de machine.
Veiligheidstekens, signaalwoorden De signaalwoorden "Gevaar", "Waarschuwing", "Voorzichtig", "Opmerking" in veilig- heidsaanwijzingen staan in een gekleurd titelveld. Deze volgen een bepaalde hiërar- chie en geven in combinatie met het waarschuwingssymbool de ernst van het gevaar resp. het soort opmerking aan. "Gevaar" ! GEVAAR Gevaar van verwonding van personen.
Waarschuwingen Waarschuwing voor een gevaarlijk punt of een risico! Veronachtzaming van de waarschuwingen kan levensgevaarlijke verwondingen tot gevolg hebben! Waarschuwing voor intrekgevaar! In dit werkgebied / bij deze elementen bestaat er intrekgevaar door draaiende of transporterende elementen! Werkzaamheden uitsluitend uitvoeren wanneer de elementen zijn uitgeschakeld! Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning! Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan de elektrische in-...
Pagina 13
Waarschuwing voor valgevaar! Waarschuwing voor gevaren van accu's! Waarschuwing voor irriterende stoffen of stoffen die gevaarlijk zijn voor de gezondheid! Waarschuwing voor brandgevaarlijke stoffen! Waarschuwing voor gasflessen!
Verbodsbordjes Openen / betreden / ingrijpen / uitvoeren / instellen is verboden tij- dens het bedrijf of terwijl de aandrijfmotor loopt! Motor/aandrijving niet starten! Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend wor- den uitgevoerd wanneer de dieselmotor stilstaat! Besproeien met water is verboden! Blussen met water is verboden! Zelfstandig onderhoud is verboden! Onderhoud uitsluitend toegestaan door een gekwalificeerde vak-...
Veiligheidsuitrusting Het dragen van diverse beschermingsmiddelen kan verplicht zijn door de geldende lokale voorschriften! Neem deze voorschriften in acht! Draag een veiligheidsbril om uw ogen te beschermen! Draag een geschikte hoofdbescherming! Draag een geschikte gehoorbescherming om uw gehoor te be- schermen! Draag geschikte veiligheidshandschoenen om uw handen te beschermen!
Milieubescherming De plaatselijk geldende wetten, richtlijnen en voorschriften voor een correct gebruik en verwijdering van afval moeten in acht worden genomen, ook als ze hier niet uit- drukkelijk worden genoemd. Bij reinigings-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen stoffen die gevaar- lijk zijn voor het water, zoals: - smeermiddelen (olie, vet) - hydraulische olie - diesel...
Overige aanwijzingen De documenten van de fabrikant en de aanvullende documentatie in acht nemen! Bijv. de onderhoudshandleiding van de motorfabrikant Van toepassing zijnde beschrijving / weergave bij de uitrusting met gasverwarming! Van toepassing zijnde beschrijving / weergave bij de uitrusting met elektrische verwarming! t Aanduiding van standaarduitrusting.
CE-markering en conformiteitsverklaring (Geldt voor machines die in de EU/EEG op de markt worden gebracht) Deze machine beschikt over een CE-markering. Deze markering bevestigt dat deze machine voldoet aan de fundamentele gezondheids- en veiligheidsvereisten van ma- chinerichtlijn 2006/42/EG en aan alle andere geldende voorschriften. Bij de machine wordt een conformiteitsverklaring geleverd waarin zowel de geldende voorschriften en aanvullingen als de geharmoniseerde normen en andere geldende bepalingen ge- specificeerd zijn.
Restrisico’s Dit zijn risico’s die blijven bestaan, ook na het treffen van alle mogelijk veiligheids- maatregelen die helpen om de gevaren (risico’s) te minimaliseren of de waarschijn- lijkheid van hun optreden en hun draagwijdte tot vrijwel nul te reduceren. Restrisico's in de vorm van - levensgevaar of verwondingsgevaar voor personen bij de machine - gevaren voor het milieu door de machine - materiële schade aan de machine en verminderde prestaties en werking van...
Redelijkerwijs voorzienbare onjuiste gebruikswijzen Elke redelijkerwijs voorzienbare onjuiste gebruikswijze van de machine geldt als mis- bruik. Bij een onjuiste gebruikswijze vervalt de garantie van de fabrikant; de exploitant draagt alle verantwoordelijkheid. Redelijkerwijs voorzienbare onjuiste gebruikswijzen van de machine zijn: - oponthoud in de gevarenzone van de machine - transporteren van personen - verlaten van het bedieningsbordes terwijl de machine in bedrijf is - verwijderen van beschermingen of veiligheidsvoorzieningen...
A Gebruik volgens het bestemde doel De Dynapac “Richtlijn voor het gebruik van asfaltafwerkmachines volgens het be- stemde doel en volgens de voorschriften” wordt meegeleverd bij deze machine. De richtlijn is onderdeel van deze gebruiksaanwijzing en dient beslist opgevolgd te wor- den.
B Beschrijving van de balk Toepassing De Dynapac-inbouwbalk VB5100TV / VB6000TV wordt gebruikt in combinatie met een asfaltafwerkmachine: De balk wordt gebruikt voor het in lagen inbouwen van: - asfaltmengsel, - wals- en mager beton, - spoorwegballast, - niet-gebonden mineraalmengsels voor bestratingen De hydraulisch uitschuifbare balk is geschikt voor het inbouwen op variabele werk- breedten.
Modules Stamp- en vibratie-elementen: De in het midden nauw tegen elkaar lopende stam- permessen voorkomen de vorming van een middennaad. Door de extra vibratie (optie) kan de compressie en de structuur nog worden verbe- terd. Stamper en vibratie kunnen onafhankelijk van elkaar worden ingeschakeld; het toe- rental is regelbaar.
Pagina 25
Smeersysteem: Alle belangrijke smeerpunten van de basisbalk bevinden zich in centrale verdelerblokken. Dit vereenvoudigt het smeren en verkort de benodigde on- derhoudstijd. De te smeren punten van de uitschuifdelen worden door afzonderlijke smeerpunten voorzien van smeervet. De optioneel verkrijgbare automatische centrale smeerinstallatie zorgt voor een nog betere onderhoudsvriendelijkheid en een nog betrouwbaardere smering.
Veiligheid De veiligheidsvoorzieningen van de machine en de balk zijn beschreven in hoofdstuk B, paragraaf 3 van de gebruiksaanwijzing van de machine. Overige gevaren van de balk Beknellingsgevaar! Bij alle bewegende delen van de balk bestaat er gevaar door be- knellen, klemmen en scheren.
