SYSTEEMBEHEER
5 SYSTEEMBEHEER
5.1
Communicatie tussen thermische modules
In een installatie met meerdere thermische modules is het be-
langrijkste aspect voor de werking van het systeem de commu-
nicatie tussen de geïnstalleerde modules.
De belangrijkste stappen voor de configuratie zijn:
− de managing-module laten herkennen welke en hoe-
veel depending-modules aanwezig zijn in het systeem.
Gebruik de DIP-schakelaars om dit te doen
− de thermische modules onderling verbinden met een
BUS-kabel om de communicatie tussen de regeleenhe-
den mogelijk te maken.
5.1.1
Instelling DIP-schakelaar
De DIP-schakelaars van alle in het systeem aanwezige thermi-
sche modules moeten worden ingesteld en elke DIP-schakelaar
moet worden ingesteld met een eenduidige reeks.
Op deze manier kan de regeleenheid van de managing-module
herkennen hoeveel thermische modules aanwezig zijn in het
systeem.
Gebruik een schroevendraaier met een platte punt om het luikje
te openen om bij de DIP-schakelaars te kunnen.
9
De instelling moet worden uitgevoerd voor elke thermische
module. Raadpleeg de volgende tabel voor de configuratie
van de individuele thermische module.
Legenda
Instelling DIP-schakelaar
ON
DIP
1
2
3
4
5
6
7
ON
DIP
1
2
3
4
5
6
7
ON
DIP
1
2
3
4
5
6
7
ON
DIP
1
2
3
4
5
6
7
ON
DIP
1
2
3
4
5
6
7
$
ON
DIP
1
2
3
4
5
6
7
9
Als twee modules dezelfde DIP-schakelaarinstelling heb-
ben, geeft de Managing-module een communicatiefout
aan en de cascade werkt niet naar behoren.
9
Als een module een instelling heeft waarbij alle DIP-scha-
kelaars op OFF staan, zal met deze geen rekening worden
gehouden.
110
DIP-schakelaar ON
DIP-schakelaar OFF
Configuratie Thermische
Module
Stand-alonemodule (alle
DIP-schakelaars op OFF ,
configuratie niet gebruikt in
8
cascade)
1e module (managing)
8
2e module (depending)
8
3e module (depending)
8
4e module (depending)
8
$
8e module (depending)
8