VERANTWOORDELIJKE VOOR HET SYSTEEM
4. Lucht en gassen verwijderen uit verwarmingsinstallaties
Wanneer er in de installaties continu of met tussenpozen zuur-
stof wordt aangevoerd (b.v. vloerverwarming zonder syntheti-
sche, verspreidingbestendige buizen, circuits met open expan-
sievat, frequent bijvullen) moeten de systemen altijd gescheiden
worden.
Te vermijden fouten en voorzorgsmaatregelen.
Uit het voorgaande blijkt hoe belangrijk het is twee factoren te
vermijden die de vermelde verschijnselen veroorzaken, d.w.z.
contact van het water in de installatie met lucht en regelmatig
bijvullen met nieuw water.
Om te voorkomen dat lucht en water in contact treden (en dus
oxygenatie van het water te voorkomen) moet:
− Het expansiesysteem een gesloten vat hebben met de
juiste afmetingen en voorbelasting (regelmatig contro-
leren)
− De installatie altijd een hogere druk hebben dan de at-
mosferische druk, op elk punt (inclusief aanzuigzijde van
pomp) en in elke bedrijfstoestand (in een installatie zijn
alle afdichtingen en hydraulische aansluitingen bestand
tegen de druk naar buiten, maar niet tegen onderdruk)
− De installatie niet uitgevoerd zijn met gasdoorlatend ma-
teriaal (b.v. kunststof buizen voor vloersystemen zonder
zuurstofbarrière).
9
Verder wordt benadrukt dat de door afzettingen en corrosie
veroorzaakte schade/storingen aan/in de ketel niet onder
de garantie vallen.
HET WATER IN DE VERWARMINGSINSTALLATIES
135