Pagina 27
Risico van brandwonden! Door de verwarming van de balk bestaat er gevaar van hete opper- vlakken, vooral bij de bodemplaten en de zijplaten. Blijf uit de buurt van de onderdelen! Of draag veiligheidshandschoe- nen! - Draag altijd de vereiste veiligheidskleding! Bij ontbrekende of slordig gebruikte veiligheidskleding kunnen gezondheidsrisico’s ontstaan.
Instellings-/uitrustingskenmerken wegdekprofiel: - instelbereik -2,0 %... +4,5 % - verstelmechanisme met ratel via ketting met hydraulische motor via ketting (o) hoogte-/hoekverstelling van de uitschuifdelen 4-punts spilverstelling uitklapbare loopplank serie smeersysteem: afzonderlijke smeerpunten en centrale smering Compressiesysteem stampersysteem stamper met verticale slag stamperslag max.
Gasverwarmingsinstallatie V 5100 Brandstof (vloeibaar gas) propaangas brandertype vlambandbrander elektronische ontsteking, verwarmingsregeling vlambewaking, (schakelkast op de balk) temperatuurbewaking (o) gasflessen (op de balk) 2 stuks - inhoud per fles 78 l - brutogewicht per fles 33 kg werkdruk (achter de drukregelaar) ca.
Elektrische verwarming V 5100(o) elektrische verwarming met verwarmingselementen in type verwarming de bodemplaten en de stam- permessen aantal verwarmingselementen - per bodemplaat stuks - per stampermes - per zijplaat (O) totale vermogen van de balkverwarming: - basisbalk + uitschuifdelen 18000 - aanbouwdeel 350mm 1300 watt...
Aanduidingsplaatjes en typeplaatjes Gevaar door ontbrekende of verkeerd begrepen VOORZICHTIG bordjes op de machine Door ontbrekende of verkeerd begrepen bordjes op de machine bestaat er verwondingsgevaar! - Verwijder geen waarschuwings- of aanwijzingsbordjes van de machine. - Beschadigde of kwijtgeraakte waarschuwings- en aan- wijzingsbordjes moeten direct worden vervangen.
.Waarschuwingsborden Nr. Pictogram Betekenis Waarschuwing - beknellingsgevaar! Knelpunt kan ernstig letsel en zelfs de dood tot gevolg hebben! Blijf op een veilige afstand van de geva- renzone! Waarschuwing - heet oppervlak - Risico van brandwonden! Hete oppervlakken kunnen ernstig letsel tot gevolg hebben! Houd uw handen op een veilige afstand van de gevarenzone! Gebruik veilig-...
Overige waarschuwings- en bedieningsaanwijzingen Nr. Pictogram Betekenis - Attentie! Gevaar door gevaarlijke elektrische span- ning. Het machinepersoneel moet dage- lijks voor ingebruikneming van de machine de isolatiebewaking controleren! Veronachtzaming van de dagelijkse rou- tine kan ernstig letsel en zelfs de dood tot gevolg hebben.
C Transport Veiligheidsvoorschriften voor het transport Bij ondeskundige voorbereiding van de machine en de balk en bij ondeskundig trans- port bestaat er ongevalgevaar! Balk tot de basisbreedte inschuiven en alle eventueel gemonteerde aanbouwdelen demonteren. Alle losse en uitstekende delen (zijplaten, hoekbedieningen enz.) demonteren. Bij transporten met speciale vergunning deze onderdelen borgen! Opklapbare zijplaten (O) in ingeklapte positie borgen! Alle onderdelen die niet vast zijn verbonden met de balk opbergen in de daartoe be-...
Gedemonteerde balk verladen Voor het verladen en transporteren van de aan de machine aangebouwde balk, zie de gebruiksaanwijzing van de machine. De balk moet zijn ingeschoven tot de basisbreedte. Uitstekende of losse onderdelen en de gasflessen van de balkverwarming (o) (zie hoofdstukken E en D) moeten ge- demonteerd zijn, de hydraulische en elektrische aansluitingen moeten verwijderd zijn.
Verladen met een kraan Gevaar door zwevende lasten WAARSCHUWING De kraan en/of de opgehesen machine kunnen bij het ophijsen kantelen en ernstig letsel of zelfs de dood veroor- zaken! - De machine mag alleen aan de aangegeven hefpunten worden opgehesen. - Neem het bedrijfsgewicht van de machine in acht.
D Bediening Veiligheidsvoorschriften Bij ondeskundige bediening van balk of balkverwarming kunnen personen in gevaar worden gebracht. - Ervoor zorgen dat alle beveiligingen en afdekkingen zijn aangebracht en goed zijn bevestigd! - Geconstateerde schade onmiddellijk verhelpen! Machines met gebreken mogen niet worden gebruikt! - Tijdens het werk altijd controleren of er niemand in gevaar is! - Geen personen laten meerijden op de balk!
Pagina 42
GEVAAR Gevaar door ondeskundige bediening Ondeskundige bediening van de machines kan ernstig letsel en zelfs de dood tot gevolg hebben! - De machine mag alleen worden gebruikt voor het bestemde doel. - De machine mag alleen door geïnstrueerd personeel worden bediend.
Pagina 43
Beknellingsgevaar door bewegende machinedelen WAARSCHUWING Bewegende machinedelen kunnen ernstig letsel en zelfs de dood veroorzaken! - Oponthoud in de gevarenzone is tijdens het gebruik verbo- den! - Niet in de gevarenzone grijpen. - Waarschuwings- en aanwijzingsbordjes op de machine in acht nemen.
Pagina 44
Gevaar door gasinstallatie WAARSCHUWING Ondeskundig uitgevoerde bediening en onderhoud van de gasinstallatie kan ernstig letsel en zelfs de dood veroorza- ken! - Volle en lege gasflessen altijd met afschermkappen transporteren om de fleskleppen te beschermen. - De gasflessen op de asfaltafwerkmachine met de beves- tigingsriemen beveiligen tegen draaien, kantelen en vallen.
Bediening van de balk Voor algemene functies van machine en balk die niet specifiek deze balk betref- fen, zie de gebruiksaanwijzing van de machine. Balk uit-/inschuiven Ga als volgt te werk om de hydraulisch instelbare uitschuifdelen uit en in te schuiven: - Schakelaar (1) op de afstandsbedie- ningen rechts en links op de balk be-...
- Op de uitschuifdelen bevinden zich een wijzer (2) en een schaal (3), waar- op de uitschuifbreedte kan worden af- gelezen. Hydraulische zijplaten Op beide zijplaten bevindt zich een be- dieningseenheid voor de hydraulische instelling. - Vooraan omhoog/omlaag bewegen (1) - Drijfstand vooraan AAN / UIT (2) - Schakelstand boven: AAN...
