INSTALLATIE
Menu Par.
Weergave
Nr.
Display
Automatische reiniging van de lucht in de installa-
tie. Om de reiniging van de lucht in te schakelen,
moet de ketel worden ingeschakeld en de parame-
ter moet worden veranderd van "Nee" naar "Ja".
Wacht een minuut. Schakel het apparaat uit en
weer in. Op dit moment wordt er bij het inschake-
Automa-
len van de ketel een automatische reinigingspro-
M1
139
tische
cedure uitgevoerd (een duur van ongeveer 20 mi-
reiniging
nuten). Met de parameter ingesteld op "Ja" wordt
de procedure uitgevoerd telkens de ketel wordt
uitgeschakeld en terug wordt ingeschakeld door
middel van haar hoofdschakelaar. De waarde moet
"Nee" zijn als de reinigingsprocedure bij het starten
van de thermische module niet is gewenst.
Bepaalt het vermogen waaronder de ketel wordt
M1
140
Min. Verm.
uitgeschakeld. Waarde die varieert volgens het
model.
107 Dag Antileg. Bepaalt de weekdag waarop de antilegionellapro-
M1
cedure wordt uitgevoerd.
Bepaalt het uur van de dag waarop de antilegio-
M1
108 Uur Antileg.
nellaprocedure wordt uitgevoerd.
Bepaalt de toevoertemperatuur onder dewelke
de circulatiepomp van de verwarmingsgroep en
de circulatiepomp van het systeem geactiveerd
worden (cascade-configuratie). Als de temperatuur
van een van de toevoersondes (met uitzondering
Antivries-
van de zonesondes) met meer dan vijf graden
M1
155
bescher-
onder de waarde zakt die bepaald wordt door Par.
ming
155, wordt een verzoek gecreëerd dat de cascade
inschakelt. Als de temperatuur van de primaire
sonde de waarde bereikt die bepaald wordt door
Par. 155 plus 5 graden, dan wordt het verzoek on-
derbroken en schakelt de cascade weer over naar
de stand-bymodus.
Als de buitentemperatuur lager is dan de waar-
de die ingesteld is in deze parameter, worden de
Frost pro-
M1
186
cirulatiepomp van de verwarmingsgroep (PC), de
tection out
circulatiepomp van het systeem (PS) en de circula-
tiepomp van de installatie (PI) geactiveerd
Burner
M1
189
Kan niet gebruikt worden
Address
Bepaalt het ventilatortype dat in de ketel is geïn-
M1
191
Fan Type
stalleerd
Schakelt de bediening van de bijkomende verwar-
mingszone in die beheerd wordt door de thermi-
Dep. Zone
M1
205
sche groep Depending
Control
0 = Uitgeschakeld
1 = Ingeschakeld
Activeert de noodmodus. Deze modus wordt inge-
schakeld wanneer de Managing-module de com-
Activeer
municatie met de primaire sonde verliest. In dit
M2
72
Noodmo-
geval, als de Par. 72 is ingesteld op Ja, dan wordt de
dus
cascade ingeschakeld met een door Par. 74 bepaald
vast setpoint.
Setpoint
M2
74
Noodmo-
Actief setpoint tijdens noodmodus.
dus
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het inscha-
Vertr. Insch.
M2
75
kelen van de volgende module in cascade in de
Volg. Mod.
normale inschakelmodus.
Vertr. Uit-
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het uit-
M2
76
sch. Volg.
schakelen van de laatst in cascade ingeschakelde
Mod.
module in de normale uitschakelmodus.
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het inscha-
Vertr. Quick
M2
142
kelen van de volgende module in cascade in de
Start Volg.
snelle inschakelmodus.
Bepaalt de wachttijd in seconden voor het uit-
Vertr. Quick
M2
143
schakelen van de laatst in cascade ingeschakelde
Start Volg.
module in de snelle uitschakelmodus.
Beschrijving
38
Fabrieksin-
Bereik
stelling
Ja
No
No
Hangt af van
0.0...100
het ketelmo-
del
Zondag...Za-
Zondag
terdag
0...23
0
10...30
15
-30...15
5
-
-
Niet wijzigen.
Wijzigt af-
Mag uitslui-
hankelijk van
tend gebruikt
de configu-
worden door
ratie van Par.
bevoegde ser-
97
vicediensten
0...1
0
Ja
Ja
No
20...70
70
5...255
120
5...255
30
5...255
60
5...255
15
Toe-
UM
gangs-
Categorie
type
I
Algemeen
l/min
I
Algemeen
Dag
I
Sanitair
Tijd
I
Sanitair
°C
I
Cascade
°C
I
Cascade
-
Cascade
I
Algemeen
U
Algemeen
U
Cascade
°C
I
Cascade
Sec.
I
Cascade
Sec.
I
Cascade
Sec.
I
Cascade
Sec.
I
Cascade