2 Voer een pad in.
• Een Pakketpad is de digipeatroute van de pakketgegevens
verstuurd vanaf Mijn station.
Als u, bijvoorbeeld, wilt dat uw pakket de [W5DJY-1] >
[W4DJY-1]-route neemt, voert u [W5DJY-1, W4DJY-1] in
waarbij u elk digipeaterroepteken scheidt met een komma.
DE INTERNE TNC INSTELLEN
Data-snelheid
De standaard ingestelde overdrachtsnelheid van het APRS-
pakket op de ingebouwde TNC is 1.200 bps wat de norm is
van de huidige APRS-netwerken.
1 Open Menu Nr. 505.
2 Selecteer [1200] of [9600] bps.
Opmerking:
◆ U kunt de overdrachtsnelheid van het Pakket ook instellen op
9.600 bps indien nodig.
Databand
U kunt een gegevensband voor de APRD-modus
onafhankelijk van de selectie voor de Pakketmodus
selecteren. Selecteer band-A of -B als de gegevensband
voor het ontvangen en verzenden van APRS-pakketten. De
standaard is band-A. <
huidige gegevensband aan.
1 Open Menu Nr. 506.
2 Selecteer [A Band] of [B Band].
> of <
> tonen de
DCD-sense
U kunt ook de methode voor het afremmen van de zendingen
van de ingebouwde TNC selecteren.
1 Open Menu Nr. 507.
2 Selecteer [Busy], [Detect Data] of [Off].
Het baken, het bericht of andere pakketzendingen
remmen wordt onderbroken als er aan één van de
volgende voorwaarden wordt voldaan. Als er niet langer
aan de voorwaarde wordt voldaan, worden de wachtende
gegevens verzonden.
[Busy]:
a Als er al in de zendstatus wordt verkeerd als gevolg van
de gebruiker die op [PTT] drukt.
b De gegevensband is bezet.
[Detect Data]:
a Als er al in de zendstatus wordt verkeerd als gevolg van
de gebruiker die op [PTT] drukt.
b Wanneer de geconfigureerde pakketsnelheidsgegevens
(1.200 bps of 9.600 bps) worden gedetecteerd op de
gegevensband.
[Off(Ignore)]:
a Als er al in de zendstatus wordt verkeerd als gevolg van
de gebruiker die op [PTT] drukt.
TX-vertragingstijd
Met deze functie kunt u een zendvertragingstijd tussen het
verzenden van APRS-gegevens en het verzenden van een
vlagcode voorafgaand aan de APRS-gegevens instellen.
1 Open Menu Nr. 508.
2 Selecteer [100], [150], [200], [300], [400], [500], [750] of
[1000] ms.
Opmerking:
◆ Stel een zo klein mogelijke waarde in maar zorg dat de verzonden
gegevens van het lokale station met zekerheid kunnen worden
ontvangen door het andere station. Een grotere waarde dan nodig
instellen zal de bezetsduur van de frequentie door de verzonden
gegevens van het lokale station verlengen en zo wordt de
gebruiksefficiëntie van de frequentie verlaagd.
14-12