2.2 Stabilisatie-elementen instellen - conventionele uitvoering Stamper instellen De stamperfunctie wordt in- en uitge- schakeld met schakelaar (4) op het be- dieningspaneel van de machine (zie de gebruiksaanwijzing van de machine). De stamperfrequentie (aantal slagen per minuut) wordt ingesteld met de draaire- gelaar (6).
2.3 Stamper instellen - PLC-uitvoering De stamperfunctie wordt in- en uitge- schakeld met toets (8) op het bediening- spaneel van de machine (zie de gebruiksaanwijzing van de machine). De stamperfrequentie (aantal slagen per minuut) wordt ingesteld en weergege- ven in het instelmenu van de stabilisatie- elementen van de machinebesturing / afstandsbediening (zie de gebruiksaan- wijzing van de machine).
Extra schijnwerper Zijplaat (o) De zijplaten zijn voorbereid voor de aan- sluiting van extra schijnwerpers. - Plaats de magnetische voet van de schijnwerper op de gewenste plaats en stel hem af. - Leg de bijbehorende kabel correct aan en steek de stekker in de bijbehoren- de stopcontact (2) op de zijplaat.
Bediening van de gasverwarmingsinstallatie met vlambewaking Gasstroomschema Pos. Omschrijving gasflessen fleskleppen drukregelaar met manometer slangbreukbeveiligingen slangverbindingen buisverbindingen vlambandbrander magneetkleppen slangkoppelingen voor aanbouwdelen snelsluitkleppen D 10...
Algemene opmerkingen over de gasverwarmingsinstallatie De verwarming van de balk werkt op propaangas (vloeibaar gas). De twee gasflessen staan op de balk. De verwarming is voorzien van een elektronische vlam- en temperatuurbewaking. De bougie van de brander dient tegelijkertijd als vlambewaking. De schakelkast is op de balk gemonteerd.
Controle van de aansluiting en de dichtheid Het gasleidingssysteem van de basis- balk en de uitschuifdelen is vast gemon- teerd. Gasflessen aansluiten: - De afschermkappen van de flesklep- pen schroeven en op de achterkant van de fleshouder schroeven. - Controleren of de snelsluitkleppen ge- sloten zijn.
De verwarming in gebruik nemen en controleren De gasverwarmingsinstallatie wordt ge- voed door twee gasflessen. - Controleren of de accuhoofdschake- laar is ingeschakeld. - Fleskleppen (21) openen. Door indrukken van de slangbreukze- kering (20) de veiligheidsklep deblok- keren. - De snelsluitkleppen openen. Om een storingvrije ontstekings- en op- Gasflas.tif warmfase te garanderen, moet de vol-...
Gasflessen vervangen - Controleren of de snelsluitkleppen en beide fleskleppen (21) zijn gesloten. - Gasslangen afschroeven. - Afschermkappen van de fleskleppen op de gasflessen schroeven. - Drukregelaar op de houder schroe- ven. Volle en niet geheel lege gasflessen staan onder druk. Daarom moet men ervoor zorgen dat gasflessen met verwijderde klepaf- schermkappen niet worden blootgesteld...
Balkverwarming - conventionele uitvoering Schakelkast van de balkverwarming D 15...
Pagina 56
Pos. Omschrijving Verwarming AAN (knop) - Opent de afsluitkleppen voor de gastoevoer naar de branders en acti- veert het elektronische ontstekingssysteem en de vlambewaking. Verwarming UIT (knop) Sluit de afsluitkleppen voor de gastoevoer naar de branders en schakelt het elektronische ontstekingssysteem en de vlambewaking uit. Bedrijfsindicatie (groen) - verwarming AAN storingsindicatie middendeel links, rood storingsindicatie uitschuifdeel links, rood...
Ontstekingsproces - In de schakelkast de Aan/Uit-schake- laar (30) bedienen, daardoor - worden de elektromagnetische af- sluitkleppen van de gastoevoer naar de branders geopend; - wordt het elektronische ontstekings- systeem geactiveerd en wordt het gas automatisch ontstoken d.m.v. bougies en door de vlambewaking gecontroleerd.
Werking van de vlambewaking Pos. Omschrijving storingsindicatie middendeel links, rood storingsindicatie uitschuifdeel links, rood storingsindicatie middendeel rechts, rood storingsindicatie uitschuifdeel rechts, rood ontstekingsdozen op de afzonderlijke balkcomponenten rood controlelampje op de ontstekingsdoos van het desbetreffende balkdeel geel controlelampje op de ontstekingsdoos van het desbetreffende balkdeel D 18...
Pagina 59
De elektronica bewaakt de werking van de gasverwarming door middel van tempera- tuursensoren en vlambewaking. Als de ontstekingsbrander binnen 7 seconden na het inschakelen geen stabiele vlam heeft, schakelt de elektronica op storing. De gastoe- voer wordt onderbroken en de rode controlelampjes op de ontstekingsdoos en op de schakelkast gaan branden.
Verwarming uitzetten Na afloop van het werk en indien de ver- warming niet nodig is: - In de schakelkast de Aan/Uit-schake- laar (31) uitschakelen. - De snelsluitkleppen en beide flesklep- pen sluiten. Als deze kleppen niet worden gesloten, bestaat er brand- en explosiegevaar door eventueel wegstromend onver- brand gas! Tijdens werkpauzes en na afloop van...
Balkverwarming - PLC-uitvoering Schakelkast van de balkverwarming D 21...
Pagina 62
Pos. Omschrijving Besturings- en bewakingseenheid - Voor het inschakelen van de verwarmingsinstallatie en het instellen en bewaken van de ingestelde temperatuur. storingsindicatie middendeel links, rood storingsindicatie uitschuifdeel links, rood storingsindicatie middendeel rechts, rood storingsindicatie uitschuifdeel rechts, rood D 22...
Bediening van de besturings- en bewakingseenheid D 23...
Pagina 64
Pos. aanduiding / functie - Balkdeel selecteren Voor het selecteren van de balkdelen voor temperatuurindicatie en -wijzi- ging. De temperatuur wordt voor alle delen gezamenlijk gewijzigd. - Selectie „Energy-Saving“ Voor vermindering van het verwarmingsvermogen. Na het inschakelen wordt de toestand (AAN/UIT) van „Energy-Saving“ ge- bruikt die ook de vorige keer werd gebruikt.
