Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Probleemoplossing Lasstroombron / Draadtoevoerunit - Miller PipeWorx 400 Handleiding

380-400 volt
Verberg thumbnails Zie ook voor PipeWorx 400:
Inhoudsopgave

Advertenties

6-8. Probleemoplossing lasstroombron / draadtoevoerunit

Als de lasstroombron en de draadaanvoerunit NIET reageren nadat alles is aangesloten, loop dan eerst onderstaande punten na voordat u contact
opneemt met de dichtstbijzijnde door de fabrikant erkende onderhoudsmonteur.
De lasstroombron is aangesloten op de netspanning maar na het inschakelen geeft hij geen spanning.
S
Als het apparaat rechtstreeks aangesloten op een werkschakelaar, of op een stopcontact van een werkschakelaar zit, controleer dan
of die werkschakelaar en de zekeringsautomaat zijn ingeschakeld.
De lasdraad komt niet vanaf de aanvoerunit tot aan het uiteinde van de lastoorts.
S
Controleer of de draaddiameter klopt met de groefmaat van de aandrijfrollen.
S
Controleer of de spanning op de aandrijfrollen te slap of te strak is.
S
Controleer of de liner (draadgeleider) van de toorts de juiste maat heeft gezien de lasdraaddikte.
S
Controleer of de contacttip de juiste maat heeft gezien de lasdraaddikte, en dat het uiteinde van de contacttip niet verstopt is.
S
Controleer of het toortsuiteinde bij de aanvoerunit helemaal in het aandrijfhuis gestoken zit, en dat de knop goed omlaag zit om het toortsuiteinde
vast te zetten.
De lasresultaten zijn niet gelijk tussen de verschillende lastoepassingen.
S
Zorg dat de werkstukklem is aangesloten op een schoon, verfvrij gedeelte van de pijp. Schuur zo nodig een stuk op om een goede elektrische
verbinding te krijgen.
S
De werkstukklem moet zo dicht mogelijk bij de te maken lasverbinding zitten.
S
Controleer dat de draad voor de spanningsdetectie is aangesloten op de lasstroombron en dat de verbinding met het werkstuk goed vast zit.
Controleer of de detectiedraad aan de kant van het werkstuk niet gerafeld is waardoor er geen goede verbinding is.
S
Zorg dat de spanningsdetectiekabel gescheiden ligt van de laskabels.
S
Zorg dat de lastoorts bij het lassen een hoek maakt van 15 graden bij de lasnaad.
S
Volg de aanbevolen instellingen in het bedieningsgedeelte van de handleiding om een startpunt voor het lassen te kiezen.
S
Aanbevolen lasvoorbereiding is 0,8−1,6 mm voor de randen en 3,2 mm voor de grondnaad.
S
Zie de dvd Pipe Welding Techniques (pijplastechnieken).
Lasrups is poreus.
S
Controleer of er voldoende beschermgas is en of de gastoevoer wel ingeschakeld is.
S
Controleer de stroming van het beschermgas bij het reduceerventiel.
S
Controleer dat de gasdruk naar de aanvoerunit niet hoger is dan 620 kPa.
S
Controleer alle slangaansluitingen voor het beschermgas en draai ze zo nodig aan.
S
Verwijder het toortsuiteinde uit het aandrijfhuis van de aanvoerunit, en controleer de conditie van de O-ringen. Vervang beschadigde
of ontbrekende O-ringen.
S
Controleer het uiteinde van de toorts met de voedingspen en draai het zo nodig aan met een sleutel.
S
Controleer of het toortsuiteinde bij de aanvoerunit helemaal in het aandrijfhuis gestoken zit, en dat de knop voor de vergrendeling goed vast zit.
S
Controleer en reinig aan de toorts het gasmondstuk.
S
Scherm de lasplek af voor wind.
Problemen met draadaanvoer tijdens het lassen. Controleer de aandrijfrollen en draadgeleiders om zeker te weten dat ze geschikt zijn voor
type en dikte van de gebruikte lasdraad.
S
Controleer de drukspanning op de aandrijfrollen en stel die zo nodig beter af.
S
Controleer of het toortsuiteinde bij de aanvoerunit helemaal in het aandrijfhuis gestoken zit, en dat de knop voor de vergrendeling goed vast zit.
S
Controleer of de naafspanning van de draadhaspel te groot of te klein is. Stel de spanning zo nodig beter af.
S
Zorg dat de laskabel zo recht mogelijk van de aanvoerunit naar het werkstuk loopt.
S
Controleer of de contacttip de juiste maat heeft gezien de lasdraaddikte, en dat het uiteinde van de contacttip niet verstopt is.
S
Controleer of de liner (draadgeleider) van de toorts de juiste maat heeft gezien de lasdraaddikte, en dat die liner niet vervuild of beschadigd is.
Reinig of vervang zo nodig de liner.
OM−253 906 Pagina 69

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Pipeworx 40Pipeworx 400 lassysteem

Inhoudsopgave