8.6
Meetwaardebewaking
8.6.1
Alarmgrenswaarden instellen
8018015/AE00/V3-0/2019-10 | SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
Functie
U kunt vier grenswaarden instellen om de meetwaarden te bewaken. De betreffende
"Alarm"-melding kan worden geactiveerd als de gemeten waarde boven of beneden de
grenswaarde ligt. U kunt ook beslissen of een in werking gestelde "Alarm"-melding – onaf-
hankelijk van de verdere ontwikkeling van de meetwaarde – geactiveerd blijft tot deze wordt
"bevestigd"
(zie "Bevestigingen uitvoeren", blz.
Als een meetwaarde een ingestelde grenswaarde heeft overschreden,
brandt aan de voorkant van de S700 de led "Alarm";
●
verschijnt er op het display een melding zoals
●
wordt de betreffende "Alarm"-statusuitgang geactiveerd
●
ties", blz.
98).
Voor een overzicht van alle ingestelde "Alarm"-grenswaarden, zie
device status
Instelling
Roep menu 622 op (
1
main menu
).
settings
Selecteer de gewenste
2
Voer de volgende instellingen uit:
3
Meas. component
Set point
Effect
Acknowledge
82).
CO2
→
alarm settings
→
settings
alarm limit value
Meetcomponent, waarvoor de volgende instellingen moeten gelden.
Grenswaarde in fysische eenheden.
exceeds set pt.
waarde groter is dan de
= "Alarm" wordt geactiveerd als de meet-
under set pt.
waarde kleiner is dan de
= de ingestelde grenswaarde is gedeactiveerd (de instellingen
off
blijven behouden, hebben echter geen effect).
= de "Alarm"-melding gaat uit zodra de meetwaarde niet
off
meer achter de grenswaarde ligt.
= de "Alarm"-melding blijft behouden tot de melding met de
on
menufunctie wordt "bevestigd"
blz.
82).
EXPERT-FUNCTIES
>
250.00 ppm
(zie "Beschikbare schakelfunc-
main menu
.
→
→
measurement
(
...
).
1
4
= "Alarm" wordt geactiveerd als de meet-
set point
set point
(zie "Bevestigingen uitvoeren",
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | S700
8
;
→
alarm
91