Pagina 65
Pos. aanduiding / functie - Waarschuwingslampjes „sensorfout“ De waarschuwingslampjes 1-4 van de afzonderlijke balkdelen branden bij een fout van de desbetreffende sensor. Sensor controleren. De regelaar werkt volgens het noodprogramma. - Statusindicatie verwarming Controlelampjes 1-4 van de afzonderlijke verwarmingen van de balkdelen branden wanneer het desbetreffende verwarmingscircuit is ingeschakeld.
Ontstekingsproces - uitvoering PLC - In de schakelkast de Aan/Uit-schake- laar (50) bedienen, daardoor - worden de elektromagnetische af- sluitkleppen van de gastoevoer naar de branders geopend; - wordt het elektronische ontstekings- systeem geactiveerd en wordt het gas automatisch ontstoken d.m.v. bougies en door de vlambewaking gecontroleerd.
Werking van de vlambewaking 57 56 58 Pos. Omschrijving storingsindicatie middendeel links, rood storingsindicatie uitschuifdeel links, rood storingsindicatie middendeel rechts, rood storingsindicatie uitschuifdeel rechts, rood ontstekingsdozen op de afzonderlijke balkcomponenten rood controlelampje op de ontstekingsdoos van het desbetreffende balk- deel geel controlelampje op de ontstekingsdoos van het desbetreffende balk- deel D 27...
Pagina 68
De elektronica bewaakt de werking van de gasverwarming door middel van tempera- tuursensoren en vlambewaking. Als de ontstekingsbrander binnen 7 seconden na het inschakelen geen stabiele vlam heeft, schakelt de elektronica op storing. De gastoe- voer wordt onderbroken en de rode controlelampjes op de ontstekingsdoos en op de schakelkast gaan branden.
Temperatuurindicatie, temperatuurstand instellen De temperatuurindicatie en de instelling van de temperatuurstand voor de balkver- warming gebeurt met het besturings- en bewakingsapparaat in de schakelkast van de balkverwarming: Temperatuurinstelling - Toets (47) of (48) indrukken om de actuele werkelijke temperatuur weer te geven op de display (52).
Energiespaarmodus / „Energy-Saving“ In deze bedrijfsmodus zijn niet alle verwarmingen van de verschillende balkdelen ge- lijktijdig actief. De omschakeling gebeurt door de temperatuurregeling. Wanneer een van de ver- warmde balkdelen de gewenste temperatuur heeft bereikt, schakelt de regeling deze delen altijd uit en schakelt de balkdelen met de laagste temperatuur in. Daarbij is gezamenlijke verwarming van de volgende balkdelen mogelijk.
Status- en foutmeldingen Wanneer er een fout optreedt, gaat het waarschuwingslampje (53) van het desbetref- fende balkdeel branden en werkt de regelaar volgens het noodprogramma. Bovendien klinkt er een waarschuwingssignaal. Het waarschuwingssignaal wordt be- vestigd met de min-toets (48). Na het indrukken van de Enter-toets toont de display (52) een foutcode. Wanneer met toets (45) een verwarmingssectie met een storing wordt geselecteerd, volgt de weergave ---°C.
Foutcode Oorzaak van de fout Maatregel Foutmeldingen zonder toetsoproep Waarschu- - Sensor controleren, wingslampje - Sensor F1 defect de regelaar werkt volgens het (53-1) noodprogramma brandt Waarschu- - Sensor controleren, wingslampje - Sensor F2 defect de regelaar werkt volgens het (53-2) noodprogramma brandt...
Verwarming uitzetten Na afloop van het werk en indien de ver- warming niet nodig is: - In de schakelkast de Aan/Uit-knop (50) bedienen. - De snelsluitkleppen en beide flesklep- pen sluiten. Als deze kleppen niet worden gesloten, bestaat er brand- en explosiegevaar door eventueel wegstromend onver- brand gas! Tijdens werkpauzes en na afloop van...
Bediening van de elektrische verwarming Schakelkast van de balkverwarming 4 x 230 V 98 99 De configuratie van de afzonderlijke elementen kan iets variëren! D 34...
Pagina 75
Pos. Omschrijving UIT-knop verwarming testknop isolatiebewaking en signaallampje isolatiefout resetknop isolatiebewaking controlelampje generator verwarming AAN/UIT (o) veiligheidsschakelaar verwarmingssectie 1 veiligheidsschakelaar verwarmingssectie 2 veiligheidsschakelaar verwarmingssectie 3 veiligheidsschakelaar verwarmingssectie 4 controlelampje verwarmingssectie 1 controlelampje verwarmingssectie 2 controlelampje verwarmingssectie 3 controlelampje verwarmingssectie 4 elektrisch verwarmbare zijplaat Aan / Uit koplampen Aan / Uit (stopcontact 27+28) koplampen Aan / Uit (stopcontact 29+30)
Bediening van de besturings- en bewakingseenheid D 36...
Pagina 77
Pos. aanduiding / functie - Balkdeel selecteren Voor het selecteren van de balkdelen voor temperatuurindicatie en -wijzi- ging. De temperatuur wordt voor alle delen gezamenlijk gewijzigd. - Selectie „Energy-Saving“ Om het verwarmingsvermogen te verminderen bij onvoldoende generator- vermogen. Na het inschakelen wordt de toestand (AAN/UIT) van „Energy-Saving“ ge- bruikt die ook de vorige keer werd gebruikt.
Pagina 78
Pos. aanduiding / functie - Waarschuwingslampjes „sensorfout“ De waarschuwingslampjes 1-4 van de afzonderlijke balkdelen branden bij een fout van de desbetreffende sensor. Sensor controleren. De regelaar werkt volgens het noodprogramma. - Statusindicatie verwarming Controlelampjes 1-4 van de afzonderlijke verwarmingen van de balkdelen branden wanneer het desbetreffende verwarmingscircuit is ingeschakeld.
Algemene informatie over de verwarmingsinstallatie De elektrische verwarmingsinstallatie wordt gevoed door een generator aan boord van de machine; de generator wordt volautomatisch geregeld afhanke- lijk van de behoefte. Verwarmingsweerstanden in de vorm van verwarmingselementen zorgen voor een directe temperatuurverandering en een gelijkmatige warmteverdeling.
Energiespaarmodus / „Energy-Saving“ In bepaalde omstandigheden, bijv. bij een grote werkbreedte, is het zinvol om de energiespaarmodus te activeren. In deze bedrijfsmodus zijn niet alle verwarmingen van de verschillende balkdelen ge- lijktijdig actief. De omschakeling gebeurt door de temperatuurregeling. Wanneer een van de ver- warmde balkdelen de gewenste temperatuur heeft bereikt, schakelt de regeling deze delen altijd uit en schakelt de balkdelen met de laagste temperatuur in.
