Inhoudsopgave
Advertenties
OBJECTFUNCTIES
De Objectinformatie Instellen.
1 Open Menu Nr. 516.
2 Selecteer [Object1], [Object2] of [Object3] en druk op
[ENT].
• De <
>-indicator verschijnt aan de rechterzijde van
het objectitem als u op [A/B] drukt, wat de momenteel
gebruikte informatie toont.
Objectnaam
3 Voer de Objectnaam in en druk op [ENT].
Zendingsformaattype
4 Selecteer het type en druk op [A/B].
[Live Object]: Objectinformatie ingeschakeld
[Killed Object]: Objectinformatie uitgeschakeld
[Live Item]: Iteminformatie ingeschakeld
[Killed Item]: Iteminformatie uitgeschakeld
Opmerking:
◆ De tijdsstempelinformatie van het object is geïntegreerd met
als doel het beschermen tegen informatie-overschrijving
door andere APRS-stations, maar er is geen geïntegreerde
tijdsstempelinformatie in het item. Doorgaans wordt het item
gebruikt voor, bijvoorbeeld, het aangeven van het tijdelijke punt
zonder hoge mate van belangrijkheid in vergelijk met het object.
Zendingsintervalbediening
5 Selecteer de Methode en druk op [A/B].
[Off]: Verzend de objectinformatie niet.
[Temp.]: Verzend na 15 seconden, 30 seconden, 1
minuut, 2 minuten, 4 minuten, 8 minuten, 16 minuten en
stopt vervolgens met zenden.
[Auto(15min)]: Verzend met intervallen van 15 minuten
[Auto(30min): Verzend met intervallen van 30 minuten
Breedtegraad/Lengtegraad
6 Voer een Lengte- en Breedtegraad in en druk op [A/B].
Pictogram
7 Selecteer het pictogram en druk op [A/B].
Opmerkingen
8 Voer de Opmerkingen in en druk op [ENT].
9 Druk op [A/B].
De Objectinformatie Instellen
1 Druk op [F], [BCN] om de Objectinformatie te verzenden.
• <
> verschijnt op het scherm.
14-15
Advertenties
Inhoudsopgave