Isolatiebewaking Dagelijks moet voor het begin van het werk worden gecontroleerd of de isola- tiebewaking goed werkt. Bij deze test wordt alleen de werking van de isolatiebewaking gecontroleerd, en niet of er isolatiefout bestaat in de ver- warmingssecties of in de verbruikers. - Aandrijfmotor van de machine starten.
Isolatiefout Indien er een isolatiefout optreedt tijdens het bedrijf en het signaallampje een isola- tiefout aangeeft, kan men als volgt te werk gaan: - De schakelaars van alle externe bedrijfsmiddelen en de verwarming uitschakelen en de resetknop minstens 3 seconden ingedrukt houden om de fout te wissen. - Als het signaallampje niet uitgaat, is er sprake van een fout van de generator.
De verwarming in gebruik nemen en controleren Om de benodigde temperatuur te berei- ken, moet de verwarming worden inge- schakeld ca. 15 - 20 minuten voordat men begint met inbouwen. - Aandrijfmotor van de machine starten. - AAN / UIT-schakelaar (74) van de ver- warmingsinstallatie inschakelen (o).
Temperatuurindicatie, temperatuurstand instellen De temperatuurindicatie en de instelling van de temperatuurstand voor de balkver- warming gebeurt met het besturings- en bewakingsapparaat in de schakelkast van de balkverwarming: Temperatuurinstelling - Toets (102) of (103) indrukken om de actuele werkelijke temperatuur weer te geven op de display (107).
Status- en foutmeldingen Wanneer er een fout optreedt, gaat het waarschuwingslampje (108) van het desbe- treffende balkdeel branden en werkt de regelaar volgens het noodprogramma. Bovendien klinkt er een waarschuwingssignaal. Het waarschuwingssignaal wordt be- vestigd met de min-toets (103). Na het indrukken van de Enter-toets toont de display (5) een foutcode. Wanneer met toets (100) een verwarmingssectie met een storing wordt geselecteerd, volgt de weergave ---°C.
Foutcode Oorzaak van de fout Maatregel Foutmeldingen zonder toetsoproep Waarschu- - Sensor controleren, wingslampje (1) - Sensor F1 defect de regelaar werkt volgens het brandt noodprogramma Waarschu- - Sensor controleren, wingslampje (2) - Sensor F2 defect de regelaar werkt volgens het brandt noodprogramma Waarschu-...
Verwarming uitzetten Na afloop van het werk en indien de ver- warming niet nodig is: - AAN / UIT-schakelaar (83) van de elektrisch verwarmbare zijplaten (o) uitschakelen. - AAN / UIT-schakelaar (105) van de besturings- en bewakingseenheid in- schakelen. - AAN / UIT-schakelaar (74) van de ver- warmingsinstallatie uitschakelen (o).
Storingen Problemen bij het inbouwen Probleem Oorzaak - Mengseltemperatuur is veranderd, ontmenging - Onjuiste mengselsamenstelling - Onjuiste bediening van de wals - Onjuist geprepareerde onderbouw - Lange stilstandtijden tussen ladingen - Ongeschikte referentielijn niveausensor - Niveausensor springt op referentielijn Golvend - Niveausensor wisselt tussen Omhoog en Omlaag oppervlak (te hoge traagheidsinstelling)
Pagina 89
Probleem Oorzaak - Te lage mengseltemperatuur - Mengseltemperatuur gewijzigd - Vocht op de onderbouw - Ontmenging Scheuren in het wegdek - Onjuiste mengselsamenstelling (volle breedte) - Onjuiste inbouwhoogte voor max. korrelgrootte - Balk is koud - Bodemplaten van de balk versleten of vervormd - Te hoge machinesnelheid - Temperatuur van het mengsel Scheuren in...
Pagina 90
Probleem Oorzaak - Temperatuur van het mengsel - Mengseltemperatuur gewijzigd - Onjuiste inbouwhoogte voor maximale korrelgrootte Balk reageert on- - Niveausensor onjuist aangebracht verwacht op cor- - Vibratie te langzaam rectiemaatregelen - Balk werkt niet in de drijfstand - Teveel speling in de mechanische balkverbinding - Te hoge machinesnelheid D 50...
Storingen van de balk Storing Oorzaak Oplossing Stamper geblokkeerd door Balk goed verwarmen koud bitumen Te weinig hydraulische olie in Olie bijvullen de tank Klep vervangen, evt. repare- Overdrukklep defect ren en instellen Stamper of vibra- tie loopt niet Aansluitingen afdichten of vervangen Aanzuigleiding van de pomp ondicht...
E Instellen en ombouwen Veiligheidsvoorschriften Door onbedoelde inwerkingstelling van de machine kunnen personen die aan de balk werken gevaar lopen. De werkzaamheden altijd bij stilstaande machinemotor uitvoeren, tenzij anders is aangegeven! Ervoor zorgen dat de machine is beveiligd tegen inwerkingstelling. De omhoog gezette balk kan omlaag bewegen wanneer de mechanische balktrans- portborging op de machine niet is aangebracht.
Balk monteren op de machine - Balk neerleggen op een geschikte on- dergrond (bijv. kanthouten) en de ma- chine achteruit naar de balk rijden. - De draagbalk neerlaten en zodanig positioneren dat de draagbalk-verbin- dingsstukken (1) zich boven de aan- slagpunten (2) van de balk bevinden.
Zijplaten monteren De zijplaten worden pas gemonteerd wanneer alle andere aanbouwwerkzaamheden en afstellingen van de balk zijn uitgevoerd. - De zijplaten met de daartoe bestemde montagedelen (1) bevestigen aan de balk. - Voorste houder (2) met de borgpen (3) vastzetten in de bovenste positie. - Onderste deel van de zijplaat (4) aan zijn haak (5) in de ketting (6) van het bovenste deel hangen.
Zijplaat, opklapbaar (o) monteren Montage, scharnier - Scharnier (1) met de reeds voorgemonteerde haakse houder (2) tegen de binnen- kant van het uitschuifdeel leggen en met de daartoe bestemde montagedelen (3) bevestigen aan de balk. De montagedelen van de scharnier en de haakse houder (3) worden pas volledig vastgedraaid nadat de opklapbare zijplaten op de werkstand gemonteerd en afge- steld zijn!
Montage, werkstand - Onderste deel van de zijplaat demonteren: - Zijplaat omlaag zetten met behulp van de kruk (4). - Voorste houder (5) met de splitpen vastzetten in de bovenste positie. - Onderste deel van de zijplaat (6) losmaken van de ketting van het bovenste deel. Bij het inklappen van de zijplaten grijpt een pen (7) in een opnamevlak (8) op het uit- schuifdeel van de balk en vereenvoudigt zo de montage.
Pagina 99
Om de zijplaten voor de omhoog gedraaide loopplanken te kunnen klappen, moet het volgende worden uitgevoerd: - Onderste deel van de zijplaat demonteren: - Zijplaat omlaag zetten met behulp van de kruk (4). - Voorste houder (5) met de splitpen vastzetten in de bovenste positie. - Onderste deel van de zijplaat (6) losmaken van de ketting van het bovenste deel.
Zijplaten - hoogte en hoek instellen Met behulp van de kruk (1) kunnen de hoogte en de hoek van de zijplaat wor- den ingesteld. - Knop (2) in bovenste positie: hoek wij- zigen. - Knop (2) in onderste positie: hoogte wijzigen.
Reduceerschoen monteren Aan de onderste delen van de zijplaten kunnen reduceerschoenen worden be- vestigd voor werkbreedten kleiner dan de basisbreedte. - Zijplaat neerlaten op de reduceer- schoen (1). - Met behulp van de bevestigingsstang (2) de reduceerschoen verbinden met de zijplaat (boring (3)). Dankzij de verschillende aanslagmoge- lijkheden (4) kunnen verschillende redu- ceerbreedten worden ingesteld.
Wegdekprofiel instellen De balk beschikt over een spil die ver- steld kan worden om het gewenste weg- dekprofiel bij te stellen. - De middelste afdekking (1) van de balk openen. - De ratel (2) bedienen tot het gewenste wegdekprofiel is ingesteld. - Ingestelde hoek controleren op de schaal (3).
Elektrische aansluitingen Op de achterzijde van de machine: - Connector (1) voor de balk-elektrici- teit; elektrische verbruikers op de balk; schakelkast van de balkverwarming. - Ingestoken stekkers met de borgklem- men vastmaken aan het stopcontact. - Bij PLC-elektriciteit: Bovendien stek- kerverbinding (2) tot stand brengen.
Elektrische aansluitingen zijplaat - balk Na montage en instelling van de mechanische modules moeten de volgende elektri- sche aansluitingen voorbereid of aangelegd worden: - Afstandsbediening op de houder (1) plaatsen. - Stekker (2) aansluiten op de afstandsbediening. Als de afstandsbediening niet op de houder zit, moet de stekker (2) in het brug-stop- contact (2a) worden gestoken.
Pagina 105
Overige aansluitmogelijkheden: - Wormeindschakelaar (5) - Niveausensor (6) - Externe nivelleerautomaat (7) - 24 volt verbruiker, bijv. extra verlichting (8). Bij gebruik van een externe nivelleerautomaat moet deze worden aangemeld in het menu van de afstandsbediening. Stopcontacten en stekkers die niet worden gebruikt, moeten altijd worden afge- schermd met de bijbehorende afschermkap! E 13...
2.10 Aansluiting van de elektrische ver- warming (o) Op de onderkant van de schakelkast: - Stekkers van de afzonderlijke verwar- mingscircuits (1) aansluiten op de bij- behorende stopcontacten. - Ingestoken stekkers met de borg- klemmen vastmaken aan het stop- contact. - Stekkers (2) van de temperatuursen- soren aanbrengen.
Verbreding - materiaalgeleidingsplaten V5100 benodigde materiaalgeleidings stut II platen per zijde stut I + II 3,55 -5,1 m 4,55 -5,8 m 1000+ 4,55 -6,6 m 1000+ 5,55 -7,3 m 1000+ 6,55 -8,1 m 1000 1000+ 7,55 - 8,8 m 1000 1000+ Wanneer een verstelbare materiaalgeleidingsplaat wordt gebruikt, moet er een stut worden gemonteerd!
Verbreding materiaalgeleidingsplaat V6000 benodigde materiaalgeleidings stut II platen per zijde stut I + II 4,0- 6,0 m 6,0 - 6,7 m 1000+ 6,0 - 7,5 m 1000+ 7,0 - 8,2 m 1000 1000+ 8,0 - 9,0 m 1000 1000+ 8,0 - 9,7 m 1000 1000+ Wanneer een verstelbare materiaalgeleidingsplaat wordt gebruikt, moet er een stut...
Uitschuifdelen instellen Om een streeploze inbouw met de balk mogelijk te maken en om de uitschuifde- len ook tijdens het werk op de verschil- lende omstandigheden kunnen instellen, zijn de uitschuifdelen van de balk in de hoogte verstelbaar. De hoek van de uitschuifdelen is in de fabriek ingesteld.
Hoek van de uitschuifdelen instellen In de fabriek worden de middendelen en de uitschuifdelen van de balk parallel aan elkaar ingesteld. De hoek van de uitschuifdelen ten op- zichte van de middendelen kan desge- wenst gewijzigd worden. - Cilinderkopschroeven (1) losdraaien en borgplaat (2) verwijderen.
Balkverbreding Aanbouwdelen monteren 10 11 Bij het uitrusten van de machine moeten de volgende stappen worden uitgevoerd: 1. Aanbouwdelen naast de balk op kanthouten zetten. 2. Verf en vuil verwijderen van de contactvlakken aanbouwdeel-balkuitschuifdeel; aanbouwdeel bevestigen. E 27...
Pagina 120
3. Balk omhoog zetten en uitschuiven. 4. Snelsluitingen (1) losmaken; stamperleischutplaat (2) naar onderen uit de onder- ste houder drukken. 5. De bevestigingsschroeven (4 stuks (3)) van het aanbouwdeel aanbrengen en met de hand vastdraaien. 6. Het aanbouwdeel met behulp van de stelschroeven (4) zodanig afstellen dat deze exact overeenkomt met het uitschuifdeel of het aanbouwdeel.
Gasaansluiting van de balkverwarming Nadat er aanbouwdelen zijn gemon- teerd, moeten de desbetreffende verbin- dingsslangen voor de branders van de aanbouwdelen worden verbonden met het leidingsysteem van de balk. - Alle slangen moeten voor gebruik wor- den gecontroleerd op uitwendige zichtbare schade;...
Hydraulische zijplaten aansluiten (o) - Hydraulische leidingen (1) met de bij- behorende aansluitingen (1a) van de machine verbinden (snelkoppeling). Kleurmarkeringen in acht nemen! - Stuurkabel (2) aansluiten op het bijbe- horende stopcontact (2a) van de ba- sisbalk. - Stekker (3) (o) van de verwarming aansluiten op het bijbehorende stop- contact (3a) van de basisbalk / van het volgende aanbouwdeel.
Elektrische aansluitingen van de balkverwarming Nadat er aanbouwdelen zijn gemon- teerd, moeten de desbetreffende elektri- sche aansluitingen van de balkver- warming op elkaar worden aangesloten. In elk balkdeel bevindt zich een verde- lerdoos (1) met de interne bedrading van de elektroverwarming. - Op de onderzijde van de verdelerdoos bevindt zich de aansluiting (2) voor de voedings- en besturingskabel naar het...
Hoogte van de aanbouwdelen instel- Om een streeploze inbouw met de balk mogelijk te maken en om de aanbouw- delen ook tijdens het werk op de ver- schillende omstandigheden te kunnen instellen, zijn de aanbouwdelen van de balk in de hoogte verstelbaar: - Montageschroeven (1) losdraaien - Contramoeren (2) losdraaien - De gewenste hoogte kiezen met be-...
Montage van de materiaalgeleidingsplaten - Materiaalgeleidingsplaten met behulp van schroeven (1) voormonteren, schroeven niet vastdraaien. - Materiaalgeleidingsplaten ca. 1 cm hoger dan de glijplaten (2) instellen: - De hoogte bepalen met de stelschroef (3), daarna conteren met moer (4). - Bevestigingsschroeven (1) vastdraaien. E 33...
Materiaalgeleidingsplaten - stut monteren Afhankelijk van de werkbreedte wordt de materiaaltunnel gestut met stutbuis II resp. met stutbuis I + II. Stutbuis II kan als verlengstuk in stutbuis I worden gestoken. - De voorste houder (1) en de achterste houder (2) m.b.v. de bijbehorende monta- gedelen (3) op de instelbare 1000 mm materiaaltunnel resp.
Pagina 128
Bij het instellen van de stutbuis op de drukspanning mag de spil aan beide zij- den maximaal 45 mm uitgedraaid wor- den! Abstreb_614_615_5.wmf E 36...
Instellingen Stamperhoogte instellen Controleer de instelling van de stamper telkens voordat u met inbouwen begint. De stampermessen (A) moeten op het onderste dode punt gelijk staan met de schuine kant van de glijplaten (B). Als een correctie nodig is, gaat u als volgt te werk: Telkens twee instelpunten per balkdeel! EB51_Verstell6.bmp...
Stamperleischutplaat instellen Controleer de instelling van de stamper telkens voordat u met inbouwen begint. Het stampermes (1) moet tegen de mes- scheen ((2), op de balk) liggen. Tussen de stamperleischutplaat (3) en het stampermes (1) moet over de gehele breedte een speling (a) van 0,5 mm zijn. Als een correctie nodig is, gaat u als EB51_Verstell6.bmp volgt te werk:...
Basisinstellingen Voor de basisinstelling moeten de uitschuifdelen worden ingesteld zoals beschreven in hoofdstuk 5. Ga bij de basisinstelling als volgt te werk: 1. Bij machines op banden de juiste bandspanning instellen. 2. De machine op een horizontaal oppervlak plaatsen. Dit oppervlak moet minstens even groot zijn als het totale standplaats van de machine.
Pagina 132
8. De wijzers (3) van de schaal voorop de machine vastzetten op de onder- ste stand. 9. De nivelleercilinders inschuiven tot de wijzers ongeveer 1 cm onder de nulmarkering staan. 10. Op beide spillen (4) de contramoe- ren (5) losdraaien en de spillen draaien tot de bouten (6) spannings- vrij zijn en zich dus eenvoudig laten uittrekken en inschuiven.
Ombouwen voor transport / bijzondere werkomstandigheden Loopplank - afneembaar / opklapbaar - Loopplank afneembaar / opklapbaar: De afzonderlijke loopplanken kunnen uit hun gelagerde arretering worden getrokken en in opgeklapte toestand op hun opberg- punten worden gelegd. De uitklapbare loopplank dient alleen in de volgende bedrijfsomstandigheden om- hooggeklapt te worden: - Bij het benaderen met de machine van een muur of een vergelijkbare hindernis.
F Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor het onderhoud GEVAAR Gevaar door onjuist machineonderhoud Ondeskundig uitgevoerde onderhouds- en reparatiewerk- zaamheden kunnen ernstig letsel en zelfs de dood veroor- zaken! - Laat onderhouds- en reparatiewerkzaamheden alleen uitvoeren door geschoold vakpersoneel. - Alle onderhouds-, reparatie- en reinigingswerkzaamhe- den uitsluitend uitvoeren bij uitgeschakelde motor.
Pagina 136
VOORZICHTIG Hete oppervlakken! Oppervlakken, ook achter ommantelingen, evenals ver- brandingsgassen van de motor en de balkverwarming, kunnen zeer heet zijn en letsel veroorzaken! - Draag uw persoonlijke veiligheidsuitrusting. - Raak geen hete machinedelen aan. - Onderhouds- en instandhoudingsmaatregelen uitslui- tend uitvoeren bij afgekoelde machine. - Neem ook de andere aanwijzingen in deze handleiding en in het veiligheidshandboek in acht.
Pagina 137
Gevaar door gasinstallatie WAARSCHUWING Ondeskundig uitgevoerde bediening en onderhoud van de gasinstallatie kan ernstig letsel en zelfs de dood veroorza- ken! - Volle en lege gasflessen altijd met afschermkappen transporteren om de fleskleppen te beschermen. - De gasflessen op de asfaltafwerkmachine met de beves- tigingsriemen beveiligen tegen draaien, kantelen en vallen.
Onderhoudsintervallen – balk algemeen Interval Onderhoudspunt Opmerking - stamperlager / vibratielager smeren - Stamperlagers van de aanbouw- delen smeren - Vibratielagers van de aanbouwde- len smeren - Lagers van de geleidingsbuizen smeren - Geleidingsbuizen reinigen / oliën na afloop van het werk - Wegdekprofielverstelling smeren q q - Geleidingsbuizen - speling instel-...
Onderhoudsinterval - elektrische verwarming Interval Onderhoudspunt Opmerking - Isolatiebewaking controleren voor het be- gin van het werk Nationale - Controle van de elektrische instal- voorschriften latie door een elektromonteur voor controle en voor controle-in- tervallen in acht nemen! Onderhoud Onderhoud tijdens de inrijdperiode Alle vermelde tijden zijn maximaal toelaatbare onderhoudstermijnen.
Pagina 143
Om slijtage en daardoor speling in de geleidingen zo klein mogelijk te houden, moet eventueel vuil in de geleidingselementen worden verwijderen. De buizen altijd schoon houden: - De buizen na het dagelijks werk reinigen met een poetsdoek en - daarna licht oliën.
Controlepunten Geleiding van de uitschuifdelen Speling van de geleidingsbuizen instellen - Bus (1) is met moer (2) bevestigd op de balk. Via stelmoer (3) wordt de conusbus (4) ingesteld. Bij ca. 90 Nm is de loop spelingvrij. Hiervoor dient men de speciale haaksleutel uit het gereedschapstoebehoren te ge- bruiken.
Tijdens het inbouwen dringen er langzamerhand bitumen en fijne deeltjes binnen in het stamperframe. Deze worden door de verwarming plastisch gehouden en dienen ook voor smering van het stampermes. Bij demontage van de balk stolt deze massa. Voordat de stamper opnieuw in gebruik wordt genomen, moet deze massa door verwarming weer vloeibaar worden gemaakt.
Stamperleischutplaat controleren / instellen Controleer de instelling van de stamper telkens voordat u met inbouwen begint. Het stampermes (1) moet tegen de mes- scheen ((2), op de balk) liggen. Tussen de stamperleischutplaat (3) en het stampermes (1) moet over de gehele breedte een speling (a) van 0,5 mm zijn.
Hydraulische slangen - De toestand van de hydraulische slan- gen doelgericht controleren. - Beschadigde slangen direct vervan- gen. Vervang de hydraulische slangleidingen wanneer deze bij de inspectie de vol- gende eigenschappen blijken te hebben: - Beschadiging van de buitenlaag tot aan het inlegwerk (bijv. schuurplekken, sne- den, scheuren).
Pagina 150
Bij het monteren en demonteren van hydraulische slangleidingen moeten de volgen- de aanwijzingen beslist in acht worden genomen: - Gebruik uitsluitend originele hydraulische slangen van Dynapac! - Houd ze altijd goed schoon! - Hydraulische slangleidingen moeten in principe zodanig worden gemonteerd dat in alle bedrijfstoestanden - geen trekbelasting optreedt, uitgezonderd door het eigengewicht.
Kenmerking van hydraulische slang- leidingen / opslag- en gebruiksduur Een ingestanst nummer op het schroef- aansluitstuk geeft informatie over de productiedatum (A) (maand/jaar)en de maximaal toegestane druk voor de slang (B). Nooit slangen inbouwen die te lang heb- ben gelegen en altijd op de toegestane druk letten.
Bougies Eenmaal per maand moeten de bougies van de gasverwarming worden gecon- troleerd: - Bougiestekker lostrekken. - Bougie-inzetstuk uit de balk verwijde- ren. - Controleren: - Geen zichtbare beschadiging van de isolator van het middencontact? De op basis van maten A en B bereken- de elektrodenafstand bedraagt 4 mm! De bougies moeten halfjaarlijks worden vervangen om een foutloze werking van...
Instelling van de ontstekingsbrander Voor een foutloze ontsteking moet de stelring (1) van de ontstekingsbrander worden ingesteld. - Stelschroeven van de stelring los- draaien. - De stelring (1) dient ca. 50% van de luchtgaten (2) te bedekken. - Stelschroeven van de stelring weer vastdraaien.
Elektrische verwarming Isolatiebewaking controleren Dagelijks moet voor het begin van het werk worden gecontroleerd of de isola- tiebewaking goed werkt. Bij deze test wordt alleen de werking van de isolatiebewaking gecontroleerd, en niet of er isolatiefout bestaat in de ver- warmingssecties of in de verbruikers.
Isolatiefout Indien er een isolatiefout optreedt tijdens het bedrijf en het signaallampje een isola- tiefout aangeeft, kan men als volgt te werk gaan: - De schakelaars van alle externe bedrijfsmiddelen en de verwarming uitschakelen en de resetknop minstens 3 seconden ingedrukt houden om de fout te wissen. - Als het signaallampje niet uitgaat, is er sprake van een fout van de generator.
Instelwijze bij het vervangen van de balkuitschuifcilinder Voor het instellen worden de balkuit- schuifdelen volledig uitgeschoven. De toleranties tussen de balk en de cilinder- slag worden vereffend door de stelmoer (1) in het schild. De moer ligt tegen de zuigerstang (2). Met de cilinderkopschroef (3) wordt de zuigerstang op de moer bevestigd.
Algemene visuele controle Bij de dagelijkse routine dient men rond de balk te lopen en de volgende controles uit te voeren: - Onderdelen of bedieningselementen beschadigd? - Lekkages van hydraulische componenten enz.? - Alle bevestigingspunten in orde? - Zijn de op de machine aangebrachte waarschuwingen compleet en goed leesbaar? - Zijn de antislip-oppervlakken van trappen, treeplanken enz.
Elektrische zekeringen / relais 14.1 Conventionele uitvoering, gasverwarming Zekeringen in de schakelkast van de balkverwarming 9 10 11 12 13 Zekeringen Relais F 26...
14.4 Conventionele uitvoering, elektrische verwarming Zekeringen in de aansluitdoos van de balkverwarming Zekeringen Zekeringen (A) Aansluitdoos links afstandsbediening Aansluitdoos rechts afstandsbediening F 32...
Conservering van de balk 16.1 Stillegging tot 6 maanden - De machine zodanig stallen dat deze is beschermd tegen fel zonlicht, wind, vocht en vorst. - Alle smeerpunten volgens de voorschriften smeren. Eventueel de optionele centrale smeerinstallatie (machine) laten lopen. - Alle blanke metalen delen, bijv.
Afvoeren Het afvoeren van componenten en bedrijfsstoffen en het demonteren van de af te voeren machine moet worden uitgevoerd door een erkend vakbedrijf. 17.1 Maatregelen voor de afvoer Na het vervangen van slijtage- en vervangingsonderdelen of indien de machine wordt afgedankt (sloop) moeten de onderdelen gesorteerd worden afgevoerd.
Parts & Service Cursussen Wij bieden onze klanten cursussen voor DYNAPAC-machines aan in ons eigen fabriekstrainingscentrum. In dit trainingscentrum worden zowel periodieke als niet vast geplande cursussen gehouden. Service Neem bij bedrijfsstoringen en vragen over reserveonderdelen contact op met een van onze service-vertegenwoordigers.